Tag archieven: Oorlogsmisdaden

Ter ere van Israel’s Onafhankelijkheidsdag/Concertgebouw Amsterdam geeft fout concert

Foto's Robeco SummerNights 2018 in juli


Palestinian Refugees on their way to Lebanon, Oct. 1948. 

https://www.palestineremembered.com/Acre/Palestine-Remembered/Story725.html

Palestinian Refugees on their way to Lebanon, Oct. 1948. 


Palestinian Refugees on their way to Lebanon, Oct. 1948. 

https://www.palestineremembered.com/Acre/Palestine-Remembered/Story725.html
Image result for Palestinian refugees and old woman 1948/Images
Image result for Ethnic cleansings in Palestine/Images

THE HARVEST OF ZIONISMETNIC CLEANSINGS OF PALESTINEhttp://la.indymedia.org/news/2 007/06/201927.phphttps://www.astridessed.nl/200 7disaster-over-palestinethe- refugee-problem-and-the- ideology-of-transfer/

TER ERE VAN ISRAEL’S ONAFHANKELIJKHEIDSDAG/CONCERTGEBOUW AMSTERDAM GEEFT FOUT CONCERT

AANCONCERTGEBOUW AMSTERDAM

Onderwerp: Uw concert [zonder publiek]op 28 april 2020  ter ere van Israel’s Onafhankelijkheidsdag

Geacht Bestuur,
”Al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt ze wel” [1]Ongetwijfeld kent u deze oud-vaderlandse uitdrukking, hier  op u van toepassing.
Want wellicht dacht u”Nu met die Coronamaatregelen gewone concerten [met publiek] niet mogelijk zijn, zal een ter ere van Israel gehouden concert niet of nauwelijks opvallen-en dus niet de nodige kritiek uitlokken.”‘Nou, MIS POES, Geacht Bestuur!Vandaar deze brief, die er NIET om liegt en u een stevige, virtuele draai om uw oren geeft!
Want met het faciliteren van dit concert, met of zonder publiek [2] hebt u een eerbetoon gedaan aan bezetting, etnische zuiveringen en massaslachtingen, dit alles gegoten in een neo koloniaal jasje.En kom me niet aan met de smoes, dat uw Bestuur a-politiek zou zijn:U herdenkt en eert hier de ONAFHANKELIJKHEIDSDAG [3] van een land, dat ontstaan is op basis van land en identiteitsroof!Met andere woorden:Gebouwd op Bloed, Zweet en Tranen van een ander volk, namelijk het Palestijnse! [4]
TOELICHTING:’
Die Israelische ”Onafhankelijkheidsdag” is een van de meest doortrapte staaltjes van neo-kolonialistisch geschonden zelfbeschikkingsrecht na de Tweede Wereldoorlog!Ik zeg nadrukkelijk NA de Tweede Wereldoorlog, want voor de Tweede Wereldoorlog, zeker aan het begin van de twintigste eeuw, toen de Israelisch [al werd dat toen nog ”zionistisch” genoemd Joodse kolonisatie van Palestina eenaanvang nam aanvang nam, werd de opdeling van het land van andere volkeren, of de inbeslagname van hun land als gewoon gezien, gebaseerd als dat was op in de 19e eeuw ontwikkelde Westerse superioriteitstheorieeen.
Hiervan zijn de Palestijnen het slachtoffer geworden, want waar het in het kort op neer komt is dat hun land, historisch Palestina [eeuwenlang behorend tot het Ottomaanse Rijk] waarin zij eeuwenlang woonden, over hun ruggen is opgedeeld in een Joods en een Arabisch deel in 1947, bij VN Resolutie 181. [5]
Daaraan voorafgegaan was het aan het eind van de 19e eeuw door de Oostenrijkse journalist Theodor Herzl opgerichte zionistische beweging [6]met als doel het creeren van een Joods Thuisland in Palestina. [7]Dit begon verwezenlijkt te worden door de Balfour Declaratie in 1917 [8], waarbij aan de voorzitter van de zionistische beweging in Groot-Britannie door de toenmalige minister van Buitenlandse Zaken Balfour de belofte werd gedaan van een Joods Thuisland in het toen nog bij het Ottomaanse Rijk behorende Palestina.Palestina, dat alvast in 1916 als een Taart door toenmalige  koloniale machten Frankrijk en Groot Britannie in het Sykes-Picot Verdrag aan de Britten was toegewezen.[9]”Grappig” was wat schrijver Arthur Koestler opmerkte over die Balfour Declaration:dat ”“one nation solemnly promised to a second nation the country of a third,” [10]Een buitengewoon rake beschrijving van wat er in werkelijkheid gebeurde.Want het ging al gauw niet meer om de bewoning van Joodse mensen in Palestina [die migratie was vanaf het begin van de twintigste eeuw mondjesmaat en later veel enthousiaster, op gang gekomen], maar om het stichten van een Staat in anderman’s land.Complicerende factor:Dat ”anderman’s land, was eerst een onderdeel van het Ottomaanse Rijk en na de Eerste Wereldoorlog vanaf 1922 ”Mandaatgebied Palestina” [11], met andere woorden een situatie waarin de Palestijnse bevolking geen zelfbeschikking had.Maar het was ook de tijd, dat overal in de kololnieen onafhankelijkheidsbewegingen opkwamen, wat uiteindelijk na WO II leidde tot onafhankelijkheid en zelfbeschikkingsrecht.Maar doordat er  deals tussen Groot-Britannie en de zionistische beweging waren gesloten, werd dat zelfbeschikkingsrecht de Palestijnen door de neus geboord en hun land in 1947 over hun ruggen heen, opgedeeld in een Joods en Palestijns gedeelte. [12]Daarna [eind 1947] liepen de spanningen tussen de zionistische organisaties en hun achterban enerzijds en de Palestijnse bevolking anderszijds steeds hoger op, Palestijnen werden toen reeds etnisch gezuiverd [verdreven van huis en haard] en in mei 1948 riep de zionistische leider David Ben Goerion eenzijdig [In VN resolutie 181 werd nog gesproken van het ”toekomstige bestuur van Palestina” de zionistisch-Israelische Staat uit [die eenzijdige uitroeping vieren  ze dus nu als  ”Onafhankelijkheidsdag] [13]De spanningen liepen verder op, een openlijke strijd brak uit en in de zogenaamde ”Onafhankelijkheidsoorlog” werden meer dan 750 000 Palestijnen etnisch gezuiverd. [14]Een VN bemiddelaar, Graaf Bernadotte, die ten gunste van de Palestijnse vluchtelingen wilde ingrijpen, werd geliquideerd door zionistische terroristen. [15]Van Bernadotte is bekend, dat hij gezegd heeft”It would be an offence against the principles of elemental justice if these innocent victims of the conflict were denied the right to return to their homes while Jewish immigrants flow into Palestine, and, indeed, at least offer the threat of permanent replacement of the Arab refugees who have been rooted in the land for centuries” [16]

EPILOOG
Dat u niet van al die details/voorgeschiedenis op de hoogte bent, neem ik u op zich niet kwalijk.Echter:Wanneer u een de ”Onafhankelijkheidsdag” van een land eert, hoort u zich eerst in de voorgeschiedenis ervan te verdiepen, om in dit geval tot de conclusie te komen, dat niet Israel een onafhankelijkheidsdag had moeten vieren, maar de Palestijnen!
Maar wat ik u WEL in hoge mate aanreken, is dat u een concert organiseert ter ere van een land, dat zich -en DAT hoort u WEL te weten, al 53 jaar schuldig maakt aan de meest universele schendingen van mensenrechten.Namelijk bezetting, onderdrukking, oorlogsmisdaden. [17]Een land, dat letterlijk land heeft gestolen in  bezet Palestijns gebied door het bouwen van nederzettingen, die in strijd zijn met het Internationaal Recht [18]En die nederzettingen zijn niet alleen een hap uit bezet Palestijns gebied, Israel gaat vrolijk door met de uitbreiding ervan. [19]
De onafhankelijkheidsdag van een dergelijk land eren is de legitimatie van bezetting, onderdrukking, etnische zuiveringen.
Met het geven van een concert, onder deze condities, getuigt u van het totaal ontbreken van elementaire beschaving en gebrek aan respect voor het Internationaal Recht.Weet u wel, hoe vaak Israel VN Resoluties aan zijn laars gelapt heeft? [20]
En daarvan, van die bezetting en onderdrukking, hoort u anno 2020 op de hoogte te zijn.
Ik eis dan ook van u, dat het de laatste keer is geweest, dat u een concert ter ere van Israel gegeven hebt.
Dat dit zonder publiek heeft plaatsgehad, is meer dan passend.
Een dikke NUL voor uw handelwijze.
BAH!

Vriendelijke groetenAstrid EssedAmsterdam 

NOTEN

[1]
WOORDEN.ORG

al is de leugen nog zo snel de waarheid achterhaalt ze wel (=leugens komen altijd uit) 
https://www.woorden.org/spreekwoord.php?woord=al%20is%20de%20leugen%20nog%20zo%20snel%20de%20waarheid%20achterhaalt%20ze%20wel

[2]

JEWISH TELEGRAPH AGENCYISRAEL’S INDEPENDENCE DAY GETS FIRST CELEBRATION AT THE DUTCH ROYAL CONCERT HALL-WITHOUT A CROWD28 APRIL 2020
https://www.jta.org/quick-reads

AMSTERDAM (JTA) — This year was supposed to be the first time that Israel’s Independence Day was celebrated in a public concert at the  main royal concert hall in the Netherlands.

Planned for April 28 at the main hall of the 134-year-old Royal Concertgebouw in Amsterdam, the concert was to feature well-known artists including Shuly Nathan playing her iconic “Jerusalem of Gold” before an expected sellout crowd of 2,000 spectators.

The event was canceled because of the coronavirus, yet Israel’s 72nd birthday was still celebrated at the Concertgebouw thanks to the determination of the concert’s producer, Barry Mehler, who also produces the annual Hanukkah concert at the hall.

Mehler, a U.S.-born professional singer and cantor who has been living in Amsterdam since 1989, in recent days recorded five tracks in Israel’s honor with a group of musicians from the Jewish Amsterdam Chamber Ensemble. They played in an empty hall while observing social distancing protocols.

The setup used the empty hall as background to haunting effect: The musicians are facing the camera with their backs to the red velvet-upholstered seats.

The tracks, which Mehler has shared online, include an instrumental rendition of “Hatikvah,” Israel’s national anthem, and the melancholic song “Mishehu,” or “Someone,” written by Matti Caspi, for Israel’s Memorial Day, which symbolically precedes the nation’s Independence Day.

“Performing in the main hall of the Concertgebouw is an honor reserved to few professional musicians, and more so, that they have allowed us to record parts of our canceled concert,” Mehler, 54, told the Jewish Telegraphic Agency.BY CNAAN LIPHSHIZ

EINDE ARTIKEL

TWEEDE ARTIKEL:

THE TIMES OF ISRAELISRAEL’S INDEPENDENCE CELEBRATED IN EMPTY DUTCH MUSIC HALL29 APRIL 2020
https://www.timesofisrael.com/israels-independence-celebrated-in-empty-dutch-music-hall/

What should have been first public concert to mark anniversary of Jewish state’s founding is canceled due to coronavirus lockdown, but organizers record performance anyway

AMSTERDAM (JTA) — This year was supposed to be the first time that Israel’s Independence Day was celebrated in a public concert at the main royal concert hall in the Netherlands.

Planned for April 28 at the 134-year-old Royal Concertgebouw in Amsterdam, the concert was to feature well-known artists including Shuly Nathan playing her iconic “Jerusalem of Gold” before an expected sellout crowd of 2,000 spectators.

The event was canceled because of the coronavirus, yet Israel’s 72nd birthday was still celebrated at the Concertgebouw thanks to the determination of the concert’s producer, Barry Mehler, who also produces the annual Hanukkah concert at the hall. 

Mehler, a US-born professional singer and cantor who has been living in Amsterdam since 1989, in recent days recorded five tracks in Israel’s honor with a group of musicians from the Jewish Amsterdam Chamber Ensemble. They played in an empty hall while observing social distancing protocols.

The setup used the empty hall as background to haunting effect: The musicians are facing the camera with their backs to the red velvet-upholstered seats.

The tracks, which Mehler has shared online, include an instrumental rendition of “Hatikvah,” Israel’s national anthem, and the melancholic song “Mishehu,” or “Someone,” written by Matti Caspi, for Israel’s Memorial Day, which symbolically precedes the nation’s Independence Day.“Performing in the main hall of the Concertgebouw is an honor reserved to few professional musicians, and more so, that they have allowed us to record parts of our canceled concert,” Mehler, 54, told the Jewish Telegraphic Agency. 

[3]

Independence Day (Hebrew: יום העצמאות‎ Yom Ha’atzmaut, lit. “Day of Independence”) is the national day of Israel, commemorating the Israeli Declaration of Independence in 1948. The day is marked by official and unofficial ceremonies and observances.

Because Israel declared independence on 14 May 1948, which corresponded with the Hebrew date 5 Iyar in that year, Yom Ha’atzmaut was originally celebrated on that date. However, to avoid Sabbath desecration, it may be commemorated one or two days before or after the 5th of Iyar if it falls too close to the Jewish SabbathYom Hazikaron, the Israeli Fallen Soldiers and Victims of Terrorism Remembrance Day is always scheduled for the day preceding Independence Day.

In the Hebrew calendar, days begin in the evening.[2] The next occurrence of Yom Haatzmaut will take place on 28–29 April 2020”

WIKIPEDIA

INDEPENDENCE DAY (ISRAEL)

https://en.wikipedia.org/wiki/Independence_Day_(Israel)

[4]

CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED  

https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

[5]

”The United Nations Partition Plan for Palestine was a proposal by the United Nations, which recommended a partition of Mandatory Palestine at the end of the British Mandate. On 29 November 1947, the UN General Assembly adopted the Plan as Resolution 181 (II)

WIKIPEDIA

UNITED NATIONS PARTITION PLAN FOR PALESTINE

https://en.wikipedia.org/wiki/United_Nations_Partition_Plan_for_Palestine

GENERAL ASSEMBLY

29 NOVEMBER 1947

RESOLUTION 181. FUTURE GOVERNMENT OF PALESTINE

https://unispal.un.org/DPA/DPR/unispal.nsf/0/7F0AF2BD897689B785256C330061D253 The General Assembly,

Having met in special session at the request of the mandatory Power to constitute and instruct a special committee to prepare for the consideration of the question of the future government of Palestine at the second regular session;

Having constituted a Special Committee and instructed it to investigate all questions and issues relevant to the problem of Palestine, and to prepare proposals for the solution of the problem, and

Having received and examined the report of the Special Committee (document A/3641/ including a number of unanimous recommendations and a plan of partition with economic union approved by the majority of the Special Committee,

Considers that the present situation in Palestine is one which is likely to impair the general welfare and friendly relations among nations;

Takes note of the declaration by the mandatory Power that it plans to complete its evacuation of Palestine by 1 August 1948;

Recommends to the United Kingdom, as the mandatory Power for Palestine, and to all other Members of the United Nations the adoption and implementation, with regard to the future government of Palestine, of the Plan of Partition with Economic Union set out below;

Requests that

(a) The Security Council take the necessary measures as provided for in the plan for its implementation;

(b) The Security Council consider, if circumstances during the transitional period require such consideration, whether the situation in Palestine constitutes a threat to the peace. If it decides that such a threat exists, and in order to maintain international peace and security, the Security Council should supplement the authorization of the General Assembly by taking measures, under Articles 39 and 41 of the Charter, to empower the United Nations Commission, as provided in this resolution, to exercise in Palestine the functions which are assigned to it by this resolution;

(c) The Security Council determine as a threat to the peace, breach of the peace or act of aggression, in accordance with Article 39 of the Charter, any attempt to alter by force the settlement envisaged by this resolution;

(d) The Trusteeship Council be informed of the responsibilities envisaged for it in this plan;

Calls upon the inhabitants of Palestine to take such steps as may be necessary on their part to put this plan into effect;

Appeals to all Governments and all peoples to refrain from taking action which might hamper or delay the carrying out of these recommendations, and

Authorizes the Secretary-General to reimburse travel and subsistence expenses of the members of the Commission referred to in Part I, Section B, paragraph 1 below, on such basis and in such form as he may determine most appropriate in the circumstances, and to provide the Commission with the necessary staff to assist in carrying out the functions assigned to the Commission by the General Assembly.

2/
The General Assembly

Authorizes the Secretary-General to draw from the Working Capital Fund a sum not to exceed $2,000,000 for the purposes set forth in the last paragraph of the resolution on the future government of Palestine.

Hundred and twenty-eighth plenary meeting
29 November 1947

[At its hundred and twenty-eighth plenary meeting on 29 November 1947 the General Assembly, in accordance with the terms of the above resolution [181 A], elected the following members of the United Nations Commission on Palestine: Bolivia, Czechoslovakia, Denmark, Panama and Philippines.]

PLAN OF PARTITION WITH ECONOMIC UNION

PART I

Future constitution and government of Palestine

A. TERMINATION OF MANDATE, PARTITION AND INDEPENDENCE

1. The Mandate for Palestine shall terminate as soon as possible but in any case not later than 1 August 1948.

2. The armed forces of the mandatory Power shall be progressively withdrawn from Palestine, the withdrawal to be completed as soon as possible but in any case not later than 1 August 1948.

The mandatory Power shall advise the Commission, as far in advance as possible, of its intention to terminate the Mandate and to evacuate each area.

The mandatory Power shall use its best endeavours to ensure than an area situated in the territory of the Jewish State, including a seaport and hinterland adequate to provide facilities for a substantial immigration, shall be evacuated at the earliest possible date and in any event not later than 1 February 1948.

3. Independent Arab and Jewish States and the Special International Regime for the City of Jerusalem, set forth in part III of this plan, shall come into existence in Palestine two months after the evacuation of the armed forces of the mandatory Power has been completed but in any case not later than 1 October 1948. The boundaries of the Arab State, the Jewish State, and the City of Jerusalem shall be as described in parts II and III below.

4. The period between the adoption by the General Assembly of its recommendation on the question of Palestine and the establishment of the independence of the Arab and Jewish States shall be a transitional period.

B. STEPS PREPARATORY TO INDEPENDENCE

1. A Commission shall be set up consisting of one representative of each of five Member States. The Members represented on the Commission shall be elected by the General Assembly on as broad a basis, geographically and otherwise, as possible.

2. The administration of Palestine shall, as the mandatory Power withdraws its armed forces, be progressively turned over to the Commission; which shall act in conformity with the recommendations of the General Assembly, under the guidance of the Security Council. The mandatory Power shall to the fullest possible extent co-ordinate its plans for withdrawal with the plans of the Commission to take over and administer areas which have been evacuated.

In the discharge of this administrative responsibility the Commission shall have authority to issue necessary regulations and take other measures as required.

The mandatory Power shall not take any action to prevent, obstruct or delay the implementation by the Commission of the measures recommended by the General Assembly.

3. On its arrival in Palestine the Commission shall proceed to carry out measures for the establishment of the frontiers of the Arab and Jewish States and the City of Jerusalem in accordance with the general lines of the recommendations of the General Assembly on the partition of Palestine. Nevertheless, the boundaries as described in part II of this plan are to be modified in such a way that village areas as a rule will not be divided by state boundaries unless pressing reasons make that necessary.

4. The Commission, after consultation with the democratic parties and other public organizations of The Arab and Jewish States, shall select and establish in each State as rapidly as possible a Provisional Council of Government. The activities of both the Arab and Jewish Provisional Councils of Government shall be carried out under the general direction of the Commission.

If by 1 April 1948 a Provisional Council of Government cannot be selected for either of the States, or, if selected, cannot carry out its functions, the Commission shall communicate that fact to the Security Council for such action with respect to that State as the Security Council may deem proper, and to the Secretary-General for communication to the Members of the United Nations.

5. Subject to the provisions of these recommendations, during the transitional period the Provisional Councils of Government, acting under the Commission, shall have full authority in the areas under their control, including authority over matters of immigration and land regulation.

6. The Provisional Council of Government of each State acting under the Commission, shall progressively receive from the Commission full responsibility for the administration of that State in the period between the termination of the Mandate and the establishment of the State’s independence.

7. The Commission shall instruct the Provisional Councils of Government of both the Arab and Jewish States, after their formation, to proceed to the establishment of administrative organs of government, central and local.

8. The Provisional Council of Government of each State shall, within the shortest time possible, recruit an armed militia from the residents of that State, sufficient in number to maintain internal order and to prevent frontier clashes.

This armed militia in each State shall, for operational purposes, be under the command of Jewish or Arab officers resident in that State, but general political and military control, including the choice of the militia’s High Command, shall be exercised by the Commission.

9. The Provisional Council of Government of each State shall, not later than two months after the withdrawal of the armed forces of the mandatory Power, hold elections to the Constituent Assembly which shall be conducted on democratic lines.

The election regulations in each State shall be drawn up by the Provisional Council of Government and approved by the Commission. Qualified voters for each State for this election shall be persons over eighteen years of age who are: (a) Palestinian citizens residing in that State and (b) Arabs and Jews residing in the State, although not Palestinian citizens, who, before voting, have signed a notice of intention to become citizens of such State.

Arabs and Jews residing in the City of Jerusalem who have signed a notice of intention to become citizens, the Arabs of the Arab State and the Jews of the Jewish State, shall be entitled to vote in the Arab and Jewish States respectively.

Women may vote and be elected to the Constituent Assemblies.

During the transitional period no Jew shall be permitted to establish residence in the area of the proposed Arab State, and no Arab shall be permitted to establish residence in the area of the proposed Jewish State, except by special leave of the Commission.

10. The Constituent Assembly of each State shall draft a democratic constitution for its State and choose a provisional government to succeed the Provisional Council of Government appointed by the Commission. The constitutions of the States shall embody chapters 1 and 2 of the Declaration provided for in section C below and include inter alia provisions for:

(a) Establishing in each State a legislative body elected by universal suffrage and by secret ballot on the basis of proportional representation, and an executive body responsible to the legislature;

(b) Settling all international disputes in which the State may be involved by peaceful means in such a manner that international peace and security, and justice, are not endangered;

(c) Accepting the obligation of the State to refrain in its international relations from the threat or use of force against the territorial integrity of political independence of any State, or in any other manner inconsistent with the purposes of the United Nations;

(d) Guaranteeing to all persons equal and non-discriminatory rights in civil, political, economic and religious matters and the enjoyment of human rights and fundamental freedoms, including freedom of religion, language, speech and publication, education, assembly and association;

(e) Preserving freedom of transit and visit for all residents and citizens of the other State in Palestine and the City of Jerusalem, subject to considerations of national security, provided that each State shall control residence within its borders.

11. The Commission shall appoint a preparatory economic commission of three members to make whatever arrangements are possible for economic co-operation, with a view to establishing, as soon as practicable, the Economic Union and the Joint Economic Board, as provided in section D below.

12. During the period between the adoption of the recommendations on the question of Palestine by the General Assembly and the termination of the Mandate, the mandatory Power in Palestine shall maintain full responsibility for administration in areas from which it has not withdrawn its armed forces. The Commission shall assist the mandatory Power in the carrying out of these functions. Similarly the mandatory Power shall co-operate with the Commission in the execution of its functions.

13. With a view to ensuring that there shall be continuity in the functioning of administrative services and that, on the withdrawal of the armed forces of the mandatory Power, the whole administration shall be in the charge of the Provisional Councils and the Joint Economic Board, respectively, acting under the Commission, there shall be a progressive transfer, from the mandatory Power to the Commission, of responsibility for all the functions of government, including that of maintaining law and order in the areas from which the forces of the mandatory Power have been withdrawn.

14. The Commission shall be guided in its activities by the recommendations of the General Assembly and by such instructions as the Security Council may consider necessary to issue.

The measures taken by the Commission, within the recommendations of the General Assembly, shall become immediately effective unless the Commission has previously received contrary instructions from the Security Council.

The Commission shall render periodic monthly progress reports, or more frequently if desirable, to the Security Council.

15. The Commission shall make its final report to the next regular session of the General Assembly and to the Security Council simultaneously.

C. DECLARATION

A declaration shall be made to the United Nations by the provisional government of each proposed State before independence. It shall contain inter alia the following clauses:
General Provision

The stipulations contained in the declaration are recognized as fundamental laws of the State and no law, regulation or official action shall conflict or interfere with these stipulations, nor shall any law, regulation or official action prevail over them.

Chapter 1

Holy Places, religious buildings and sites

1. Existing rights in respect of Holy Places and religious buildings or sites shall not be denied or impaired.

2. In so far as Holy Places are concerned, the liberty of access, visit and transit shall be guaranteed, in conformity with existing rights, to all residents and citizens of the other State and of the City of Jerusalem, as well as to aliens, without distinction as to nationality, subject to requirements of national security, public order and decorum.

Similarly, freedom of worship shall be guaranteed in conformity with existing rights, subject to the maintenance of public order and decorum.

3. Holy Places and religious buildings or sites shall be preserved. No act shall be permitted which may in any way impair their sacred character. If at any time it appears to the Government that any particular Holy Place, religious building or site is in need of urgent repair, the Government may call upon the community or communities concerned to carry out such repair. The Government may carry it out itself at the expense of the community or communities concerned if no action is taken within a reasonable time.

4. No taxation shall be levied in respect of any Holy Place, religious building or site which was exempt from taxation on the date of the creation of the State.

No change in the incidence of such taxation shall be made which would either discriminate between the owners or occupiers of Holy Places, religious buildings or sites, or would place such owners or occupiers in a position less favourable in relation to the general incidence of taxation than existed at the time of the adoption of the Assembly’s recommendations.

5. The Governor of the City of Jerusalem shall have the right to determine whether the provisions of the Constitution of the State in relation to Holy Places, religious buildings and sites within the borders of the State and the religious rights appertaining thereto, are being properly applied and respected, and to make decisions on the basis of existing rights in cases of disputes which may arise between the different religious communities or the rites of a religious community with respect to such places, buildings and sites. He shall receive full co-operation and such privileges and immunities as are necessary for the exercise of his functions in the State.

Chapter 2

Religious and Minority Rights

1. Freedom of conscience and the free exercise of all forms of worship, subject only to the maintenance of public order and morals, shall be ensured to all.

2. No discrimination of any kind shall be made between the inhabitants on the ground of race, religion, language or sex.

3. All persons within the jurisdiction of the State shall be entitled to equal protection of the laws.

4. The family law and personal status of the various minorities and their religious interests, including endowments, shall be respected.

5. Except as may be required for the maintenance of public order and good government, no measure shall be taken to obstruct or interfere with the enterprise of religious or charitable bodies of all faiths or to discriminate against any representative or member of these bodies on the ground of his religion or nationality.

6. The State shall ensure adequate primary and secondary education for the Arab and Jewish minority, respectively, in its own language and its cultural traditions.

The right of each community to maintain its own schools for the education of its own members in its own language, while conforming to such educational requirements of a general nature as the State may impose, shall not be denied or impaired. Foreign educational establishments shall continue their activity on the basis of their existing rights.

7. No restriction shall be imposed on the free use by any citizen of the State of any language in private intercourse, in commerce, in religion, in the Press or in publications of any kind, or at public meetings.3/

8. No expropriation of land owned by an Arab in the Jewish State (by a Jew in the Arab State)4/ shall be allowed except for public purposes. In all cases of expropriation full compensation as fixed by the Supreme Court shall be paid previous to dispossession.

Chapter 3

Citizenship, international conventions and financial obligations

1. Citizenship. Palestinian citizens residing in Palestine outside the City of Jerusalem, as well as Arabs and Jews who, not holding Palestinian citizenship, reside in Palestine outside the City of Jerusalem shall, upon the recognition of independence, become citizens of the State in which they are resident and enjoy full civil and political rights. Persons over the age of eighteen years may opt, within one year from the date of recognition of independence of the State in which they reside, for citizenship of the other State, providing that no Arab residing in the area of the proposed Arab State shall have the right to opt for citizenship in the proposed Jewish State and no Jew residing in the proposed Jewish State shall have the right to opt for citizenship in the proposed Arab State. The exercise of this right of option will be taken to include the wives and children under eighteen years of age of persons so opting.

Arabs residing in the area of the proposed Jewish State and Jews residing in the area of the proposed Arab State who have signed a notice of intention to opt for citizenship of the other State shall be eligible to vote in the elections to the Constituent Assembly of that State, but not in the elections to the Constituent Assembly of the State in which they reside.

2. International conventions. (a) The State shall be bound by all the international agreements and conventions, both general and special, to which Palestine has become a party. Subject to any right of denunciation provided for therein, such agreements and conventions shall be respected by the State throughout the period for which they were concluded.

(b) Any dispute about the applicability and continued validity of international conventions or treaties signed or adhered to by the mandatory Power on behalf of Palestine shall be referred to the International Court of Justice in accordance with the provisions of the Statute of the Court.

3. Financial obligations. (a) The State shall respect and fulfil all financial obligations of whatever nature assumed on behalf of Palestine by the mandatory Power during the exercise of the Mandate and recognized by the State. This provision includes the right of public servants to pensions, compensation or gratuities.

(b) These obligations shall be fulfilled through participation in the Joint economic Board in respect of those obligations applicable to Palestine as a whole, and individually in respect of those applicable to, and fairly apportionable between, the States.

(c) A Court of Claims, affiliated with the Joint Economic Board, and composed of one member appointed by the United Nations, one representative of the United Kingdom and one representative of the State concerned, should be established. Any dispute between the United Kingdom and the State respecting claims not recognized by the latter should be referred to that Court.

(d) Commercial concessions granted in respect of any part of Palestine prior to the adoption of the resolution by the General Assembly shall continue to be valid according to their terms, unless modified by agreement between the concession-holder and the State.

Chapter 4

Miscellaneous provisions

1. The provisions of chapters 1 and 2 of the declaration shall be under the guarantee of the United Nations, and no modifications shall be made in them without the assent of the General Assembly of the United nations. Any Member of the United Nations shall have the right to bring to the attention of the General Assembly any infraction or danger of infraction of any of these stipulations, and the General Assembly may thereupon make such recommendations as it may deem proper in the circumstances.

2. Any dispute relating to the application or the interpretation of this declaration shall be referred, at the request of either party, to the International Court of Justice, unless the parties agree to another mode of settlement.

D. ECONOMIC UNION AND TRANSIT

1. The Provisional Council of Government of each State shall enter into an undertaking with respect to economic union and transit. This undertaking shall be drafted by the commission provided for in section B, paragraph 1, utilizing to the greatest possible extent the advice and co-operation of representative organizations and bodies from each of the proposed States. It shall contain provisions to establish the Economic Union of Palestine and provide for other matters of common interest. If by 1 April 1948 the Provisional Councils of Government have not entered into the undertaking, the undertaking shall be put into force by the Commission.

The Economic Union of Palestine

2. The objectives of the Economic Union of Palestine shall be:

(a) A customs union;

(b) A joint currency system providing for a single foreign exchange rate;

(c) Operation in the common interest on a non-discriminatory basis of railways; inter-State highways; postal, telephone and telegraphic services, and port and airports involved in international trade and commerce;

(d) Joint economic development, especially in respect of irrigation, land reclamation and soil conservation;

(e) Access for both States and for the City of Jerusalem on a non-discriminatory basis to water and power facilities.

3. There shall be established a Joint Economic Board, which shall consist of three representatives of each of the two States and three foreign members appointed by the Economic and Social Council of the United Nations. The foreign members shall be appointed in the first instance for a term of three years; they shall serve as individuals and not as representatives of States.

4. The functions of the Joint Economic Board shall be to implement either directly or by delegation the measures necessary to realize the objectives of the Economic Union. It shall have all powers of organization and administration necessary to fulfil its functions.

5. The States shall bind themselves to put into effect the decisions of the Joint Economic Board. The Board’s decisions shall be taken by a majority vote.

6. In the event of failure of a State to take the necessary action the Board may, by a vote of six members, decide to withhold an appropriate portion of that part of the customs revenue to which the State in question is entitled under the Economic Union. Should the State persist in its failure to co-operate, the Board may decide by a simple majority vote upon such further sanctions, including disposition of funds which it has withheld, as it may deem appropriate.

7. In relation to economic development, the functions of the Board shall be the planning, investigation and encouragement of joint development projects, but it shall not undertake such projects except with the assent of both States and the City of Jerusalem, in the event that Jerusalem is directly involved in the development project.
8. In regard to the joint currency system the currencies circulating in the two States and the City of Jerusalem shall be issued under the authority of the Joint Economic Board, which shall be the sole issuing authority and which shall determine the reserves to be held against such currencies.

9. So far as is consistent with paragraph 2 (b) above, each State may operate its own central bank, control its own fiscal and credit policy, its foreign exchange receipts and expenditures, the grant of import licenses, and may conduct international financial operations on its own faith and credit. During the first two years after the termination of the Mandate, the Joint Economic Board shall have the authority to take such measures as may be necessary to ensure that–to the extent that the total foreign exchange revenues of the two States from the export of goods and services permit, and provided that each State takes appropriate measures to conserve its own foreign exchange resources–each State shall have available, in any twelve months’ period, foreign exchange sufficient to assure the supply of quantities of imported goods and services for consumption in its territory equivalent to the quantities of such goods and services consumed in that territory in the twelve months’ period ending 31 December 1947.

10. All economic authority not specifically vested in the Joint Economic Board is reserved to each State.

11. There shall be a common customs tariff with complete freedom of trade between the States, and between the States and the City of Jerusalem.

12. The tariff schedules shall be drawn up by a Tariff Commission, consisting of representatives of each of the States in equal numbers, and shall be submitted to the Joint Economic Board for approval by a majority vote. In case of disagreement in the Tariff Commission, the Joint Economic Board shall arbitrate the points of difference. In the event that the Tariff Commission fails to draw up any schedule by a date to be fixed, the Joint Economic Board shall determine the tariff schedule.

13. The following items shall be a first charge on the customs and other common revenue of the Joint Economic Board:

(a) The expenses of the customs service and of the operation of the joint services;

(b) The administrative expenses of the Joint Economic Board;

(c) The financial obligations of the Administration of Palestine consisting of:

(i) The service of the outstanding public debt;

(ii) The cost of superannuation benefits, now being paid or falling due in the future, in accordance with the rules and to the extent established by paragraph 3 of chapter 3 above.

14. After these obligations have been met in full, the surplus revenue from the customs and other common services shall be divided in the following manner: not less than 5 per cent and not more than 10 per cent to the City of Jerusalem; the residue shall be allocated to each State by the Joint Economic Board equitably, with the objective of maintaining a sufficient and suitable level of government and social services in each State, except that the share of either State shall not exceed the amount of that State’s contribution to the revenues of the Economic Union by more than approximately four million pounds in any year. The amount granted may be adjusted by the Board according to the price level in relation to the prices prevailing at the time of the establishment of the Union. After five years, the principles of the distribution of the joint revenues may be revised by the Joint Economic Board on a basis of equity.

15. All international conventions and treaties affecting customs tariff rates, and those communications services under the jurisdiction of the Joint Economic Board, shall be entered into by both States. In these matters, the two States shall be bound to act in accordance with the majority vote of the Joint Economic Board.

16. The Joint Economic Board shall endeavour to secure for Palestine’s export fair and equal access to world markets.

17. All enterprises operated by the Joint Economic Board shall pay fair wages on a uniform basis.

Freedom of transit and visit

18. The undertaking shall contain provisions preserving freedom of transit and visit for all residents or citizens of both States and of the City of Jerusalem, subject to security considerations; provided that each state and the City shall control residence within its borders.

Termination, modification and interpretation of the undertaking

19. The undertaking and any treaty issuing therefrom shall remain in force for a period of ten years. It shall continue in force until notice of termination, to take effect two years thereafter, is given by either of the parties.

20. During the initial ten-year period, the undertaking and any treaty issuing therefrom may not be modified except by consent of both parties and with the approval of the General Assembly.

21. Any dispute relating to the application or the interpretation of the undertaking and any treaty issuing therefrom shall be referred, at the request of either party, to the international Court of Justice, unless the parties agree to another mode of settlement.

E. ASSETS

1. The movable assets of the Administration of Palestine shall be allocated to the Arab and Jewish States and the City of Jerusalem on an equitable basis. Allocations should be made by the United Nations Commission referred to in section B, paragraph 1, above. Immovable assets shall become the property of the government of the territory in which they are situated.

2. During the period between the appointment of the United Nations Commission and the termination of the Mandate, the mandatory Power shall, except in respect of ordinary operations, consult with the Commission on any measure which it may contemplate involving the liquidation, disposal or encumbering of the assets of the Palestine Government, such as the accumulated treasury surplus, the proceeds of Government bond issues, State lands or any other asset.

F. ADMISSION TO MEMBERSHIP IN THE UNITED NATIONS

When the independence of either the Arab or the Jewish State as envisaged in this plan has become effective and the declaration and undertaking, as envisaged in this plan, have been signed by either of them, sympathetic consideration should be given to its application for admission to membership in the United Nations in accordance with Article 4 of the Charter of the United Nations.

PART II

Boundaries5/

A. THE ARAB STATE

The area of the Arab State in Western Galilee is bounded on the west by the Mediterranean and on the north by the frontier of the Lebanon from Ras en Naqura to a point north of Saliha. From there the boundary proceeds southwards, leaving the built-up area of Saliha in the Arab State, to join the southernmost point of this village. Thence it follows the western boundary line of the villages of `Alma, Rihaniya and Teitaba, thence following the northern boundary line of Meirun village to join the Acre-Safad sub-district boundary line. It follows this line to a point west of Es Sammu’i village and joins it again at the northernmost point of Farradiya. Thence it follows the sub-district boundary line to the Acre-Safad main road. From here it follows the western boundary of Kafr I’nan village until it reaches the Tiberias-Acre sub-district boundary line, passing to the west of the junction of the Acre-Safad and Lubiya-Kafr I’nan roads. From south-west corner of Kafr I’nan village the boundary line follows the western boundary of the Tiberias sub-district to a point close to the boundary line between the villages of Maghar and Eilabun, thence bulging out to the west to include as much of the eastern part of the plain of Battuf as is necessary for the reservoir proposed by the Jewish Agency for the irrigation of lands to the south and east.

The boundary rejoins the Tiberias sub-district boundary at a point on the Nazareth-Tiberias road south-east of the built-up area of Tur’an; thence it runs southwards, at first following the sub-district boundary and then passing between the Kadoorie Agricultural School and Mount Tabor, to a point due south at the base of Mount Tabor. From here it runs due west, parallel to the horizontal grid line 230, to the north-east corner of the village lands of Tel Adashim. It then runs to the north-west corner of these lands, whence it turns south and west so as to include in the Arab State the sources of the Nazareth water supply in Yafa village. On reaching Ginneiger it follows the eastern, northern and western boundaries of the lands of this village to their south-west corner, whence it proceeds in a straight line to a point on the Haifa-Afula railway on the boundary between the villages of Sarid and El Mujeidil. This is the point of intersection.

The south-western boundary of the area of the Arab State in Galilee takes a line from this point, passing northwards along the eastern boundaries of Sarid and Gevat to the north-eastern corner of Nahalal, proceeding thence across the land of Kefar ha Horesh to a central point on the southern boundary of the village of `Ilut, thence westwards along that village boundary to the eastern boundary of Beit Lahm, thence northwards and north-eastwards along its western boundary to the north-eastern corner of Waldheim and thence north-westwards across the village lands of Shafa ‘Amr to the south-eastern corner of Ramat Yohanan’. From here it runs due north-north-east to a point on the Shafa ‘Amr-Haifa road, west of its junction with the road to I’Billin. From there it proceeds north-east to a point on the southern boundary of I’Billin situated to the west of the I’Billin-Birwa road. Thence along that boundary to its westernmost point, whence it turns to the north, follows across the village land of Tamra to the north-westernmost corner and along the western boundary of Julis until it reaches the Acre-Safad road. It then runs westwards along the southern side of the Safad-Acre road to the Galilee-Haifa District boundary, from which point it follows that boundary to the sea.

The boundary of the hill country of Samaria and Judea starts on the Jordan River at the Wadi Malih south-east of Beisan and runs due west to meet the Beisan-Jericho road and then follows the western side of that road in a north-westerly direction to the junction of the boundaries of the sub-districts of Beisan, Nablus, and Jenin. From that point it follows the Nablus-Jenin sub-district boundary westwards for a distance of about three kilometres and then turns north-westwards, passing to the east of the built-up areas of the villages of Jalbun and Faqqu’a, to the boundary of the sub-districts of Jenin and Beisan at a point north-east of Nuris. Thence it proceeds first north-westwards to a point due north of the built-up area of Zir’in and then westwards to the Afula-Jenin railway, thence north-westwards along the district boundary line to the point of intersection on the Hejaz railway. From here the boundary runs south-westwards, including the built-up area and some of the land of the village of Kh.Lid in the Arab State to cross the Haifa-Jenin road at a point on the district boundary between Haifa and Samaria west of El Mansi. It follows this boundary to the southernmost point of the village of El Buteimat. From here it follows the northern and eastern boundaries of the village of Ar’ara, rejoining the Haifa-Samaria district boundary at Wadi’Ara, and thence proceeding south-south-westwards in an approximately straight line joining up with the western boundary of Qaqun to a point east of the railway line on the eastern boundary of Qaqun village. From here it runs along the railway line some distance to the east of it to a point just east of the Tulkarm railway station. Thence the boundary follows a line half-way between the railway and the Tulkarm-Qalqiliya-Jaljuliya and Ras el Ein road to a point just east of Ras el Ein station, whence it proceeds along the railway some distance to the east of it to the point on the railway line south of the junction of the Haifa-Lydda and Beit Nabala lines, whence it proceeds along the southern border of Lydda airport to its south-west corner, thence in a south-westerly direction to a point just west of the built-up area of Sarafand el’Amar, whence it turns south, passing just to the west of the built-up area of Abu el Fadil to the north-east corner of the lands of Beer Ya’Aqov. (The boundary line should be so demarcated as to allow direct access from the Arab State to the airport.) Thence the boundary line follows the western and southern boundaries of Ramle village, to the north-east corner of El Na’ana village, thence in a straight line to the southernmost point of El Barriya, along the eastern boundary of that village and the southern boundary of ‘Innaba village. Thence it turns north to follow the southern side of the Jaffa-Jerusalem road until El Qubab, whence it follows the road to the boundary of Abu Shusha. It runs along the eastern boundaries of Abu Shusha, Seidun, Hulda to the southernmost point of Hulda, thence westwards in a straight line to the north-eastern corner of Umm Kalkha, thence following the northern boundaries of Umm Kalkha, Qazaza and the northern and western boundaries of Mukhezin to the Gaza District boundary and thence runs across the village lands of El Mismiya, El Kabira, and Yasur to the southern point of intersection, which is midway between the built-up areas of Yasur and Batani Sharqi.

From the southern point of intersection the boundary lines run north-westwards between the villages of Gan Yavne and Barqa to the sea at a point half way between Nabi Yunis and Minat el Qila, and south-eastwards to a point west of Qastina, whence it turns in a south-westerly direction, passing to the east of the built-up areas of Es Sawafir, Es Sharqiya and Ibdis. From the south-east corner of Ibdis village it runs to a point south-west of the built-up area of Beit ‘Affa, crossing the Hebron-El Majdal road just to the west of the built-up area of Iraq Suweidan. Thence it proceeds southwards along the western village boundary of El Faluja to the Beersheba sub-district boundary. It then runs across the tribal lands of ‘Arab el Jubarat to a point on the boundary between the sub-districts of Beersheba and Hebron north of Kh. Khuweilifa, whence it proceeds in a south-westerly direction to a point on the Beersheba-Gaza main road two kilometres to the north-west of the town. It then turns south-eastwards to reach Wadi Sab’ at a point situated one kilometre to the west of it. From here it turns north-eastwards and proceeds along Wadi Sab’ and along the Beersheba-Hebron road for a distance of one kilometre, whence it turns eastwards and runs in a straight line to Kh. Kuseifa to join the Beersheba-Hebron sub-district boundary. It then follows the Beersheba-Hebron boundary eastwards to a point north of Ras Ez Zuweira, only departing from it so as to cut across the base of the indentation between vertical grid lines 150 and 160.

About five kilometres north-east of Ras ez Zuweira it turns north, excluding from the Arab State a strip along the coast of the Dead Sea not more than seven kilometres in depth, as far as Ein Geddi, whence it turns due east to join the Transjordan frontier in the Dead Sea.

The northern boundary of the Arab section of the coastal plain runs from a point between Minat el Qila and Nabi Yunis, passing between the built-up areas of Gan Yavne and Barqa to the point of intersection. From here it turns south-westwards, running across the lands of Batani Sharqi, along the eastern boundary of the lands of Beit Daras and across the lands of Julis, leaving the built-up areas of Batani Sharqi and Julis to the westwards, as far as the north-west corner of the lands of Beit Tima. Thence it runs east of El Jiya across the village lands of El Barbara along the eastern boundaries of the villages of Beit Jirja, Deir Suneid and Dimra. From the south-east corner of Dimra the boundary passes across the lands of Beit Hanun, leaving the Jewish lands of Nir-Am to the eastwards. From the south-east corner of Dimra the boundary passes across the lands of Beit Hanun, leaving the Jewish lands of Nir-Am to the eastwards. From the south-east corner of Beit Hanun the line runs south-west to a point south of the parallel grid line 100, then turns north-west for two kilometres, turning again in a south-westerly direction and continuing in an almost straight line to the north-west corner of the village lands of Kirbet Ikhza’a. From there it follows the boundary line of this village to its southernmost point. It then runs in a southernly direction along the vertical grid line 90 to its junction with the horizontal grid line 70. It then turns south-eastwards to Kh. el Ruheiba and then proceeds in a southerly direction to a point known as El Baha, beyond which it crosses the Beersheba-El ‘Auja main road to the west of Kh. el Mushrifa. From there it joins Wadi El Zaiyatin just to the west of El Subeita. From there it turns to the north-east and then to the south-east following this Wadi and passes to the east of ‘Abda to join Wadi Nafkh. It then bulges to the south-west along Wadi Nafkh. It then bulges to the south-west along Wadi Nafkh, Wadi Ajrim and Wadi Lassan to the point where Wadi Lassan crosses the Egyptian frontier.

The area of the Arab enclave of Jaffa consists of that part of the town-planning area of Jaffa which lies to the west of the Jewish quarters lying south of Tel-Aviv, to the west of the continuation of Herzl street up to its junction with the Jaffa-Jerusalem road, to the south-west of the section of the Jaffa-Jerusalem road lying south-east of that junction, to the west of Miqve Israel lands, to the north-west of Holon local council area, to the north of the line linking up the north-west corner of Holon with the north-east corner of Bat Yam local council area and to the north of Bat Yam local council area. The question of Karton quarter will be decided by the Boundary Commission, bearing in mind among other considerations the desirability of including the smallest possible number of its Arab inhabitants and the largest possible number of its Jewish inhabitants in the Jewish State.

B. THE JEWISH STATE

The north-eastern sector of the Jewish State (Eastern) Galilee) is bounded on the north and west by the Lebanese frontier and on the east by the frontiers of Syria and Transjordan. It includes the whole of the Hula Basin, Lake Tiberias, the whole of the Beisan sub-district, the boundary line being extended to the crest of the Gilboa mountains and the Wadi Malih. From there the Jewish State extends north-west, following the boundary described in respect of the Arab State.

The Jewish Section of the coastal plain extends from a point between Minat et Qila and Nabi Yunis in the Gaza sub-district and includes the towns of Haifa and Tel-Aviv, leaving Jaffa as an enclave of the Arab State. The eastern frontier of the Jewish State follows the boundary described in respect of the Arab State.

The Beersheba area comprises the whole of the Beersheba sub-district, including the Negeb and the eastern part of the Gaza sub-district, but excluding the town of Beersheba and those areas described in respect of the Arab State. It includes also a strip of land along the Dead Sea stretching from the Beersheba-Hebron sub-district boundary line to Ein Geddi, as described in respect of the Arab State.

C. THE CITY OF JERUSALEM

The boundaries of the City of Jerusalem are as defined in the recommendations on the City of Jerusalem. (See Part III, Section B, below).

PART III

City of Jerusalem

A. SPECIAL REGIME

The City of Jerusalem shall be established as a corpus separatum under a special international regime and shall be administered by the United Nations. The Trusteeship Council shall be designated to discharge the responsibilities of the Administering Authority on behalf of the United Nations.

B. BOUNDARIES OF THE CITY

The City of Jerusalem shall include the present municipality of Jerusalem plus the surrounding villages and towns, the most eastern of which shall be Abu Dis; the most southern, Bethlehem; the most western, Ein Karim (including also the built-up area of Motsa); and the most northern Shu’fat, as indicated on the attached sketch-map (annex B).

C. STATUTE OF THE CITY

The Trusteeship Council shall, within five months of the approval of the present plan, elaborate and approve a detailed Statute of the City which shall contain inter alia the substance of the following provisions:

1. Government machinery; special objectives. The Administering Authority in discharging its administrative obligations shall pursue the following special objectives:

(a) To protect and to preserve the unique spiritual and religious interests located in the city of the three great monotheistic faiths throughout the world, Christian, Jewish and Moslem; to this end to ensure that order and peace, and especially religious peace, reign in Jerusalem;

(b) To foster co-operation among all the inhabitants of the city in their own interests as well as in order to encourage and support the peaceful development of the mutual relations between the two Palestinian peoples throughout the Holy Land; to promote the security, well-being and any constructive measures of development of the residents, having regard to the special circumstances and customs of the various peoples and communities.

2. Governor and administrative staff. A Governor of the City of Jerusalem shall be appointed by the Trusteeship Council and shall be responsible to it. He shall be selected on the basis of special qualifications and without regard to nationality. He shall not, however, be a citizen of either State in Palestine.

The Governor shall represent the United Nations in the City and shall exercise on their behalf all powers of administration, including the conduct of external affairs. He shall be assisted by an administrative staff classed as international officers in the meaning of Article 100 of the Charter and chosen whenever practicable from the residents of the city and of the rest of Palestine on a non-discriminatory basis. A detailed plan for the organization of the administration of the city shall be submitted by the Governor to the Trusteeship Council and duly approved by it.

3. Local autonomy. (a) The existing local autonomous units in the territory of the city (villages, townships and municipalities) shall enjoy wide powers of local government and administration.

(b) The Governor shall study and submit for the consideration and decision of the Trusteeship Council a plan for the establishment of a special town units consisting respectively, of the Jewish and Arab sections of new Jerusalem. The new town units shall continue to form part of the present municipality of Jerusalem.

4. Security measures. (a) The City of Jerusalem shall be demilitarized; its neutrality shall be declared and preserved, and no para-military formations, exercises or activities shall be permitted within its borders.

(b) Should the administration of the City of Jerusalem be seriously obstructed or prevented by the non-co-operation or interference of one or more sections of the population, the Governor shall have authority to take such measures as may be necessary to restore the effective functioning of the administration.

(c) To assist in the maintenance of internal law and order and especially for the protection of the Holy Places and religious buildings and sites in the city, the Governor shall organize a special police force of adequate strength, the members of which shall be recruited outside of Palestine. The Governor shall be empowered to direct such budgetary provision as may be necessary for the maintenance of this force.

5. Legislative organization. A Legislative Council, elected by adult residents of the city irrespective of nationality on the basis of universal and secret suffrage and proportional representation, shall have powers of legislation and taxation. No legislative measures shall, however, conflict or interfere with the provisions which will be set forth in the Statute of the City, nor shall any law, regulation, or official action prevail over them. The Statute shall grant to the Governor a right of vetoing bills inconsistent with the provisions referred to in the preceding sentence. It shall also empower him to promulgate temporary ordinances in case the council fails to adopt in time a bill deemed essential to the normal functioning of the administration.

6. Administration of justice. The Statute shall provide for the establishment of an independent judiciary system, including a court of appeal. All the inhabitants of the City shall be subject to it.

7. Economic union and economic regime. The City of Jerusalem shall be included in the Economic Union of Palestine and be bound by all stipulations of the undertaking and of any treaties issued therefrom, as well as by the decision of the Joint Economic Board. The headquarters of the Economic Board shall be established in the territory of the City.

The Statute shall provide for the regulation of economic matters not falling within the regime of the Economic Union, on the basis of equal treatment and non-discrimination for all members of the United Nations and their nationals.

8. Freedom of transit and visit; control of residents. Subject to considerations of security, and of economic welfare as determined by the Governor under the directions of the Trusteeship Council, freedom of entry into, and residence within, the borders of the City shall be guaranteed for the residents or citizens of the Arab and Jewish States. Immigration into, and residence within, the borders of the city for nationals of other States shall be controlled by the Governor under the directions of the Trusteeship Council.

9. Relations with the Arab and Jewish States. Representatives of the Arab and Jewish States shall be accredited to the Governor of the City and charged with the protection of the interests of their States and nationals in connexion with the international administration of the City.

10. Official languages. Arabic and Hebrew shall be the official languages of the city. This will not preclude the adoption of one or more additional working languages, as may be required.

11. Citizenship. All the residents shall become ipso facto citizens of the City of Jerusalem unless they opt for citizenship of the State of which they have been citizens or, if Arabs or Jews, have filed notice of intention to become citizens of the Arab or Jewish State respectively, according to part I, section B, paragraph 9, of this plan.

The Trusteeship Council shall make arrangements for consular protection of the citizens of the City outside its territory.

12. Freedoms of Citizens. (a) Subject only to the requirements of public order and morals, the inhabitants of the City shall be ensured the enjoyment of human rights and fundamental freedoms, including freedom of conscience, religion and worship, language, education, speech and press, assembly and association, and petition.

(b) No discrimination of any kind shall be made between the inhabitants on the grounds of race, religion, language or sex.

(c) All persons within the City shall be entitled to equal protection of the laws.

(d) The family law and personal status of the various persons and communities and their religious interests, including endowments, shall be respected.

(e) Except as may be required for the maintenance of public order and good government, no measure shall be taken to obstruct or interfere with the enterprise of religious or charitable bodies of all faiths or to discriminate against any representative or member of these bodies on the ground of his religion or nationality.

(f) The City shall ensure adequate primary and secondary education for the Arab and Jewish communities respectively, in their own languages and in accordance with their cultural traditions.

The right of each community to maintain its own schools for the education of its own members in its own language, while conforming to such educational requirements of a general nature as the City may impose, shall not be denied or impaired. Foreign educational establishments shall continue their activity on the basis of their existing rights.

(g) No restriction shall be imposed on the free use by any inhabitant of the City of any language in private intercourse, in commerce, in religion, in the Press or in publications of any kind, or at public meetings.

13. Holy Places. (a) Existing rights in respect of Holy Places and religious buildings or sites shall not be denied or impaired.

(b) Free access to the Holy Places and religious buildings or sites and the free exercise of worship shall be secured in conformity with existing rights and subject to the requirements of public order and decorum.

(c) Holy Places and religious buildings or sites shall be preserved. No act shall be permitted which may in any way impair their sacred character. If at any time it appears to the Governor that any particular Holy Place, religious building or site is in need of urgent repair, the Governor may call upon the community or communities concerned to carry out such repair. The Governor may carry it out himself at the expense of the community or communities concerned if no action is taken within a reasonable time.

(d) No taxation shall be levied in respect of any Holy Place, religious building or site which was exempt from taxation on the date of the creation of the City. No change in the incidence of such taxation shall be made which would either discriminate between the owners or occupiers of Holy Places, religious buildings or sites, or would place such owners or occupiers in a position less favourable in relation to the general incidence of taxation than existed at the time of the adoption of the Assembly’s recommendations.

14. Special powers of the Governor in respect of the Holy Places, religious buildings and sites in the City and in any part of Palestine. (a) The protection of the Holy Places, religious buildings and sites located in the City of Jerusalem shall be a special concern of the Governor.

(b) With relation to such places, buildings and sites in Palestine outside the city, the Governor shall determine, on the ground of powers granted to him by the Constitutions of both States, whether the provisions of the Constitutions of the Arab and Jewish States in Palestine dealing therewith and the religious rights appertaining thereto are being properly applied and respected.

(c) The Governor shall also be empowered to make decisions on the basis of existing rights in cases of disputes which may arise between the different religious communities or the rites of a religious community in respect of the Holy Places, religious buildings and sites in any part of Palestine.

In this task he may be assisted by a consultative council of representatives of different denominations acting in an advisory capacity.

D. DURATION OF THE SPECIAL REGIME

The Statute elaborated by the Trusteeship Council on the aforementioned principles shall come into force not later than 1 October 1948. It shall remain in force in the first instance for a period of ten years, unless the Trusteeship Council finds it necessary to undertake a re-examination of these provisions at an earlier date. After the expiration of this period the whole scheme shall be subject to re-examination by the Trusteeship Council in the light of the experience acquired with its functioning. The residents of the City shall be then free to express by means of a referendum their wishes as to possible modifications of the regime of the City.

PART IV

CAPITULATIONS

States whose nationals have in the past enjoyed in Palestine the privileges and immunities of foreigners, including the benefits of consular jurisdiction and protection, as formerly enjoyed by capitulation or usage in the Ottoman Empire, are invited to renounce any right pertaining to them to the re-establishment of such privileges and immunities in the proposed Arab and Jewish States and the City of Jerusalem.

* * *

Notes

1/ See Official Records of the second session of the General Assembly, Supplement No. 11, Volumes I-IV.

2/ This resolution was adopted without reference to a Committee.

3/ The following stipulation shall be added to the declaration concerning the Jewish State: “In the Jewish State adequate facilities shall be given to Arab-speaking citizens for the use of their language, either orally or in writing, in the legislature, before the Courts and in the administration.”

4/ In the declaration concerning the Arab State, the words “by an Arab in the Jewish State” should be replaced by the words “by a Jew in the Arab State”.

5/ The boundary lines described in part II are indicated in Annex A. The base map used in marking and describing this boundary is “Palestine 1:250000” published by the Survey of Palestine, 1946.

Annex A

Plan of Partition with Economic UnionAnnex B

City of Jerusalem

Boundaries Proposed By The Ad Hoc Committee On The Palestinian Question 

[6] 

WIKIPEDIA

THEODOR HERZL

https://en.wikipedia.org/wiki/Theodor_Herzl

[7]

WIKIPEDIA

DER JUDENSTAAT

https://en.wikipedia.org/wiki/Der_Judenstaat

DER JUDENSTAAT

THEODOR HERZL

http://ldn-knigi.lib.ru/JUDAICA/Herzl-Judenstaat.pdf

[8]

WIKIPEDIA

BALFOUR DECLARATION

https://en.wikipedia.org/wiki/Balfour_Declaration

[9]

WIKIPEDIA

SYKES-PICOT AGREEMENT

https://en.wikipedia.org/wiki/Sykes%E2%80%93Picot_Agreement

[10]

”His support for Israel wasn’t entirely without qualification, though: he famously said about the Balfour Declaration that “one nation solemnly promised to a second nation the country of a third,””

THE PHILADELPHIA JEWISH VOICE

ODE TO ARTHUR

http://pjvoice.org/2018/01/14/an-ode-to-arthur/#.Xq6_NnUzY2x

EINDE ARTIKEL

TWEEDE ARTIKEL THE GUARDIAN:
The most memorable line about the Balfour declaration was composed by the Hungarian-born Jewish writer Arthur Koestler. With it, he quipped, “one nation solemnly promised to a second nation the country of a third”
THE GUARDIANTHE CONTESTED CENTENARY OF BRITAIN’S ”CALAMITOUS PROMISE”
https://www.theguardian.com/news/2017/oct/17/centenary-britains-calamitous-promise-balfour-declaration-israel-palestine

The British pledge to establish a ‘Jewish national home’ in Palestine is being celebrated and condemned as a divisive anniversary approaches. By Ian Black

Tue 17 Oct 2017 06.00 BSTLast modified on Mon 27 Nov 2017 15.20 GMT

Shares848

On the evening of Thursday 2 November, at an elegant but as yet undisclosed central London location, Theresa May will sit down for a festive dinner with Israel’s prime minister, Benjamin Netanyahu, and 150 other carefully selected VIP guests. They will be celebrating the historic promise, made a century ago to the day, that the British government would use its “best endeavours” to facilitate the creation of a Jewish homeland in Palestine. Security for the event will be tight and protesters will be kept well away. This is no ordinary anniversary.

Lose yourself in a great story: Sign up for the long read email

 Read more

That 1917 pledge – known to posterity as the Balfour declaration – had fateful consequences for the Middle East and the world. It paved the way for the birth of Israel in 1948, and for the eventual defeat and dispersal of the Palestinians – which is why its centenary next month is the subject of furious contestation. After 100 years, the two sides in the most closely studied conflict on earth are still battling over the past.

Controversy dogged the declaration from the moment that Arthur Balfour, then foreign secretary, sent it to Lionel Walter, Lord Rothschild, who represented the British Jewish community. Its 67 words combined considerations of imperial planning, wartime propaganda, biblical resonances and a colonial mindset, as well as evident sympathy for the Zionist idea – embodied in the famous commitment to “view with favour the establishment of a national home for the Jewish people” in the Holy Land. It ended with two important qualifications: first, that nothing should be done to prejudice the “civil and religious rights” of Palestine’s “existing non-Jewish communities.” And second, that the declaration should not affect the rights and political status of Jews living in other countries.

This contested anniversary is a dangerous minefield for May’s embattled government. The prime minister has said she is looking forward to it – although the London dinner, as all those involved are anxious to emphasise, is deliberately being hosted not by her, but by the current Lords Rothschild and Balfour. In addition to the two prime ministers and other political heavyweights, invitees include the historian Simon Schama, who will deliver a public lecture on the subject the day before. Scores of other events are being organised by Jewish communities across the UK. Christian Zionists, who believe in the unerring power of biblical prophecy, are to celebrate at the Albert Hall under the slogan “Partners in this Great Enterprise”.FacebookTwitterPinterest The Balfour declaration of 1917. Photograph: Universal History Archive/UIG/Getty

Israel’s parliament, the Knesset, will hold a special session honouring Balfour, while British immigrants to the Jewish state are organising street parties to celebrate the day. In the US, the Israel Forever Foundation is urging supporters to “Stand with Balfour and make it YOUR declaration”. The original letter, kept in the British Library, may be loaned to Israel next year to mark the 70th anniversary of the country’s independence. In 2015 it was inspected by a reverential Netanyahu, who used the photo opportunity to call for a renewal of the “partnership” of 1917. (Netanyahu’s official residence, incidentally, is on Balfour Street in West Jerusalem. The address is used in the Israeli media, like Downing Street in Britain, as shorthand for its occupant.) A copy of Balfour’s letter is also on permanent display at the Yasser Arafat Museum in the West Bank town of Ramallah, seat of the Palestinian Authority and, since the 1967 war, occupied territory under international law.Advertisement

In London, Jerusalem and elsewhere, however, others will be commemorating and protesting what they condemn as an act of betrayal and perfidy, the “original sin” that led to injustice, war and disaster for the Palestinians in the Nakba (Arabic for “catastrophe”) of 1948. Two packed conferences took place on the same day in London in early October, with speakers lambasting British responsibility for continuing Palestinian suffering.

The Balfour Project – founded by clergymen and academics who want to see change in the UK’s Middle East policy – is holding a public meeting in Westminster on 31 October. Its slogan is: “Britain’s Broken Promise – Time for a New Approach”. But concern for the plight of the Palestinians is no fringe preoccupation. The former UN envoy to Syria, Lakhdar Brahimi – one of the Elders, a group of world leaders founded by Nelson Mandela in 2007 – is the biggest name on a Chatham House panel on Balfour. The British Academy is organising a seminar about the decision, which was described by the historian Elizabeth Monroe in the 1960s as “one of the greatest mistakes of our imperial history”. A London art gallery is running a series of events called “Turning the Page on the Balfour Declaration”, focusing on Arab culture and identity in Palestine before 1948. The centenary was debated in the House of Lords in July.

In an age when the conflict is increasingly waged by volunteer armies of social-media warriors, it should come as no surprise that both sides are determined to press their competing claims. The Balfour Apology Campaign is demanding Britain make amends for “colonial crimes” in Palestine. It is promoting a short film, 100 Balfour Road, which tries to explain the long-term effect of the declaration by showing the Joneses, an ordinary family in suburban London who are evicted from their home by soldiers and forced to live in appalling conditions in their back yard. Another family, the Smiths, take over their house and, supported by the soldiers, mistreat the Joneses and deprive them of food, medicine and their basic rights. The dissident group Independent Jewish Voices has produced a critical talking-heads documentary about Balfour – being circulated under the Twitter hashtag #NoCelebration.

”For the past year, the Palestinian mission to the UK has been running its own campaign around the centenary, titled “Make It Right”, to demonstrate that “the legacy of the British government’s broken promise still continues”. This month, the Palestinians attempted to place adverts on the London underground and buses, citing Balfour’s qualification about “the civil and religious rights of non-Jewish communities”, alongside before-and-after pictures highlighting Palestinian suffering since 1948. But Transport for London blocked the ads on the grounds that the issue is too sensitive and controversial. Manuel Hassassian, the Palestinian Authority’s ambassador to the UK, has complained of “censorship”.

In Jerusalem on 2 November, separate Palestinian and Israeli Balfour conferences are being held – completely ignoring each other – on the eastern and western sides of what Israeli governments call the country’s “united” capital. In the UK, a national march and rally will be staged on 4 November by the Palestine Solidarity Campaign and the Stop the War Campaign. History is alive, toxic, intensely political and bitterly divisive – and it will be revisited with passion and anger on this resonant anniversary.

The battle over Balfour has much in common with other disputes over historic apologies or redress for the wrongs of the past. It may be seen alongside recent rows over the Cecil Rhodes statues in Oxford and Cape Town and Confederate memorials in the US, compensation for British mistreatment of Mau Mau rebels in Kenya and French atonement for atrocities in Algeria. But the Israel-Palestine issue is far harder to deal with. Its past is not another country. Truth and reconciliation, let alone closure, are remote fantasies. Unlike slavery, apartheid, the Irish famine and western colonialism – all, at least formally, consigned to the dust heap of history – the Arab-Jewish conflict between the Mediterranean and the River Jordan shows no signs of fading. Indeed, it remains as bitter as ever, stuck in a volatile status quo of unending occupation and political deadlock.


Arthur James Balfour has always been a hero to Zionists and a villain to Arabs and their respective supporters. The brief document that bears his name is seen as marking the beginning of what is today widely considered the world’s most intractable conflict. On that, if on little else, Israelis and Palestinians agree. The central issue is that when the declaration promised that “Jewish national home”, what it defined as Palestine’s “existing non-Jewish communities” – who remained unnamed – made up some 90% of the 700,000-strong population. The words Arab, Muslim or Christian were not mentioned. Nor were those natives consulted as to the future of their country, which was then made up of three provinces of the Ottoman Empire. Their “civil and religious rights” in fact counted for little.

The anniversary has been marked by Arab protests since the very first one in 1918. In 2004, when president George W Bush issued a statement that reversed decades of US policy by stating that Israeli settlements in the occupied territories could stay put, the Palestine Liberation Organisation compared it to Balfour’s declaration – which has been traditionally described in Arabic as a “calamitous promise”.

“For Palestinians, the Balfour declaration is the root cause of our destitution, dispossession and the ongoing occupation,” the Palestinian mission to the UK told the Commons foreign affairs committee in April as it gathered evidence for an inquiry into British policy towards the Middle East peace process. “The centenary … allows us to take the long view. Our present reality is a consequence of a British policy that created Israel at the expense of the Palestinian people.”

At a recent film festival in Gaza – ruled by the Islamist movement Hamas – attendees walked up a red carpet that had been imprinted with quotations from the declaration. In Ramallah this February, a day after the Knesset voted to retroactively legalise West Bank Jewish settlements, which are seen by most of the world as illegal, I interviewed Hanan Ashrawi, the veteran Palestinian spokesperson and legislator, who described the ongoing occupation as a natural consequence of the 1917 declaration. “This is Balfour’s chickens,” she said, “coming home to roost.”FacebookTwitterPinterest ‘Dripping with Olympian disdain’ … Arthur Balfour. Photograph: Corbis/Getty

The declaration, Ashrawi said, “didn’t create the state of Israel, but it set in motion a process by which Zionism was adopted internationally. It is an outcome of a colonial era and it belongs to that era in many ways – the European white man’s burden of trying to reorganise the world as they saw fit, to distribute land, to create states. They defined us as the ‘non-Jewish communities’. It’s so patronising, so racist.”

By contrast, Israel and its supporters like to remember a magnanimous British gesture towards a persecuted people who were yearning, according to the Zionist narrative, to “return” from exile to their biblical homeland – even though, in the three decades before the first world war, the vast majority of east European Jews who were able to were heading west to that far more promising land, the US. (Britain’s self-interested motives are acknowledged too, and there is an awareness, on what remains of the Israeli left, of the stigma of colonialist patronage.)

Yet not only is there nothing to be sorry about, many insist, but to demand an apology is an act of antisemitism; to question the justice of the declaration, it is argued, is to question the right of the Jewish people to self-determination in a century that saw a third of them exterminated by the Nazis. “The Palestinians’ new campaign to highlight the ostensible illegalities and iniquities of the Balfour declaration,” David Horovitz, the editor of the Times of Israel, has written, “shows an undimmed hostility to the very notion of Jewish sovereignty anywhere in the holy land, and an abiding refusal to accept Jewish legitimacy here.”

Netanyahu uses similar language – stating ever more explicitly, especially since the Donald Trump era began, that a Palestinian state worthy of the name will never be created. His government is the most rightwing in Israel’s history. The “peace process” has been clinically dead for three years, and moribund for several more. Pro-Palestinian activists are using the centenary to step up the international campaign for Boycott, Divestment and Sanctions (BDS), many of whose supporters characterise Israel unequivocally as an apartheid settler state, and whose modest successes so far have alarmed many Israelis and Jews. Others, including the UK’s Balfour Project, are adamant that they are not questioning the legitimacy of Israel, but working for Palestinian rights and a two-state solution. But a middle ground is hard to find when the mainstream positions of the two sides on this question are so very far apart. “God did not give you the land,” protested one pro-Palestinian Twitter message this month. “The UK did – illegally.”


The most memorable line about the Balfour declaration was composed by the Hungarian-born Jewish writer Arthur Koestler. With it, he quipped, “one nation solemnly promised to a second nation the country of a third” – an echo of the popular early Zionist slogan that depicted Palestine as “a land without a people for a people without a land”. Questions about exactly what constituted a nation or people, Palestine’s identity and borders and how these related to Britain’s other wartime promises have occupied historians – and propagandists – ever since. Avi Shlaim, emeritus professor of international relations at Oxford and a leading expert on the Arab-Israeli conflict, has described Balfour as “a millstone round Britain’s neck” because it prompted the wrath of both dissatisfied or impatient Zionists and angry Arabs and Muslims. Jonathan Schneer, an American historian, has called the pledge “the highly contingent product of a tortuous process characterised as much by deceit and chance as by vision and diplomacy”.

There has long been debate over the intentions and meaning of the declaration. David Lloyd George, the Liberal prime minister at the time, highlighted sympathy for Jews and his own Welsh nonconformist familiarity with the Old Testament. But British motives in the penultimate year of the first world war, following the February revolution in Russia and America’s entry into the conflict, were mixed. The decisive considerations were the wish to outsmart the French in the postwar Levant, and to use Palestine’s strategic location to protect Egypt, the Suez canal and the route to India by creating “a loyal Jewish Ulster”, in the words of Ronald Storrs, the first British military governor of Jerusalem.Advertisement

Other scholars have placed greater emphasis on the need to mobilise Jewish public opinion behind the flagging allied war effort. Balfour told the cabinet: “If we could make a declaration favourable to such an ideal [Zionism], we should be able to carry on extremely useful propaganda both in Russia and in America.” This approach, as modern researchers have observed, wildly exaggerated Jewish wealth, power and influence – a familiar antisemitic habit. Balfour, as Conservative prime minister, had, after all, backed the 1905 Aliens Act, which severely restricted Jewish immigration. Anti-Zionist critics like to point out that he never proposed a national home for oppressed Jews in his native Scotland; he was “uncertain and uncomfortable about their place in gentile society,” reported Leonard Stein, who published the first serious study of the declaration.

How the Guardian and Observer covered the Arab Revolt of 1916-1918

 Read more

Questions continue to be asked about the connections and contradictions between Balfour’s public statement of support for Zionism; the secret 1916 Sykes-Picot agreement between Britain, France and Russia to carve up Palestine, Syria, Lebanon and Iraq; and earlier secret pledges about Arab independence made by the British to encourage Sharif Hussein of Mecca to launch his “revolt in the desert” against the Turks (with the help of TE Lawrence “of Arabia”). The truth, buried in imprecise definitions, misunderstandings and duplicity, remains elusive. But Britain’s own wartime interests, in any event, were the absolute priority.

Arab views were blunt from the start. The Balfour declaration, argued the Lebanese historian George Antonius, betrayed the understandings between Sharif Hussein and Sir Henry McMahon, Britain’s high commissioner in Egypt. And these in turn were contradicted by Sykes-Picot, under which much of Palestine was to be under international administration. Britain’s promise to the Zionists, Antonius wrote in his 1938 book The Arab Awakening, “lacks real validity, partly because she had previously committed herself to recognising Arab independence in Palestine, and partly because the promise involves an obligation which she cannot fulfil without Arab consent”. If the first point – often summarised as “the twice-promised land” – was debatable, the second was not. Arabs had not consented; they felt, then as now, that they had been cheated.

Balfour’s carefully drafted formulation was also studiously vague – a diplomatic “fudgerama” in the words of the current foreign secretary, Boris Johnson. It neither defined the legal meaning of a “national home” nor promised to create a Jewish state. And that vagueness encouraged Palestinians to hope that Britain’s policy would not be pursued. Chaim Weizmann, the Russian-born Zionist leader whose charm and assiduous lobbying were instrumental in securing the declaration, was disappointed with its final wording. “I did not like the boy at first,” he wrote. “He was not the one I had expected. But I knew this was a great event.”

The key fact was that the world’s greatest power had given a massive boost to the Zionist movement 20 years after its birth – against the background of Russian pogroms and the Dreyfus affair in France. In a mood that is often described as “messianic”, Balfour was hailed as a “new Cyrus” – the Persian king who liberated the Jews from their Babylonian exile in the sixth century BC. “There was a great stirring of the dry bones of Israel,” one Zionist wrote, “as if in realisation of the prophetic vision of Ezekiel.”

The Manchester Guardian gave the declaration an effusive welcome. CP Scott, its editor, had introduced Weizmann to Lloyd George; his editorial invoked the memory of the recent massacres of the (Christian) Armenians by the (Muslim) Turks, as well as reflecting contemporary colonialist assumptions. Jews needed a national home for their security, wrote Scott, calling Balfour “the signpost of a destiny”.

Arabs in Palestine reacted with alarm. The country’s native Jews were predominantly Orthodox, and enjoyed religious autonomy under Ottoman rule. But the demographics of the Jewish community had begun to change with the arrival of the first Zionist settlers from Europe in the 1880s. In 1910, an Arab writer fretted that Jews in Haifa were starting to interact exclusively with their own community. “Establishing a Jewish state after thousands of years of decline … we [Arabs] fear that the new settler will expel the indigenous and we will have to leave our country en masse. We shall then be looking back over our shoulder and mourn our land as did the Muslims of Andalusia,” Abdullah Mukhlis warned in a remarkably prescient article. “Palestine may be endangered. In a few decades it might witness a struggle for survival.”

The new reality of British rule arrived on 11 December 1917, when General Sir Edmund Allenby walked through the Jaffa Gate into Jerusalem’s Old City. “Palestine is Arab”, a newly created nationalist association declared. “Its language is Arabic. We want to see this formally recognised. It was Great Britain that rescued us from Turkish tyranny and we do not believe that it will deliver us into the claws of the Jews. We ask for fairness and justice. We ask that it protect our rights and not decide the future of Palestine without asking our opinion.”

That 1917 pledge – known to posterity as the Balfour declaration – had fateful consequences for the Middle East and the world. It paved the way for the birth of Israel in 1948, and for the eventual defeat and dispersal of the Palestinians – which is why its centenary next month is the subject of furious contestation. After 100 years, the two sides in the most closely studied conflict on earth are still battling over the past.

Controversy dogged the declaration from the moment that Arthur Balfour, then foreign secretary, sent it to Lionel Walter, Lord Rothschild, who represented the British Jewish community. Its 67 words combined considerations of imperial planning, wartime propaganda, biblical resonances and a colonial mindset, as well as evident sympathy for the Zionist idea – embodied in the famous commitment to “view with favour the establishment of a national home for the Jewish people” in the Holy Land. It ended with two important qualifications: first, that nothing should be done to prejudice the “civil and religious rights” of Palestine’s “existing non-Jewish communities.” And second, that the declaration should not affect the rights and political status of Jews living in other countries.

This contested anniversary is a dangerous minefield for May’s embattled government. The prime minister has said she is looking forward to it – although the London dinner, as all those involved are anxious to emphasise, is deliberately being hosted not by her, but by the current Lords Rothschild and Balfour. In addition to the two prime ministers and other political heavyweights, invitees include the historian Simon Schama, who will deliver a public lecture on the subject the day before. Scores of other events are being organised by Jewish communities across the UK. Christian Zionists, who believe in the unerring power of biblical prophecy, are to celebrate at the Albert Hall under the slogan “Partners in this Great Enterprise”.

The new reality of British rule arrived on 11 December 1917, when General Sir Edmund Allenby walked through the Jaffa Gate into Jerusalem’s Old City. “Palestine is Arab”, a newly created nationalist association declared. “Its language is Arabic. We want to see this formally recognised. It was Great Britain that rescued us from Turkish tyranny and we do not believe that it will deliver us into the claws of the Jews. We ask for fairness and justice. We ask that it protect our rights and not decide the future of Palestine without asking our opinion.”Advertisement

British officials ignored such appeals, though some quickly recognised what was happening. “It is indeed difficult to see how we can keep our promises to the Jews by making the country a ‘national home’ without inflicting injury on nine-tenths of the population,” one wrote in 1920. “But we have now got the onus of it on our shoulders, and have incurred odium from the Moslems & Christians, who are not appeased by vague promises that their interests will not be affected.” In 1922, Balfour’s pledge was incorporated into the League of Nations Mandate for Palestine, setting out the terms for Britain’s administration – what the new body called a “sacred trust for civilisation”. Promotion of Jewish immigration and the revived Hebrew language were key commitments. The word “Arab” did not appear in it.


Early Arab opposition to Zionism was often described as an “unseen question”, and it was frequently suggested that the Palestinians had no national identity before the arrival of the first Jewish settlers. But both the British and Zionists were acutely aware of local objections from the start. “Even if all our political schemings turn out the way we desire, the Arabs will remain our most tremendous problem,” Weizmann’s colleague Harry Sacher worried in June 1917. “I don’t want us in Palestine to deal with the Arabs as the Poles deal with the Jews, and with the lesser excuse that belongs to a numerical minority.” Zionists believed fervently in their “right to national rebirth” in Eretz-Yisrael (“the land of Israel”) – from where their ancestors had been exiled by the Romans in AD70. Earlier efforts to secure recognition from the Turks had failed. Balfour mattered because the alliance with Britain allowed them to exercise that right. And there was wider support – contrary to Koestler’s clever “one nation” quip – from the US, France, and Italy.

The League of Nations mandate, five years after Balfour, provided the first international legal framework for Zionist ambitions – ignoring Palestinian objections and setting a pattern that would be repeated in the future. Britain’s recognition also helped the Zionist movement evolve from an insignificant minority in world Jewry to one that attracted growing sympathy. Objections by Jews to Zionism started to fade once the mandate was in place – though it took the horrors of the second world war for them to all but disappear. Arab opposition never weakened.

Balfour showed no regrets. In 1919 he famously told his cabinet colleague, Lord Curzon, who had expected the declaration to cause trouble for Britain, that “Zionism, be it right or wrong, good or bad, is rooted in age-old traditions, in present needs, in future hopes of far profounder importance than the desires and prejudices of the 700,000 Arabs who now inhabit that ancient land”. This brutally candid display of partiality – “dripping with Olympian disdain” in the words of the veteran Palestinian historian Walid Khalidi – still arouses Arab anger.Advertisement

The aftermath was marked out by sombre milestones, each representing further escalation. Arabs attacked Jews in 1920 and 1921. In 1925 Balfour, now retired, visited Palestine, where he was feted by Jews – who named a new settlement in the Jezreel Valley (Marj Ibn Amr in Arabic) after him. Arabs shunned him. Four years later came new disturbances in Jerusalem: the focus, then as now, was the Haram al-Sharif/Temple Mount, site of the al-Aqsa mosque. The worst bloodshed, though, was in Hebron, where Arabs killed 67 defenceless Orthodox Jews who were not part of the Zionist camp – though that old distinction was rapidly disappearing. Three of the 1929 killers were hanged by the British in Acre jail – and are still hailed in a popular song as “martyrs” to the Palestinian cause.

British officials ignored such appeals, though some quickly recognised what was happening. “It is indeed difficult to see how we can keep our promises to the Jews by making the country a ‘national home’ without inflicting injury on nine-tenths of the population,” one wrote in 1920. “But we have now got the onus of it on our shoulders, and have incurred odium from the Moslems & Christians, who are not appeased by vague promises that their interests will not be affected.” In 1922, Balfour’s pledge was incorporated into the League of Nations Mandate for Palestine, setting out the terms for Britain’s administration – what the new body called a “sacred trust for civilisation”. Promotion of Jewish immigration and the revived Hebrew language were key commitments. The word “Arab” did not appear in it.


Early Arab opposition to Zionism was often described as an “unseen question”, and it was frequently suggested that the Palestinians had no national identity before the arrival of the first Jewish settlers. But both the British and Zionists were acutely aware of local objections from the start. “Even if all our political schemings turn out the way we desire, the Arabs will remain our most tremendous problem,” Weizmann’s colleague Harry Sacher worried in June 1917. “I don’t want us in Palestine to deal with the Arabs as the Poles deal with the Jews, and with the lesser excuse that belongs to a numerical minority.” Zionists believed fervently in their “right to national rebirth” in Eretz-Yisrael (“the land of Israel”) – from where their ancestors had been exiled by the Romans in AD70. Earlier efforts to secure recognition from the Turks had failed. Balfour mattered because the alliance with Britain allowed them to exercise that right. And there was wider support – contrary to Koestler’s clever “one nation” quip – from the US, France, and Italy.

The League of Nations mandate, five years after Balfour, provided the first international legal framework for Zionist ambitions – ignoring Palestinian objections and setting a pattern that would be repeated in the future. Britain’s recognition also helped the Zionist movement evolve from an insignificant minority in world Jewry to one that attracted growing sympathy. Objections by Jews to Zionism started to fade once the mandate was in place – though it took the horrors of the second world war for them to all but disappear. Arab opposition never weakened.

Balfour showed no regrets. In 1919 he famously told his cabinet colleague, Lord Curzon, who had expected the declaration to cause trouble for Britain, that “Zionism, be it right or wrong, good or bad, is rooted in age-old traditions, in present needs, in future hopes of far profounder importance than the desires and prejudices of the 700,000 Arabs who now inhabit that ancient land”. This brutally candid display of partiality – “dripping with Olympian disdain” in the words of the veteran Palestinian historian Walid Khalidi – still arouses Arab anger.

The aftermath was marked out by sombre milestones, each representing further escalation. Arabs attacked Jews in 1920 and 1921. In 1925 Balfour, now retired, visited Palestine, where he was feted by Jews – who named a new settlement in the Jezreel Valley (Marj Ibn Amr in Arabic) after him. Arabs shunned him. Four years later came new disturbances in Jerusalem: the focus, then as now, was the Haram al-Sharif/Temple Mount, site of the al-Aqsa mosque. The worst bloodshed, though, was in Hebron, where Arabs killed 67 defenceless Orthodox Jews who were not part of the Zionist camp – though that old distinction was rapidly disappearing. Three of the 1929 killers were hanged by the British in Acre jail – and are still hailed in a popular song as “martyrs” to the Palestinian cause

On 2 November 1932, by now a familiar date, the Arabic newspaper Filastin devoted its front page to a cartoon picturing Lord Balfour dominating a map of the country, clutching his “calamitous promise”. It displayed “the woes inflicted on Palestine” – the advances of Zionism under the protection of the British, represented by a haughty officer in riding boots and a warship moored off Haifa. It shows Jewish immigrants striding energetically towards Tel Aviv, passing a glum-looking Arab peasant family on a camel, evicted from their land and plodding towards the desert. The scenery is dotted with factories, mechanised agriculture and bustling public works – all Jewish achievements. In the corner stand Arab men in European suits and tarbushes, arguing (presumably ineffectively) about the transformation they are witnessing. Sir John Chancellor, British high commissioner until shortly before, reflected that Balfour had been “a colossal blunder”. Events elsewhere, however, were soon to mean that it was too late to do very much about it.Advertisement

In the mid-1930s, with the spread of antisemitic legislation in eastern Europe and Hitler’s rise to power, came a massive wave of immigration – of refugees who were also settlers – doubling Palestine’s Jewish population. In the wake of the Arab rebellion in 1937 – Balfour’s 20th anniversary – Britain’s Peel Commission, which was established to look at the cause of the violence, acknowledged the “irreconcilable aspirations” of the two peoples. It proposed partitioning the country into Jewish and Arab states, but retreated from the idea as a new war approached. Only in 1939 did Britain change policy, severely restricting Jewish immigration and land sales, and promising Palestinian independence. “The framers of the Mandate in which the Balfour Declaration was embodied could not have intended that Palestine should be converted into a Jewish State against the will of the Arab population,” stated that year’s white paper. “His Majesty’s government … now declare unequivocally that it is not part of their policy that Palestine should become a Jewish state.” The Jews, outraged, rejected this – many now viewing the British as their enemy. But so, foolishly, did the Arabs, missing a last chance to salvage something from what the Palestinian historian Rashid Khalidi has called the “iron cage” of the mandate and the wreckage of the preceding two decades.

By the declaration’s 30th anniversary, in November 1947, in the wake of the Holocaust, public opinion outside the Arab and Muslim world backed the creation of a Jewish state. Even as the Royal Navy was turning back Jewish refugees trying desperately to reach the shores of Palestine, and Irgun and Stern Gang terrorists were targeting the British, the Jewish population had reached a third of the total. In the US in particular, Zionists were seen as progressives, fighting both British imperialism and its reactionary Arab lackeys. In those early cold war days, the US and USSR both supported that month’s UN plan to partition the country into separate Jewish and Arab states. It was rejected by the Palestinians, because they refused to surrender to what they saw as foreign settlers who had transformed the country while ignoring them. It was another error – though arguably an understandable one. Israel’s independence became the Palestinians’ catastrophe – the Nakba – in which half the country’s Arabs were driven out or fled. Arab Palestine was erased by Israel and Jordan. The UN’s decision would not have taken place without the British one in November 1917. Balfour remains a byword for the legitimacy of Zionism, and for the calamity that it brought the Palestinians. It is hard to imagine that changing.


Preparations for the centenary have posed a difficult challenge for the British government. It continues to emphasise support for a two-state solution to the conflict, a position that dates back to the late 1980s, though its roots can be traced to 1967, when Balfour’s jubilee was overshadowed by the six-day war. Israel’s stunning feat of arms that year meant that all of Mandatory Palestine – as well as the Egyptian Sinai peninsula and Syria’s Golan Heights – was re-reunited under its rule. Military victory, though, turned out to be the easy part.

The timing created a neat and thought-provoking link between two towering historical landmarks: the first political triumph of Zionism, and the beginning of an occupation that would, over the years, undermine it and threaten to isolate Israel. “If the Balfour declaration represents the moment the goal of Jewish statehood first gained formal international recognition and legitimacy, 1967 was the moment when the recognition and legitimacy started to ebb, gradually giving way to 50 years of growing unease,” Jewish-American journalist JJ Goldberg wrote this summer. “Put differently, the Balfour declaration launched a diplomatic process that led to an international embrace of what had been up to then a crazy dream of Jewish national rebirth. The six-day war touched off a series of events that may yet end in the dream’s demise.”

It was then that the Palestinians, remembered since 1948 only as “Arab refugees,” returned to centre stage. Resistance to occupation or terrorist acts such as the Munich Olympics massacre of 1972 made headlines. Sympathy for them grew with the Lebanon war of 1982. But the Israelis were only seriously challenged in 1987, by the first intifada – the “war of the stones” – when the world saw Palestinian children confront Israel’s armed might. That was followed by Yasser Arafat’s unilateral declaration of Palestinian independence, which paved the way for the 1993 Oslo agreement. Oslo was killed off – after the assassination of Yitzhak Rabin – by settlement expansion, bad faith, suicide bombings and a second, armed intifada that erupted disastrously after the collapse of the Camp David summit in 2000. Arafat’s death in 2004 marked a nadir for the Palestinian cause. Little has changed since he was succeeded by Mahmoud Abbas, though the Hamas takeover of Gaza in 2007 was deeply divisive. In 2012, when Abbas secured UN observer status for Palestine, the UK refused to follow the 136 other countries which had recognised it, standing loyally by the US.

Last year the government’s initial public line, after nervous consultations in Whitehall, was awkwardly defensive: Britain would simply “mark”, not “celebrate”, Balfour because the declaration was flawed in not backing political rights for Arabs as well as Jews. But Britain would not apologise. To do so, ministers told Manuel Hassassian, the Palestinian ambassador, would open a Pandora’s box of demands about Cyprus and Kashmir and other festering imperial wounds. “It can’t be all bells and whistles to support Israel, but nor can it be complete sackcloth and ashes and let’s hear it for those who would recover Palestine,” one well-placed politician told me. “It’s about finding a line between those two.”

The aftermath of the EU referendum in 2016 brought a small but significant change in Britain’s public stance. May, attempting to think more “globally” after the Brexit vote and Trump’s election victory, criticised Barack Obama’s secretary of state, John Kerry, for his warning that the expansion of Israeli settlements was leading to “one state and perpetual occupation”. Kerry’s remarks followed the passage of UN security resolution 2334, which reiterated that Israeli settlements were illegal under international law – and which was backed by the UK and, unusually, not vetoed by the US. That was widely seen as a frustrated Obama’s parting shot and an attempt (so far in vain) to “Trump-proof” US policy.

May was scorned for trying to curry favour with the incoming president. Soon afterwards she invited Netanyahu to London for the Balfour centenary, and added that Britain would mark it “with pride” – two words that attracted disproportionate attention, as ever with this most sensitive of subjects. And that remains the current official mantra – albeit muttered sheepishly by embarrassed FCO officials.

The official UK response to the demand for a Balfour apology – which had been supported by 13,600 people who signed a petition to parliament – was released this April. “We are proud of our role in creating the state of Israel,” it said. “Establishing a homeland for the Jewish people in the land to which they had such strong historical and religious ties was the right and moral thing to do, particularly against the background of centuries of persecution.” Alistair Burt, minister for the Middle East, has quietly compromised since then by talking of “pride and sadness”.

Brexit also killed off the ongoing investigation by the Commons foreign affairs committee into UK policy towards the conflict. The FAC, as the rules require, was dissolved along with parliament when the election was called. Its chairman, Crispin Blunt, had hoped to publish his report on 2 November – for symbolic reasons – and had been expected to challenge government positions. Blunt was unpopular with Israel and its supporters. His replacement, Tom Tugendhat, is far closer to Israeli views and emphasises wider regional instability. The Arab spring and its bloody aftermath, he has suggested, “showed that the Israeli-Palestinian conflict doesn’t matter”. There is said to be “no appetite” to reopen the FAC investigation on his watch.

Sir Vincent Fean, the former British consul-general in East Jerusalem, and a supporter of the Balfour Project, never believed that an apology for Balfour was worth pursuing, preferring to call for UK recognition of Palestine. “Recognition means that when Abbas or whoever comes after him next applies to the UN for full membership, the UK will vote yes,” he argues. “That will put us in a different part of the forest from the US, and it does strengthen the argument that there should be consequences for breaches of international law. It could cause other EU members to think hard about doing it, too.” Foreign Office officials insist, however, that recognition will not happen until or unless it can help advance peace – leaving unsaid that a decision of that magnitude is, of course, for Washington to make. Still, resentment at the UK attitude may yet produce a pre-centenary parliamentary statement that at least reiterates support for a Palestinian state alongside Israel.

[11]

WIKIPEDIAMANDAATGEBIED PALESTINA

https://nl.wikipedia.org/wiki/Mandaatgebied_Palestina

[12]


CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED  https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

[13]


GENERAL ASSEMBLY

29 NOVEMBER 1947

RESOLUTION 181. FUTURE GOVERNMENT OF PALESTINE

https://unispal.un.org/DPA/DPR/unispal.nsf/0/7F0AF2BD897689B785256C330061D253

ZIE VOOR GEHELE TEKST ONDER NOOT 5

[14]

WIKIPEDIA

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Ethnic_Cleansing_of_Palestine

WIKIPEDIA

ILAN PAPPE

https://en.wikipedia.org/wiki/Ilan_Papp%C3%A9

LAN PAPPE

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

YOUTUBE.COM

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE BY ILAN PAPPE

PALESTINE REMEMBERED, AL NAKBA 1948 

https://www.palestineremembered.com/

[15]

WIKIPEDIA

FOLKE BERNADOTTE/ASSISSINATION

https://en.wikipedia.org/wiki/Folke_Bernadotte#Assassination

ORIGINELE BRON’

WIKIPEDIA

FOLKE BERNADOTTE

https://en.wikipedia.org/wiki/Folke_Bernadotte

[16]

………”It would be an offence against the principles of elemental justice if these innocent victims of the conflict were denied the right to return to their homes while Jewish immigrants flow into Palestine, and, indeed, at least offer the threat of permanent replacement of the Arab refugees who have been rooted in the land for centuries’

WIKIPEDIA

FOLKE BERNADOTTE/SECOND PROPOSAL

https://en.wikipedia.org/wiki/Folke_Bernadotte#Second_proposal

ORIGINELE BRON

WIKIPEDIA

FOLKE BERNADOTTE

https://en.wikipedia.org/wiki/Folke_Bernadotte

 
[17]

THE RIGHTS FORUM

BTSELEM.ORG

https://www.btselem.org/

[18]DE ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN
”The Fourth Geneva Convention prohibits an occupying power from transferring citizens from its own territory to the occupied territory (Article 49).The Hague Regulations prohibit an occupying power from undertaking permanent changes in the occupied area unless these are due to military needs in the narrow sense of the term, or unless they are undertaken for the benefit of the local population.
BTSELEM.ORGSETTLEMENTS

https://www.btselem.org/settlements
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”
ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION
https://www.icrc.org/applic/ih l/ihl.nsf/Article.xsp?action=o penDocument&documentId=77068F1 2B8857C4DC12563CD0051BDB0
HET HAAGS VERDRAG VAN 1907THE HAGUE CONVENTION 1907
https://www.loc.gov/law/help/us-treaties/bevans/m-ust000001-0631.pdf

[19]

THE GUARDIANNETANYAHU ANNOUNCES NEW SETTLEMENTS DAYS BEFORE ISRAELI ELECTIONS
https://www.theguardian.com/world/2020/feb/25/netanyahu-announces-new-settlements-days-before-israeli-election

[20]

ISRAEL WERELDKAMPIOEN SCHENDINGEN VN RESOLUTIESLODE VANOOST
https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2014/07/30/israel-wereldkampioen-schendingen-vn-resoluties/

Reacties uitgeschakeld voor Ter ere van Israel’s Onafhankelijkheidsdag/Concertgebouw Amsterdam geeft fout concert

Opgeslagen onder Divers

Dirk van den Broek en de Israelische nederzettingen/Het bloedgeld van Dirk van den Broek

DIRK VAN DEN BROEK EN DE ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN/HET BLOEDGELD VAN DIRK VAN DEN BROEKBRIEF!!

Image result for settlements/Images

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN DE BEZETTE PALESTIJNSEGEBIEDENILLEGAAL VOLGENS HET INTERNATIONAAL RECHT


AANDIRK VAN DEN BROEKDIRECTIE EN MANAGEMENT
Onderwerp:Herhaalde verkoop van Israelische bloeddadels

Geachte DirectieGeacht Management
Als men EEN keer in de fout gaat en zijn leven betert [u kent het wel ”’liever ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald” [1] kunnen ik en waarschijnlijk anderen, die onrecht willen aanpakken, dat nog wel vergeven.Maar als blijkt dat men er niets van leert, zeker als het ernstige fouten zijn, en er gewoon vrolijk mee doorgaat, wordt het een heel ander Verhaal!

En dat laatste is met u het geval.

En niet zomaar ”een fout”, maar een Bloedfout!Ja, waarde Directie en Management:U hebt Bloed aan uw Handen.
Want bezetting, onderdrukking, oorlogsmisdaden, mensenrechtenschendingen,basis schendingen van het Internationaal Recht, basisschendingen van het universele recht op vrijheid, laten u kennelijk geheel onverschillig.Nou moet u dat lekker zelf weten, maar het wordt een hele andere zaak als u aan dit schreeuwende onrecht  geld verdient!Dan neem ik u, en naar ik hoop heel veel andere mensen, te grazen!

WAT IS ER AAN DE HAND?/HADIKLAIM IS ER AAN DE HAND…….
Ondanks meerdere acties om u hiervan af te brengen [2], gaat u door met de verkoop van dadels van het merk Bomaja van het Israelische bedrijf Hadiklaim. [3]Nu vind ik sowieso, dat Israelische producten niet thuis horen in Nederlandse supermarkten, vanwege de nu al 53 jaar durende bezetting van de Palestijnse Gebieden [in juni wordt het 53 jaar, maar ik heb niet de illusie, dat Israel over een maand de Bezette Gebieden ontruimt]  [4]
Maar er is hier nog meer aan de hand dan dat we hier te maken hebben met een fout Israelisch bedrijf.
WAT IS HIER AAN DE HAND?/BEDRIJF HADIKLAIM/CONNECTIES MET DE ILLEGALE NEDERZETTINGEN
Zoals ik al schreef:Zaken doen met Israelische bedrijven vind ik om principiele redenen onjuist. [5]Zaken doen met Israelische bedrijven, die hun tentakels uitbreiden naar de in bezet Palestijns gebied gebouwde nederzettingen, een misdaad!
Bedrijf Hadiklaim, waarmee u zaken doet, IS een bedrijf, met vestigingen in de Israelische nederzettingen. [6]
En zoals u weet, of althans hoort te weten, zijn die in bezet Palestijns gebied gebouwde nederzettingen in strijd met het Internationaal Recht [7] Keer op keer heeft ook de EU de illegaliteit van die nederzettingen bevestigd, [8], wat wordt ondersteund door de Nederlandse regering.
Maar niet alleen zijn die nederzettingen pure landdiefstal, ook maken velen van die kolonisten zich voortdurend en structureel schuldig aan geweld tegen de bezette Palestijnse bevolking.Lees er de Israelische mensenrechtenorganisatie Btselem maar op na! [9]
VN EN HADIKLAIM
En dit ter uwer informatie:Onlangs heeft de VN [haar Mensenrechtenkantoor] een lijst gepubliceerd van bedrijven, die vestigingen/economische banden hebben met de illegale nederzettingen in bezet Palestijns gebied. [10]Hadiklaim kunt u aantreffen op nummer 41 [11]
Moet ik hier nog meer aan toevoegen?Ik dacht het niet!

CONCLUSIE
Duidelijk is, dat u ondanks alle aan u verstrekte infornmatie en eerdere waarschuwingen [12] gewoon doorgaat, zaken te doen met een bedrijf, dat vuilere handen dan vuil maakt door te verdienen aan landroof, landdiefstal, intimidatie en geweld.Want dat is het geval als een bedrijf zaken doet met illegale nederzettingen, gebaseerd op bezetting, onrecht en mensenrechtenschendingen.
Geld, dat zo is verdiend is BLOEDGELD!
Supermarkten zoals de uwe, die producten van een dergelijk bedrijf verkopen, zijn handelaren in BLOEDGELD.
Het is u meerdere malen duidelijk gemaakt [13]TOCH gaat u ermee door.
Dus nogmaals:
Ik vraag van u, neen EIS van u, dat u per direct stopt met de verkoop van bloeddadels van het bedrijf Hadiklaim.PER DIRECT ja.
En reken er maar op, dat ik en anderen u op de huid blijven zitten, als u hieraan geen gehoor geeft.
Leer van deze Oproep, die hopelijk door vele anderen wordt gedaan.
Ik reken op u.
Vriendelijke groetenAstrid EssedAmsterdam 
NOTEN

[1]
ENSIE.NL

Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald

Het is beter om een fout tijdig goed te maken dan op de ingeslagen weg door te gaan.

BETER TEN HALVE GEKEERD DAN TEN HELE GEDWAALD

https://www.ensie.nl/betekenis/beter-ten-halve-gekeerd-dan-ten-hele-gedwaald

[2]

DOC.P

OPEN BRIEF AAN DIRK

8 FEBRUARI 2017

http://www.docp.nl/open-brief-aan-dirk/

Geachte Dirk,

Diverse klanten van uw supermarkt hebben bij ons geklaagd over de aanwezigheid van Bomaja medjoul dadels in uw supermarkt. De dadels zijn niet voorzien van herkomstaanduiding, en volgens de barcode zou de herkomst Nederland zijn. Voor zover wij weten zijn er geen dadelplantages in Nederland. Wij menen zeker te weten dat Bomaja een merk is van het Israelische bedrijf Hadiklaim, dat dadels exporteert uit de Palestijnse bezette gebieden.

Wij verzoeken u de herkomst van de dadels correct aan te duiden, en zullen het ontbreken van herkomstaanduiding melden bij het Ministerie van Economische zaken en de NVWA. Wij willen u graag informatie geven over de afkomst van uw dadels en andere dadels: https://planteenolijfboom.nl/actueel/2016/6/2/respecteert-jouw-dadel-mensenrechten.

Hadiklaim verkoopt 65 procent van alle Israëlische dadels, en is een Israëlische coöperatie waar plantages in nederzettingen in de Jordaanvallei onderdeel van zijn. De merknamen zijn: * Bomaja, Jordan River, King Solomon, Tamara Barhi Dates, Desert Diamond, Rapunzel, Shams en Delilah. Ze verkopen ook dadels aan supermarkten die ze vervolgens onder hun eigen merknaam verkopen.

Wij willen u dringend verzoeken om de herkomst van de dadels op uw verpakking te vermelden zodat mensen een weloverwogen keuze zouden kunnen maken.

Klanten zijn op de hoogte dat wij u aanspreken op de afkomst en zullen controleren of u hier gehoor aan geeft. Wij zullen zelf ook uw winkels bezoeken en controleren of u aan ons verzoek hebt voldaan.

Op internet zullen wij een voorbeeldbrief plaatsen die burgers naar u kunnen sturen met het verzoek om labeling.

Met vriendelijke groeten,

Benji de Levie, voorzitter docP

EINDE BRIEF AAN DIRK VAN DEN BROEK

”DocP stelt dat Nederland helemaal geen dadels produceert en dat Bomaja een merknaam is van het Israëlische bedrijf Hadiklaim, waarvan is vastgesteld dat het dadels verhandelt uit illegale Israëlische nederzettingen in bezet Palestina. DocP baseert zich mede op documentatie van Stichting Plant een Olijfboom.”

THE RIGHTS FORUM

NEDERLANDSE DADELS UIT ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN

9 MEI 2017

[3]

Wij hebben een onderzoek gedaan naar dadels verkocht door een aantal Nederlandse supermarkten. Helaas troffen wij weer bloeddadels aan, met name van het merk van Bomaja van Hadiklaim 

….

…..

”Supermarktketen DIRK van den Broek/DekaMarkt  is wat je noemt een recidivist. Reeds in 2017 hebben we actie gevoerd tegen de aanwezigheid van Bomaja dadels bij DIRK. Daarom hebben we Dirk van den Broek/DekaMarkt en de Coöperatieve Inkoop Vereniging Superunie waartoe zij en 12 andere Nederlandse supermarktketens behoren dit jaar uitgekozen voor een emailactie.”

DOC.P

STAAK DE VERKOOP VAN HADIKLAIM BLOEDDADELS!

22 APRIL 2020

https://www.docp.nl/mailactie-staak-de-verkoop-van-hadiklaim-bloeddadels/

[4]

CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED  

https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

[5] 

CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED  

https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

[6]

”Exporter of organic and non-organic dates. The biggest dates’ exporter in Israel.  

Some of the company’s dates originate from the occupied Jordan Valley and Dead Sea area. Dates from the Megilot Dead Sea Regional Council – a regional council of settlements in the northern Dead Sea area – are exported solely by Hadiklaim. This regional council includes the settlements of AlmogBeit Ha’aravaMitzpe ShalemKalia and Vered Yeriho. As of 2010, the company also exported dates from the settlements of Patza’el, MessuaMehola in the Jordan Valley and from the Golan Heights.”

WHO PROFITS

HADIKLAIM-ISRAEL DATE GROWERS COOPERATIVE

https://www.whoprofits.org/company/hadiklaim-israel-date-growers-cooperative/

Exporter of organic and non-organic dates. The biggest dates’ exporter in Israel.

Some of the company’s dates originate from the occupied Jordan Valley and Dead Sea area. Dates from the Megilot Dead Sea Regional Council – a regional council of settlements in the northern Dead Sea area – are exported solely by Hadiklaim. This regional council includes the settlements of AlmogBeit Ha’aravaMitzpe ShalemKalia and Vered Yeriho. As of 2010, the company also exported dates from the settlements of Patza’el, MessuaMehola in the Jordan Valley and from the Golan Heights.

As of 2011, some of the organic dates exported by Hadiklaim to various countries in Europe were grown by Zorganika in the Hamra settlement and the Zarzir enclave.

Hadiklaim works with packing houses in Israel and the occupied territories, among them the packing houses in the TomerGilgal and Yafit settlements in the Jordan Valley and in the Beit Ha’arava settlement in the Dead Sea area.The company markets dates under the brand names of Jordan River, Jordan River Bio-Top and King Solomon, and under private labels of supermarket chains.
EINDE ARTIKEL WHO PROFITS
”Hadiklaim, Mehandrin and Carmel Agrexco all have operations in Israeli settlements in the West Bank. Hadiklaim and Carmel Agrexco have been accused of using child labour and paying Palestinian workers less than the minimum wage”
AL JAZEERAHBOYCOTTING ISRAELI DATES IS WORKING AND WE NEED TO KEEP GOING24 APRIL 2020
https://www.aljazeera.com/indepth/opinion/boycotting-israeli-dates-working-200423103555231.html
This Ramadan, make the right choice and do not buy dates from companies that exploit Palestinian land and labour.

Throughout the 1930s, a Zionist settler and founder of the Kinneret kibbutz by the name of Ben-Zion Israeli travelled the Middle East to collect cuttings of palm trees. In many cases, he had to smuggle them illegally out of the countries he visited – Iraq, Persia, Egypt – as they were considered a national treasure and it was forbidden to export them.

Those smuggled cuttings have helped establish large plantations across Israeli territories. Palm groves were planted from the Red Sea in the south along the Dead Sea, and as far as the Sea of Galilee up north, which has given the Israeli date industry its nickname “the industry of the three seas”. Since Israel occupied the Palestinian West Bank in 1967, it has also established date plantations in its illegal settlements in that portion of the Jordan Valley.

According to data from the Food and Agriculture Organization of the United Nations, in 2017, Israel produced 136,956 tonnes of dates with an export value of $181.2m.

This industry is highly exploitative and much of its operations happen in illegal settlements, so its products must be boycotted. Approximately 40 percent of Israeli dates today are grown in illegal settlements. Because of the gruelling work involved in picking dates, Israeli settlers bring in low-paid Palestinian labourers to do the difficult work. Israeli farmers are also known to employ Palestinian children.

Date-picking in the Jordan Valley is a hazardous business. Workers have to climb high ladders and work up there for hours. They are exposed to high temperatures, which put them at risk of heatstroke, and when they get injured, they often are not afforded healthcare or compensation. Workers, including children, are forced to work long hours and fulfil quotas before they are able to go home.

Israeli settlements, which are illegal under international law, not only grow these palm plantations on stolen land using exploited Palestinian labour, but they also divert water resources away from Palestinian villages, leaving them struggling to get water for drinking and irrigation. Under the strain of military occupation, the native Palestinian date industry has found it difficult to compete with Israeli dates flooding the local and international markets.

There are five major Israeli date companies that export to the United States and Europe: Hadiklaim and its brands Jordan River and King Solomon, Mehadrin, Galilee Export, Carmel Agrexco and Agrifood Marketing with its brand Star Dates.

Hadiklaim, Mehandrin and Carmel Agrexco all have operations in Israeli settlements in the West Bank. Hadiklaim and Carmel Agrexco have been accused of using child labour and paying Palestinian workers less than the minimum wage.

It is important to note that if you buy Medjool (Medjoul) dates in Europe or the US, there is a good chance they were grown in a settlement or from Israel proper. Unless it is from a trusted Palestinian source like Zaytoun or Yaffa, you could be eating a date that contributes to the dispossession of the Palestinian people. California dates, such as Orchid Dates and Best Fresh Produce, provide good alternative options as well.

American Muslims for Palestine (AMP) initiated the first-ever nationwide boycott of dates produced in settlements during Ramadan 2012. In coalition with our chapters in New York, New Jersey, Detroit, Minnesota, Chicago, and Sacramento, as well as partners in Washington, DC, and Philadelphia, AMP answered the 2005 Palestinian call for boycott, divestment and sanctions by urging grocery store owners to remove Israeli dates from their shelves.

Since then, tens of thousands of postcards and brochures have been distributed to stores, mosques, and communities nationwide. Consumers have answered the call and the boycott is working.

According to Economic Research Service data provided by the US Department of Agriculture, Israel’s exports of dates to the US have dropped significantly since 2015. Whereas 10.7 million kilogrammes (23.6 million pounds) of Israeli dates entered the US market in 2015-2016, only 3.1 million kilogrammes (seven million pounds) entered the US market in 2017-2018. The boycott is working and it is having a detrimental effect on the Israeli date industry.This Ramadan, make the right choice and boycott dates that exploit Palestinian land and labour and contribute to the oppression of the Palestinian people. 

[7]

DE ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN
”The Fourth Geneva Convention prohibits an occupying power from transferring citizens from its own territory to the occupied territory (Article 49).The Hague Regulations prohibit an occupying power from undertaking permanent changes in the occupied area unless these are due to military needs in the narrow sense of the term, or unless they are undertaken for the benefit of the local population.”
BTSELEM.ORGSETTLEMENTS
https://www.btselem.org/settlements
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”
ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTION
https://www.icrc.org/applic/ih l/ihl.nsf/Article.xsp?action=o penDocument&documentId=77068F1 2B8857C4DC12563CD0051BDB0
HET HAAGS VERDRAG VAN 1907THE HAGUE CONVENTION 1907
https://www.loc.gov/law/help/us-treaties/bevans/m-ust000001-0631.pdf

[8]

De Europese Commissie in Brussel wil speciale labels voor producten uit Israëlische nederzettingen in bezet Palestijns gebied. Het is de bedoeling dat er daarover nog dit jaar een akkoord komt.”….Dat meldde de Israëlische krant Haaretz dinsdag. Het dagblad baseert zich op een brief van EU-buitenlandchef Catherine Ashton aan zeven andere leden van de Europese Commissie. De woordvoerster van Ashton bevestigde dat de commissie bezig is allerlei Europees beleid jegens Israël om te zetten in richtlijnen. Brussel vindt de nederzettingen illegaal.”
ADEU WIL LABELS OP PRODUCTEN JOODSE NEDERZETTINGEN
https://www.ad.nl/buitenland/eu-wil-labels-op-producten-joodse-nederzettingen~a8660ebb/

De Europese Commissie in Brussel wil speciale labels voor producten uit Israëlische nederzettingen in bezet Palestijns gebied. Het is de bedoeling dat er daarover nog dit jaar een akkoord komt.

Dat meldde de Israëlische krant Haaretz dinsdag. Het dagblad baseert zich op een brief van EU-buitenlandchef Catherine Ashton aan zeven andere leden van de Europese Commissie. De woordvoerster van Ashton bevestigde dat de commissie bezig is allerlei Europees beleid jegens Israël om te zetten in richtlijnen. Brussel vindt de nederzettingen illegaal.

De etiketten moeten duidelijkheid scheppen voor consumenten en misverstanden voorkomen. Producten met het etiket ‘Israël’ moeten echt uit dat land komen en niet uit de bezette gebieden.

Misleiding
Volgens internationaal recht zijn de nederzettingen illegaal. Brussel wil voorkomen dat consumenten worden misleid door het etiket Made In Israel, dat ook op producten uit de Joodse nederzettingen staat. Producten met het label Israël moeten echt uit dat land komen en niet uit de bezette gebieden.

Nederland is een van de EU-lidstaten die al langer hamert op Europese wetgeving. Minister Frans Timmermans van Buitenlandse Zaken verdedigde in maart het kabinetsstandpunt in de Tweede Kamer. ‘De Britten en Denen gingen ons al voor. Nederland wil voorkomen dat ten onrechte ‘uit Israël’ staat op producten die niet uit Israël komen’, zei de minister toen.

Brussel zou een niet-bindende richtlijn overwegen. Mogelijk worden wel labels verplicht voor agrarische en cosmetische producten en enkele andere producten uit de nederzettingen.EINDE ARTIKEL AD
[9]
BTSELEM.ORGAL-MUGHAYIR: SETTLERS ENTER VILLAGE GROVES AND ATTACK FAMILIES

https://www.btselem.org/settler_violence_updates/during-corona-crisis
Al-Mughayir: Settlers enter village groves and attack familiesOn 29 March 2020, around 3:30 P.M., three families from the village of al-Mughayir met in a-Dhahrat, north of the village, to have a picnic in the olive groves. The settlement outpost of Adei Ad was built about five kilometers from there. Just after they parked and got out of their cars, the families saw seven settlers, armed with clubs and knives, coming towards them from the settlement.Two of the families managed to flee in the tractor cart of a farmer who was passing by. The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children. 
[10]
UN RIGHTS OFFICE ISSUES REPORT ON BUSINESS ACTIVITIES RELATED TO SETTLEMENTS IN THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORYhttps://ohchr.org/EN/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=25542&LangID=E

GENEVA (12 February) – The UN Human Rights Office on Wednesday issued a report on business enterprises involved in certain activities relating to settlements in the Occupied Palestinian Territory, in response to a specific request by the UN Human Rights Council, contained in a March 2016 resolution, that mandated the Office to produce a database of business enterprises involved in such activities.*

In an interim report (A/HRC/37/39) presented to the Human Rights Council in March 2018 by the then High Commissioner, Zeid Ra’ad Al Hussein, the UN Human Rights Office noted it had reviewed information that was publicly available, or had been received from a variety of sources, about an initial 307 companies. After further research, the total number reviewed increased to 321. Of these, a total of 206 companies were considered for further assessment.

The report released on Wednesday sets out conclusions following further communications with business entities, as well as a thorough review and assessment of all information available. It identifies 112 business entities which the UN Human Rights Office, on the basis of the information it has gathered, has reasonable grounds to conclude have been involved in one or more of the specific activities referenced in Human Rights Council resolution 31/36.

Of the 112 business entities identified in the report, 94 are domiciled in Israel and 18 in six other States. During the complex process of drawing up the database, the Office consulted the UN Working Group on Business and Human Rights, and held widespread discussions with numerous States, civil society organizations, think tanks, academics and others, as well as having extensive interactions with the companies themselves. 

The report makes clear that the reference to these business entities is not, and does not purport to be, a judicial or quasi-judicial process. While the settlements as such are regarded as illegal under international law**, this report does not provide a legal characterization of the activities in question, or of business enterprises’ involvement in them. Any further steps with respect to the continuation of this mandate will be a matter for the Member States of the Human Rights Council, which will consider the report during the Council’s next session, beginning on 24 February.   

“I am conscious this issue has been, and will continue to be, highly contentious,” said Michelle Bachelet, the current High Commissioner for Human Rights. “However, after an extensive and meticulous review process, we are satisfied this fact-based report reflects the serious consideration that has been given to this unprecedented and highly complex mandate, and that it responds appropriately to the Human Rights Council’s request contained in resolution 31/36,” Bachelet said.

ENDS

* Human Rights Council resolution 31/36, adopted on 24 March 2016, requested the Office of the UN High Commissioner for Human Rights to produce a report to follow up on the 2013 report of the Independent International Fact-Finding Mission to investigate the implications of the Israeli settlements on the civil, political, economic, social and cultural rights of the Palestinian people throughout the Occupied Palestinian Territory, including East Jerusalem (A/HRC/22/63).  The resolution defined the parameters of the current report by reference to ten specific activities listed in Paragraph 96 of the Fact-Finding Mission’s report. Human Rights Council resolution 31/36 was adopted with 32 States in favour, none against and 15 abstentions.** Human Rights Council resolution 31/36 recalls reports of the UN Secretary-General, resolutions of the UN General Assembly and Security Council, an advisory opinion of the International Court of Justice and the opinions of several human rights bodies reaffirming the illegality of the Israeli settlements in the Occupied Palestinian Territory, including in East Jerusalem.

END
HET  VN RAPPORT
REPORT OF THE UNITED NATIONS HIGH COMMISIONER FOR HUMAN RIGHTS
DATABASE OF ALL BUSINESS ENTERPRISES INVOLVED IN THE ACTIVITIES DETAILED IN PARAGRAPH 96 OF THE INDEPENDENT INTERNATIONAL FACT-FINDING MISSION TO INVESTIGATE THR IMPLICATIONS OF THE ISRAELI SETTLEMENTS ON THE CIVIL, POLITICAL, ECOMOMIC, SOCIAL AND CULTURAL RIGHTS OF THE PALESTINIAN PEOPLE THROUGHOUT THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORY, INCLUDING EAST JERUSALEM
https://undocs.org/en/A/HRC/43/71

[11]
41. Hadiklaim Israel Date Growers Cooperative Ltd. (g) Israel” 

REPORT OF THE UNITED NATIONS HIGH COMMISIONER FOR HUMAN RIGHTS
DATABASE OF ALL BUSINESS ENTERPRISES INVOLVED IN THE ACTIVITIES DETAILED IN PARAGRAPH 96 OF THE INDEPENDENT INTERNATIONAL FACT-FINDING MISSION TO INVESTIGATE THR IMPLICATIONS OF THE ISRAELI SETTLEMENTS ON THE CIVIL, POLITICAL, ECOMOMIC, SOCIAL AND CULTURAL RIGHTS OF THE PALESTINIAN PEOPLE THROUGHOUT THE OCCUPIED PALESTINIAN TERRITORY, INCLUDING EAST JERUSALEM
https://undocs.org/en/A/HRC/43/71

[12]


DOC.P

OPEN BRIEF AAN DIRK

8 FEBRUARI 2017

http://www.docp.nl/open-brief-aan-dirk/

[13]


DOC.P

OPEN BRIEF AAN DIRK

8 FEBRUARI 2017

http://www.docp.nl/open-brief-aan-dirk/

Reacties uitgeschakeld voor Dirk van den Broek en de Israelische nederzettingen/Het bloedgeld van Dirk van den Broek

Opgeslagen onder Divers

Volkskrant en Israelische kolonisten/Volkskrant redacteur Buitenland Sacha Kester’s impliciete steun aan landdiefstal

VOLKSKRANT EN ISRAELISCHE KOLONISTEN/VOLKSKRANT REDACTEUR BUITENLAND SACHA KESTER’S IMPLICIETE STEUN AAN LANDDIEFSTAL

De nederzetting Eli. De nieuwe Israëlische regering hoopt de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever nog voor juli te annexeren. https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-

Image result for settlements/Images

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN DE BEZETTE PALESTIJNSEGEBIEDENILLEGAAL VOLGENS HET INTERNATIONAAL RECHT
https://rightsforum.org/achtergronden/dossiers/internationaal-recht/kolonisatie-een-ernstige-schending/

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN DE BEZETTE PALESTIJNSEGEBIEDENILLEGAAL VOLGENS HET INTERNATIONAAL RECHT
https://rightsforum.org/achtergronden/dossiers/internationaal-recht/kolonisatie-een-ernstige-schending/


VOORAF
Beste lezers,
Herinnert u zich nog, dat ik recentelijk de Volkskrant redactie heb aangesproken op hun impliciete pro Israel artikel ” ISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR” 
ZIE ARTIKEL
https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/
ZIE MIJN FELLE BRIEF AAN DE VOLKSKRANT

Heel snel heb ik daarop een reactie ontvangen van de journaliste van dit artikel, de Volkskrant redacteur Buitenland, Sacha Kester
Zie direct hieronder haar reactie [in mail], die voor zich spreekt:Ze betoogt, dat ze de diverse partijen [niet alleen de kolonisten] aan het woord laat in reeds geplaatste of nog te plaatsen stukken.
Mijn directe kritiek gold echter niet haar gebrek aan hoor en wederhoor [hoewel dat ook belangrijk is], maar haar partijdige taalgebruik en het feit, dat ze de kolonisten kritiekloos aan het woord laat.Let wel:Ze mag ze best aan het woord laten, omdat ook hun zienswijze gehoord moet worden, maar dan met kritische kanttekeningen.
Enfin, ik heb haar inmiddels van repliek gediend en niet mals ook!
Zie eerst het gewraakte Volkskrant artikel [A]Daarna mijn oorspronkelijke brief, als link [B]Vervolgens het antwoord van Sacha Kester aan mij,in mail [C]mijn reactie op Sacha Kester’s antwoord, in mail [D]En tenslotte, mijn oorspronkelijke brief aan de Volkskrant, in mail [E]

VEEL LEESPLEZIER!
Astrid Essed

A
VOLKSKRANT ARTIKEL”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar” 
https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/
ZIE VOOR TRANSCRIPTIE ARTIKEL
https://www.astridessed.nl/israelische-kolonisten-over-vredesplan-trump-volkskrant-als-spreekbuis-kolonisten-felle-brief/

B
BRIEF AAN DE VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER VREDESPLAN TRUMP/VOLKSKRANT ALS SPREEKBUIS KOLONISTEN/FELLE BRIEF!ASTRID ESSED
https://www.astridessed.nl/israelische-kolonisten-over-vredesplan-trump-volkskrant-als-spreekbuis-kolonisten-felle-brief/

C

ANTWOORD SACHA KESTER, JOURNALISTE/SCHRIJFSTER VAN BOVENSTAAND ARTIKEL, AAN MIJIN MAIL


Sacha Kester <sacha.kester@volkskrant.nl>
To:Astrid EssedCc:VK OmbudsmanTue, Apr 28 at 10:47 PM

Beste mevrouw Essed,

Allereerst hartelijk dank voor uw uitgebreide bericht. U heeft uw mail naar de redactie gestuurd, maar graag reageer ik nog even persoonlijk.

We hebben het er zelf ook lang over gehad; hoe we dat plan van Trump zouden aanpakken, en hebben bewust besloten om niet de voorspelbare reportage te gaan maken aan twee kanten van het hek, waarbij de ene partij zegt dat het een prachtig plan is, en de andere het afschuwelijk vindt. 

Het idee was om een drieluik te maken, waarin we betrokken groepen aan het woord laten over drie aspecten uit het plan: de Israëlische Arabieren, de kolonisten en de Palestijnen. Op deze manier kun je meer de diepte in gaan, en het leek ons belangrijk om te laten zien wat de gevoelens en motieven van betrokkenen zijn, en hoe zelfs binnen die groepen weer verschillen zijn (de ene kolonist vond het een prachtig plan, de ander vond het niet ver genoeg gaan). Dat maakt ook duidelijk hoezeer betrokkenen  ingegraven kunnen zitten in hun eigen gelijk, en hoe uitzichtloos dit conflict is. 

De corona pandemie heeft enigszins roet in het eten gegooid, want het eerste verhaal van het drieluik is in februari verschenen, en daarna was er plotseling geen plek meer voor een reportage waarin het woord ‘corona’ niet voorkomt. Gelukkig komt daar nu weer wat meer ruimte voor. 

Maar ik begrijp uw kritiek: achteraf hadden we in het intro duidelijk moeten maken dat het verhaal onderdeel was van een drieluik.

Hier is de link naar het verhaal van de Israëlische Arabieren: 

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/premier-israel-dacht-dat-vredesvoorstel-trump-hem-duwtje-in-de-rug-kon-geven-maar-het-brengt-juist-boze-arabieren-naar-de-stembus~bdbaa33d/

Het verhaal vanuit de Palestijnen (vanuit twee verloederde buitenwijken van Jeruzalem, die Trump hen als kruimel toewerpt, met de mededeling dat zij daar hun hoofdstad van kunnen maken) komt binnenkort.  

Met vriendelijke groet,Sacha KesterRedacteur buitenland, de Volkskrant
www.volkskrant.nl@sachakesterMobile: +31 6 466 48 490Desk: +31 20 562 2817

D

MIJN REACTIE OP HET ANTWOORD VAN SACHA KESTERIN MAIL

Astrid Essed To:Sacha KesterCc:VK OmbudsmanWed, Apr 29 at 2:17 PM

AANMEVROUW S KESTERREDACTEUR BUITENLAND DE VOLKSKRANT
Geachte mevrouw Kester,
[VOORAFVoor het gemak nog even mijn oorspronkelijke mail aan u onder P/S]
Vriendelijk bedankt voor uw snelle reactie, hetgeen door mij gewaardeerd.U denkt door uw reactie aan mij, mij te overtuigen, dat u wel degelijk hebt beantwoord aan het journalistieke principe ”hoor en wederhoor”, omdat uw artikel””Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar” onderdeel is van een drieluik waarbij zowel de kolonisten [uw door mij gewraakte artikel] de ”Israelische Arabieren” [in feite een idiote term, het was gewoon dat onderdeel van de oorspronkelijke Palestijnse bevolking, dat niet etnisch gezuiverd was door de Israelisch-zionistische troepen en in het huidige Israel, HUN vaderland Palestina, was blijven wonen] en de Palestijnen aan het woord komen.Nu is dat artikel over de ”Israelische Arabieren” reeds gepubliceerd, waarvan u mij de link hebt toegestuurd, [1]Ik kan de inhoud niet beoordelen, want u hebt er een betaalmuur op staan.Ook weet ik natuurlijk nog niet, hoe uw nog te publiceren artikel over de Palestijnen eruit gaat zien.Maar dat is niet van groot belang voor mijn kritiek.Want, als u mijn brief goed gelezen hebt, centreerde mijn kritiek zich rond het feit, dat u niet alleen de kolonisten kritiekloos aan het woord liet, maar u zichzelf bovendien, ten nadele van de Palestijnen, bevooroordeeld toonde.Nog  ten overvloede een toelichting
MOPPERENDE PALESTIJNEN
Ik citeer wederom uit uw artikel
”Het plan van Trump werd juichend omarmd door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, maar vol afschuw verworpen door Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.” [2]
En ik herhaal wederom wat ik ook al in mijn mail schreef:Met dat ”mopperende Palestijnen” vertolkt u NIET de mening van een of andere kolonist [en gezien hun wereldbeeld zou ik die opmerking begrijpen], maar dit is uw [redacteur Buitenland Volkskrant] eigen interpretatie en vandaar mijn verontwaardiging.Nogmaals, hoe durft u taalgebruik ”mopperen” in de mond [of liever gezegd, de pen] te nemen, op de hoogte zijnde van de Israelische bezetting, etnische zuiveringen, oorlogsmisdaden.Dat vind ik getuigen van een totaal gebrek aan empathie, aan politiek-historische realiteit, aan 21ste eeuws besef.Want dit is geen artikel uit 1970, toen Nederland, media incluis, nog fanatiek pro Israel was, maar u schrijft dit artikel in 2020 ”met de kennis van nu”En dan zeg ik:Als redacteur nota bene [ik had het wat Palestina betreft beter gedaan als Buitenland redacteur van de Volkskrant!] van een krant, die men een ”kwaliteitskrant” noemt, hebt u het er in dit artikel belabberd afgebracht.
”AMERIKAANSE BUITENWIJK” EN ”ONVEILIGHEID” KOLONISTEN
Weer een citaat van u
”De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.”……….”De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’ [3]
Ook hieruit blijkt weer uw bevooroordeeldheid en uw [of u dat nu bewust hebt nagestreefd of niet] impliciete steun aan die kolonisten.Want-en nu ga ik even heel scherp zijn en laat iedere historische vergelijking verder buiten beschouwing, alleen een eye opener voor u]-WAT als er nu [volgt u het Bevrijdingsjournaal? [4], was geschreven over het huis van Duitsers, die zich in de bezettingstijd huizen van Nederlandse Joden hadden toegeeigend
”De ……. doet denken aan een Duitse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.”
Terwijl je weet, hoeveel Joods leed erachter schuilgaat.Leed van gedeporteerde mensen
U doet niet anders:U maakt een idyllisch beeld van huizen van Israelische kolonisten, met weglating van het verschrikkelijke dat erachter schuilt:
Het Palestijnse leed.Het leed van van hun land weggejaagde Palestijnen.Van het land, dat eeuwenlang van hen was……..
Die uitspraak over die ”keurige buitenwijk” is NIET van de kolonisten zelf, maar van u.Hieruit blijkt dus weer uw bevooroordeeldheid.
En wat die ”onveiligheid” van de kolonisten betreft.Ik ben het met u eens:Niemand mag een ander te lijf gaan, mensen bedreigen, iemand’s veiligheid bedreigen, Palestijn of kolonist.Maar ten eerste zijn die Palestijnse aanvallen vaak zelfv erdediging.Ten tweede negeert u maar gemakshalve even het feit van de veel grotere bedreiging:De aanvallen van kolonisten op de bezette Palestijnse bevolking, vaak met steun van de Israelische Staat en bezettingsleger. [5]

KOLONISTEN EN KRITIEK
Nogmaals:Ik heb er geen enkel bezwaar tegen, dat u in een artikel een stel kolonisten interviewt, die ook hun gezichtspunt belichten.Dat hoort bij het journalistieke vak, de gezichtspunten van de diverse dramatis personae [6] belichten.Waar ik WEL bezwaar tegen heb is, is VOORAL het feit, dat u niet duidelijk aangeeft, hoezeer die nederzettingen in strijd zijn met het Internationaal Recht, hoeveel VN resoluties daaroverheen gegaan zijn, hoe vaak de EU en de Nederlandse regeringen de illegaliteit van die nederzettingen niet hebben veroordeeld.Hoe president Donald [helaas geen stripfiguur] Trump breekt met de VS opstelling, dat die nederzettingen illegaal zijn.
Moest dat allemaal in uw artikel?
Neen.Maar een enkele, duidelijk kritische reactie over de illegaliteit van deze roofnederzettingen [7] had er WEL in voor moeten komen.
De opmerkingen en zienswijzen van de kolonisten laat ik bij hen.Maar u als redacteur had zich EN in taalgebruik niet partijdig moeten uiten EN de werkelijkheid rond de nederzettingen moeten belichten in een noot of wat dan ook.
U hebt mij dan ook allerminst overtuigd van uw journalistieke objectiviteit, ook al laat u andere Spelers in dit conflict aan het woord.En een lesje Internationaal Recht zou u zeker aan u besteed zijn.
Ik hoop dat u hiervan leert.Verdere discussie gesloten
Vriendelijke groeten
Astrid Essed Amsterdam 
NOTEN
[1]

VOLKSKRANT LINK MET ARTIKEL OVER ISRAELISCHE ARABIEREN
https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/premier-israel-dacht-dat-vredesvoorstel-trump-hem-duwtje-in-de-rug-kon-geven-maar-het-brengt-juist-boze-arabieren-naar-de-stembus~bdbaa33d/

[2]
VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020 

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

[3]

”De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.”……….”De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’
VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020 

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

[4]

NOSBEVRIJDINGSJOURNAALWELKOM, JE BENT HIER 75 JAAR TERUG IN DE TIJD. VOLG DE BEVRIJDING VAN NEDERLAND VAN DAG TOT DAG
https://nos.nl/75jaarbevrijding/[5]
BTSELEM.ORGSTATE BACKED SETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence

”Violence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.”

BTSELEM.ORGSETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence

[6]CAMBRIDGE DICTIONARYall the characters in a play
https://dictionary.cambridge.org/dictionary/english/dramatis-personae

[7]DE ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN”The Fourth Geneva Convention prohibits an occupying power from transferring citizens from its own territory to the occupied territory (Article 49).The Hague Regulations prohibit an occupying power from undertaking permanent changes in the occupied area unless these are due to military needs in the narrow sense of the term, or unless they are undertaken for the benefit of the local population.”BTSELEM.ORGSETTLEMENTS
https://www.btselem.org/settlements
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTIONhttps://www.icrc.org/applic/ih l/ihl.nsf/Article.xsp?action=o penDocument&documentId=77068F1 2B8857C4DC12563CD0051BDB0HET HAAGS VERDRAG VAN 1907HAGUE CONVENTION 1907
https://www.loc.gov/law/help/us-treaties/bevans/m-ust000001-0631.pdf
EINDE NOTEN
BRIEF ASTRID ESSED AAN DE VOLKSKRANT REDACTIE:

P/S

Astrid Essed To:redactie@volkskrant.nl,ombudsman@volkskrant.nl
Sat, Apr 25 at 9:07 PMAANVOLKSKRANT REDACTIE

Onderwerp:Uw artikel ”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar”
[Het artikel is geschreven door uw journalist Sacha van Kester, maar ik richt mij tot u, omdat u uiteindelijk hoofdverantwoordelijkheid draagt]
Geachte Redactie,

‘Fair is foul and foul is fair””Hover through the fog and filthy air”
SHAKESPEARE MACBETHACT ONE, SCENE ONE
http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html

Welke woorden begrijpt u niet uit het rijtje:Bezetting, diefstal en etnische zuiveringen?Hebt u sinds 1970 onder een steen geslapen en bent u op 21 april 2020 wakker geworden?En waarom steek ik er eigenlijk nog tijd in, een  jankerig, propagandistisch en journalistiek als de uwe onder de maats artikel zoals door u geschreven, te debunken? [1]Fair is foul and foul is fair…..[2]
JA:Ik doel daarbij op uw verbazingwekkende [maar dan in het negatieve] kolonisten interview, getiteld: ”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar”Transcriptie hiervan onder P/S
Het is, dat ik het zelf gelezen heb, anders zou ik het niet geloofd hebben van een redactie, die als ”eigentijds” te boek staat.

UW ARTIKEL
Wat ik kwalijk vind aan uw artikel is niet, dat u een stel kolonisten interviewt over het zogenaamde ”vredesplan” van de Amerikaanse president Trump [3], want ook hun gezichtspunt mag belicht worden.Maar wat mij byzonder stoort en waarover ik mij echt heb opgewonden-dat mag u rustig weten- is, dat u dit niet alleen KRITIEKLOOS doet, maar dat u er nog een schepje bovenop gedaan hebt, door u partijdig te tonen.Hoe durft u , anno 2020, met alle kennis over bezettings en kolonisatiepolitiek van de Staat Israel? [4]Daarover zometeen

UW ARTIKELKRITIEKLOOS, FEITELIJK ONJUIST EN PARTIJDIG
Ik citeer eerst drie gedeelten uit uw artikel, dan ga ik ten aanval:

CITAAT 1HET ”GEMOPPER” VAN DE PALESTIJNEN”
”Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.”
EINDE CITAAT 1
CITAAT 2DE ”ONVEILIGHEID” VAN DE KOLONISTEN

De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.

Maar er zijn ook zaken die eraan herinneren dat dit geen slaperig dorpje in een vredige provincie is. Zo is de speelplaats van het kinderdagverblijf omgeven door een fors hek – alsof de kleintjes spelen in een grote kooi. De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’

EINDE CITAAT 2

CITAAT 3

”TERUGKEER VAN HET JOODSE VOLK NAAR HET LAND ISRAEL”

Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.’ 

EINDE CITAAT 3

CITAAT 1

HET ”GEMOPPER” VAN DE PALESTIJNEN

Hoe durft u, Volkskrant Redactie!

Want dit is niet een opmerking van een van de drie door u geinterviewde kolonisten-van wie ik dit nog zou kunnen volgen-maar van u als redactie!

WAT nou ”gemopper”!

Moet ik u er in 2020 aan herinneren, dat er sprake is van een 53 jaar durende bezetting, met als gevolg onderdrukking, mensenrechtenschendingen, oorlogsmisdaden? [5]

Dat met dit onzalige plan liefst 30 procent van bezet land, waar de Palestijnen recht op hebben, wordt geannexeerd, ten behoeve van de ILLEGALE [dat moet voor u blijkbaar in hoofdletters worden afgedrukt] nederzettingen?

Ja, illegaal volgens het Internationaal Recht!! [6]

En dat weet u dondersgoed!

Overigens, ook door de EU werd het onzalige Trump vredesplan afgewezen [7], zoals u ongetwijfeld weet.

Dat zogenaamde Palestijnse ”gemopper” is dus niets meer of minder dan meer dan terechte kritiek op het plan van een president, die van meet af aan uitverkoop hield met Palestijnse rechten, door de nederzettingen niet meer illegaal te verklaren [8] en daarna te komen met wat hij een ”vredesplan” noemt.
CITAAT 2DE ”ONVEILIGHEID” VAN DE KOLONISTEN
Wat u onder dit citaat [zie boven] schreef, vind ik ronduit schunnig.Eerst geeft u een idyllische beschrijving van de leefomgeving van de kolonisten en vervolgens hebt u het lef, te suggereren, dat de veiligheid van deze kolonisten, die hier al uberhaupt al niet horen te zitten, wordt bedreigd door de Palestijnen, die van hun land zijn gejaagd!TOPPUNT!
Hebt u weleens gehoord van al het geweld, dat door Joods-Israelische kolonisten wordt gepleegd tegen de bezette Palestijnse bevolking?
Hier heb ik een ”leuk” geval voor u:Op 29 maart-niet zo lang geleden- werden drie families bedreigd en aangevallen door zeven kolonisten, die waren gewapend met honkbalknuppels en messen.Twee families slaagden erin te vluchten, maar een derde familie was minder gelukkig:Ik citeer de Israelische mensenrechtenorganisatie Btselem
”The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children.” [9]
Dit, Geachte Volkskrant Redactie, is geen incident, maar de dagelijkse realiteit waarmee het grootste deel van de Palestijnse bezette bevolking te maken krijgt!Btselem monitort dit geregeld!Zie onder noot 10
Daarmee zeg ik niet, dat er geen geweld onder Palestijnentegen kolonisten IS, maar niet alleen is dit vaak zelfverdediging, het geweld van kolonisten is schering en inslag en veel bedreigender, omdat het heel vaak wordt ondersteund door het Israelische bezettingsleger en de Staat! [11]

CITAAT 3

”TERUGKEER VAN HET JOODSE VOLK NAAR HET LAND ISRAEL”

”Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.” [12]

Volkskrant redactie, houdt u toch op met die ONZIN!

Dat de kolonisten dit zeggen [het is een uitspraak van een van de geinterviewden] dat had ik niet anders verwacht, maar dat u dergelijke kwalijke Sprookjes kritiekloos laat passeren, slaat werkelijk alles.

De hierboven geinterviewde kolonisten zijn allen naar Israel/Palestina toegekomen, evenals alle nu aanwezige Israeli, terwijl de Palestijnen, die afstammen van de oorspronkelijke bevolking, al eeuwen en eeuwen in Israel/Palestina wonen!

HUN land is, ten gevolge van de [neo]kolonialistische machtspolitiek in 1947 verdeeld [Palestina, eerst onderdeel van het Ottomaanse Rijk, sinds 1922 Brits Mandaat gebied, in 1947 over de hoofden van de Palestijnen verdeeld in een Joods en Arabisch deel [13]

ZIJ zijn in de oorlog van 1947/48 etnisch gezuiverd [14]

HUN [resterende] land is in 1967 bezet door Israelische troepen en nog steeds bezet, ondanks VN Veiligheidsraadsresolutie 242 [15] en ik weet niet hoeveel opvolgende resoluties, allemaal door Israel genegeerd [16]

Land van de Palestijnen is gestolen door de Israelische Staat en verdeeld onder een stel kolonisten [17], dus wie is hier nu eigenlijk slachtoffer?

Wie hoorde, als er sprake van geweest van een normaal dekolonisatieproces zoals in andere delen van de wereld, het bestuur over een ONverdeeld Palestina te krijgen?

De Palestijnen, als oorspronkelijke bevolking?

Of vanuit Europa gekomen zionisten, die een Staat wilden stichten in andermans land?

Wat als na 2 of 3000 jaar de Batavieren terug zouden keren naar Nederland en de helft van Nederland zouden opeisen?

Ik verwacht niet, dat u dat allemaal in een artikel vermeldt, maar wel, dat u kolonisten, die leven op van de Palestijnen gestolen land [voorheen leefden daar Palestijnse families], niet kritiekloos aan het woord laat.

Misschien is mevrouw Eliana Passentin de ergste koloniste niet [hoewel ik niet in haar hart kan kijken], maar het is gewoon waar:

Zij is een dief.

En ja, daardoor in ieder geval moreel, verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers. [18]

Zij zegt zelf:

”Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven” [19]

Het zou haar sieren, als zij dat per direct deed!

EPILOOG

Het is een schande, redactie, dat onder uw verantwoordelijkheid een stuk is gepubliceerd, waarin kritiekloos de taal van de nederzettingen, een van de ergste kanten van de Israelische bezetting, pure landdiefstal en terreur, wordt gesproken.

En u draait alles om!

Fair is foul and foul is fair [20]

Vrij vertaald uit het Shakespeare van Macbeth:

Goed is bij u slecht en slecht is bij u goed.

Landdieven moeten zogenaamd vrezen voor hun ”veiligheid” terwijl juist zij de bezette Palestijnse bevolking aanvallen.

En mensen, die niet langer dan vanaf het begin van de 20ste eeuw naar Palestina/Israel zijn toegekomen, zou  het land rechtens toebehoren, terwijl de Palestijnen, die er onafgebroken al eeuwenlang wonen, blij mogen zijn met de kruimels, die Israel en consorten [de Bende van Trump] hen willen toeschuiven.

In 1970 zou deze onzin in een Nederlandse krant niet hebben misstaan, vanwege het fanatiek pro Israel klimaat.

In 2020 zouden de media, uw krant voorop, beter moeten weten.

Daarom heb ik toch maar weer tijd en energie gestoken, uw pro Israelische en historisch onjuiste onzin te bestrijden.

PAS EROP!

Ik wil dergelijke onzin niet meer in uw krant tegenkomen!

Bedankt voor het lezen van deze brief en leer ervan!

Vriendelijke groeten

Astrid Essed

 Amsterdam 

[1]

DICTIONARYCAMBRIDGE.ORGDEBUNK
to show that something is less important, less good, or less true than it has been made to appear

https://dictionary.cambridge.org/dictionary/english/debunk

[2]

Macbeth

ACT I  SCENE I A desert place. 
[Thunder and lightning. Enter three Witches]
First WitchWhen shall we three meet again
In thunder, lightning, or in rain?
Second WitchWhen the hurlyburly’s done,
When the battle’s lost and won.
Third WitchThat will be ere the set of sun.5
First WitchWhere the place?
Second WitchUpon the heath.
Third WitchThere to meet with Macbeth.
First WitchI come, graymalkin!
Second WitchPaddock calls.10
Third WitchAnon!
ALLFair is foul, and foul is fair:
Hover through the fog and filthy air.
[Exeunt]

SHAKESPEARE’S MACBETH

http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html  



[3]


NOS 
TRUMP PRESENTEERT PLAN VOOR ISRAEL EN PALESTIJNEN

https://nos.nl/artikel/2320693-trump-presenteert-plan-voor-israel-en-palestijnen.html 


De Amerikaanse president Donald Trump heeft een plan gepresenteerd om het Israëlisch-Palestijns conflict te beëindigen. Volgens Trump is het de “deal van de eeuw”. De Israëlische premier Netanyahu, die bij de presentatie in het Witte Huis aanwezig was, is tevreden, maar de Palestijnen hebben het plan op voorhand afgewezen.Mede door die afwijzing lijkt de kans minimaal dat het voorstel de vredesbesprekingen tussen Israël en de Palestijnen tot leven zal wekken. De laatste Israëlisch-Palestijnse onderhandelingen strandden na een reeks vruchteloze pogingen in 2014.Het plan omvat een “realistische tweestatenoplossing”, zei Trump. Dat is een scenario dat de internationale gemeenschap, waaronder Nederland, ook steunt. Maar de Amerikanen gaan verder en erkennen de Israëlische nederzettingen op onder andere de Westelijke Jordaanoever, die illegaal zijn verklaard door de Verenigde Naties en ingaan tegen het internationaal recht.De Amerikaanse president twitterde na de persconferentie een kaart van het grondgebied zoals hij dat ziet in wat hij zijn ‘vredesplan’ noemt. In dit voorstel raken de Palestijnen veel gebied kwijt, en dat is ook dan ook een belangrijke reden dat ze het nieuwe Amerikaanse plan afwijzen.

Netanyahu was juist lovend en zei dat Trump de soevereiniteit van Israël in de Jordaanvallei en alle nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever erkent. Hij noemde Trump “de grootste vriend van Israël ooit in het Witte Huis”. Na de persconferentie voegde de Israëlische premier nog toe dat hij zijn kabinet zal vragen in te stemmen met annexatie van gedeeltes van de Westelijke Jordaanoever.Een ander heikel punt is Jeruzalem, dat in de woorden van Trump de “onverdeelde hoofdstad” van Israël zal zijn. Hij zei dat onder luid applaus en gejoel, waarna hij knipoogde naar Netanyahu. “Maar dat stelt niet zoveel voor, dat heb ik al voor jullie gedaan.” Daarmee doelt hij op zijn besluit om de Amerikaanse ambassade in Israël naar Jeruzalem te verplaatsen en de stad als hoofdstad van Israël te erkennen.

Het zou “niet eerlijk” zijn als de Palestijnen niets krijgen in het plan, zei de president van de VS. Daarom staat erin dat de Palestijnen een hoofdstad krijgen in Oost-Jeruzalem en dat ze meer dan twee keer zo veel territorium krijgen.Jeruzalem is een van de grote twistpunten in het conflict en het is niet duidelijk hoe Trump zijn uitspraken met elkaar wil rijmen: het idee van een onverdeeld Jeruzalem is immers strijdig met de belofte dat de Palestijnen een hoofdstad krijgen in het oostelijk deel van de stad, al dan niet in een buitenwijk op de Westelijke Jordaanoever.’Bedrog van de eeuw’Trump zei tegen Mahmoud Abbas, de president van de Palestijnse Autoriteit, dat de Verenigde Staten hem zullen helpen “als hij voor vrede kiest”. Maar van Palestijnse kant klinkt harde kritiek. “Ik kan dit geen vredesplan noemen”, zei de Palestijnse hoofdonderhandelaar Saeb Erekat in een interview met de NOS. Hij noemt het plan niet de deal, maar “het bedrog van de eeuw”.

Trump heeft voor de Palestijnen als bemiddelaar afgedaan na een reeks pro-Israëlische beslissingen. Zo viel de beslissing van de Amerikaanse president om Jeruzalem als hoofdstad van Israël te erkennen en de Amerikaanse ambassade naar die stad te verplaatsen, niet in goede aarde.Vandaag demonstreerden dan ook duizenden Palestijnen tegen het plan, ook al voordat het werd gepresenteerd. Zowel in de Gazastrook, waar de radicaal-islamitische beweging Hamas de dienst uitmaakt, als in de Westelijke Jordaanoever gingen betogers de straat op. Het Israëlische leger houdt er rekening mee dat er extra troepen worden ingezet.

Zo impopulair als Donald Trump onder de Palestijnen is, zo geliefd is hij bij de Israëliërs. In de Israëlische politiek kan dit plan op brede instemming rekenen. Zowel premier Netanyahu als oppositieleider Gantz mocht het vooraf inzien en beiden toonden zich tevreden.Gantz, van de partij Blauw en Wit, ziet het plan als “een belangrijke en historische mijlpaal”. En ook Netanyahu is klaar om “geschiedenis te schrijven”.Voor de Israëlische premier biedt de presentatie van het plan in de aanloop naar de verkiezingen van maart bovendien een welkome afleiding van zijn juridische problemen. Vandaag werd Netanyahu officieel aangeklaagd in drie verschillende corruptiezaken, nadat was gebleken dat het parlement hem geen onschendbaarheid voor de rechter wilde verlenen. 


[4]


THE RIGHTS FORUM

https://rightsforum.org/ 


BTSELEM.ORG


https://www.btselem.org/ 


WEBSITE ASTRID ESSED
PALESTINA

https://www.astridessed.nl/tag/palestina/  





CIVIS MUNDIZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHTASTRID ESSED
https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024 


[5]


ZIE NOOT 4




[6]


DE ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN”The Fourth Geneva Convention prohibits an occupying power from transferring citizens from its own territory to the occupied territory (Article 49).The Hague Regulations prohibit an occupying power from undertaking permanent changes in the occupied area unless these are due to military needs in the narrow sense of the term, or unless they are undertaken for the benefit of the local population.”BTSELEM.ORGSETTLEMENTS
https://www.btselem.org/settlements 
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTIONhttps://www.icrc.org/applic/ih l/ihl.nsf/Article.xsp?action=o penDocument&documentId=77068F1 2B8857C4DC12563CD0051BDB0HET HAAGS VERDRAG VAN 1907HAGUE CONVENTION 1907
https://www.loc.gov/law/help/us-treaties/bevans/m-ust000001-0631.pdf 

[7]

NOSEU BUITENLAND CHEF BORRELL VEROORDEELT ANNEXATIES IN TRUMP’S VREDESPLAN
https://nos.nl/artikel/2321604-eu-buitenlandchef-borrell-veroordeelt-annexaties-in-trumps-vredesplan.html 

De Europese Unie zal zich niet neerleggen bij een annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever door Israël. EU-buitenlandchef Josep Borrell zegt in een statement dat hij kernelementen van het Amerikaanse vredesplan van vorige week niet accepteert.Het Amerikaanse plan voor het Israëlisch-Palestijns conflict werd een week geleden door president Trump gepresenteerd. De Palestijnen waren niet betrokken bij de onderhandelingen en wezen het plan af. De Israëlische premier Netanyahu was tevreden, hij noemde Trump de grootste vriend van Israël ooit in het Witte Huis.Scherpere veroordelingHet plan voorziet in annexatie van de Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en van de Jordaanvallei. De Verenigde Staten vinden dat legitiem.Een groot deel van de internationale gemeenschap vindt dat de nederzettingen illegaal zijn, omdat ze gebouwd zijn in bezet gebied en indruisen tegen internationaal recht en resoluties van de Verenigde Naties.”We zijn verontrust over uitspraken over annexaties van de Westelijke Jordaanoever en de Jordaanvallei”, zegt de EU’s hoogste buitenlandvertegenwoordiger. “De EU erkent de soevereiniteit van Israël in de sinds 1967 bezette gebieden niet. Stappen richting annexatie zullen niet onbetwist blijven.”Borrell veroordeelt Trumps plan scherper dan dan hij aanvankelijk deed. Twee dagen geleden zei de EU-diplomaat dat het voorstel weinig kans van slagen heeft als niet alle partijen betrokken zijn bij vredesonderhandelingen. Bij de presentatie zei Borrell het plan nader te bekijken. 

[8]

[8]

NOSVS ZIET ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN NIET LANGER ALS ILLEGAAL18 NOVEMBER 2019
https://nos.nl/artikel/2311044-vs-ziet-israelische-nederzettingen-niet-langer-als-illegaal.html 

De Verenigde Staten beschouwen Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever niet langer als strijdig met het internationaal recht. Minister van Buitenlandse Zaken Pompeo heeft de koerswijziging bekendgemaakt.De stap volgt in een reeks pro-Israëlische beslissingen van de regering van president Trump. Eerder besloot de Amerikaanse president om Jeruzalem te erkennen als de ongedeelde hoofdstad van Israël en de Amerikaanse ambassade erheen te verplaatsen. Daarna heeft hij de financiële steun aan de Palestijnen stopgezet. In maart erkende de president de annexatie van de Golanhoogten, die Israël in 1967 veroverde op Syrië.HindernisDe Israëlische premier Netanyahu spreekt zijn waardering uit voor de Amerikaanse stap. Hij noemt het “een belangrijke maatregel die een historische fout corrigeert”. Israël blijft bereid tot vredesonderhandelingen met de Palestijnen, maar zal blijven afwijzen dat sprake is van illegale nederzettingen, aldus Netanyahu.De Palestijnse president Abbas zegt in reactie dat de VS zijn geloofwaardigheid om een rol te spelen in het vredesproces heeft verloren.Ook de Palestijnse politica Hanan Ashrawi veroordeelt de Amerikaanse koerswijziging. Volgens haar is het “een nieuwe klap voor het internationale recht, gerechtigheid en vrede”.De Europese Unie en de meerderheid van de internationale gemeenschap achten de nederzettingen volgens internationaal recht illegaal. En dat blijft zo, liet EU-buitenlandchef Mogherini weten in een verklaring.Vorige week oordeelde het Europees Hof voor Justitie nog dat levensmiddelen uit Israëlische nederzettingen niet langer het label ‘made in Israel’ mogen dragen.TweestatenoplossingDe EU ziet de Israëlische nederzettingen net als internationale organisaties als de Verenigde Naties als een grote hindernis voor een oplossing van het conflict met de Palestijnen. Zij beschouwen de bezette Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem als essentiële onderdelen van een toekomstige Palestijnse staat.In de verklaring roept Mogherini Israël op om te stoppen met de uitbreiding van nederzettingen.In 2016 nam de VN-Veiligheidsraad een resolutie aan waarin van Israël wordt geëist dat het stopt met bouwen in nederzettingen, “een flagrante schending” van het internationaal recht. De VS, onder president Obama, koos toen voor een koerswijziging en blokkeerde de resolutie niet maar onthield zich van stemming. De Amerikaanse VN-ambassadeur van destijds zei dat de nederzettingen een tweestatenoplossing in de weg staan.Israël bezette de gebieden in 1967. Sindsdien groeide het aantal Israëlische kolonisten er tot meer dan 600.000. 

[9]

BTSELEM.ORGAL-MUGHAYIR: SETTLERS ENTER VILLAGE GROVES AND ATTACK FAMILIES
https://www.btselem.org/settler_violence_updates/during-corona-crisis  



March 202029Al-Mughayir, Ramallah District, 29 March 2020: Settlers enter village groves and attack familiesAl-Mughayir: Settlers enter village groves and attack familiesOn 29 March 2020, around 3:30 P.M., three families from the village of al-Mughayir met in a-Dhahrat, north of the village, to have a picnic in the olive groves. The settlement outpost of Adei Ad was built about five kilometers from there. Just after they parked and got out of their cars, the families saw seven settlers, armed with clubs and knives, coming towards them from the settlement.Two of the families managed to flee in the tractor cart of a farmer who was passing by. The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children.
[10]

”Violence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.”

BTSELEM.ORGSETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence  



[11]
BTSELEM.ORGSTATE BACKED SETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence  


State-Backed Settler ViolenceState-Backed Settler Violence   11 November 2017Share:   Facebook shareTwitterWhatsApp  Violence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.The long-term outcome of settler violence is the dispossession of Palestinians from more and more areas in the West Bank, facilitating Israel’s seizure of land and resources.Under international law, Israel has a duty to protect Palestinians in the West Bank from this conduct. However, Israeli authorities routinely shirk this responsibility, even when the violent actions can be anticipated. Thousands of testimonies, videos and reports, as well as many years of close monitoring by B’Tselem and other organizations, reveal that Israeli security forces not only allow settlers to harm Palestinians and their property as a matter of course – they often provide the perpetrators escort and back-up. In some cases, they even join in on the attack. In other instances, security forces have prevented anticipated harm by removing the targeted Palestinians, rather than the Israeli assailants.The law enforcement agencies, for their part, rarely make settlers face consequences for attacking Palestinians. In almost all cases, the investigations – if one was opened, in the first place – have not resulted in any action taken against the perpetrators. This undeclared policy of lenience toward settler violence aimed at Palestinians has been documented in numerous reports by human rights organizations, as well as in official state reports (such as the Karp Report of 1982 and the Shamgar Report of 1994).In a ten-year review published in May 2015, human rights organization Yesh Din found that some 85% of investigations into such cases (including violence, arson, damage to property, mutilation of trees and takeover of land) ended with no further action taken, and that the odds of a police complaint filed by a Palestinian resulting in the conviction of an Israeli civilian were a mere 1.9%. Given the futility of this effort, many Palestinians choose to forgo filing a complaint altogether.Since it was founded in 1989, B’Tselem has been documenting incidents of settler violence against Palestinians and advocating for security forces to fulfill their obligation to protect Palestinians and their property from such injury. For many years, B’Tselem has stressed the duty of Israeli authorities to make the necessary preparations, including allocating forces, to prevent attacks that can be predicted – especially when they are carried out in the open – and arrest the assailants. We have repeatedly called attention to the responsibility of the law enforcement agencies to quickly and efficiently investigate attacks after they take place. B’Tselem has provided the police and the military with documentation of such attacks, including video footage filmed by volunteers. We have also helped Palestinian victims file complaints with the police and have monitored the investigations – including appealing closed cases. After more than 25 years of this work, there is no escaping the conclusion that the authorities merely make a show of law enforcement in this context and that, with few exceptions, they have no interest in seriously investigating settler violence against Palestinians.A stark example recurs every year during the olive harvest. After repeated settler attacks, the military forbade Palestinian farmers from entering their own land if it lies near a settlement – instead of protecting the farmers by enforcing the law on the settlers. In 2004, the heads of five Palestinian local councils petitioned Israel’s High Court of Justice (HCJ), demanding that the military allow them to access their lands and protect them from settler attacks during the olive harvest. The court accepted the petition about two years later, ruling that the military should not, in general, deny Palestinians access to their land in the name of protecting them. The justices also ruled that the security establishment must “give clear, unequivocal instructions to the forces operating in the field” and also “deploy forces to protect the property of the Palestinian inhabitants” (HCJ 9593/04 Murar et al. v. IDF Commander for Judea and Samaria et al.). As a result, the state created a “coordination system” for supposedly enabling Palestinians throughout the West Bank to access their land for several days, twice a year – during the harvest and plowing seasons. This requires prior coordination with the military, which assigns them a security detail.In practice, the system does little to resolve this violent reality and is largely another empty show of law enforcement. First, it furthers the assumption that the solution lies with restricting the Palestinian victims, rather than the violent settlers. Second, it is relevant to two specific periods every year, leaving settlers free to roam and vandalize land and trees the rest of the time, while the Palestinian owners are barred access. Third, the military requires Palestinians to undergo such a complicated coordination process and meet so many requirements that, in many cases, attaining access is impossible.Settler violence has a pervasive impact on life in the West Bank, creating a lingering sense of intimidation. Countless attacks have left their traumatic mark on individual Palestinians and on the collective memory. As a result, many Palestinians now avoid approaching “danger zones” near settlements. Landowners do not dare enter these areas without military escort or Israeli civilians accompanying them. As a result, in some plots, the yield has become so poor that the owners have given up trying to reach the land and tend it. This dynamic has created invisible walls throughout the West Bank, beyond which Palestinians know they face violence to the point of risking their lives.The rogue settlements euphemistically known as “illegal outposts” – since they were formally established in breach of Israeli law, although they enjoy broad government support and funding – contribute to this reality. These 100 or so outposts, established throughout the West Bank since the 1990s, have effectively taken over large swathes of land, expanding the scope of settlement control. This dispossession has been accompanied by violence towards Palestinian landowners that includes physical assaults, threats, attacks on shepherds and theft of land. Apart from very rare exceptions in which outposts were removed further to legal proceedings, virtually all outposts remain standing and are gradually gaining formal recognition as a substantial part of the settlement enterprise.Violent actions of settlers against Palestinians are not exceptions to a rule. Rather, they form part of a broader strategy in which the state colludes, as it stands to benefit from the result. Over time, this unchecked violence is gradually driving Palestinians from more and more locations in the West Bank, making it easier for the state to take over land and resources.

[12]

VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

[13]


CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED

https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

IF AMERICANS KNEW

THE ORIGIN OF THE PALESTINE-ISRAELI CONFLICT

https://ifamericansknew.org/history/origin.html

[14]

PALESTINE REMEMBERED, AL NAKBA 1948

https://www.palestineremembered.com/

WIKIPEDIA

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Ethnic_Cleansing_of_Palestine

WIKIPEDIA

ILAN PAPPE

https://en.wikipedia.org/wiki/Ilan_Papp%C3%A9

ILAN PAPPE

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

[15]

WIKIPEDIA

UN SECURITY COUNCIL RESOLUTION 242

https://en.wikipedia.org/wiki/United_Nations_Security_Council_Resolution_242

[16]

ISRAEL, WERELDKAMPIOEN SCHENDINGEN VN-RESOLUTIES

LODE VANOOST

https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2014/07/30/israel-wereldkampioen-schendingen-vn-resoluties/

[17]

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/topic/settlements

[18]

”Het doet pijn, zegt Eliana Passentin, als mensen zeggen dat zij een misdadiger is. Een dief. Iemand die verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers.”VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/[19]

” Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven”
VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-[20]

‘Fair is foul and foul is fair””Hover through the fog and filthy air”
SHAKESPEARE MACBETHACT ONE, SCENE ONE
Macbeth Act 1 Scene 1 – Fair is foul, and foul is fair
Macbeth Act 1 Scene 1 – Fair is foul, and foul is fairAct 1 Scene 1 of Macbeth with detailed notes and commentary.

EINDE NOTEN

TRANSCRIPTIE ARTIKEL VOLKSKRANT

VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

Duizenden jaren droomden Joden van terugkeer, en bewoners van de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever zijn blij dat Trump hun rechten heeft erkend. ‘Wij horen hier’, zeggen zij. ‘En het is goed als de Palestijnen horen dat wij nooit meer vertrekken.’ Sacha Kester
Sacha Kester | De VolkskrantHet laatste nieuws met duiding van redacteuren, achtergronden, columns, opinie, wetenschap, en recensies van kun…

21 april 2020, 19:56

Het doet pijn, zegt Eliana Passentin, als mensen zeggen dat zij een misdadiger is. Een dief. Iemand die verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers.

Ze woont al 24 jaar op de top van een heuvel in de Westelijke Jordaanoever, en hier zat ze ook op de bank, samen met haar gezin, toen de Amerikaanse president Trump zijn vredesplan voor het Midden-Oosten presenteerde. ‘Het was een emotioneel moment’, zegt ze. ‘Eindelijk werd bevestigd dat wij niet andermans land bezetten, maar daadwerkelijk het recht hebben om hier te zijn – dat het Joodse volk thuishoort in dit gebied.’

Het plan van Trump werd juichend omarmd door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, maar vol afschuw verworpen door Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.

Annexatie

Het plan voorziet in een mogelijke toekomstige Palestijnse staat, maar op slechts 70 procent van de Westelijke Jordaanoever. De andere 30 procent, waar zich meer dan 135 Joodse nederzettingen bevinden (die volgens de meeste landen illegaal zijn), zouden door Israël geannexeerd kunnen worden. Dat gaat heel snel realiteit worden nu Netanyahu deze week een coalitie heeft gesmeed, want in het regeerakkoord staat dat de annexatie nog voor juli dit jaar moet beginnen. 

Passentin is daar blij mee. Ze is opgegroeid in San Francisco, en met haar ouders naar Israël geëmigreerd toen ze 11 was. Na haar huwelijk besloten zij en haar man om naar Eli te verhuizen, wat toen nog een kleine nederzetting was. ‘Mijn echtgenoot had hier, voordat hij in het leger ging, op de Talmoedschool gestudeerd, waardoor we kennissen in de omgeving hadden. Ikzelf was verliefd op de schoonheid van deze regio. Maar wat zeker meespeelde, was het idee om Israël te steunen door ons te vestigen in het land van onze voorvaderen.’

Trots loopt Passentin, ondertussen moeder van acht kinderen, door haar tuin. Ze laat de olijfbomen zien die haar zoon heeft geplant, en wijst naar Shiloh, onderaan de heuvel – de Bijbelse eerste hoofdstad van het Joodse volk en nu een geliefde attractie voor pelgrims. Ze zouden nooit zomaar land stelen, benadrukt Passentin. ‘We bouwen alleen op land waar niemand eigendomspapieren van heeft. Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven.’

Amerikaanse buitenwijk

De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.

Maar er zijn ook zaken die eraan herinneren dat dit geen slaperig dorpje in een vredige provincie is. Zo is de speelplaats van het kinderdagverblijf omgeven door een fors hek – alsof de kleintjes spelen in een grote kooi. De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’

Passentin vindt het vreselijk, die hekken, en zou juist meer contact willen met haar Palestijnse buren. ‘Ik praat met hen in de supermarkt, en ik geloof dat de meesten van hen in vrede met ons willen samenleven. Daar zet ik me ook voor in. Zo zou ik een fotocursus aan Palestijnse vrouwen geven, maar op het laatste moment ging het niet door, omdat hun echtgenoten het niet goed vonden.’ Ze heft haar handen op, palmen naar buiten, een gebaar waarmee ze wil uitdrukken dat zij het dan ook niet meer weet.

Pompeo wijn

Een kleine twintig minuten verderop, drinkt Miri Maoz Ovadia een kop thee bij het bezoekerscentrum van de Psagot wijnmakerij. Op een houten ton staan een aantal opvallende flessen: de Pompeo wijn, vernoemd naar de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo, als dank, omdat hij een rapport heeft verworpen waarin werd gesteld dat Israëlische nederzettingen illegaal zijn.

‘Dit is een fijne regio om een gezin groot te brengen’, zegt Maoz Ovadia, woordvoerster van de regionale raad van dit district. ‘Ja, we wonen achter hekken en we worden soms blootgesteld aan geweld, maar de laatste tijd gaat het beter. De afgelopen vijf jaar hebben wij geen enkele keer naar de schuilkelders hoeven rennen.’

Ook Maoz Ovadia is blij met het voorstel van Trump, en ook zij onderstreept het belang van de erkenning dat zij het recht heeft om hier te leven. ‘Dat was noodzakelijk’, zegt ze. ‘Voorheen werd de Palestijnen steeds voorgespiegeld dat wij hier tijdelijk waren, dat er nog onderhandeld kon worden over onze aanwezigheid, of dat we met geweld kunnen worden verdreven. Dat is een illusie. Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.’

Het is lastig, verzucht Maoz Ovadia, dat twee volken dezelfde plek ‘thuis’ noemen. ‘We zullen samen moeten oplossen hoe we dit land gaan delen, en daarvoor moeten ook wij dromen opgeven. In het plan van Trump staat dat 70 procent van Judea en Samaria naar de Palestijnen gaat. Dat is een groot offer. Ik vind wel dat de Palestijnse Autoriteit eerst moet bewijzen dat zij hun mensen goed kunnen regeren, want zoals het nu gaat, is het slecht voor het Palestijnse volk, en gevaarlijk voor ons. Maar ik heb er vertrouwen in dat er uiteindelijk vrede komt.’

Vijandig volk

Dat vertrouwen wordt niet gedeeld door opiniemaker David Haivri. ‘We moeten af van dat hele idee van een twee staten oplossing’, zegt hij zittend in zijn tuin in de nederzetting Kfar Tapuach. Op de grond ligt een grote hond met een vriendelijke blik, en bij de deur staat kinderspeelgoed. ‘Dit is heilig land voor het Joodse volk, en het idee dat we een deel moeten overdragen aan een vijandig volk, is onverteerbaar.’

Daar is Haivri van overtuigd geraakt door wat de Palestijnse Autoriteiten de afgelopen 25 jaar hebben laten zien. ‘Als zij leiderschap hadden getoond’, zegt hij, ‘als zij hun verantwoordelijkheden hadden genomen, had ik erop kunnen vertrouwen dat er een Palestijnse naast een Joodse staat kon bestaan. Maar ik zie alleen corruptie, incompetentie en de aanmoediging van geweld – of in elk geval het onvermogen om dat te stoppen.’

Haivri wijst erop dat 15 Israëlische nederzettingen volgens het plan van Trump totaal geïsoleerde enclaves in een Palestijnse staat zouden worden. Veertig andere nederzettingen, waaronder de zijne, zouden met een kleine, smalle corridor zijn verbonden met de rest van Israël, omringd door Palestijns grondgebied. Dat is volgens hem niet alleen levensgevaarlijk, de dorpen zouden bovendien niet kunnen groeien omdat de grond buiten de dorpsgrenzen aan een ander land zullen toebehoren. ‘Jongeren kunnen dan geen huis bouwen, en zullen wegtrekken. De gemeenschappen zouden uitsterven.’Eén ding is Haivri dus met de Palestijnen eens: het plan van Trump is niks. Zijn eigen voorstel? Eén groot Israël. ‘Zeker, de Palestijnen zouden hun droom verliezen, en misschien niet mogen stemmen, maar ze zouden wel werk hebben, een goede infrastructuur, en ze zouden hun geloof kunnen uitoefenen. Ze zouden het bij ons beter hebben dan in een Palestijnse Staat. Dat is niet eerlijk, maar de wereld is nu eenmaal hard. En ik ben ervan overtuigd dat we dan eindelijk vrede zouden hebben.’

E

MIJN OORSPRONKELIJKE MAIL AAN DE VOLKSKRANT REDACTIE

Astrid Essed To:redactie@volkskrant.nl,ombudsman@volkskrant.nl
Sat, Apr 25 at 9:07 PMAANVOLKSKRANT REDACTIE

Onderwerp:Uw artikel ”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar”
[Het artikel is geschreven door uw journalist Sacha van Kester, maar ik richt mij tot u, omdat u uiteindelijk hoofdverantwoordelijkheid draagt]
Geachte Redactie,

‘Fair is foul and foul is fair””Hover through the fog and filthy air”
SHAKESPEARE MACBETHACT ONE, SCENE ONE
http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html

Welke woorden begrijpt u niet uit het rijtje:Bezetting, diefstal en etnische zuiveringen?Hebt u sinds 1970 onder een steen geslapen en bent u op 21 april 2020 wakker geworden?En waarom steek ik er eigenlijk nog tijd in, een  jankerig, propagandistisch en journalistiek als de uwe onder de maats artikel zoals door u geschreven, te debunken? [1]Fair is foul and foul is fair…..[2]
JA:Ik doel daarbij op uw verbazingwekkende [maar dan in het negatieve] kolonisten interview, getiteld: ”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar”Transcriptie hiervan onder P/S
Het is, dat ik het zelf gelezen heb, anders zou ik het niet geloofd hebben van een redactie, die als ”eigentijds” te boek staat.

UW ARTIKEL
Wat ik kwalijk vind aan uw artikel is niet, dat u een stel kolonisten interviewt over het zogenaamde ”vredesplan” van de Amerikaanse president Trump [3], want ook hun gezichtspunt mag belicht worden.Maar wat mij byzonder stoort en waarover ik mij echt heb opgewonden-dat mag u rustig weten- is, dat u dit niet alleen KRITIEKLOOS doet, maar dat u er nog een schepje bovenop gedaan hebt, door u partijdig te tonen.Hoe durft u , anno 2020, met alle kennis over bezettings en kolonisatiepolitiek van de Staat Israel? [4]Daarover zometeen

UW ARTIKELKRITIEKLOOS, FEITELIJK ONJUIST EN PARTIJDIG
Ik citeer eerst drie gedeelten uit uw artikel, dan ga ik ten aanval:

CITAAT 1HET ”GEMOPPER” VAN DE PALESTIJNEN”
”Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.”
EINDE CITAAT 1
CITAAT 2DE ”ONVEILIGHEID” VAN DE KOLONISTEN

De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.

Maar er zijn ook zaken die eraan herinneren dat dit geen slaperig dorpje in een vredige provincie is. Zo is de speelplaats van het kinderdagverblijf omgeven door een fors hek – alsof de kleintjes spelen in een grote kooi. De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’

EINDE CITAAT 2

CITAAT 3

”TERUGKEER VAN HET JOODSE VOLK NAAR HET LAND ISRAEL”

Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.’ 

EINDE CITAAT 3

CITAAT 1

HET ”GEMOPPER” VAN DE PALESTIJNEN

Hoe durft u, Volkskrant Redactie!

Want dit is niet een opmerking van een van de drie door u geinterviewde kolonisten-van wie ik dit nog zou kunnen volgen-maar van u als redactie!

WAT nou ”gemopper”!

Moet ik u er in 2020 aan herinneren, dat er sprake is van een 53 jaar durende bezetting, met als gevolg onderdrukking, mensenrechtenschendingen, oorlogsmisdaden? [5]

Dat met dit onzalige plan liefst 30 procent van bezet land, waar de Palestijnen recht op hebben, wordt geannexeerd, ten behoeve van de ILLEGALE [dat moet voor u blijkbaar in hoofdletters worden afgedrukt] nederzettingen?

Ja, illegaal volgens het Internationaal Recht!! [6]

En dat weet u dondersgoed!

Overigens, ook door de EU werd het onzalige Trump vredesplan afgewezen [7], zoals u ongetwijfeld weet.

Dat zogenaamde Palestijnse ”gemopper” is dus niets meer of minder dan meer dan terechte kritiek op het plan van een president, die van meet af aan uitverkoop hield met Palestijnse rechten, door de nederzettingen niet meer illegaal te verklaren [8] en daarna te komen met wat hij een ”vredesplan” noemt.
CITAAT 2DE ”ONVEILIGHEID” VAN DE KOLONISTEN
Wat u onder dit citaat [zie boven] schreef, vind ik ronduit schunnig.Eerst geeft u een idyllische beschrijving van de leefomgeving van de kolonisten en vervolgens hebt u het lef, te suggereren, dat de veiligheid van deze kolonisten, die hier al uberhaupt al niet horen te zitten, wordt bedreigd door de Palestijnen, die van hun land zijn gejaagd!TOPPUNT!
Hebt u weleens gehoord van al het geweld, dat door Joods-Israelische kolonisten wordt gepleegd tegen de bezette Palestijnse bevolking?
Hier heb ik een ”leuk” geval voor u:Op 29 maart-niet zo lang geleden- werden drie families bedreigd en aangevallen door zeven kolonisten, die waren gewapend met honkbalknuppels en messen.Twee families slaagden erin te vluchten, maar een derde familie was minder gelukkig:Ik citeer de Israelische mensenrechtenorganisatie Btselem
”The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children.” [9]
Dit, Geachte Volkskrant Redactie, is geen incident, maar de dagelijkse realiteit waarmee het grootste deel van de Palestijnse bezette bevolking te maken krijgt!Btselem monitort dit geregeld!Zie onder noot 10
Daarmee zeg ik niet, dat er geen geweld onder Palestijnentegen kolonisten IS, maar niet alleen is dit vaak zelfverdediging, het geweld van kolonisten is schering en inslag en veel bedreigender, omdat het heel vaak wordt ondersteund door het Israelische bezettingsleger en de Staat! [11]

CITAAT 3

”TERUGKEER VAN HET JOODSE VOLK NAAR HET LAND ISRAEL”

”Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.” [12]

Volkskrant redactie, houdt u toch op met die ONZIN!

Dat de kolonisten dit zeggen [het is een uitspraak van een van de geinterviewden] dat had ik niet anders verwacht, maar dat u dergelijke kwalijke Sprookjes kritiekloos laat passeren, slaat werkelijk alles.

De hierboven geinterviewde kolonisten zijn allen naar Israel/Palestina toegekomen, evenals alle nu aanwezige Israeli, terwijl de Palestijnen, die afstammen van de oorspronkelijke bevolking, al eeuwen en eeuwen in Israel/Palestina wonen!

HUN land is, ten gevolge van de [neo]kolonialistische machtspolitiek in 1947 verdeeld [Palestina, eerst onderdeel van het Ottomaanse Rijk, sinds 1922 Brits Mandaat gebied, in 1947 over de hoofden van de Palestijnen verdeeld in een Joods en Arabisch deel [13]

ZIJ zijn in de oorlog van 1947/48 etnisch gezuiverd [14]

HUN [resterende] land is in 1967 bezet door Israelische troepen en nog steeds bezet, ondanks VN Veiligheidsraadsresolutie 242 [15] en ik weet niet hoeveel opvolgende resoluties, allemaal door Israel genegeerd [16]

Land van de Palestijnen is gestolen door de Israelische Staat en verdeeld onder een stel kolonisten [17], dus wie is hier nu eigenlijk slachtoffer?

Wie hoorde, als er sprake van geweest van een normaal dekolonisatieproces zoals in andere delen van de wereld, het bestuur over een ONverdeeld Palestina te krijgen?

De Palestijnen, als oorspronkelijke bevolking?

Of vanuit Europa gekomen zionisten, die een Staat wilden stichten in andermans land?

Wat als na 2 of 3000 jaar de Batavieren terug zouden keren naar Nederland en de helft van Nederland zouden opeisen?

Ik verwacht niet, dat u dat allemaal in een artikel vermeldt, maar wel, dat u kolonisten, die leven op van de Palestijnen gestolen land [voorheen leefden daar Palestijnse families], niet kritiekloos aan het woord laat.

Misschien is mevrouw Eliana Passentin de ergste koloniste niet [hoewel ik niet in haar hart kan kijken], maar het is gewoon waar:

Zij is een dief.

En ja, daardoor in ieder geval moreel, verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers. [18]

Zij zegt zelf:

”Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven” [19]

Het zou haar sieren, als zij dat per direct deed!

EPILOOG

Het is een schande, redactie, dat onder uw verantwoordelijkheid een stuk is gepubliceerd, waarin kritiekloos de taal van de nederzettingen, een van de ergste kanten van de Israelische bezetting, pure landdiefstal en terreur, wordt gesproken.

En u draait alles om!

Fair is foul and foul is fair [20]

Vrij vertaald uit het Shakespeare van Macbeth:

Goed is bij u slecht en slecht is bij u goed.

Landdieven moeten zogenaamd vrezen voor hun ”veiligheid” terwijl juist zij de bezette Palestijnse bevolking aanvallen.

En mensen, die niet langer dan vanaf het begin van de 20ste eeuw naar Palestina/Israel zijn toegekomen, zou  het land rechtens toebehoren, terwijl de Palestijnen, die er onafgebroken al eeuwenlang wonen, blij mogen zijn met de kruimels, die Israel en consorten [de Bende van Trump] hen willen toeschuiven.

In 1970 zou deze onzin in een Nederlandse krant niet hebben misstaan, vanwege het fanatiek pro Israel klimaat.

In 2020 zouden de media, uw krant voorop, beter moeten weten.

Daarom heb ik toch maar weer tijd en energie gestoken, uw pro Israelische en historisch onjuiste onzin te bestrijden.

PAS EROP!

Ik wil dergelijke onzin niet meer in uw krant tegenkomen!

Bedankt voor het lezen van deze brief en leer ervan!

Vriendelijke groeten

Astrid Essed

 Amsterdam 

[1]

DICTIONARYCAMBRIDGE.ORGDEBUNK
to show that something is less important, less good, or less true than it has been made to appear

https://dictionary.cambridge.org/dictionary/english/debunk

[2]

Macbeth

ACT I  SCENE I A desert place. 
[Thunder and lightning. Enter three Witches]
First WitchWhen shall we three meet again
In thunder, lightning, or in rain?
Second WitchWhen the hurlyburly’s done,
When the battle’s lost and won.
Third WitchThat will be ere the set of sun.5
First WitchWhere the place?
Second WitchUpon the heath.
Third WitchThere to meet with Macbeth.
First WitchI come, graymalkin!
Second WitchPaddock calls.10
Third WitchAnon!
ALLFair is foul, and foul is fair:
Hover through the fog and filthy air.
[Exeunt]

SHAKESPEARE’S MACBETH

http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html  



[3]


NOS 
TRUMP PRESENTEERT PLAN VOOR ISRAEL EN PALESTIJNEN

https://nos.nl/artikel/2320693-trump-presenteert-plan-voor-israel-en-palestijnen.html 


De Amerikaanse president Donald Trump heeft een plan gepresenteerd om het Israëlisch-Palestijns conflict te beëindigen. Volgens Trump is het de “deal van de eeuw”. De Israëlische premier Netanyahu, die bij de presentatie in het Witte Huis aanwezig was, is tevreden, maar de Palestijnen hebben het plan op voorhand afgewezen.Mede door die afwijzing lijkt de kans minimaal dat het voorstel de vredesbesprekingen tussen Israël en de Palestijnen tot leven zal wekken. De laatste Israëlisch-Palestijnse onderhandelingen strandden na een reeks vruchteloze pogingen in 2014.Het plan omvat een “realistische tweestatenoplossing”, zei Trump. Dat is een scenario dat de internationale gemeenschap, waaronder Nederland, ook steunt. Maar de Amerikanen gaan verder en erkennen de Israëlische nederzettingen op onder andere de Westelijke Jordaanoever, die illegaal zijn verklaard door de Verenigde Naties en ingaan tegen het internationaal recht.De Amerikaanse president twitterde na de persconferentie een kaart van het grondgebied zoals hij dat ziet in wat hij zijn ‘vredesplan’ noemt. In dit voorstel raken de Palestijnen veel gebied kwijt, en dat is ook dan ook een belangrijke reden dat ze het nieuwe Amerikaanse plan afwijzen.

Netanyahu was juist lovend en zei dat Trump de soevereiniteit van Israël in de Jordaanvallei en alle nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever erkent. Hij noemde Trump “de grootste vriend van Israël ooit in het Witte Huis”. Na de persconferentie voegde de Israëlische premier nog toe dat hij zijn kabinet zal vragen in te stemmen met annexatie van gedeeltes van de Westelijke Jordaanoever.Een ander heikel punt is Jeruzalem, dat in de woorden van Trump de “onverdeelde hoofdstad” van Israël zal zijn. Hij zei dat onder luid applaus en gejoel, waarna hij knipoogde naar Netanyahu. “Maar dat stelt niet zoveel voor, dat heb ik al voor jullie gedaan.” Daarmee doelt hij op zijn besluit om de Amerikaanse ambassade in Israël naar Jeruzalem te verplaatsen en de stad als hoofdstad van Israël te erkennen.

Het zou “niet eerlijk” zijn als de Palestijnen niets krijgen in het plan, zei de president van de VS. Daarom staat erin dat de Palestijnen een hoofdstad krijgen in Oost-Jeruzalem en dat ze meer dan twee keer zo veel territorium krijgen.Jeruzalem is een van de grote twistpunten in het conflict en het is niet duidelijk hoe Trump zijn uitspraken met elkaar wil rijmen: het idee van een onverdeeld Jeruzalem is immers strijdig met de belofte dat de Palestijnen een hoofdstad krijgen in het oostelijk deel van de stad, al dan niet in een buitenwijk op de Westelijke Jordaanoever.’Bedrog van de eeuw’Trump zei tegen Mahmoud Abbas, de president van de Palestijnse Autoriteit, dat de Verenigde Staten hem zullen helpen “als hij voor vrede kiest”. Maar van Palestijnse kant klinkt harde kritiek. “Ik kan dit geen vredesplan noemen”, zei de Palestijnse hoofdonderhandelaar Saeb Erekat in een interview met de NOS. Hij noemt het plan niet de deal, maar “het bedrog van de eeuw”.

Trump heeft voor de Palestijnen als bemiddelaar afgedaan na een reeks pro-Israëlische beslissingen. Zo viel de beslissing van de Amerikaanse president om Jeruzalem als hoofdstad van Israël te erkennen en de Amerikaanse ambassade naar die stad te verplaatsen, niet in goede aarde.Vandaag demonstreerden dan ook duizenden Palestijnen tegen het plan, ook al voordat het werd gepresenteerd. Zowel in de Gazastrook, waar de radicaal-islamitische beweging Hamas de dienst uitmaakt, als in de Westelijke Jordaanoever gingen betogers de straat op. Het Israëlische leger houdt er rekening mee dat er extra troepen worden ingezet.

Zo impopulair als Donald Trump onder de Palestijnen is, zo geliefd is hij bij de Israëliërs. In de Israëlische politiek kan dit plan op brede instemming rekenen. Zowel premier Netanyahu als oppositieleider Gantz mocht het vooraf inzien en beiden toonden zich tevreden.Gantz, van de partij Blauw en Wit, ziet het plan als “een belangrijke en historische mijlpaal”. En ook Netanyahu is klaar om “geschiedenis te schrijven”.Voor de Israëlische premier biedt de presentatie van het plan in de aanloop naar de verkiezingen van maart bovendien een welkome afleiding van zijn juridische problemen. Vandaag werd Netanyahu officieel aangeklaagd in drie verschillende corruptiezaken, nadat was gebleken dat het parlement hem geen onschendbaarheid voor de rechter wilde verlenen. 


[4]


THE RIGHTS FORUM

https://rightsforum.org/ 


BTSELEM.ORG


https://www.btselem.org/ 


WEBSITE ASTRID ESSED
PALESTINA

https://www.astridessed.nl/tag/palestina/  





CIVIS MUNDIZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHTASTRID ESSED
https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024 


[5]


ZIE NOOT 4




[6]


DE ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN”The Fourth Geneva Convention prohibits an occupying power from transferring citizens from its own territory to the occupied territory (Article 49).The Hague Regulations prohibit an occupying power from undertaking permanent changes in the occupied area unless these are due to military needs in the narrow sense of the term, or unless they are undertaken for the benefit of the local population.”BTSELEM.ORGSETTLEMENTS
https://www.btselem.org/settlements 
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTIONhttps://www.icrc.org/applic/ih l/ihl.nsf/Article.xsp?action=o penDocument&documentId=77068F1 2B8857C4DC12563CD0051BDB0HET HAAGS VERDRAG VAN 1907HAGUE CONVENTION 1907
https://www.loc.gov/law/help/us-treaties/bevans/m-ust000001-0631.pdf 

[7]

NOSEU BUITENLAND CHEF BORRELL VEROORDEELT ANNEXATIES IN TRUMP’S VREDESPLAN
https://nos.nl/artikel/2321604-eu-buitenlandchef-borrell-veroordeelt-annexaties-in-trumps-vredesplan.html 

De Europese Unie zal zich niet neerleggen bij een annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever door Israël. EU-buitenlandchef Josep Borrell zegt in een statement dat hij kernelementen van het Amerikaanse vredesplan van vorige week niet accepteert.Het Amerikaanse plan voor het Israëlisch-Palestijns conflict werd een week geleden door president Trump gepresenteerd. De Palestijnen waren niet betrokken bij de onderhandelingen en wezen het plan af. De Israëlische premier Netanyahu was tevreden, hij noemde Trump de grootste vriend van Israël ooit in het Witte Huis.Scherpere veroordelingHet plan voorziet in annexatie van de Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en van de Jordaanvallei. De Verenigde Staten vinden dat legitiem.Een groot deel van de internationale gemeenschap vindt dat de nederzettingen illegaal zijn, omdat ze gebouwd zijn in bezet gebied en indruisen tegen internationaal recht en resoluties van de Verenigde Naties.”We zijn verontrust over uitspraken over annexaties van de Westelijke Jordaanoever en de Jordaanvallei”, zegt de EU’s hoogste buitenlandvertegenwoordiger. “De EU erkent de soevereiniteit van Israël in de sinds 1967 bezette gebieden niet. Stappen richting annexatie zullen niet onbetwist blijven.”Borrell veroordeelt Trumps plan scherper dan dan hij aanvankelijk deed. Twee dagen geleden zei de EU-diplomaat dat het voorstel weinig kans van slagen heeft als niet alle partijen betrokken zijn bij vredesonderhandelingen. Bij de presentatie zei Borrell het plan nader te bekijken. 

[8]

[8]

NOSVS ZIET ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN NIET LANGER ALS ILLEGAAL18 NOVEMBER 2019
https://nos.nl/artikel/2311044-vs-ziet-israelische-nederzettingen-niet-langer-als-illegaal.html 

De Verenigde Staten beschouwen Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever niet langer als strijdig met het internationaal recht. Minister van Buitenlandse Zaken Pompeo heeft de koerswijziging bekendgemaakt.De stap volgt in een reeks pro-Israëlische beslissingen van de regering van president Trump. Eerder besloot de Amerikaanse president om Jeruzalem te erkennen als de ongedeelde hoofdstad van Israël en de Amerikaanse ambassade erheen te verplaatsen. Daarna heeft hij de financiële steun aan de Palestijnen stopgezet. In maart erkende de president de annexatie van de Golanhoogten, die Israël in 1967 veroverde op Syrië.HindernisDe Israëlische premier Netanyahu spreekt zijn waardering uit voor de Amerikaanse stap. Hij noemt het “een belangrijke maatregel die een historische fout corrigeert”. Israël blijft bereid tot vredesonderhandelingen met de Palestijnen, maar zal blijven afwijzen dat sprake is van illegale nederzettingen, aldus Netanyahu.De Palestijnse president Abbas zegt in reactie dat de VS zijn geloofwaardigheid om een rol te spelen in het vredesproces heeft verloren.Ook de Palestijnse politica Hanan Ashrawi veroordeelt de Amerikaanse koerswijziging. Volgens haar is het “een nieuwe klap voor het internationale recht, gerechtigheid en vrede”.De Europese Unie en de meerderheid van de internationale gemeenschap achten de nederzettingen volgens internationaal recht illegaal. En dat blijft zo, liet EU-buitenlandchef Mogherini weten in een verklaring.Vorige week oordeelde het Europees Hof voor Justitie nog dat levensmiddelen uit Israëlische nederzettingen niet langer het label ‘made in Israel’ mogen dragen.TweestatenoplossingDe EU ziet de Israëlische nederzettingen net als internationale organisaties als de Verenigde Naties als een grote hindernis voor een oplossing van het conflict met de Palestijnen. Zij beschouwen de bezette Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem als essentiële onderdelen van een toekomstige Palestijnse staat.In de verklaring roept Mogherini Israël op om te stoppen met de uitbreiding van nederzettingen.In 2016 nam de VN-Veiligheidsraad een resolutie aan waarin van Israël wordt geëist dat het stopt met bouwen in nederzettingen, “een flagrante schending” van het internationaal recht. De VS, onder president Obama, koos toen voor een koerswijziging en blokkeerde de resolutie niet maar onthield zich van stemming. De Amerikaanse VN-ambassadeur van destijds zei dat de nederzettingen een tweestatenoplossing in de weg staan.Israël bezette de gebieden in 1967. Sindsdien groeide het aantal Israëlische kolonisten er tot meer dan 600.000. 

[9]

BTSELEM.ORGAL-MUGHAYIR: SETTLERS ENTER VILLAGE GROVES AND ATTACK FAMILIES
https://www.btselem.org/settler_violence_updates/during-corona-crisis  



March 202029Al-Mughayir, Ramallah District, 29 March 2020: Settlers enter village groves and attack familiesAl-Mughayir: Settlers enter village groves and attack familiesOn 29 March 2020, around 3:30 P.M., three families from the village of al-Mughayir met in a-Dhahrat, north of the village, to have a picnic in the olive groves. The settlement outpost of Adei Ad was built about five kilometers from there. Just after they parked and got out of their cars, the families saw seven settlers, armed with clubs and knives, coming towards them from the settlement.Two of the families managed to flee in the tractor cart of a farmer who was passing by. The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children.
[10]

”Violence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.”

BTSELEM.ORGSETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence  



[11]
BTSELEM.ORGSTATE BACKED SETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence  


State-Backed Settler ViolenceState-Backed Settler Violence 11 November 2017Share: Facebook shareTwitterWhatsApp  Violence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.The long-term outcome of settler violence is the dispossession of Palestinians from more and more areas in the West Bank, facilitating Israel’s seizure of land and resources.Under international law, Israel has a duty to protect Palestinians in the West Bank from this conduct. However, Israeli authorities routinely shirk this responsibility, even when the violent actions can be anticipated. Thousands of testimonies, videos and reports, as well as many years of close monitoring by B’Tselem and other organizations, reveal that Israeli security forces not only allow settlers to harm Palestinians and their property as a matter of course – they often provide the perpetrators escort and back-up. In some cases, they even join in on the attack. In other instances, security forces have prevented anticipated harm by removing the targeted Palestinians, rather than the Israeli assailants.The law enforcement agencies, for their part, rarely make settlers face consequences for attacking Palestinians. In almost all cases, the investigations – if one was opened, in the first place – have not resulted in any action taken against the perpetrators. This undeclared policy of lenience toward settler violence aimed at Palestinians has been documented in numerous reports by human rights organizations, as well as in official state reports (such as the Karp Report of 1982 and the Shamgar Report of 1994).In a ten-year review published in May 2015, human rights organization Yesh Din found that some 85% of investigations into such cases (including violence, arson, damage to property, mutilation of trees and takeover of land) ended with no further action taken, and that the odds of a police complaint filed by a Palestinian resulting in the conviction of an Israeli civilian were a mere 1.9%. Given the futility of this effort, many Palestinians choose to forgo filing a complaint altogether.Since it was founded in 1989, B’Tselem has been documenting incidents of settler violence against Palestinians and advocating for security forces to fulfill their obligation to protect Palestinians and their property from such injury. For many years, B’Tselem has stressed the duty of Israeli authorities to make the necessary preparations, including allocating forces, to prevent attacks that can be predicted – especially when they are carried out in the open – and arrest the assailants. We have repeatedly called attention to the responsibility of the law enforcement agencies to quickly and efficiently investigate attacks after they take place. B’Tselem has provided the police and the military with documentation of such attacks, including video footage filmed by volunteers. We have also helped Palestinian victims file complaints with the police and have monitored the investigations – including appealing closed cases. After more than 25 years of this work, there is no escaping the conclusion that the authorities merely make a show of law enforcement in this context and that, with few exceptions, they have no interest in seriously investigating settler violence against Palestinians.A stark example recurs every year during the olive harvest. After repeated settler attacks, the military forbade Palestinian farmers from entering their own land if it lies near a settlement – instead of protecting the farmers by enforcing the law on the settlers. In 2004, the heads of five Palestinian local councils petitioned Israel’s High Court of Justice (HCJ), demanding that the military allow them to access their lands and protect them from settler attacks during the olive harvest. The court accepted the petition about two years later, ruling that the military should not, in general, deny Palestinians access to their land in the name of protecting them. The justices also ruled that the security establishment must “give clear, unequivocal instructions to the forces operating in the field” and also “deploy forces to protect the property of the Palestinian inhabitants” (HCJ 9593/04 Murar et al. v. IDF Commander for Judea and Samaria et al.). As a result, the state created a “coordination system” for supposedly enabling Palestinians throughout the West Bank to access their land for several days, twice a year – during the harvest and plowing seasons. This requires prior coordination with the military, which assigns them a security detail.In practice, the system does little to resolve this violent reality and is largely another empty show of law enforcement. First, it furthers the assumption that the solution lies with restricting the Palestinian victims, rather than the violent settlers. Second, it is relevant to two specific periods every year, leaving settlers free to roam and vandalize land and trees the rest of the time, while the Palestinian owners are barred access. Third, the military requires Palestinians to undergo such a complicated coordination process and meet so many requirements that, in many cases, attaining access is impossible.Settler violence has a pervasive impact on life in the West Bank, creating a lingering sense of intimidation. Countless attacks have left their traumatic mark on individual Palestinians and on the collective memory. As a result, many Palestinians now avoid approaching “danger zones” near settlements. Landowners do not dare enter these areas without military escort or Israeli civilians accompanying them. As a result, in some plots, the yield has become so poor that the owners have given up trying to reach the land and tend it. This dynamic has created invisible walls throughout the West Bank, beyond which Palestinians know they face violence to the point of risking their lives.The rogue settlements euphemistically known as “illegal outposts” – since they were formally established in breach of Israeli law, although they enjoy broad government support and funding – contribute to this reality. These 100 or so outposts, established throughout the West Bank since the 1990s, have effectively taken over large swathes of land, expanding the scope of settlement control. This dispossession has been accompanied by violence towards Palestinian landowners that includes physical assaults, threats, attacks on shepherds and theft of land. Apart from very rare exceptions in which outposts were removed further to legal proceedings, virtually all outposts remain standing and are gradually gaining formal recognition as a substantial part of the settlement enterprise.Violent actions of settlers against Palestinians are not exceptions to a rule. Rather, they form part of a broader strategy in which the state colludes, as it stands to benefit from the result. Over time, this unchecked violence is gradually driving Palestinians from more and more locations in the West Bank, making it easier for the state to take over land and resources.

[12]

VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

[13]


CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED

https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

IF AMERICANS KNEW

THE ORIGIN OF THE PALESTINE-ISRAELI CONFLICT

https://ifamericansknew.org/history/origin.html

[14]

PALESTINE REMEMBERED, AL NAKBA 1948

https://www.palestineremembered.com/

WIKIPEDIA

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Ethnic_Cleansing_of_Palestine

WIKIPEDIA

ILAN PAPPE

https://en.wikipedia.org/wiki/Ilan_Papp%C3%A9

ILAN PAPPE

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

[15]

WIKIPEDIA

UN SECURITY COUNCIL RESOLUTION 242

https://en.wikipedia.org/wiki/United_Nations_Security_Council_Resolution_242

[16]

ISRAEL, WERELDKAMPIOEN SCHENDINGEN VN-RESOLUTIES

LODE VANOOST

https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2014/07/30/israel-wereldkampioen-schendingen-vn-resoluties/

[17]

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/topic/settlements

[18]

”Het doet pijn, zegt Eliana Passentin, als mensen zeggen dat zij een misdadiger is. Een dief. Iemand die verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers.”VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/[19]

” Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven”
VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-[20]

‘Fair is foul and foul is fair””Hover through the fog and filthy air”
SHAKESPEARE MACBETHACT ONE, SCENE ONE
Macbeth Act 1 Scene 1 – Fair is foul, and foul is fair
Macbeth Act 1 Scene 1 – Fair is foul, and foul is fairAct 1 Scene 1 of Macbeth with detailed notes and commentary.

EINDE NOTEN

TRANSCRIPTIE ARTIKEL VOLKSKRANT

VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

Duizenden jaren droomden Joden van terugkeer, en bewoners van de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever zijn blij dat Trump hun rechten heeft erkend. ‘Wij horen hier’, zeggen zij. ‘En het is goed als de Palestijnen horen dat wij nooit meer vertrekken.’ Sacha Kester
Sacha Kester | De VolkskrantHet laatste nieuws met duiding van redacteuren, achtergronden, columns, opinie, wetenschap, en recensies van kun…

21 april 2020, 19:56

Het doet pijn, zegt Eliana Passentin, als mensen zeggen dat zij een misdadiger is. Een dief. Iemand die verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers.

Ze woont al 24 jaar op de top van een heuvel in de Westelijke Jordaanoever, en hier zat ze ook op de bank, samen met haar gezin, toen de Amerikaanse president Trump zijn vredesplan voor het Midden-Oosten presenteerde. ‘Het was een emotioneel moment’, zegt ze. ‘Eindelijk werd bevestigd dat wij niet andermans land bezetten, maar daadwerkelijk het recht hebben om hier te zijn – dat het Joodse volk thuishoort in dit gebied.’

Het plan van Trump werd juichend omarmd door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, maar vol afschuw verworpen door Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.

Annexatie

Het plan voorziet in een mogelijke toekomstige Palestijnse staat, maar op slechts 70 procent van de Westelijke Jordaanoever. De andere 30 procent, waar zich meer dan 135 Joodse nederzettingen bevinden (die volgens de meeste landen illegaal zijn), zouden door Israël geannexeerd kunnen worden. Dat gaat heel snel realiteit worden nu Netanyahu deze week een coalitie heeft gesmeed, want in het regeerakkoord staat dat de annexatie nog voor juli dit jaar moet beginnen. 

Passentin is daar blij mee. Ze is opgegroeid in San Francisco, en met haar ouders naar Israël geëmigreerd toen ze 11 was. Na haar huwelijk besloten zij en haar man om naar Eli te verhuizen, wat toen nog een kleine nederzetting was. ‘Mijn echtgenoot had hier, voordat hij in het leger ging, op de Talmoedschool gestudeerd, waardoor we kennissen in de omgeving hadden. Ikzelf was verliefd op de schoonheid van deze regio. Maar wat zeker meespeelde, was het idee om Israël te steunen door ons te vestigen in het land van onze voorvaderen.’

Trots loopt Passentin, ondertussen moeder van acht kinderen, door haar tuin. Ze laat de olijfbomen zien die haar zoon heeft geplant, en wijst naar Shiloh, onderaan de heuvel – de Bijbelse eerste hoofdstad van het Joodse volk en nu een geliefde attractie voor pelgrims. Ze zouden nooit zomaar land stelen, benadrukt Passentin. ‘We bouwen alleen op land waar niemand eigendomspapieren van heeft. Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven.’

Amerikaanse buitenwijk

De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.

Maar er zijn ook zaken die eraan herinneren dat dit geen slaperig dorpje in een vredige provincie is. Zo is de speelplaats van het kinderdagverblijf omgeven door een fors hek – alsof de kleintjes spelen in een grote kooi. De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’

Passentin vindt het vreselijk, die hekken, en zou juist meer contact willen met haar Palestijnse buren. ‘Ik praat met hen in de supermarkt, en ik geloof dat de meesten van hen in vrede met ons willen samenleven. Daar zet ik me ook voor in. Zo zou ik een fotocursus aan Palestijnse vrouwen geven, maar op het laatste moment ging het niet door, omdat hun echtgenoten het niet goed vonden.’ Ze heft haar handen op, palmen naar buiten, een gebaar waarmee ze wil uitdrukken dat zij het dan ook niet meer weet.

Pompeo wijn

Een kleine twintig minuten verderop, drinkt Miri Maoz Ovadia een kop thee bij het bezoekerscentrum van de Psagot wijnmakerij. Op een houten ton staan een aantal opvallende flessen: de Pompeo wijn, vernoemd naar de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo, als dank, omdat hij een rapport heeft verworpen waarin werd gesteld dat Israëlische nederzettingen illegaal zijn.

‘Dit is een fijne regio om een gezin groot te brengen’, zegt Maoz Ovadia, woordvoerster van de regionale raad van dit district. ‘Ja, we wonen achter hekken en we worden soms blootgesteld aan geweld, maar de laatste tijd gaat het beter. De afgelopen vijf jaar hebben wij geen enkele keer naar de schuilkelders hoeven rennen.’

Ook Maoz Ovadia is blij met het voorstel van Trump, en ook zij onderstreept het belang van de erkenning dat zij het recht heeft om hier te leven. ‘Dat was noodzakelijk’, zegt ze. ‘Voorheen werd de Palestijnen steeds voorgespiegeld dat wij hier tijdelijk waren, dat er nog onderhandeld kon worden over onze aanwezigheid, of dat we met geweld kunnen worden verdreven. Dat is een illusie. Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.’

Het is lastig, verzucht Maoz Ovadia, dat twee volken dezelfde plek ‘thuis’ noemen. ‘We zullen samen moeten oplossen hoe we dit land gaan delen, en daarvoor moeten ook wij dromen opgeven. In het plan van Trump staat dat 70 procent van Judea en Samaria naar de Palestijnen gaat. Dat is een groot offer. Ik vind wel dat de Palestijnse Autoriteit eerst moet bewijzen dat zij hun mensen goed kunnen regeren, want zoals het nu gaat, is het slecht voor het Palestijnse volk, en gevaarlijk voor ons. Maar ik heb er vertrouwen in dat er uiteindelijk vrede komt.’

Vijandig volk

Dat vertrouwen wordt niet gedeeld door opiniemaker David Haivri. ‘We moeten af van dat hele idee van een twee staten oplossing’, zegt hij zittend in zijn tuin in de nederzetting Kfar Tapuach. Op de grond ligt een grote hond met een vriendelijke blik, en bij de deur staat kinderspeelgoed. ‘Dit is heilig land voor het Joodse volk, en het idee dat we een deel moeten overdragen aan een vijandig volk, is onverteerbaar.’

Daar is Haivri van overtuigd geraakt door wat de Palestijnse Autoriteiten de afgelopen 25 jaar hebben laten zien. ‘Als zij leiderschap hadden getoond’, zegt hij, ‘als zij hun verantwoordelijkheden hadden genomen, had ik erop kunnen vertrouwen dat er een Palestijnse naast een Joodse staat kon bestaan. Maar ik zie alleen corruptie, incompetentie en de aanmoediging van geweld – of in elk geval het onvermogen om dat te stoppen.’

Haivri wijst erop dat 15 Israëlische nederzettingen volgens het plan van Trump totaal geïsoleerde enclaves in een Palestijnse staat zouden worden. Veertig andere nederzettingen, waaronder de zijne, zouden met een kleine, smalle corridor zijn verbonden met de rest van Israël, omringd door Palestijns grondgebied. Dat is volgens hem niet alleen levensgevaarlijk, de dorpen zouden bovendien niet kunnen groeien omdat de grond buiten de dorpsgrenzen aan een ander land zullen toebehoren. ‘Jongeren kunnen dan geen huis bouwen, en zullen wegtrekken. De gemeenschappen zouden uitsterven.’Eén ding is Haivri dus met de Palestijnen eens: het plan van Trump is niks. Zijn eigen voorstel? Eén groot Israël. ‘Zeker, de Palestijnen zouden hun droom verliezen, en misschien niet mogen stemmen, maar ze zouden wel werk hebben, een goede infrastructuur, en ze zouden hun geloof kunnen uitoefenen. Ze zouden het bij ons beter hebben dan in een Palestijnse Staat. Dat is niet eerlijk, maar de wereld is nu eenmaal hard. En ik ben ervan overtuigd dat we dan eindelijk vrede zouden hebben.’

Reacties uitgeschakeld voor Volkskrant en Israelische kolonisten/Volkskrant redacteur Buitenland Sacha Kester’s impliciete steun aan landdiefstal

Opgeslagen onder Divers

Israelische kolonisten over vredesplan Trump/Volkskrant als spreekbuis kolonisten/Felle brief!

ISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET VREDESPLAN TRUMP/VOLKSKRANT ALS SPREEKBUIS KOLONISTEN/FELLE BRIEF!

De nederzetting Eli. De nieuwe Israëlische regering hoopt de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever nog voor juli te annexeren. 

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-
Image result for settlements/Images

ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN IN DE BEZETTE PALESTIJNSEGEBIEDENILLEGAAL VOLGENS HET INTERNATIONAAL RECHT
https://rightsforum.org/achtergronden/dossiers/internationaal-recht/kolonisatie-een-ernstige-schending/

AANVOLKSKRANT REDACTIE

Onderwerp:Uw artikel ”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar”
[Het artikel is geschreven door uw journalist Sacha van Kester, maar ik richt mij tot u, omdat u uiteindelijk hoofdverantwoordelijkheid draagt]
Geachte Redactie,

‘Fair is foul and foul is fair””Hover through the fog and filthy air”
SHAKESPEARE MACBETHACT ONE, SCENE ONE
http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html

Welke woorden begrijpt u niet uit het rijtje:Bezetting, diefstal en etnische zuiveringen?Hebt u sinds 1970 onder een steen geslapen en bent u op 21 april 2020 wakker geworden?En waarom steek ik er eigenlijk nog tijd in, een  jankerig, propagandistisch en journalistiek als de uwe onder de maats artikel zoals door u geschreven, te debunken? [1]Fair is foul and foul is fair…..[2]
JA:Ik doel daarbij op uw verbazingwekkende [maar dan in het negatieve] kolonisten interview, getiteld: ”Israelische kolonisten over het plan van Trump: ”We zijn hier al 3500 jaar”Transcriptie hiervan onder P/S
Het is, dat ik het zelf gelezen heb, anders zou ik het niet geloofd hebben van een redactie, die als ”eigentijds” te boek staat.

UW ARTIKEL
Wat ik kwalijk vind aan uw artikel is niet, dat u een stel kolonisten interviewt over het zogenaamde ”vredesplan” van de Amerikaanse president Trump [3], want ook hun gezichtspunt mag belicht worden.Maar wat mij byzonder stoort en waarover ik mij echt heb opgewonden-dat mag u rustig weten- is, dat u dit niet alleen KRITIEKLOOS doet, maar dat u er nog een schepje bovenop gedaan hebt, door u partijdig te tonen.Hoe durft u , anno 2020, met alle kennis over bezettings en kolonisatiepolitiek van de Staat Israel? [4]Daarover zometeen

UW ARTIKELKRITIEKLOOS, FEITELIJK ONJUIST EN PARTIJDIG
Ik citeer eerst drie gedeelten uit uw artikel, dan ga ik ten aanval:

CITAAT 1HET ”GEMOPPER” VAN DE PALESTIJNEN”
”Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.”
EINDE CITAAT 1
CITAAT 2DE ”ONVEILIGHEID” VAN DE KOLONISTEN

De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.

Maar er zijn ook zaken die eraan herinneren dat dit geen slaperig dorpje in een vredige provincie is. Zo is de speelplaats van het kinderdagverblijf omgeven door een fors hek – alsof de kleintjes spelen in een grote kooi. De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’

EINDE CITAAT 2

CITAAT 3

”TERUGKEER VAN HET JOODSE VOLK NAAR HET LAND ISRAEL”

Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.’ 

EINDE CITAAT 3

CITAAT 1

HET ”GEMOPPER” VAN DE PALESTIJNEN

Hoe durft u, Volkskrant Redactie!

Want dit is niet een opmerking van een van de drie door u geinterviewde kolonisten-van wie ik dit nog zou kunnen volgen-maar van u als redactie!

WAT nou ”gemopper”!

Moet ik u er in 2020 aan herinneren, dat er sprake is van een 53 jaar durende bezetting, met als gevolg onderdrukking, mensenrechtenschendingen, oorlogsmisdaden? [5]

Dat met dit onzalige plan liefst 30 procent van bezet land, waar de Palestijnen recht op hebben, wordt geannexeerd, ten behoeve van de ILLEGALE [dat moet voor u blijkbaar in hoofdletters worden afgedrukt] nederzettingen?

Ja, illegaal volgens het Internationaal Recht!! [6]

En dat weet u dondersgoed!

Overigens, ook door de EU werd het onzalige Trump vredesplan afgewezen [7], zoals u ongetwijfeld weet.

Dat zogenaamde Palestijnse ”gemopper” is dus niets meer of minder dan meer dan terechte kritiek op het plan van een president, die van meet af aan uitverkoop hield met Palestijnse rechten, door de nederzettingen niet meer illegaal te verklaren [8] en daarna te komen met wat hij een ”vredesplan” noemt.
CITAAT 2DE ”ONVEILIGHEID” VAN DE KOLONISTEN
Wat u onder dit citaat [zie boven] schreef, vind ik ronduit schunnig.Eerst geeft u een idyllische beschrijving van de leefomgeving van de kolonisten en vervolgens hebt u het lef, te suggereren, dat de veiligheid van deze kolonisten, die hier al uberhaupt al niet horen te zitten, wordt bedreigd door de Palestijnen, die van hun land zijn gejaagd!TOPPUNT!
Hebt u weleens gehoord van al het geweld, dat door Joods-Israelische kolonisten wordt gepleegd tegen de bezette Palestijnse bevolking?
Hier heb ik een ”leuk” geval voor u:Op 29 maart-niet zo lang geleden- werden drie families bedreigd en aangevallen door zeven kolonisten, die waren gewapend met honkbalknuppels en messen.Twee families slaagden erin te vluchten, maar een derde familie was minder gelukkig:Ik citeer de Israelische mensenrechtenorganisatie Btselem
”The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children.” [9]
Dit, Geachte Volkskrant Redactie, is geen incident, maar de dagelijkse realiteit waarmee het grootste deel van de Palestijnse bezette bevolking te maken krijgt!Btselem monitort dit geregeld!Zie onder noot 10
Daarmee zeg ik niet, dat er geen geweld onder Palestijnentegen kolonisten IS, maar niet alleen is dit vaak zelfverdediging, het geweld van kolonisten is schering en inslag en veel bedreigender, omdat het heel vaak wordt ondersteund door het Israelische bezettingsleger en de Staat! [11]

CITAAT 3

”TERUGKEER VAN HET JOODSE VOLK NAAR HET LAND ISRAEL”

”Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.” [12]

Volkskrant redactie, houdt u toch op met die ONZIN!

Dat de kolonisten dit zeggen [het is een uitspraak van een van de geinterviewden] dat had ik niet anders verwacht, maar dat u dergelijke kwalijke Sprookjes kritiekloos laat passeren, slaat werkelijk alles.

De hierboven geinterviewde kolonisten zijn allen naar Israel/Palestina toegekomen, evenals alle nu aanwezige Israeli, terwijl de Palestijnen, die afstammen van de oorspronkelijke bevolking, al eeuwen en eeuwen in Israel/Palestina wonen!

HUN land is, ten gevolge van de [neo]kolonialistische machtspolitiek in 1947 verdeeld [Palestina, eerst onderdeel van het Ottomaanse Rijk, sinds 1922 Brits Mandaat gebied, in 1947 over de hoofden van de Palestijnen verdeeld in een Joods en Arabisch deel [13]

ZIJ zijn in de oorlog van 1947/48 etnisch gezuiverd [14]

HUN [resterende] land is in 1967 bezet door Israelische troepen en nog steeds bezet, ondanks VN Veiligheidsraadsresolutie 242 [15] en ik weet niet hoeveel opvolgende resoluties, allemaal door Israel genegeerd [16]

Land van de Palestijnen is gestolen door de Israelische Staat en verdeeld onder een stel kolonisten [17], dus wie is hier nu eigenlijk slachtoffer?

Wie hoorde, als er sprake van geweest van een normaal dekolonisatieproces zoals in andere delen van de wereld, het bestuur over een ONverdeeld Palestina te krijgen?

De Palestijnen, als oorspronkelijke bevolking?

Of vanuit Europa gekomen zionisten, die een Staat wilden stichten in andermans land?

Wat als na 2 of 3000 jaar de Batavieren terug zouden keren naar Nederland en de helft van Nederland zouden opeisen?

Ik verwacht niet, dat u dat allemaal in een artikel vermeldt, maar wel, dat u kolonisten, die leven op van de Palestijnen gestolen land [voorheen leefden daar Palestijnse families], niet kritiekloos aan het woord laat.

Misschien is mevrouw Eliana Passentin de ergste koloniste niet [hoewel ik niet in haar hart kan kijken], maar het is gewoon waar:

Zij is een dief.

En ja, daardoor in ieder geval moreel, verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers. [18]

Zij zegt zelf:

”Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven” [19]

Het zou haar sieren, als zij dat per direct deed!

EPILOOG

Het is een schande, redactie, dat onder uw verantwoordelijkheid een stuk is gepubliceerd, waarin kritiekloos de taal van de nederzettingen, een van de ergste kanten van de Israelische bezetting, pure landdiefstal en terreur, wordt gesproken.

En u draait alles om!

Fair is foul and foul is fair [20]

Vrij vertaald uit het Shakespeare van Macbeth:

Goed is bij u slecht en slecht is bij u goed.

Landdieven moeten zogenaamd vrezen voor hun ”veiligheid” terwijl juist zij de bezette Palestijnse bevolking aanvallen.

En mensen, die niet langer dan vanaf het begin van de 20ste eeuw naar Palestina/Israel zijn toegekomen, zou  het land rechtens toebehoren, terwijl de Palestijnen, die er onafgebroken al eeuwenlang wonen, blij mogen zijn met de kruimels, die Israel en consorten [de Bende van Trump] hen willen toeschuiven.

In 1970 zou deze onzin in een Nederlandse krant niet hebben misstaan, vanwege het fanatiek pro Israel klimaat.

In 2020 zouden de media, uw krant voorop, beter moeten weten.

Daarom heb ik toch maar weer tijd en energie gestoken, uw pro Israelische en historisch onjuiste onzin te bestrijden.

PAS EROP!

Ik wil dergelijke onzin niet meer in uw krant tegenkomen!

Bedankt voor het lezen van deze brief en leer ervan!

Vriendelijke groeten

Astrid Essed

Amsterdam 

[1]

DICTIONARYCAMBRIDGE.ORGDEBUNK
to show that something is less important, less good, or less true than it has been made to appear

https://dictionary.cambridge.org/dictionary/english/debunk

[2]

Macbeth

ACT I  SCENE I A desert place. 
[Thunder and lightning. Enter three Witches]
First WitchWhen shall we three meet again
In thunder, lightning, or in rain?
Second WitchWhen the hurlyburly’s done,
When the battle’s lost and won.
Third WitchThat will be ere the set of sun.5
First WitchWhere the place?
Second WitchUpon the heath.
Third WitchThere to meet with Macbeth.
First WitchI come, graymalkin!
Second WitchPaddock calls.10
Third WitchAnon!
ALLFair is foul, and foul is fair:
Hover through the fog and filthy air.
[Exeunt]

SHAKESPEARE’S MACBETH

http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html  



[3]


NOS 
TRUMP PRESENTEERT PLAN VOOR ISRAEL EN PALESTIJNEN

https://nos.nl/artikel/2320693-trump-presenteert-plan-voor-israel-en-palestijnen.html 


De Amerikaanse president Donald Trump heeft een plan gepresenteerd om het Israëlisch-Palestijns conflict te beëindigen. Volgens Trump is het de “deal van de eeuw”. De Israëlische premier Netanyahu, die bij de presentatie in het Witte Huis aanwezig was, is tevreden, maar de Palestijnen hebben het plan op voorhand afgewezen.Mede door die afwijzing lijkt de kans minimaal dat het voorstel de vredesbesprekingen tussen Israël en de Palestijnen tot leven zal wekken. De laatste Israëlisch-Palestijnse onderhandelingen strandden na een reeks vruchteloze pogingen in 2014.Het plan omvat een “realistische tweestatenoplossing”, zei Trump. Dat is een scenario dat de internationale gemeenschap, waaronder Nederland, ook steunt. Maar de Amerikanen gaan verder en erkennen de Israëlische nederzettingen op onder andere de Westelijke Jordaanoever, die illegaal zijn verklaard door de Verenigde Naties en ingaan tegen het internationaal recht.De Amerikaanse president twitterde na de persconferentie een kaart van het grondgebied zoals hij dat ziet in wat hij zijn ‘vredesplan’ noemt. In dit voorstel raken de Palestijnen veel gebied kwijt, en dat is ook dan ook een belangrijke reden dat ze het nieuwe Amerikaanse plan afwijzen.

Netanyahu was juist lovend en zei dat Trump de soevereiniteit van Israël in de Jordaanvallei en alle nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever erkent. Hij noemde Trump “de grootste vriend van Israël ooit in het Witte Huis”. Na de persconferentie voegde de Israëlische premier nog toe dat hij zijn kabinet zal vragen in te stemmen met annexatie van gedeeltes van de Westelijke Jordaanoever.Een ander heikel punt is Jeruzalem, dat in de woorden van Trump de “onverdeelde hoofdstad” van Israël zal zijn. Hij zei dat onder luid applaus en gejoel, waarna hij knipoogde naar Netanyahu. “Maar dat stelt niet zoveel voor, dat heb ik al voor jullie gedaan.” Daarmee doelt hij op zijn besluit om de Amerikaanse ambassade in Israël naar Jeruzalem te verplaatsen en de stad als hoofdstad van Israël te erkennen.

Het zou “niet eerlijk” zijn als de Palestijnen niets krijgen in het plan, zei de president van de VS. Daarom staat erin dat de Palestijnen een hoofdstad krijgen in Oost-Jeruzalem en dat ze meer dan twee keer zo veel territorium krijgen.Jeruzalem is een van de grote twistpunten in het conflict en het is niet duidelijk hoe Trump zijn uitspraken met elkaar wil rijmen: het idee van een onverdeeld Jeruzalem is immers strijdig met de belofte dat de Palestijnen een hoofdstad krijgen in het oostelijk deel van de stad, al dan niet in een buitenwijk op de Westelijke Jordaanoever.’Bedrog van de eeuw’Trump zei tegen Mahmoud Abbas, de president van de Palestijnse Autoriteit, dat de Verenigde Staten hem zullen helpen “als hij voor vrede kiest”. Maar van Palestijnse kant klinkt harde kritiek. “Ik kan dit geen vredesplan noemen”, zei de Palestijnse hoofdonderhandelaar Saeb Erekat in een interview met de NOS. Hij noemt het plan niet de deal, maar “het bedrog van de eeuw”.

Trump heeft voor de Palestijnen als bemiddelaar afgedaan na een reeks pro-Israëlische beslissingen. Zo viel de beslissing van de Amerikaanse president om Jeruzalem als hoofdstad van Israël te erkennen en de Amerikaanse ambassade naar die stad te verplaatsen, niet in goede aarde.Vandaag demonstreerden dan ook duizenden Palestijnen tegen het plan, ook al voordat het werd gepresenteerd. Zowel in de Gazastrook, waar de radicaal-islamitische beweging Hamas de dienst uitmaakt, als in de Westelijke Jordaanoever gingen betogers de straat op. Het Israëlische leger houdt er rekening mee dat er extra troepen worden ingezet.

Zo impopulair als Donald Trump onder de Palestijnen is, zo geliefd is hij bij de Israëliërs. In de Israëlische politiek kan dit plan op brede instemming rekenen. Zowel premier Netanyahu als oppositieleider Gantz mocht het vooraf inzien en beiden toonden zich tevreden.Gantz, van de partij Blauw en Wit, ziet het plan als “een belangrijke en historische mijlpaal”. En ook Netanyahu is klaar om “geschiedenis te schrijven”.Voor de Israëlische premier biedt de presentatie van het plan in de aanloop naar de verkiezingen van maart bovendien een welkome afleiding van zijn juridische problemen. Vandaag werd Netanyahu officieel aangeklaagd in drie verschillende corruptiezaken, nadat was gebleken dat het parlement hem geen onschendbaarheid voor de rechter wilde verlenen. 


[4]


THE RIGHTS FORUM

https://rightsforum.org/ 


BTSELEM.ORG


https://www.btselem.org/ 


WEBSITE ASTRID ESSED
PALESTINA

https://www.astridessed.nl/tag/palestina/  





CIVIS MUNDIZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHTASTRID ESSED
https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024 


[5]


ZIE NOOT 4




[6]


DE ILLEGALITEIT VAN DE NEDERZETTINGEN”The Fourth Geneva Convention prohibits an occupying power from transferring citizens from its own territory to the occupied territory (Article 49).The Hague Regulations prohibit an occupying power from undertaking permanent changes in the occupied area unless these are due to military needs in the narrow sense of the term, or unless they are undertaken for the benefit of the local population.”BTSELEM.ORGSETTLEMENTS
https://www.btselem.org/settlements 
”Individual or mass forcible transfers, as well as deportations of protected persons from occupied territory to the territory of the Occupying Power or to that of any other country, occupied or not, are prohibited, regardless of their motive.”ARTICLE 49, FOURTH GENEVA CONVENTIONhttps://www.icrc.org/applic/ih l/ihl.nsf/Article.xsp?action=o penDocument&documentId=77068F1 2B8857C4DC12563CD0051BDB0HET HAAGS VERDRAG VAN 1907HAGUE CONVENTION 1907
https://www.loc.gov/law/help/us-treaties/bevans/m-ust000001-0631.pdf 

[7]

NOSEU BUITENLAND CHEF BORRELL VEROORDEELT ANNEXATIES IN TRUMP’S VREDESPLAN
https://nos.nl/artikel/2321604-eu-buitenlandchef-borrell-veroordeelt-annexaties-in-trumps-vredesplan.html 

De Europese Unie zal zich niet neerleggen bij een annexatie van delen van de Westelijke Jordaanoever door Israël. EU-buitenlandchef Josep Borrell zegt in een statement dat hij kernelementen van het Amerikaanse vredesplan van vorige week niet accepteert.Het Amerikaanse plan voor het Israëlisch-Palestijns conflict werd een week geleden door president Trump gepresenteerd. De Palestijnen waren niet betrokken bij de onderhandelingen en wezen het plan af. De Israëlische premier Netanyahu was tevreden, hij noemde Trump de grootste vriend van Israël ooit in het Witte Huis.Scherpere veroordelingHet plan voorziet in annexatie van de Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en van de Jordaanvallei. De Verenigde Staten vinden dat legitiem.Een groot deel van de internationale gemeenschap vindt dat de nederzettingen illegaal zijn, omdat ze gebouwd zijn in bezet gebied en indruisen tegen internationaal recht en resoluties van de Verenigde Naties.”We zijn verontrust over uitspraken over annexaties van de Westelijke Jordaanoever en de Jordaanvallei”, zegt de EU’s hoogste buitenlandvertegenwoordiger. “De EU erkent de soevereiniteit van Israël in de sinds 1967 bezette gebieden niet. Stappen richting annexatie zullen niet onbetwist blijven.”Borrell veroordeelt Trumps plan scherper dan dan hij aanvankelijk deed. Twee dagen geleden zei de EU-diplomaat dat het voorstel weinig kans van slagen heeft als niet alle partijen betrokken zijn bij vredesonderhandelingen. Bij de presentatie zei Borrell het plan nader te bekijken. 

[8]

[8]

NOSVS ZIET ISRAELISCHE NEDERZETTINGEN NIET LANGER ALS ILLEGAAL18 NOVEMBER 2019
https://nos.nl/artikel/2311044-vs-ziet-israelische-nederzettingen-niet-langer-als-illegaal.html 

De Verenigde Staten beschouwen Israëlische nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever niet langer als strijdig met het internationaal recht. Minister van Buitenlandse Zaken Pompeo heeft de koerswijziging bekendgemaakt.De stap volgt in een reeks pro-Israëlische beslissingen van de regering van president Trump. Eerder besloot de Amerikaanse president om Jeruzalem te erkennen als de ongedeelde hoofdstad van Israël en de Amerikaanse ambassade erheen te verplaatsen. Daarna heeft hij de financiële steun aan de Palestijnen stopgezet. In maart erkende de president de annexatie van de Golanhoogten, die Israël in 1967 veroverde op Syrië.HindernisDe Israëlische premier Netanyahu spreekt zijn waardering uit voor de Amerikaanse stap. Hij noemt het “een belangrijke maatregel die een historische fout corrigeert”. Israël blijft bereid tot vredesonderhandelingen met de Palestijnen, maar zal blijven afwijzen dat sprake is van illegale nederzettingen, aldus Netanyahu.De Palestijnse president Abbas zegt in reactie dat de VS zijn geloofwaardigheid om een rol te spelen in het vredesproces heeft verloren.Ook de Palestijnse politica Hanan Ashrawi veroordeelt de Amerikaanse koerswijziging. Volgens haar is het “een nieuwe klap voor het internationale recht, gerechtigheid en vrede”.De Europese Unie en de meerderheid van de internationale gemeenschap achten de nederzettingen volgens internationaal recht illegaal. En dat blijft zo, liet EU-buitenlandchef Mogherini weten in een verklaring.Vorige week oordeelde het Europees Hof voor Justitie nog dat levensmiddelen uit Israëlische nederzettingen niet langer het label ‘made in Israel’ mogen dragen.TweestatenoplossingDe EU ziet de Israëlische nederzettingen net als internationale organisaties als de Verenigde Naties als een grote hindernis voor een oplossing van het conflict met de Palestijnen. Zij beschouwen de bezette Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem als essentiële onderdelen van een toekomstige Palestijnse staat.In de verklaring roept Mogherini Israël op om te stoppen met de uitbreiding van nederzettingen.In 2016 nam de VN-Veiligheidsraad een resolutie aan waarin van Israël wordt geëist dat het stopt met bouwen in nederzettingen, “een flagrante schending” van het internationaal recht. De VS, onder president Obama, koos toen voor een koerswijziging en blokkeerde de resolutie niet maar onthield zich van stemming. De Amerikaanse VN-ambassadeur van destijds zei dat de nederzettingen een tweestatenoplossing in de weg staan.Israël bezette de gebieden in 1967. Sindsdien groeide het aantal Israëlische kolonisten er tot meer dan 600.000. 

[9]

BTSELEM.ORGAL-MUGHAYIR: SETTLERS ENTER VILLAGE GROVES AND ATTACK FAMILIES
https://www.btselem.org/settler_violence_updates/during-corona-crisis  



March 202029Al-Mughayir, Ramallah District, 29 March 2020: Settlers enter village groves and attack familiesAl-Mughayir: Settlers enter village groves and attack familiesOn 29 March 2020, around 3:30 P.M., three families from the village of al-Mughayir met in a-Dhahrat, north of the village, to have a picnic in the olive groves. The settlement outpost of Adei Ad was built about five kilometers from there. Just after they parked and got out of their cars, the families saw seven settlers, armed with clubs and knives, coming towards them from the settlement.Two of the families managed to flee in the tractor cart of a farmer who was passing by. The settlers started hurling stones at the car of the remaining family, Anwaar (27) and Munzar (34) Abu ‘Alia and their two children, while they were standing next to it. Anwaar, who is four months pregnant, fled on foot at her husband’s insistence. The settlers continued to hurl stones at the car, slashed its tires with knives and demanded the keys from Munzar. When he refused, they grabbed them by force. Abu ‘Alia and his two children fled the scene on foot, leaving car and mobile phone behind. The settlers started to chase them. Abu ‘Alia responded by throwing stones to fend them off and protect his children.
[10]

”Violence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.”

BTSELEM.ORGSETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence  



[11]
BTSELEM.ORGSTATE BACKED SETTLER VIOLENCE
https://www.btselem.org/settler_violence  


State-Backed Settler ViolenceState-Backed Settler Violence 11 November 2017Share: Facebook share Twitter WhatsAppViolence by settlers (and sometimes by other Israeli civilians) toward Palestinians has long since become part of daily life under occupation in the West Bank. These actions range from blocking roads, throwing stones at cars and houses, raiding villages and farmland, torching fields and olive groves, and damaging crops and property to physical assault, sometimes to the point of hurling Molotov cocktails or using live fire. Over the years, this widespread violence toward Palestinians has resulted in injuries to life and limb, as well as damage to property and land.The long-term outcome of settler violence is the dispossession of Palestinians from more and more areas in the West Bank, facilitating Israel’s seizure of land and resources.Under international law, Israel has a duty to protect Palestinians in the West Bank from this conduct. However, Israeli authorities routinely shirk this responsibility, even when the violent actions can be anticipated. Thousands of testimonies, videos and reports, as well as many years of close monitoring by B’Tselem and other organizations, reveal that Israeli security forces not only allow settlers to harm Palestinians and their property as a matter of course – they often provide the perpetrators escort and back-up. In some cases, they even join in on the attack. In other instances, security forces have prevented anticipated harm by removing the targeted Palestinians, rather than the Israeli assailants.The law enforcement agencies, for their part, rarely make settlers face consequences for attacking Palestinians. In almost all cases, the investigations – if one was opened, in the first place – have not resulted in any action taken against the perpetrators. This undeclared policy of lenience toward settler violence aimed at Palestinians has been documented in numerous reports by human rights organizations, as well as in official state reports (such as the Karp Report of 1982 and the Shamgar Report of 1994).In a ten-year review published in May 2015, human rights organization Yesh Din found that some 85% of investigations into such cases (including violence, arson, damage to property, mutilation of trees and takeover of land) ended with no further action taken, and that the odds of a police complaint filed by a Palestinian resulting in the conviction of an Israeli civilian were a mere 1.9%. Given the futility of this effort, many Palestinians choose to forgo filing a complaint altogether.Since it was founded in 1989, B’Tselem has been documenting incidents of settler violence against Palestinians and advocating for security forces to fulfill their obligation to protect Palestinians and their property from such injury. For many years, B’Tselem has stressed the duty of Israeli authorities to make the necessary preparations, including allocating forces, to prevent attacks that can be predicted – especially when they are carried out in the open – and arrest the assailants. We have repeatedly called attention to the responsibility of the law enforcement agencies to quickly and efficiently investigate attacks after they take place. B’Tselem has provided the police and the military with documentation of such attacks, including video footage filmed by volunteers. We have also helped Palestinian victims file complaints with the police and have monitored the investigations – including appealing closed cases. After more than 25 years of this work, there is no escaping the conclusion that the authorities merely make a show of law enforcement in this context and that, with few exceptions, they have no interest in seriously investigating settler violence against Palestinians.A stark example recurs every year during the olive harvest. After repeated settler attacks, the military forbade Palestinian farmers from entering their own land if it lies near a settlement – instead of protecting the farmers by enforcing the law on the settlers. In 2004, the heads of five Palestinian local councils petitioned Israel’s High Court of Justice (HCJ), demanding that the military allow them to access their lands and protect them from settler attacks during the olive harvest. The court accepted the petition about two years later, ruling that the military should not, in general, deny Palestinians access to their land in the name of protecting them. The justices also ruled that the security establishment must “give clear, unequivocal instructions to the forces operating in the field” and also “deploy forces to protect the property of the Palestinian inhabitants” (HCJ 9593/04 Murar et al. v. IDF Commander for Judea and Samaria et al.). As a result, the state created a “coordination system” for supposedly enabling Palestinians throughout the West Bank to access their land for several days, twice a year – during the harvest and plowing seasons. This requires prior coordination with the military, which assigns them a security detail.In practice, the system does little to resolve this violent reality and is largely another empty show of law enforcement. First, it furthers the assumption that the solution lies with restricting the Palestinian victims, rather than the violent settlers. Second, it is relevant to two specific periods every year, leaving settlers free to roam and vandalize land and trees the rest of the time, while the Palestinian owners are barred access. Third, the military requires Palestinians to undergo such a complicated coordination process and meet so many requirements that, in many cases, attaining access is impossible.Settler violence has a pervasive impact on life in the West Bank, creating a lingering sense of intimidation. Countless attacks have left their traumatic mark on individual Palestinians and on the collective memory. As a result, many Palestinians now avoid approaching “danger zones” near settlements. Landowners do not dare enter these areas without military escort or Israeli civilians accompanying them. As a result, in some plots, the yield has become so poor that the owners have given up trying to reach the land and tend it. This dynamic has created invisible walls throughout the West Bank, beyond which Palestinians know they face violence to the point of risking their lives.The rogue settlements euphemistically known as “illegal outposts” – since they were formally established in breach of Israeli law, although they enjoy broad government support and funding – contribute to this reality. These 100 or so outposts, established throughout the West Bank since the 1990s, have effectively taken over large swathes of land, expanding the scope of settlement control. This dispossession has been accompanied by violence towards Palestinian landowners that includes physical assaults, threats, attacks on shepherds and theft of land. Apart from very rare exceptions in which outposts were removed further to legal proceedings, virtually all outposts remain standing and are gradually gaining formal recognition as a substantial part of the settlement enterprise.Violent actions of settlers against Palestinians are not exceptions to a rule. Rather, they form part of a broader strategy in which the state colludes, as it stands to benefit from the result. Over time, this unchecked violence is gradually driving Palestinians from more and more locations in the West Bank, making it easier for the state to take over land and resources.

[12]

VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

[13]


CIVIS MUNDI

ZWEEDSE FOTOGRAAF WINT WORLD PRESS PHOTO 2012.

MISDADEN ISRAELISCHE POLITIEK IN BEELD GEBRACHT

ASTRID ESSED

https://www.civismundi.nl/?p=artikel&aid=2024

IF AMERICANS KNEW

THE ORIGIN OF THE PALESTINE-ISRAELI CONFLICT

https://ifamericansknew.org/history/origin.html

[14]

PALESTINE REMEMBERED, AL NAKBA 1948

https://www.palestineremembered.com/

WIKIPEDIA

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

https://en.wikipedia.org/wiki/The_Ethnic_Cleansing_of_Palestine

WIKIPEDIA

ILAN PAPPE

https://en.wikipedia.org/wiki/Ilan_Papp%C3%A9

ILAN PAPPE

THE ETHNIC CLEANSING OF PALESTINE

[15]

WIKIPEDIA

UN SECURITY COUNCIL RESOLUTION 242

https://en.wikipedia.org/wiki/United_Nations_Security_Council_Resolution_242

[16]

ISRAEL, WERELDKAMPIOEN SCHENDINGEN VN-RESOLUTIES

LODE VANOOST

https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2014/07/30/israel-wereldkampioen-schendingen-vn-resoluties/

[17]

BTSELEM.ORG

SETTLEMENTS

https://www.btselem.org/topic/settlements

[18]

”Het doet pijn, zegt Eliana Passentin, als mensen zeggen dat zij een misdadiger is. Een dief. Iemand die verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers.”VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/[19]

” Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven”
VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-[20]

‘Fair is foul and foul is fair””Hover through the fog and filthy air”
SHAKESPEARE MACBETHACT ONE, SCENE ONE
http://www.shakespeare-online.com/plays/macbeth_1_1.html

EINDE NOTEN

TRANSCRIPTIE ARTIKEL VOLKSKRANT

VOLKSKRANTISRAELISCHE KOLONISTEN OVER HET PLAN VAN TRUMP: ”WE ZIJN HIER AL 3500 JAAR”21 APRIL 2020

https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/israelische-kolonisten-over-het-plan-van-trump-we-zijn-hier-al-3-500-jaar~ba505727/

Duizenden jaren droomden Joden van terugkeer, en bewoners van de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever zijn blij dat Trump hun rechten heeft erkend. ‘Wij horen hier’, zeggen zij. ‘En het is goed als de Palestijnen horen dat wij nooit meer vertrekken.’ Sacha Kester21 april 2020, 19:56

Het doet pijn, zegt Eliana Passentin, als mensen zeggen dat zij een misdadiger is. Een dief. Iemand die verantwoordelijk is voor de pijn van onschuldige slachtoffers.

Ze woont al 24 jaar op de top van een heuvel in de Westelijke Jordaanoever, en hier zat ze ook op de bank, samen met haar gezin, toen de Amerikaanse president Trump zijn vredesplan voor het Midden-Oosten presenteerde. ‘Het was een emotioneel moment’, zegt ze. ‘Eindelijk werd bevestigd dat wij niet andermans land bezetten, maar daadwerkelijk het recht hebben om hier te zijn – dat het Joodse volk thuishoort in dit gebied.’

Het plan van Trump werd juichend omarmd door de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, maar vol afschuw verworpen door Palestijnse leiders. Trump had de eindstatus van alle gevoelige kwesties bij voorbaat al vastgelegd: hoe de grenzen moeten lopen, wat er met de Palestijnse vluchtelingen moet gebeuren, en wat de status van Jeruzalem wordt. Allemaal in het voordeel van Israël, mopperden de Palestijnen.

Annexatie

Het plan voorziet in een mogelijke toekomstige Palestijnse staat, maar op slechts 70 procent van de Westelijke Jordaanoever. De andere 30 procent, waar zich meer dan 135 Joodse nederzettingen bevinden (die volgens de meeste landen illegaal zijn), zouden door Israël geannexeerd kunnen worden. Dat gaat heel snel realiteit worden nu Netanyahu deze week een coalitie heeft gesmeed, want in het regeerakkoord staat dat de annexatie nog voor juli dit jaar moet beginnen. 

Passentin is daar blij mee. Ze is opgegroeid in San Francisco, en met haar ouders naar Israël geëmigreerd toen ze 11 was. Na haar huwelijk besloten zij en haar man om naar Eli te verhuizen, wat toen nog een kleine nederzetting was. ‘Mijn echtgenoot had hier, voordat hij in het leger ging, op de Talmoedschool gestudeerd, waardoor we kennissen in de omgeving hadden. Ikzelf was verliefd op de schoonheid van deze regio. Maar wat zeker meespeelde, was het idee om Israël te steunen door ons te vestigen in het land van onze voorvaderen.’

Trots loopt Passentin, ondertussen moeder van acht kinderen, door haar tuin. Ze laat de olijfbomen zien die haar zoon heeft geplant, en wijst naar Shiloh, onderaan de heuvel – de Bijbelse eerste hoofdstad van het Joodse volk en nu een geliefde attractie voor pelgrims. Ze zouden nooit zomaar land stelen, benadrukt Passentin. ‘We bouwen alleen op land waar niemand eigendomspapieren van heeft. Mocht iemand achteraf kunnen aantonen dat het toch zijn bezit is, wordt het huis weer afgebroken en het land teruggegeven.’

Amerikaanse buitenwijk

De nederzetting Eli doet denken aan een Amerikaanse buitenwijk: keurige huizen met een tuin voor en een tuin achter. Rechte, overdag vrijwel verlaten straten, aangeharkte plantsoenen, en een klein winkelcentrum met een grote parkeerplaats. Het voelt ruim en schoon. Ideaal voor gezinnen.

Maar er zijn ook zaken die eraan herinneren dat dit geen slaperig dorpje in een vredige provincie is. Zo is de speelplaats van het kinderdagverblijf omgeven door een fors hek – alsof de kleintjes spelen in een grote kooi. De grenzen van het dorp zijn afgezet met prikkeldraad en warmtecamera’s. ‘Die zijn drie jaar geleden geplaatst’, zegt Passentin. ‘Palestijnse tieners probeerden bij iemand in te breken en hebben de vader aangevallen met messen en een honkbalknuppel.’

Passentin vindt het vreselijk, die hekken, en zou juist meer contact willen met haar Palestijnse buren. ‘Ik praat met hen in de supermarkt, en ik geloof dat de meesten van hen in vrede met ons willen samenleven. Daar zet ik me ook voor in. Zo zou ik een fotocursus aan Palestijnse vrouwen geven, maar op het laatste moment ging het niet door, omdat hun echtgenoten het niet goed vonden.’ Ze heft haar handen op, palmen naar buiten, een gebaar waarmee ze wil uitdrukken dat zij het dan ook niet meer weet.

Pompeo wijn

Een kleine twintig minuten verderop, drinkt Miri Maoz Ovadia een kop thee bij het bezoekerscentrum van de Psagot wijnmakerij. Op een houten ton staan een aantal opvallende flessen: de Pompeo wijn, vernoemd naar de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo, als dank, omdat hij een rapport heeft verworpen waarin werd gesteld dat Israëlische nederzettingen illegaal zijn.

‘Dit is een fijne regio om een gezin groot te brengen’, zegt Maoz Ovadia, woordvoerster van de regionale raad van dit district. ‘Ja, we wonen achter hekken en we worden soms blootgesteld aan geweld, maar de laatste tijd gaat het beter. De afgelopen vijf jaar hebben wij geen enkele keer naar de schuilkelders hoeven rennen.’

Ook Maoz Ovadia is blij met het voorstel van Trump, en ook zij onderstreept het belang van de erkenning dat zij het recht heeft om hier te leven. ‘Dat was noodzakelijk’, zegt ze. ‘Voorheen werd de Palestijnen steeds voorgespiegeld dat wij hier tijdelijk waren, dat er nog onderhandeld kon worden over onze aanwezigheid, of dat we met geweld kunnen worden verdreven. Dat is een illusie. Wij zijn hier. Het idee dat wij ooit naar dit land terug zouden keren, heeft het Joodse volk duizenden jaren op de been gehouden, en nu we er zijn, gaan we nergens anders heen.’

Het is lastig, verzucht Maoz Ovadia, dat twee volken dezelfde plek ‘thuis’ noemen. ‘We zullen samen moeten oplossen hoe we dit land gaan delen, en daarvoor moeten ook wij dromen opgeven. In het plan van Trump staat dat 70 procent van Judea en Samaria naar de Palestijnen gaat. Dat is een groot offer. Ik vind wel dat de Palestijnse Autoriteit eerst moet bewijzen dat zij hun mensen goed kunnen regeren, want zoals het nu gaat, is het slecht voor het Palestijnse volk, en gevaarlijk voor ons. Maar ik heb er vertrouwen in dat er uiteindelijk vrede komt.’

Vijandig volk

Dat vertrouwen wordt niet gedeeld door opiniemaker David Haivri. ‘We moeten af van dat hele idee van een twee staten oplossing’, zegt hij zittend in zijn tuin in de nederzetting Kfar Tapuach. Op de grond ligt een grote hond met een vriendelijke blik, en bij de deur staat kinderspeelgoed. ‘Dit is heilig land voor het Joodse volk, en het idee dat we een deel moeten overdragen aan een vijandig volk, is onverteerbaar.’

Daar is Haivri van overtuigd geraakt door wat de Palestijnse Autoriteiten de afgelopen 25 jaar hebben laten zien. ‘Als zij leiderschap hadden getoond’, zegt hij, ‘als zij hun verantwoordelijkheden hadden genomen, had ik erop kunnen vertrouwen dat er een Palestijnse naast een Joodse staat kon bestaan. Maar ik zie alleen corruptie, incompetentie en de aanmoediging van geweld – of in elk geval het onvermogen om dat te stoppen.’

Haivri wijst erop dat 15 Israëlische nederzettingen volgens het plan van Trump totaal geïsoleerde enclaves in een Palestijnse staat zouden worden. Veertig andere nederzettingen, waaronder de zijne, zouden met een kleine, smalle corridor zijn verbonden met de rest van Israël, omringd door Palestijns grondgebied. Dat is volgens hem niet alleen levensgevaarlijk, de dorpen zouden bovendien niet kunnen groeien omdat de grond buiten de dorpsgrenzen aan een ander land zullen toebehoren. ‘Jongeren kunnen dan geen huis bouwen, en zullen wegtrekken. De gemeenschappen zouden uitsterven.’

Eén ding is Haivri dus met de Palestijnen eens: het plan van Trump is niks. Zijn eigen voorstel? Eén groot Israël. ‘Zeker, de Palestijnen zouden hun droom verliezen, en misschien niet mogen stemmen, maar ze zouden wel werk hebben, een goede infrastructuur, en ze zouden hun geloof kunnen uitoefenen. Ze zouden het bij ons beter hebben dan in een Palestijnse Staat. Dat is niet eerlijk, maar de wereld is nu eenmaal hard. En ik ben ervan overtuigd dat we dan eindelijk vrede zouden hebben.’

Reacties uitgeschakeld voor Israelische kolonisten over vredesplan Trump/Volkskrant als spreekbuis kolonisten/Felle brief!

Opgeslagen onder Divers

Denk Kamerleden niet vervolgd voor moordbeschuldiging/Waarderingsbrief aan Denk Kamerlid Ozturk

DENK KAMERLEDEN NIET VERVOLGD VOOR MOORDBESCHULDIGING/WAARDERINGSBRIEF AAN DENK KAMERLID OZTURK

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO's Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017.

EXPAND

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO’s Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017. © 2017 AP Photo/Mindaugas Kulbishttps://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attackNederlandse militaire trainer kijkt in groen berglandschap toe hoe Iraakse militairen oefenen.https://www.defensie.nl/onderwerpen/missie-in-irak-en-oost-syrie/militaire-bijdrage

F-16-vlieger loopt langs vleugel van F-16.
https://www.defensie.nl/onderwerpen/missie-in-irak-en-oost-syrie/militaire-bijdrage

F’16’S ALS ENGELEN DES DOODS

F’16’S ALS ENGELEN DES DOODS


In deze Coronatimes gaan de gebeurtenissen zo snel en is alles, terecht, zo gefocust op het nieuws rond het Coronadrama, dat het belangrijk is, ook andere dramatische zaken niet uit het oog te verliezen.Weet u het nog?Ik heb recentelijk een stuk geschreven over Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak [1], in 2015 gepleegd en pas in 2019 aan het licht gekomen!Het ging om een F-16 aanval op een IS munitiefabriek in Hawija, die aan tenminste 70 Iraakse burgers het leven heeft gekost. [2]Oorlogsmisdaden, zoals ik dat zie [3]Het werd in feite door het toenmalige kabinet Rutte II voor de Tweede Kamer verzwegen en is pas aan het licht gebracht door het onderzoekswerk van dappere NRC en NOS journalisten.U kunt er alles over lezen in mijn artikel, dat lijvig is, maar, al zeg ik het zelf, de moeite waard is!Opvallend vond ik, dat toen dat alles aan het licht kwam, de Tweede Kamer, terecht zeer verontwaardigd was, maar ik kreeg sterk de indruk, dat die verontwaardiging in de eerste plaats het inderdaad laakbare feit gold, dat zij niet was ingelicht en minder die burgerdoden! [4]De enige, bij wie ik duidelijk voeling voelde met dat onnoemelijke menselijke leed, was Denk Kamerlid Ozturk, die in de Tweede Kamer, terecht, een fel betoog hield, waarbij het woord ”moord” viel. [5]En daarmee viel zowat de voltallige Tweede Kamer over hem heen! [6]En niet alleen zij:Een stelletje doorgedraaide militairen [zeker een kwaad geweten….] deed aangifte Ozturk, want hij zou zich schuldig hebben gemaakt aan het zaaien van haat, belediging en laster……[7]Welnu, van het OM kregen ze geen gelijk en het OM ging dan ook niet over tot vervolging [8]GOED ZO!
WAARDERINGOm mijn waardering te uiten, heb ik de heer Ozturk toen een briefmail gestuurd, getiteld ”Uit waardering/Artikel over de Ned luchtaanvallen op Irak.Deze mail wil ik graag met u delen, dus bij dezen
Onder het Notenapparaat eerst mijn artikel over de Nederlandse oorlogsmisdaden [A]En daaronder mijn waarderingsmail aan de heer Ozturk.
Trouwens, nog even in herinnering beste lezers:Dit artikel over de Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak is geschreven, om de slachtoffers, die grotendeels anoniem blijven, maar als het aan mij ligt, hun gerechtigheid krijgen, niet alleen door schadevergoeding, maar ook door vervolging van Nederland door het Internationaal Strafhof [wordt ook in mijn artikel toegelicht]
NO JUSTICE, NO PEACE!
Astrid Essed

NOTEN

[1]
DE VERZWEGEN OORLOGSMISDADEN IN IRAK, OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIEASTRID ESSED18 MAART 2020
https://www.astridessed.nl/de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/
NOTEN 1 T/M 61 BIJ ARTIKEL
https://www.astridessed.nl/noten-1-t-m-61-bij-artikel-de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

NOTEN 62 T/M 104 BIJ ARTIKEL
https://www.astridessed.nl/noten-62-t-m-104-bij-artikel-de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

OF

https://www.dewereldmorgen.be/community/de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

[2]

NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL OP IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

ZIE VOOR TRANSCRIPTIE TEKST
https://www.astridessed.nl/noten-1-t-m-61-bij-artikel-de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

[3]
ZIE NOOT 1

[4]

NOS

TWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK

https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

ZIE VOOR TRANSCRIPTIE TEKST

[ZIE NOOT 62, BOVENSTAANDE LINK]

[5]

DENK KAMERLEDEN NIET VERVOLGD VOOR MOORDBESCHULDIGING/WAT ZEI OZTURK PRECIES?/HIEROP VOLGEND MIJN ARTIKEL

[Met mijn artikel bedoel ik het artikel over de Ned oorlogsmisdaden in Irak]

ASTRID ESSED

OF

https://www.dewereldmorgen.be/community/denk-kamerleden-niet-vervolgd-voor-moordbeschuldiging-wat-zei-ozturk-denk-precies-hieropvolgend-mijn-artikel/

[6]

ZIE NOOT 5

[7]

HART VAN NEDERLANDRUIM 600 MILITAIREN DOEN AANGIFTE VAN BELEDIGING EN LASTER TEGEN DENK KAMERLID OZTURK

7 NOVEMBER 2019  

https://www.hartvannederland.nl/nieuws/2019/ruim-600-militairen-doen-aangifte-tegen-denk-kamerlid-ozturk/

ZIE VOOR TRANSCRIPTIE TEKST

[ZIE NOOT 69, BOVENSTAANDE LINK]

[8]

NOS

DENK KAMERLEDEN NIET VERVOLGD VOOR MOORDBESCHULDIGING TEGEN MILITAIREN

4 MAART 2020

https://nos.nl/artikel/2325722-denk-kamerleden-niet-vervolgd-voor-moordbeschuldiging-tegen-militairen.html

ZIE VOOR TRANSCRIPTIE TEKST

[NOOT 72 BOVENSTAANDE LINK] 

OM.NL

OM SEPONEERT AANGIFTE TEGEN DENK POLITICI

4 MAART 2020

https://www.om.nl/actueel/nieuws/2020/03/04/om-seponeert-aangifte-tegen-denk-politici

ZIE VOOR TRANSCRIPTIE TEKST

[NOOT 73, BOVENSTAANDE LINK] 

EINDE NOTEN

ADE VERZWEGEN OORLOGSMISDADEN IN IRAK, OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIEASTRID ESSED18 MAART 2020
https://www.astridessed.nl/de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/
NOTEN 1 T/M 61 BIJ ARTIKEL
https://www.astridessed.nl/noten-1-t-m-61-bij-artikel-de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

NOTEN 62 T/M 104 BIJ ARTIKEL
https://www.astridessed.nl/noten-62-t-m-104-bij-artikel-de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

OF

https://www.dewereldmorgen.be/community/de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

B

MIJN WAARDERINGSMAIL AAN DENK KAMERLID OZTURK [MET DAARAAN AANGEHECHT MIJN ARTIKEL OVER DE NED OORLOGSMISDADEN IN IRAK]


Astrid Essed 
To:s.ozturk@tweedekamer.nlCc:f.azarkan@tweedekamer.nl,t.kuzu@tweedekamer.nlFri, Mar 20 at 2:59 AMGeachte heer Ozturk,

Uit waardering voor uw bijdrage in het Tweede Kamerdebat over de Nederlandse F16 luchtaanvallen in Irak, die tientallen burgerdoden hebben geeist, doe ik u hierbij mijn artikel, in links, tekst en bijlage, toekomen.
Het is getiteld:DE VERZWEGEN NEDERLANDSE OORLOGSMISDADEN IN IRAK. OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIE
ZIE ARTIKEL
https://www.astridessed.nl/de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

OF

https://www.dewereldmorgen.be/community/de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

ZIE VOOR NOTEN, BEHORENDE BIJ MIJN ARTIKEL 

NOTEN 1 T/M 61
https://www.astridessed.nl/noten-1-t-m-61-bij-artikel-de-verzwegen-nederlandse-oorlogsmisdaden-in-irak-over-onze-waarden-heimelijk-bedrog-en-hypocrisie/

NOTEN 62 T/M 104

Deze wandaden, die zoveel burgerlevens kosten [en bepaald niet voor de eerste keer!] mogen niet vergeten worden.Een heel goede zaak dat u, als een van de weinige Tweede Kamerleden, het leed van deze Iraakse burgers en het verderfelijke aandeel van Nederland hierin, hebt belicht.
Ik ben voornemens hierover het ICC aan te schrijven.Wellicht ook een taak voor u?
Overigens te uwer informatie, ben ik tevens auteur in het progressieve Belgische magazine de Uitpers
http://www.uitpers.be/artikel/author/astrid-essed/

Vriendelijke groeten en veel verder succes met uw werk in de Tweede Kamer
Astrid EssedAmsterdam 

P/S

ARTIKEL

DE VERZWEGEN NEDERLANDSE OORLOGSMISDADEN IN IRAK/OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIEA Dirty Business

OM ZE EEN PLAATS TE GEVEN:Een Iraakse  vader, die zijn gezin verloorEen gehandicapte Iraakse moeder, die haar gezin verloorTwee van de vele slachtoffers van de Nederlandse moordmachine in Irak

‘ZEG KEN JIJ DE MOORDENAARSDE MOORDENAARSDE MOORDENAARS?ZEG KEN JIJ DE MOORDENAARSDIE WONEN IN F’16”S
JA IK KEN DE MOORDENAARSDE MOORDENAARSDE MOORDENAARS JA IK KEN DE MOORDENAARSDIE WONEN IN F 16’S
SAMEN KENNEN WE DE MOORDENAARSDE MOORDENAARSDE MOORDENAARSSAMEN KENNEN WE DE MOORDENAARSDIE WONEN IN F’16’S
[Naar de melodie van”Zeg, ken jij de MosselmanHet zingen van het ”moordenaarslied” wordt aanbevolen!]

”’”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model…………………………………………We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben opgebouwd” [1]
Aldus onze premier der Nederlanden, Mark Rutte in het programma ”Zomergasten” in 2016. [2]Een jaar nadat een van Neerland’s grove misdaden in het verre Irak had plaatsgevonden [3], een bewijs van wat die zogenaamde ”Nederlandse waarden”  in werkelijkheid voorstellen, alle  mooie praatjes over Verlichting en Humanisme ten spijt. [4]Met die  Verlichting [5] viel het, de goede dingen die deze stroming gebracht heeft, niet veronachtzamend [6], wat betreft zwarte mensen, ook wel mee.Filosoof Voltaire, een der kopstukken der Verlichting, die graag door Islamhater Hirsi Ali werd aangehaald als lichtbaken [7], meende, dat zwarte mensen ”inferieur” waren. [8]Maar nu terug naar onze Tijden en de Nederlandse misdaden tegen onschuldige mensen.
Want, waarde lezers, ik heb het nu NIET over een overigens niet eens zo heel  ver verleden, de transatlantische slavenhandel en slavernij, wat  nu eindelijk openlijk van Staatswege wordt erkend als grote misdaad [9], ook al heeft ons premier Rutte daar  nog moeite mee [10], maar over een hoofdstuk waarover de Nederlandse Staat maar liever zwijgt.Nederlandse oorlogsmisdaden van na de Tweede Wereldoorlog.Ja lezers, de misdaden tegen ongewapende burgers in oorlogstijd!Laf, misdadig en in strijd met alle fatsoensnormen EN het Internationaal Recht! [11]

ENGELEN DES DOODS UIT IRAK’S LUCHTRUIM/70 BURGERDODEN
Engelen des Doods, in de 21 eeuwse vorm van F’16 vliegtuigen, hebben in de nacht van 2 op 3 juni 2015 dood en verderf gezaaid in Irak.Bij een lucht aanval op een IS bommenfabriek in de Iraakse stad  Hawija [destijds bezet door IS] zijn zeker 70 doden gevallen, zowel IS strijders als Iraakse burgers. [12]Andere bronnen claimen weer, dat er 70 burgerdoden waren. [13]Alsof dat al niet erg genoeg was, herhaalde het burgerslachtoffersdrama zich:In de nacht van 20 op 21 september, ook in 2015, werd er een luchtaanval uitgevoerd in de Iraakse stad Mosul op een vermeend hoofdkwartier van IS, wat achteraf twee woonhuizen bleken te zijn, met als slachtoffers vier mensen uit een gezin! Aldus Defensie [bericht AD] [14]
Engelen des Doods die burgerslachtoffers hebben geeist.

BURGERSLACHTOFFERS GEPERSONALISEERD
Maar als ik het zo schrijf, lijkt het nog steeds TE afstandelijkDaarom laat ik hier, als het ware, twee slachtoffers aan het woord:
Bassim Razzo, verliest bij een Nederlands F’16 bombardement in Mosul zijnvrouw, dochter, broer en neef [zoon van zijn broer] [15]
Een moeder, enige overlevende uit een familie van zes kinderen,Zwaar gehandicapt [16]

En dit zijn slechts twee uit de vele, vele slachtoffers…….
Hier expliciet genoemd, om ze een Plaats te geven
DE DOODSENGELEN/NADER BELICHT

1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.

7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm[17]
En dan nu de doodsaanval, die vele Irakese burgers doodden of zwaar gehandicapt maken, nader belicht:Die eerste aanval, begin juni 2015, die zeker 70 burgerslachtoffers eiste [18], was dus op een bommenfabriek in de door IS bezette stad Hawija.Nu wordt er door allerlei apologeten van oorlogsmisdaden [want dat zijn militaire aanvallen op burgers en/of burgerdoelen] beweerd, dat het niet te vermijden is, DAT er in een oorlog nu eenmaal burgerslachtoffers vallen. [19]DAT is lekker makkelijk, zeg.Nu kun je je allereerst de vraag stellen, wat Nederland nu eigenlijk ging doen in dat verre Irak.Was het een kwestie van zelfverdediging en dreigde een aanval op Nederlandse bodem?Nou, niet echt nee, want the last time I checked, is Irak geen buurland van Nederland of enig ander land, waarmee Nederland in oorlog is.Maar het ligt dan ook ingewikkelder, want het was geen strijd met Irak, maar met de moordadige strijdgroep IS, die zowel in Irak als Syrie huishield! [20]Maar dan ook weer:Was Nederland in oorlog met dat IS?Welnee, Nederland zat in een Westerse coalitie, die Is in Irak en Syrie bestreed…..[21]Dat voor het perspectief en de ”urgency” [maar niet heus] voor Nederland om in Irak de Rambo uit te hangen. [22]
NOBELE MOTIEVEN
Interessant vind ik ook altijd de motieven, die voor zo’n strijd worden gehanteerd:Ik laat hier even een bombarderende piloot aan het woord”Het doel was IS uitschakelen, een missie waar hij volledig achter stond. Beelden van de massaslachtingen die de terreurgroep aanrichtte onder onschuldige burgers, onder vrouwen en kinderen, gaven genoeg motivatie om in actie te komen. “Het waren zulke vreselijke dingen, dat het voor mij en voor iedereen die daar heen ging vrij helder was.” [23]
Nu wil ik met enige moeite nog wel aannemen, dat die desbetreffende piloot, die trouwens ook burgerslachtoffers heeft gemaakt [24], dit ook wel meende.En misschien, misschien, is hij ook wel oprecht hierin [ik citeer]” “We hebben meer dan 2000 keer wapens ingezet, waarbij vier gevallen zijn waarbij met grote waarschijnlijkheid burgerslachtoffers zijn gevallen. Maar elk slachtoffers is er een te veel.” [25] Maar dat ontslaat hem niet van zijnverantwoordelijkheid!Het leger is een door de Staat gestuurde organisatie, waarin geleerd wordt bevelen op te volgen en kort gezegd:Doden op bevel.Dat weet je, als je in het leger gaat.En wanneer je bombardeert, weet je, dat je daarmee welbewust risico’s neemt op burgerslachtoffers, want ”precisiebombardementen” [26] zijn Fabeltjes.
Maar is het nog mogelijk, dat zo’n piloot last van zijn geweten krijgt en hij inderdaad als individu gelooft, de bevolking te gaan helpen, de Nederlandse Staat, die met dezelfde Mooie Verhalen komt aanzetten [27], dat is natuurlijk een ander geval.Nog afgezien van de geopolitieke belangen, die bij ieder besluit tot militaire deelname volledig doorslag geven:ALS de bedoelingen van die Nederlandse Staat zo ”oprecht” waren, waarom dan Irak en Syrie?Waarom niet ingegrepen in Myanmar, waar de Royyinga moslims al heel lang blootstaan aan etnische zuiveringen en massaslachtingen? [28]En dan nog eens iets met betrekking tot de ”mooie” Nederla ndse bedoelingen inzake de anti IS coalitie:Als Nederland het supposedly [29] zo goed voorneemt met de door IS geteisterde minderheden, waarom dan het uitzetten van een van de grootste targets en slachtoffers van IS, de Jezidi’s? [30]Ziedaar de hypocrisie van de Nederlandse regering, de ”mooie” woorden van VVD Kamerlid Yesilgoz, de nemesis van teruggekeerde IS vrouwen [31] ten spijt.
Terug naar de Zaak waar het hier om gaat en de aanleiding tot dit artikel:
ENGELEN DES DOODS SLOEGEN TOE IN HAWIJAENGELEN DES DOODS SLOEGEN TOE IN MOSULOVER LUCHTAANVALLEN EN BURGERLEED
7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm
Zo staat dat te Boek in het Internationaal Oorlogsrecht:De verplichting onderscheid te maken tussen combatanten [militairen en gewapende strijders] en non-combatanten [burgers]Dat geldt ook voor militaire en burgerdoelen.Ook rust op ALLE strijdende partijen de verplichting, meer in het algemeen, de burgerbevolking zoveel mogelijk te beschermen. [32]Dit kan betekenen:Geen militair doel neerzetten in een woonwijk en van de kant van de aanvaller bekeken:Bij militaire acties rekening houden met de aanwezige burgerbevolking, ook al bombardeer je een militair doel
DOODSENGELEN IN HAWIJA
Terwijl ik dit schrijf, kookt mijn bloed!Want het gaat over MENSEN, waarmee zo slordig wordt omgesprongen, geen kartonnen poppetjes!In Hawija, destijds bezet door IS.  werd er dus in juni 2015 een munitiefabriek van IS gebombardeerd, waar in de nabije omgeving mensen woonden:Ik citeer mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch:”The airstrike triggered multiple secondary explosions in the factory, devastating the surrounding area and killing dozens.” [33]Ik citeer NOS:”Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest.” [34]
Ik citeer het AD:
”Het kabinet erkent dat er bij een luchtmachtaanval op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija in de nacht van 2 op 3 juni 2015 zeker 70 slachtoffers zijn gevallen. Het gaat zowel om IS-strijders als om onschuldige burgers. Door de explosie van de fabriek vloog een deel van de omliggende woonwijk mee de lucht in. [35]
Ik citeer NOS

”De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. [36]
Ik citeer NOS”Maar er was vooral laagbouw: kleine panden waar winkeltjes, een naaiatelier en een theehuis voor een levendige sfeer zorgden.” [37]
Ook al slik ik  het officiele praatje van de Nederlandse regering, dat ”men ervan uitging, dat er geen mensen verbleven rond de bommenfabriek” [38], dan nog is dit een heel onverschillige en op zijn zachtst gezegd, rare gang van zaken.Want je kunt er ”niet vanuit gaan”, dat er geen mensen verblijven” [39] rond een bommenfabriek.Zoiets moet uiterst zorgvuldig van te voren worden gecontroleerd en met al die moderne technologische middelen moet dat mogelijk zijn.Mij maak je niet wijs, dat dat niet kan.
Nog onzinniger klinkt het argument, dat ”men verrast was door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde” [40]Je bombardeert een MUNITIEFABRIEK en bent vervolgens verbaasd over de hoeveelheid explosieven?Ongelooflijk en bizar onverantwoordelijk.
Maar er is meer:Zelfs al zouden er in de directe nabijheid [na zorgvuldig onderzoek] geen mensen wonen en/of werken, dan nog is het, tenzij die fabriek in the middle of nowhere ligt, een groot risico, zo’n bombardement uit te voeren, want bij dat bombarderen van explosieven kan het, zeker omdat je niet precies kan weten, wat er allemaal ligt, tot in de wijde omgeving burgerslachtoffers maken.Hadden de heren oorlogvoerende politici en politicae [toenmalig minister van Defensie was mevrouw Hennis-Plasschaert [41], daar niet aan kunnen denken?Daar geen rekening mee kunnen houden?
Volgens het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht moeten strijdende partijen strict onderscheid maken tussen combatanten en non-combatanten [42], maar ze moeten meer doen.Bij hun militaire acties moeten ze ook alles doen wat  mogelijk is om de burgerbevolking te beschermen en voorkomen, dat er burgerslachtoffers vallen. [43]
Van IS is het uiterst onverantwoordelijk om er een munitiefabriek op na te houden in een woonwijk, maar dat geldt ook voor de acties van de Nederlandse krijgsmacht!Het bombarderen van een munitiefabriek met het risico van de nabijheid een burgerbevolking, want tenslotte is Hawija een STAD MET 100 000 INWONERS! [44], is levensgevaarlijk en onverantwoordelijk.Hetgeen dan ook is gebleken.

Militaire Praatjes als ”„Je moet het mogelijk verlies van levens van burgers in de buurt van zo’n fabriek afwegen tegen misschien wel dat van honderden burgers die om gaan komen als IS de bommen uit die fabriek gaat inzetten in de strijd.” [45] EN ”„Bij oorlogvoeren horen harde en zelfs wrede afwegingen” [46] vullen geen gaatjes en bagatelliseren alleen maar het feit, dat onverantwoorde risico’s, zoals het bombarderen van munitiefabrieken tussen een woonwijk, onverantwoorde risico’s blijven en roulette spelen met burgers, die volgens het Oorlogsrecht beschermd dienen te worden. [47]En wat dachten we van deze Gouwe Ouwe: ”vliegers hebben geen keus. Ze moeten de opdracht uitvoeren die de politiek hen geeft” [48]GEVAARLIJKE NONSENS EN APEKOOLWant sinds Neurenberg [49] kan niemand zich meer beroepen op ”Befehl ist Befehl”
En wat die burgerslachtoffers betreft stond in een Brief aan de Tweede Kamer dd 13 april 2018
”Het voorkomen van burgerslachtoffers en nevenschade heeft te allen tijde de hoogste prioriteit voor Nederland en de coalitie. Eerder is uw Kamer geïnformeerd over het uiterst zorgvuldige targeting proces van de coalitie en dus ook van Nederland. Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelen” [50]
Is het dan niet vreemd, dat ondanks die zogenaamde zorgvuldige observatie, men niet heeft gezien, dat in de nabije omgeving burgers woonden en leefden?

LIEGEN, LIEGEN, LIEGEN/KABINET RUTTE II
Niet alleen, dat de Nederlandse Staat op zo’n onverantwoorde, zeg maar gerust misdadige wijze Russische roulette speelde [51] met de levens van Iraakse burgers, zowel bij dat luchtbombardement op die IS munitiefabriek als bij die  ”vergissing” bij het bombardement op Mosul, waarbij een man in een klap zijn vrouw, dochter, broer en neef verloor [52], ook liegen en misleiding was dit nu voorbije kabinet Rutte II [onder wiens verantwoordelijkheid deze ellende plaatsvond], [53] niet vreemd:
Want deze twee bombardementen des doods [Nederland is vanaf 2014-18 actief geweest in de anti IS coalitie in Syrie en Irak] [54] zijn doodleuk voor de Tweede Kamer verzwegen [55], wat in mijn boek betekent: Liegen tegen de Tweede Kamer! En…..weer in mijn Boek:Je liegt alleen als je iets te verbergen hebt, dat het Daglicht niet kan verdragen, wat hier zeker het geval was!Het enige, dat dan WEL was verteld was, dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. [56] Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, is hun niet meegedeeld. [57]Het is dan ook aan de wakkere journalisten van NOS en NRC te danken, dat de waarheid alsnog aan het Licht is gekomen! [58]

TWEEDE KAMERNatuurlijk was de Tweede Kamer verontwaardigd, dat het kabinet hen volledig had ingelicht over de gevallen burgerdoden, gezien haar recht, geinformeerd te worden [59], hoewel ik [althans uit de berichtgeving] sterk de indruk kreeg, dat de verontwaardiging van de Geachte dames en heren vooral het feit was, dat ze niet waren ingelicht [60], veel minder de burgerdoden……Sommige Kamerleden, zoals PvdA-Kamerlid Kerstens, bazelden zelfs over de ”veiligheid van de militairen” [61] [nou nog mooier, who the hell is in the coffin!]
De enige uitzondering -en dat was in hen te prijzen – was politieke partij DENK:Want Denk was de enige partij, die zich niet alleen ”beledigd” toonde [wat overigens terecht was], dat kabinet Rutte II de Tweede Kamer had voorgelogen c.q. informatie had verzwegen [62], maar zich ook vooral druk maakte over de Nederlandse luchtaanvallen en de gevolgen voor de burgerbevolking.Citerend uit een deel van het Kamerdebat hierover zei Denk Kamerlid Ozturk onder andere”Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter” [63] Duidelijke taal.En in plaats dat de Tweede Kamerleden, zoals je mag verwachten, daarin meegingen of adhesie uitspraken met die woorden, begonnen ze te zeveren over het feit, dat Ozturk sprak van ”moord”Ozturk:”Voorzitter:Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter.Maar deze minister ziet niet de ernst van deze moord  ” [64]En over het feit, dat hij, mijns inziens terecht, de liegende toenmalige VVD minister van Defensie, Jeanine Hennis Plasschaert [politiek verantwoordelijk voor die luchtaanval], een ”lijkenverstopper” noemde [65], omdat ze willens en wetens die burgerdoden had verzwegen.

ENFIN:VVD. CDA, PvdA, PVV, Christen-Unie, D’66 en ja, ook Groen-Links [dat even de braafste van de klas wilde zijn] struikelden over elkaar om het ”taalgebruik” van Ozturk, als zijnde ”vreselijk’, ”niet respectvol” ‘ en ”niet professioneel” te veroordelen. [66]Ook Kamervoorzitter Khadidja Arib meende een duit in het zakje te moeten doen door Ozturk’s ”taalgebruik” te veroordelen. [67]Blijkbaar vielen de heren en dames Tweede Kamerleden meer over deze formuleringen dan over het leed van de burgerdoden…..
THE TRUTH HURTS,,,,,/AANGIFTE DOOR MILITAIREN
Maar dit Muisje had nog een Staartje:Want ruim 600 militairen deden vanwege die ”moord” uitspraak [68] aangifte tegen Ozturk [69], want hij zou zich schuldig hebben gemaakt aan het zaaien van haat, belediging en laster……[70]Laster?Belediging?De wereld op zijn Kop!Dus eerst een volledige woonwijk platgooien door het onverantwoord bombarderen van een munitiefabriek in een woonwijk [71] in een land waar je niets te zoeken hebt en vervolgens lamenteren en doordraaien, als er stevige kritiek komt op dit [en dan heb ik het nog zacht uitgedrukt] Rambo optreden! 
Yeah, the truth hurts!Maar goed:Deze militairen en hun consorten kregen het lid op de neus, want het Openbaar Ministerie besloot NIET tot vervolging over te gaan! [72]In haar eigen woorden:De uitlatingen van de DENK-kamerleden zijn voor het OM om twee redenen niet strafbaar:

1. Voor zover ze zijn gedaan in de Tweede Kamer vallen ze onder de parlementaire onschendbaarheid.

2. Daarnaast wordt in het dagelijks taalgebruik de term ‘moord’ gebruikt, wanneer iemand een ander doodt. Militairen beschikken echter over geweldsbevoegdheden die ook dodelijk geweld kunnen omvatten. Zolang zij binnen deze bevoegdheden optreden, geldt dat een geweldsaanwending geen strafbaar feit oplevert. Hun optreden wordt zo nodig beoordeeld aan de hand van het Wetboek van Militair Strafrecht, de geldende geweldsinstructies en het internationale oorlogsrecht. De keuze van DENK om het begrip ‘moord’ op de maatschappelijke wijze te gebruiken (hoewel dus niet toepasselijk), leidt voor het OM niet tot het oordeel dat hier sprake is van onnodig grievende uitlatingen. Deze uitlatingen vallen voor het OM binnen het publieke en politieke debat dat zoveel mogelijk in vrijheid moet kunnen plaatsvinden. [73]

ZO!

Dat kunnen de heren [dames] doorgedraaide militairen in

hun zak steken.

Ook hier weer:

In plaats van in de eerste plaats stil te staan bij de misdadige militaire Ramp, die Nederland met zijn onverantwoordelijke gebombardeer heeft veroorzaakt [74], wordt Ozturk, de spreekwoordelijke Boodschapper, gepakt.

De beslissing van het OM leidde natuurlijk tot veel geraas en getier en de advocaat van die militairenclub wil [waarschijnlijk] eenm artikel 12 procedure starten [75], waarbij ik hem en zijn clienten nul comma nul succes toewens!

The truth hurts.

SCHADEVERGOEDING 

Je zou toch denken, dat met de grote humanitaire ramp, die Nederland met deze luchtaanvallen heeft aangericht [76], de Staat als de wiedeweerga schadevergoeding zou betalen, zoals ook door mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch terecht is geeeist. [77]

Niets is minder waar.

Bewoners uit Hawija [de stad, waar de dodelijke luchtaanval had plaatsgehad] klaagden er over, dat ze tot nu toe geen cent schadevergoeding hadden ontvangen. [78]

Terecht eiste Human Rights Watch deze schadevergoedingen. [79]

Terecht viel het gewraakte Kamerlid Ozturk hierover en eiste niet alleen schadevergoeding [80], maar fulmineerde ook tegen het schandalige feit, dat minister van Defensie Bijleveld vond, dat de getroffen bevolking dan maar moest aankloppen bij de Iraakse regering! [81]

Wie heeft er nu gebombardeerd?

Irak of Nederland!

Weer:

De wereld op zijn Kop!

Nu overweegt Nederland het betalen van schadevergoedingen aan de slachtoffers. [82]

Een slap gebaar waarvan ik niet onder de indruk ben na al dat gelieg en gedraai, omdat het de vraag is, of de waarheid sowieso boven tafel was gekomen zonder die onvolprezen onderzoeksjournalisten. [83]

Denk Kamerlid Ozturk wil, dat Nederland schadevergoedingen betaalt aan de slachtoffers van de Nederlandse bombardementen, evenals Human Rights Watch [84]

Daarmee ben ik het eens, maar ik wil verder gaan.

Want ik vind niet, dat Nederland er alleen met schadevergoedingen mee weg moet komen.

Er moet meer gebeuren en wel een onderzoek, door het Internationaal Strafhof  van mogelijk gepleegde oorlogsmisdaden.

Het had Ozturk gesierd, als hij dat ook had geopperd in de Tweede Kamer, ook al had hij zich daarmee verder geisoleerd.Overigens is Nederland niet het enige land uit die anti IS coalitie, dat burgerdoden heeft proberen te verdoezelen::Airwars, een non profit organisatie, die burgerdoden monitort in internationale conflicten [85] heeft vastgesteld, dat wel meer landen in de zogenaamde anti IS coalitie hebben getracht, burgerdoden onder het tapijt te vegen, namelijk Groot-Britannie, Frankrijk en Belgie.Ik citeer van hun website:”A major international investigation has found compelling evidence that several of the US’s key European allies in the war against so-called Islamic State routinely deny civilian harm from their own actions – even where specialist US military personnel within the international Coalition have assessed such cases to be credible.

Three European countries are implicated – the United Kingdom, France and Belgium – a lengthy investigation by the BBC, LibérationDe Morgen and RTL Netherlands has found.” [86]

OORLOGSMISDADEN?

Twee Nederlandse luchtbombardementen in Irak tijdens hun ”anti IS missie” met tientallen burgerdoden. 

Waarover is gelogen [de waarheid verzwegen] tegenover het parlement en nog steeds geen schadevergoeding betaald aan de nabestaanden, hoewel de regering dat nu wel overweegt. [87]

Waar burgerdoden vallen, moet je je afvragen, of het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht wel is nageleefd, dat strict onderscheid eist tussen combatanten [of doelen van combatanten] en non combatanten, burgers dus. [88]

Daarnaast moet er bij iedere militaire actie alles aan gedaan worden om burgerslachtoffers te voorkomen. [89]

Nu lijkt het erop [maar dat moet onderzocht worden], dat bij die aanval op het huis in Mosul, waarbij een man, Bassim Razzo, in een klap vrouw, dochter, broer en neef verloor [90], sprake is geweest van verkeerde informatie van de Amerikanen, die dachten, dat het een hoofdkwartier van IS was. [91]

Mogelijk.

Maar het geval van die munitiefabriek in Hawija, waar 70 burgers omkwamen, is toch wel heel dubieus.

De regering beweert, dat voor er een aanval plaatsvindt, een zorgvuldig onderzoek plaatsvindt. [92]

Hoe is dat dan mogelijk, dat niet is ontdekt, dat het een drukke woonwijk was?

Hoe kun je denken, een munitiefabriek te bombarderen, zonder dat de explosieven de wijde omtrek in worden geslingerd?

Lijkt mij toch wel aannemelijk, dat op zijn zachtst gezegd geen rekening is gehouden met de veiligheid van de burgerbevolking.

Een geval dus, waar het Internationaal Strafhof [vanaf nu aan te duiden met haar afkorting: ICC]  maar eens nader naar zou moeten kijken.

OP NAAR HET ICC!

Een onderzoek door het ICC naar Nederlandse oorlogsmisdaden, zoals die luchtaanval moet mogelijk zijn, binnen de bevoegdheden van het ICC.

Op een rijtje:

Het ICC heeft rechtsbevoegdheid bij genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden op of na 1 juli 2002. [93]

Het moet gaan om een onderdaan uit een land, dat de jurisdictie van het Strafhof erkent. [94]

Dat heeft Nederland gedaan [95] en het zou hier kunnen gaan om de toenmalige verantwoordelijke premier [Rutte], de minister van Defensie [Jeanine Hennis Plasschaert], de minister van Buitenlandse Zaken [Koenders] en eventueel anderen, zoals de verantwoordelijke piloot.

Het ICC is een aanvullend Gerechtshof, wat betekent, dat alleen in werking kan treden als het betreffende land niet in staat is om, of onwillig is om betrokkenen te vervolgen. [96]

En uit de regeringsbrief aan de Tweede Kamer bleek, dat het OM weliswaar vier gevallen had onderzocht, waarbij door Nederlandse militaire acties burgerslachtoffers waren gevallen [waaronder de luchtaanval op de IS munitiefabriek in Hawija, die 70 burgerdoden had veroorzaakt], maar geen aanleiding zag in verdere vervolging.

Ik citeer de brief aan de Tweede Kamer:

”Het OM onderzocht de volgende vier gevallen, waarbij zoals gezegd in geen geval aanleiding was voor een vervolgonderzoek. 1) Het eerste geval betrof een aanval van Nederlandse F-16’s op een faciliteit waar zogenoemde vehicle borne IEDs werden gefabriceerd. Na de aanval vonden secundaire explosies plaats waardoor een aantal andere gebouwen in de omgeving werden vernietigd. In de IED-fabriek bleken later veel meer explosieven te hebben gelegen dan vooraf bekend was of kon worden ingeschat. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerslachtoffers zijn gevallen. 2) In het tweede geval is een vermeend hoofdkwartier van ISIS aangevallen. Achteraf bleek het een woonhuis te zijn. Nadien is vastgesteld dat de coalitie inlichtingen die hebben geleid tot het identificeren van het doel onjuist waren. Voorafgaand en tijdens de inzet waren er voor de F-16- vliegers geen indicaties dat de informatie onjuist was. Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen. 3) Het derde geval ging om een aanval op een gebouw. Uit beelden van de cockpit blijkt dat onverwachts een passerende auto in de blast range van een bom is gereden. Hierbij zijn mogelijk burgerslachtoffers gevallen. 4) Bij het vierde geval is de targeting pod van een F-16 verkeerd afgesteld. Bij de inzet van het wapen is een onbewoond gebouw geraakt dat naast het eigenlijke doelwit stond. Hierbij zijn geen burgerslachtoffers gevallen. ” [97]

LET OP:

In deze brief gaf de regering nog niet toe, dat er bij de aanval op het munitiedepot burgerslachtoffers waren gevallen! [Zie geval 1)

Hoe dan ook, omdat het OM geen aanleiding zag tot vervolging en daar volgens mij ook nu niet toe genegen is, lijkt mij dit een kans voor het ICC!

EPILOOG:

Bij een Nederlands luchtbombardement op een IS munitiefabriek zijn dus 70 burgerslachtoffers gevallen, wat de Nederlandse Staat ook nog heeft geprobeerd geheim te houden. [98]

Verantwoordelijk minister van Defensie, Jeanine Hennis-Plasschaert, ook niet vies van deals met bezettingsstaat Israel [99], als lijkenverstopper. [100]

Het is duidelijk:

Een bombardement op een munitiefabriek, gelegen in een woonwijk, is een misdadig risico met mensenlevens, genomen ondanks het ”zorgvuldige onderzoek van te voren” [101] door the Dutch military.

Een zaak voor het Internationaal Strafhof!

Nederland mag niet wegkomen met slechts het betalen van schadevergoedingen aan de getroffen families.

Ook het luchtbombardement op twee woonhuizen [aangezien voor een IS hoofdkwartier], waarbij een man in een klap zijn vrouw, dochter, broer en neef verloor en een vrouw [zijn schoonzuster] man en zoon [102], moet terdege worden onderzocht.

Niet alleen mag geen burger zo worden afgeschoten en neergemaaid, de vraag kan gesteld worden, wat Nederland nog meer in Syrie en Irak heeft uitgespookt, aangezien non profit organisatie Airwars op haar site meldde, dat de door de VS geleide militaire acties in Syrie en Irak tot duizenden burgerdoden heeft geleid. [103]

Ik wil niet, dat deze mensen en hun lijden, slachtoffers als ze zijn van de geopolitieke spelletjes van de VS en bondgenoten enerzijds en het regime van Assad en consorten anderszijds  [o.a. gesteund door het Rusland van Poetin], vergeten worden.

Vanuit deze intentie is dit stuk geschreven.

Laten we deze mensen niet vergeten, juist nu de dreiging van het Coronavirus ons aller aandacht opeist. [104]

Astrid Essed

ZIE VOOR NOTEN 1 T/M 61

ZIE VOOR NOTEN 62 T/M 104

Noten 62 t/m 104 bij artikel ”De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie | Astrid Essed 

Reacties uitgeschakeld voor Denk Kamerleden niet vervolgd voor moordbeschuldiging/Waarderingsbrief aan Denk Kamerlid Ozturk

Opgeslagen onder Divers

De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie

VOORAF:
Beste lezers,
Iedereen sterkte toegewenst in deze Tijden van het coronavirus!Toch moet onze aandacht niet worden afgeleid van het onrecht in de wereld.Hier in het byzonder de verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak!Om de slachtoffers niet te vergeten!

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO's Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017.

EXPAND

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO’s Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017. © 2017 AP Photo/Mindaugas Kulbishttps://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

Nederlandse militaire trainer kijkt in groen berglandschap toe hoe Iraakse militairen oefenen.
F-16-vlieger loopt langs vleugel van F-16.
https://www.defensie.nl/onderwerpen/missie-in-irak-en-oost-syrie/militaire-bijdrage

F’16’S ALS ENGELEN DES DOODS

DE VERZWEGEN NEDERLANDSE OORLOGSMISDADEN IN IRAK/OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIEA Dirty Business

OM ZE EEN PLAATS TE GEVEN:Een Iraakse  vader, die zijn gezin verloorEen gehandicapte Iraakse moeder, die haar gezin verloorTwee van de vele slachtoffers van de Nederlandse moordmachine in Irak
https://www.bd.nl/binnenland/hoe-een-nederlandse-bom-het-leven-van-basim-razzo-verwoestte~a42468b93/

https://nos.nl/artikel/2306655-in-hawija-is-niemand-de-nederlandse-bomaanval-vergeten.html

‘ZEG KEN JIJ DE MOORDENAARSDE MOORDENAARSDE MOORDENAARS?ZEG KEN JIJ DE MOORDENAARSDIE WONEN IN F’16”S
JA IK KEN DE MOORDENAARSDE MOORDENAARSDE MOORDENAARS JA IK KEN DE MOORDENAARSDIE WONEN IN F 16’S
SAMEN KENNEN WE DE MOORDENAARSDE MOORDENAARSDE MOORDENAARSSAMEN KENNEN WE DE MOORDENAARSDIE WONEN IN F’16’S
[Naar de melodie van”Zeg, ken jij de MosselmanHet zingen van het ”moordenaarslied” wordt aanbevolen!]

”’”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model…………………………………………We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben opgebouwd” [1]
Aldus onze premier der Nederlanden, Mark Rutte in het programma ”Zomergasten” in 2016. [2]Een jaar nadat een van Neerland’s grove misdaden in het verre Irak had plaatsgevonden [3], een bewijs van wat die zogenaamde ”Nederlandse waarden”  in werkelijkheid voorstellen, alle  mooie praatjes over Verlichting en Humanisme ten spijt. [4]Met die  Verlichting [5] viel het, de goede dingen die deze stroming gebracht heeft, niet veronachtzamend [6], wat betreft zwarte mensen, ook wel mee.Filosoof Voltaire, een der kopstukken der Verlichting, die graag door Islamhater Hirsi Ali werd aangehaald als lichtbaken [7], meende, dat zwarte mensen ”inferieur” waren. [8]Maar nu terug naar onze Tijden en de Nederlandse misdaden tegen onschuldige mensen.
Want, waarde lezers, ik heb het nu NIET over een overigens niet eens zo heel  ver verleden, de transatlantische slavenhandel en slavernij, wat  nu eindelijk openlijk van Staatswege wordt erkend als grote misdaad [9], ook al heeft ons premier Rutte daar  nog moeite mee [10], maar over een hoofdstuk waarover de Nederlandse Staat maar liever zwijgt.Nederlandse oorlogsmisdaden van na de Tweede Wereldoorlog.Ja lezers, de misdaden tegen ongewapende burgers in oorlogstijd!Laf, misdadig en in strijd met alle fatsoensnormen EN het Internationaal Recht! [11]

ENGELEN DES DOODS UIT IRAK’S LUCHTRUIM/70 BURGERDODEN
Engelen des Doods, in de 21 eeuwse vorm van F’16 vliegtuigen, hebben in de nacht van 2 op 3 juni 2015 dood en verderf gezaaid in Irak.Bij een lucht aanval op een IS bommenfabriek in de Iraakse stad  Hawija [destijds bezet door IS] zijn zeker 70 doden gevallen, zowel IS strijders als Iraakse burgers. [12]Andere bronnen claimen weer, dat er 70 burgerdoden waren. [13]Alsof dat al niet erg genoeg was, herhaalde het burgerslachtoffersdrama zich:In de nacht van 20 op 21 september, ook in 2015, werd er een luchtaanval uitgevoerd in de Iraakse stad Mosul op een vermeend hoofdkwartier van IS, wat achteraf twee woonhuizen bleken te zijn, met als slachtoffers vier mensen uit een gezin! Aldus Defensie [bericht AD] [14]
Engelen des Doods die burgerslachtoffers hebben geeist.

BURGERSLACHTOFFERS GEPERSONALISEERD
Maar als ik het zo schrijf, lijkt het nog steeds TE afstandelijkDaarom laat ik hier, als het ware, twee slachtoffers aan het woord:
Bassim Razzo, verliest bij een Nederlands F’16 bombardement in Mosul zijnvrouw, dochter, broer en neef [zoon van zijn broer] [15]
Een moeder, enige overlevende uit een familie van zes kinderen,Zwaar gehandicapt [16]

En dit zijn slechts twee uit de vele, vele slachtoffers…….
Hier expliciet genoemd, om ze een Plaats te geven
DE DOODSENGELEN/NADER BELICHT

1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.

7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm[17]
En dan nu de doodsaanval, die vele Irakese burgers doodden of zwaar gehandicapt maken, nader belicht:Die eerste aanval, begin juni 2015, die zeker 70 burgerslachtoffers eiste [18], was dus op een bommenfabriek in de door IS bezette stad Hawija.Nu wordt er door allerlei apologeten van oorlogsmisdaden [want dat zijn militaire aanvallen op burgers en/of burgerdoelen] beweerd, dat het niet te vermijden is, DAT er in een oorlog nu eenmaal burgerslachtoffers vallen. [19]DAT is lekker makkelijk, zeg.Nu kun je je allereerst de vraag stellen, wat Nederland nu eigenlijk ging doen in dat verre Irak.Was het een kwestie van zelfverdediging en dreigde een aanval op Nederlandse bodem?Nou, niet echt nee, want the last time I checked, is Irak geen buurland van Nederland of enig ander land, waarmee Nederland in oorlog is.Maar het ligt dan ook ingewikkelder, want het was geen strijd met Irak, maar met de moordadige strijdgroep IS, die zowel in Irak als Syrie huishield! [20]Maar dan ook weer:Was Nederland in oorlog met dat IS?Welnee, Nederland zat in een Westerse coalitie, die Is in Irak en Syrie bestreed…..[21]Dat voor het perspectief en de ”urgency” [maar niet heus] voor Nederland om in Irak de Rambo uit te hangen. [22]
NOBELE MOTIEVEN
Interessant vind ik ook altijd de motieven, die voor zo’n strijd worden gehanteerd:Ik laat hier even een bombarderende piloot aan het woord”Het doel was IS uitschakelen, een missie waar hij volledig achter stond. Beelden van de massaslachtingen die de terreurgroep aanrichtte onder onschuldige burgers, onder vrouwen en kinderen, gaven genoeg motivatie om in actie te komen. “Het waren zulke vreselijke dingen, dat het voor mij en voor iedereen die daar heen ging vrij helder was.” [23]
Nu wil ik met enige moeite nog wel aannemen, dat die desbetreffende piloot, die trouwens ook burgerslachtoffers heeft gemaakt [24], dit ook wel meende.En misschien, misschien, is hij ook wel oprecht hierin [ik citeer]” “We hebben meer dan 2000 keer wapens ingezet, waarbij vier gevallen zijn waarbij met grote waarschijnlijkheid burgerslachtoffers zijn gevallen. Maar elk slachtoffers is er een te veel.” [25] Maar dat ontslaat hem niet van zijnverantwoordelijkheid!Het leger is een door de Staat gestuurde organisatie, waarin geleerd wordt bevelen op te volgen en kort gezegd:Doden op bevel.Dat weet je, als je in het leger gaat.En wanneer je bombardeert, weet je, dat je daarmee welbewust risico’s neemt op burgerslachtoffers, want ”precisiebombardementen” [26] zijn Fabeltjes.
Maar is het nog mogelijk, dat zo’n piloot last van zijn geweten krijgt en hij inderdaad als individu gelooft, de bevolking te gaan helpen, de Nederlandse Staat, die met dezelfde Mooie Verhalen komt aanzetten [27], dat is natuurlijk een ander geval.Nog afgezien van de geopolitieke belangen, die bij ieder besluit tot militaire deelname volledig doorslag geven:ALS de bedoelingen van die Nederlandse Staat zo ”oprecht” waren, waarom dan Irak en Syrie?Waarom niet ingegrepen in Myanmar, waar de Royyinga moslims al heel lang blootstaan aan etnische zuiveringen en massaslachtingen? [28]En dan nog eens iets met betrekking tot de ”mooie” Nederla ndse bedoelingen inzake de anti IS coalitie:Als Nederland het supposedly [29] zo goed voorneemt met de door IS geteisterde minderheden, waarom dan het uitzetten van een van de grootste targets en slachtoffers van IS, de Jezidi’s? [30]Ziedaar de hypocrisie van de Nederlandse regering, de ”mooie” woorden van VVD Kamerlid Yesilgoz, de nemesis van teruggekeerde IS vrouwen [31] ten spijt.
Terug naar de Zaak waar het hier om gaat en de aanleiding tot dit artikel:
ENGELEN DES DOODS SLOEGEN TOE IN HAWIJAENGELEN DES DOODS SLOEGEN TOE IN MOSULOVER LUCHTAANVALLEN EN BURGERLEED
7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm
Zo staat dat te Boek in het Internationaal Oorlogsrecht:De verplichting onderscheid te maken tussen combatanten [militairen en gewapende strijders] en non-combatanten [burgers]Dat geldt ook voor militaire en burgerdoelen.Ook rust op ALLE strijdende partijen de verplichting, meer in het algemeen, de burgerbevolking zoveel mogelijk te beschermen. [32]Dit kan betekenen:Geen militair doel neerzetten in een woonwijk en van de kant van de aanvaller bekeken:Bij militaire acties rekening houden met de aanwezige burgerbevolking, ook al bombardeer je een militair doel
DOODSENGELEN IN HAWIJA
Terwijl ik dit schrijf, kookt mijn bloed!Want het gaat over MENSEN, waarmee zo slordig wordt omgesprongen, geen kartonnen poppetjes!In Hawija, destijds bezet door IS.  werd er dus in juni 2015 een munitiefabriek van IS gebombardeerd, waar in de nabije omgeving mensen woonden:Ik citeer mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch:”The airstrike triggered multiple secondary explosions in the factory, devastating the surrounding area and killing dozens.” [33]Ik citeer NOS:”Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest.” [34]
Ik citeer het AD:
”Het kabinet erkent dat er bij een luchtmachtaanval op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija in de nacht van 2 op 3 juni 2015 zeker 70 slachtoffers zijn gevallen. Het gaat zowel om IS-strijders als om onschuldige burgers. Door de explosie van de fabriek vloog een deel van de omliggende woonwijk mee de lucht in. [35]
Ik citeer NOS

”De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. [36]
Ik citeer NOS”Maar er was vooral laagbouw: kleine panden waar winkeltjes, een naaiatelier en een theehuis voor een levendige sfeer zorgden.” [37]
Ook al slik ik  het officiele praatje van de Nederlandse regering, dat ”men ervan uitging, dat er geen mensen verbleven rond de bommenfabriek” [38], dan nog is dit een heel onverschillige en op zijn zachtst gezegd, rare gang van zaken.Want je kunt er ”niet vanuit gaan”, dat er geen mensen verblijven” [39] rond een bommenfabriek.Zoiets moet uiterst zorgvuldig van te voren worden gecontroleerd en met al die moderne technologische middelen moet dat mogelijk zijn.Mij maak je niet wijs, dat dat niet kan.
Nog onzinniger klinkt het argument, dat ”men verrast was door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde” [40]Je bombardeert een MUNITIEFABRIEK en bent vervolgens verbaasd over de hoeveelheid explosieven?Ongelooflijk en bizar onverantwoordelijk.
Maar er is meer:Zelfs al zouden er in de directe nabijheid [na zorgvuldig onderzoek] geen mensen wonen en/of werken, dan nog is het, tenzij die fabriek in the middle of nowhere ligt, een groot risico, zo’n bombardement uit te voeren, want bij dat bombarderen van explosieven kan het, zeker omdat je niet precies kan weten, wat er allemaal ligt, tot in de wijde omgeving burgerslachtoffers maken.Hadden de heren oorlogvoerende politici en politicae [toenmalig minister van Defensie was mevrouw Hennis-Plasschaert [41], daar niet aan kunnen denken?Daar geen rekening mee kunnen houden?
Volgens het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht moeten strijdende partijen strict onderscheid maken tussen combatanten en non-combatanten [42], maar ze moeten meer doen.Bij hun militaire acties moeten ze ook alles doen wat  mogelijk is om de burgerbevolking te beschermen en voorkomen, dat er burgerslachtoffers vallen. [43]
Van IS is het uiterst onverantwoordelijk om er een munitiefabriek op na te houden in een woonwijk, maar dat geldt ook voor de acties van de Nederlandse krijgsmacht!Het bombarderen van een munitiefabriek met het risico van de nabijheid een burgerbevolking, want tenslotte is Hawija een STAD MET 100 000 INWONERS! [44], is levensgevaarlijk en onverantwoordelijk.Hetgeen dan ook is gebleken.

Militaire Praatjes als ”„Je moet het mogelijk verlies van levens van burgers in de buurt van zo’n fabriek afwegen tegen misschien wel dat van honderden burgers die om gaan komen als IS de bommen uit die fabriek gaat inzetten in de strijd.” [45] EN ”„Bij oorlogvoeren horen harde en zelfs wrede afwegingen” [46] vullen geen gaatjes en bagatelliseren alleen maar het feit, dat onverantwoorde risico’s, zoals het bombarderen van munitiefabrieken tussen een woonwijk, onverantwoorde risico’s blijven en roulette spelen met burgers, die volgens het Oorlogsrecht beschermd dienen te worden. [47]En wat dachten we van deze Gouwe Ouwe: ”vliegers hebben geen keus. Ze moeten de opdracht uitvoeren die de politiek hen geeft” [48]GEVAARLIJKE NONSENS EN APEKOOLWant sinds Neurenberg [49] kan niemand zich meer beroepen op ”Befehl ist Befehl”
En wat die burgerslachtoffers betreft stond in een Brief aan de Tweede Kamer dd 13 april 2018
”Het voorkomen van burgerslachtoffers en nevenschade heeft te allen tijde de hoogste prioriteit voor Nederland en de coalitie. Eerder is uw Kamer geïnformeerd over het uiterst zorgvuldige targeting proces van de coalitie en dus ook van Nederland. Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelen” [50]
Is het dan niet vreemd, dat ondanks die zogenaamde zorgvuldige observatie, men niet heeft gezien, dat in de nabije omgeving burgers woonden en leefden?

LIEGEN, LIEGEN, LIEGEN/KABINET RUTTE II
Niet alleen, dat de Nederlandse Staat op zo’n onverantwoorde, zeg maar gerust misdadige wijze Russische roulette speelde [51] met de levens van Iraakse burgers, zowel bij dat luchtbombardement op die IS munitiefabriek als bij die  ”vergissing” bij het bombardement op Mosul, waarbij een man in een klap zijn vrouw, dochter, broer en neef verloor [52], ook liegen en misleiding was dit nu voorbije kabinet Rutte II [onder wiens verantwoordelijkheid deze ellende plaatsvond], [53] niet vreemd:
Want deze twee bombardementen des doods [Nederland is vanaf 2014-18 actief geweest in de anti IS coalitie in Syrie en Irak] [54] zijn doodleuk voor de Tweede Kamer verzwegen [55], wat in mijn boek betekent: Liegen tegen de Tweede Kamer! En…..weer in mijn Boek:Je liegt alleen als je iets te verbergen hebt, dat het Daglicht niet kan verdragen, wat hier zeker het geval was!Het enige, dat dan WEL was verteld was, dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. [56] Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, is hun niet meegedeeld. [57]Het is dan ook aan de wakkere journalisten van NOS en NRC te danken, dat de waarheid alsnog aan het Licht is gekomen! [58]

TWEEDE KAMERNatuurlijk was de Tweede Kamer verontwaardigd, dat het kabinet hen volledig had ingelicht over de gevallen burgerdoden, gezien haar recht, geinformeerd te worden [59], hoewel ik [althans uit de berichtgeving] sterk de indruk kreeg, dat de verontwaardiging van de Geachte dames en heren vooral het feit was, dat ze niet waren ingelicht [60], veel minder de burgerdoden……Sommige Kamerleden, zoals PvdA-Kamerlid Kerstens, bazelden zelfs over de ”veiligheid van de militairen” [61] [nou nog mooier, who the hell is in the coffin!]
De enige uitzondering -en dat was in hen te prijzen – was politieke partij DENK:Want Denk was de enige partij, die zich niet alleen ”beledigd” toonde [wat overigens terecht was], dat kabinet Rutte II de Tweede Kamer had voorgelogen c.q. informatie had verzwegen [62], maar zich ook vooral druk maakte over de Nederlandse luchtaanvallen en de gevolgen voor de burgerbevolking.Citerend uit een deel van het Kamerdebat hierover zei Denk Kamerlid Ozturk onder andere”Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter” [63] Duidelijke taal.En in plaats dat de Tweede Kamerleden, zoals je mag verwachten, daarin meegingen of adhesie uitspraken met die woorden, begonnen ze te zeveren over het feit, dat Ozturk sprak van ”moord”Ozturk:”Voorzitter:Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter.Maar deze minister ziet niet de ernst van deze moord  ” [64]En over het feit, dat hij, mijns inziens terecht, de liegende toenmalige VVD minister van Defensie, Jeanine Hennis Plasschaert [politiek verantwoordelijk voor die luchtaanval], een ”lijkenverstopper” noemde [65], omdat ze willens en wetens die burgerdoden had verzwegen.

ENFIN:VVD. CDA, PvdA, PVV, Christen-Unie, D’66 en ja, ook Groen-Links [dat even de braafste van de klas wilde zijn] struikelden over elkaar om het ”taalgebruik” van Ozturk, als zijnde ”vreselijk’, ”niet respectvol” ‘ en ”niet professioneel” te veroordelen. [66]Ook Kamervoorzitter Khadidja Arib meende een duit in het zakje te moeten doen door Ozturk’s ”taalgebruik” te veroordelen. [67]Blijkbaar vielen de heren en dames Tweede Kamerleden meer over deze formuleringen dan over het leed van de burgerdoden…..
THE TRUTH HURTS,,,,,/AANGIFTE DOOR MILITAIREN
Maar dit Muisje had nog een Staartje:Want ruim 600 militairen deden vanwege die ”moord” uitspraak [68] aangifte tegen Ozturk [69], want hij zou zich schuldig hebben gemaakt aan het zaaien van haat, belediging en laster……[70]Laster?Belediging?De wereld op zijn Kop!Dus eerst een volledige woonwijk platgooien door het onverantwoord bombarderen van een munitiefabriek in een woonwijk [71] in een land waar je niets te zoeken hebt en vervolgens lamenteren en doordraaien, als er stevige kritiek komt op dit [en dan heb ik het nog zacht uitgedrukt] Rambo optreden! 
Yeah, the truth hurts!Maar goed:Deze militairen en hun consorten kregen het lid op de neus, want het Openbaar Ministerie besloot NIET tot vervolging over te gaan! [72]In haar eigen woorden:De uitlatingen van de DENK-kamerleden zijn voor het OM om twee redenen niet strafbaar:

1. Voor zover ze zijn gedaan in de Tweede Kamer vallen ze onder de parlementaire onschendbaarheid.

2. Daarnaast wordt in het dagelijks taalgebruik de term ‘moord’ gebruikt, wanneer iemand een ander doodt. Militairen beschikken echter over geweldsbevoegdheden die ook dodelijk geweld kunnen omvatten. Zolang zij binnen deze bevoegdheden optreden, geldt dat een geweldsaanwending geen strafbaar feit oplevert. Hun optreden wordt zo nodig beoordeeld aan de hand van het Wetboek van Militair Strafrecht, de geldende geweldsinstructies en het internationale oorlogsrecht. De keuze van DENK om het begrip ‘moord’ op de maatschappelijke wijze te gebruiken (hoewel dus niet toepasselijk), leidt voor het OM niet tot het oordeel dat hier sprake is van onnodig grievende uitlatingen. Deze uitlatingen vallen voor het OM binnen het publieke en politieke debat dat zoveel mogelijk in vrijheid moet kunnen plaatsvinden. [73]

ZO!

Dat kunnen de heren [dames] doorgedraaide militairen in

hun zak steken.

Ook hier weer:

In plaats van in de eerste plaats stil te staan bij de misdadige militaire Ramp, die Nederland met zijn onverantwoordelijke gebombardeer heeft veroorzaakt [74], wordt Ozturk, de spreekwoordelijke Boodschapper, gepakt.

De beslissing van het OM leidde natuurlijk tot veel geraas en getier en de advocaat van die militairenclub wil [waarschijnlijk] eenm artikel 12 procedure starten [75], waarbij ik hem en zijn clienten nul comma nul succes toewens!

The truth hurts.

SCHADEVERGOEDING 

Je zou toch denken, dat met de grote humanitaire ramp, die Nederland met deze luchtaanvallen heeft aangericht [76], de Staat als de wiedeweerga schadevergoeding zou betalen, zoals ook door mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch terecht is geeeist. [77]

Niets is minder waar.

Bewoners uit Hawija [de stad, waar de dodelijke luchtaanval had plaatsgehad] klaagden er over, dat ze tot nu toe geen cent schadevergoeding hadden ontvangen. [78]

Terecht eiste Human Rights Watch deze schadevergoedingen. [79]

Terecht viel het gewraakte Kamerlid Ozturk hierover en eiste niet alleen schadevergoeding [80], maar fulmineerde ook tegen het schandalige feit, dat minister van Defensie Bijleveld vond, dat de getroffen bevolking dan maar moest aankloppen bij de Iraakse regering! [81]

Wie heeft er nu gebombardeerd?

Irak of Nederland!

Weer:

De wereld op zijn Kop!

Nu overweegt Nederland het betalen van schadevergoedingen aan de slachtoffers. [82]

Een slap gebaar waarvan ik niet onder de indruk ben na al dat gelieg en gedraai, omdat het de vraag is, of de waarheid sowieso boven tafel was gekomen zonder die onvolprezen onderzoeksjournalisten. [83]

Denk Kamerlid Ozturk wil, dat Nederland schadevergoedingen betaalt aan de slachtoffers van de Nederlandse bombardementen, evenals Human Rights Watch [84]

Daarmee ben ik het eens, maar ik wil verder gaan.

Want ik vind niet, dat Nederland er alleen met schadevergoedingen mee weg moet komen.

Er moet meer gebeuren en wel een onderzoek, door het Internationaal Strafhof  van mogelijk gepleegde oorlogsmisdaden.

Het had Ozturk gesierd, als hij dat ook had geopperd in de Tweede Kamer, ook al had hij zich daarmee verder geisoleerd.Overigens is Nederland niet het enige land uit die anti IS coalitie, dat burgerdoden heeft proberen te verdoezelen::Airwars, een non profit organisatie, die burgerdoden monitort in internationale conflicten [85] heeft vastgesteld, dat wel meer landen in de zogenaamde anti IS coalitie hebben getracht, burgerdoden onder het tapijt te vegen, namelijk Groot-Britannie, Frankrijk en Belgie.Ik citeer van hun website:”A major international investigation has found compelling evidence that several of the US’s key European allies in the war against so-called Islamic State routinely deny civilian harm from their own actions – even where specialist US military personnel within the international Coalition have assessed such cases to be credible.

Three European countries are implicated – the United Kingdom, France and Belgium – a lengthy investigation by the BBC, LibérationDe Morgen and RTL Netherlands has found.” [86]

OORLOGSMISDADEN?

Twee Nederlandse luchtbombardementen in Irak tijdens hun ”anti IS missie” met tientallen burgerdoden. 

Waarover is gelogen [de waarheid verzwegen] tegenover het parlement en nog steeds geen schadevergoeding betaald aan de nabestaanden, hoewel de regering dat nu wel overweegt. [87]

Waar burgerdoden vallen, moet je je afvragen, of het Internationaal Humanitair Oorlogsrecht wel is nageleefd, dat strict onderscheid eist tussen combatanten [of doelen van combatanten] en non combatanten, burgers dus. [88]

Daarnaast moet er bij iedere militaire actie alles aan gedaan worden om burgerslachtoffers te voorkomen. [89]

Nu lijkt het erop [maar dat moet onderzocht worden], dat bij die aanval op het huis in Mosul, waarbij een man, Bassim Razzo, in een klap vrouw, dochter, broer en neef verloor [90], sprake is geweest van verkeerde informatie van de Amerikanen, die dachten, dat het een hoofdkwartier van IS was. [91]

Mogelijk.

Maar het geval van die munitiefabriek in Hawija, waar 70 burgers omkwamen, is toch wel heel dubieus.

De regering beweert, dat voor er een aanval plaatsvindt, een zorgvuldig onderzoek plaatsvindt. [92]

Hoe is dat dan mogelijk, dat niet is ontdekt, dat het een drukke woonwijk was?

Hoe kun je denken, een munitiefabriek te bombarderen, zonder dat de explosieven de wijde omtrek in worden geslingerd?

Lijkt mij toch wel aannemelijk, dat op zijn zachtst gezegd geen rekening is gehouden met de veiligheid van de burgerbevolking.

Een geval dus, waar het Internationaal Strafhof [vanaf nu aan te duiden met haar afkorting: ICC]  maar eens nader naar zou moeten kijken.

OP NAAR HET ICC!

Een onderzoek door het ICC naar Nederlandse oorlogsmisdaden, zoals die luchtaanval moet mogelijk zijn, binnen de bevoegdheden van het ICC.

Op een rijtje:

Het ICC heeft rechtsbevoegdheid bij genocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden op of na 1 juli 2002. [93]

Het moet gaan om een onderdaan uit een land, dat de jurisdictie van het Strafhof erkent. [94]

Dat heeft Nederland gedaan [95] en het zou hier kunnen gaan om de toenmalige verantwoordelijke premier [Rutte], de minister van Defensie [Jeanine Hennis Plasschaert], de minister van Buitenlandse Zaken [Koenders] en eventueel anderen, zoals de verantwoordelijke piloot.

Het ICC is een aanvullend Gerechtshof, wat betekent, dat alleen in werking kan treden als het betreffende land niet in staat is om, of onwillig is om betrokkenen te vervolgen. [96]

En uit de regeringsbrief aan de Tweede Kamer bleek, dat het OM weliswaar vier gevallen had onderzocht, waarbij door Nederlandse militaire acties burgerslachtoffers waren gevallen [waaronder de luchtaanval op de IS munitiefabriek in Hawija, die 70 burgerdoden had veroorzaakt], maar geen aanleiding zag in verdere vervolging.

Ik citeer de brief aan de Tweede Kamer:

”Het OM onderzocht de volgende vier gevallen, waarbij zoals gezegd in geen geval aanleiding was voor een vervolgonderzoek. 1) Het eerste geval betrof een aanval van Nederlandse F-16’s op een faciliteit waar zogenoemde vehicle borne IEDs werden gefabriceerd. Na de aanval vonden secundaire explosies plaats waardoor een aantal andere gebouwen in de omgeving werden vernietigd. In de IED-fabriek bleken later veel meer explosieven te hebben gelegen dan vooraf bekend was of kon worden ingeschat. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerslachtoffers zijn gevallen. 2) In het tweede geval is een vermeend hoofdkwartier van ISIS aangevallen. Achteraf bleek het een woonhuis te zijn. Nadien is vastgesteld dat de coalitie inlichtingen die hebben geleid tot het identificeren van het doel onjuist waren. Voorafgaand en tijdens de inzet waren er voor de F-16- vliegers geen indicaties dat de informatie onjuist was. Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen. 3) Het derde geval ging om een aanval op een gebouw. Uit beelden van de cockpit blijkt dat onverwachts een passerende auto in de blast range van een bom is gereden. Hierbij zijn mogelijk burgerslachtoffers gevallen. 4) Bij het vierde geval is de targeting pod van een F-16 verkeerd afgesteld. Bij de inzet van het wapen is een onbewoond gebouw geraakt dat naast het eigenlijke doelwit stond. Hierbij zijn geen burgerslachtoffers gevallen. ” [97]

LET OP:

In deze brief gaf de regering nog niet toe, dat er bij de aanval op het munitiedepot burgerslachtoffers waren gevallen! [Zie geval 1)

Hoe dan ook, omdat het OM geen aanleiding zag tot vervolging en daar volgens mij ook nu niet toe genegen is, lijkt mij dit een kans voor het ICC!

EPILOOG:

Bij een Nederlands luchtbombardement op een IS munitiefabriek zijn dus 70 burgerslachtoffers gevallen, wat de Nederlandse Staat ook nog heeft geprobeerd geheim te houden. [98]

Verantwoordelijk minister van Defensie, Jeanine Hennis-Plasschaert, ook niet vies van deals met bezettingsstaat Israel [99], als lijkenverstopper. [100]

Het is duidelijk:

Een bombardement op een munitiefabriek, gelegen in een woonwijk, is een misdadig risico met mensenlevens, genomen ondanks het ”zorgvuldige onderzoek van te voren” [101] door the Dutch military.

Een zaak voor het Internationaal Strafhof!

Nederland mag niet wegkomen met slechts het betalen van schadevergoedingen aan de getroffen families.

Ook het luchtbombardement op twee woonhuizen [aangezien voor een IS hoofdkwartier], waarbij een man in een klap zijn vrouw, dochter, broer en neef verloor en een vrouw [zijn schoonzuster] man en zoon [102], moet terdege worden onderzocht.

Niet alleen mag geen burger zo worden afgeschoten en neergemaaid, de vraag kan gesteld worden, wat Nederland nog meer in Syrie en Irak heeft uitgespookt, aangezien non profit organisatie Airwars op haar site meldde, dat de door de VS geleide militaire acties in Syrie en Irak tot duizenden burgerdoden heeft geleid. [103]

Ik wil niet, dat deze mensen en hun lijden, slachtoffers als ze zijn van de geopolitieke spelletjes van de VS en bondgenoten enerzijds en het regime van Assad en consorten anderszijds  [o.a. gesteund door het Rusland van Poetin], vergeten worden.

Vanuit deze intentie is dit stuk geschreven.

Laten we deze mensen niet vergeten, juist nu de dreiging van het Coronavirus ons aller aandacht opeist. [104]

Astrid Essed

ZIE VOOR NOTEN 1 T/M 61

ZIE VOOR NOTEN 62 T/M 104

Reacties uitgeschakeld voor De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie

Opgeslagen onder Divers

Noten 62 t/m 104 bij artikel ”De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie

NOTEN 62 T/M 104 BIJ ARTIKEL ”DE VERZWEGEN NEDERLANDSE OORLOGSMISDADEN IN IRAK. OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIE

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO's Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017.

EXPAND

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO’s Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017. © 2017 AP Photo/Mindaugas Kulbishttps://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

Nederlandse militaire trainer kijkt in groen berglandschap toe hoe Iraakse militairen oefenen.
F-16-vlieger loopt langs vleugel van F-16.
https://www.defensie.nl/onderwerpen/missie-in-irak-en-oost-syrie/militaire-bijdrage

F’16’S ALS ENGELEN DES DOODS

[62]

NOS

TWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK

https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

[63]

”Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter”

YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

ZIE VOOR TRANSCRIPTIE FRAGMENT TWEEDE KAMERDEBAT

OZTURK:Voorzitter:Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter.Maar deze minister ziet niet de ernst van deze moordDeze minister noemt deze 22 vrouwen en 26 kinderen, die zijn omgekomen, onbedoelde nevenschade.Moet je eens voorstellen:Je zou maar nabestaande zijn, die zijn vrouw, kind of ouders heeft verloren[STEM IN DE TWEEDE KAMER] ”Wacht”OZTURK:En dan hoor je van de minister hier ijskoud: Onbedoelde nevenschadeWat doet dat met die mensen?[KAMERVOORZITTER]De heer van Helvert[DE HEER VAN HELVERT [CDA, MIJN TOEVOEGING]”Even een punt vanorde”Ik vind dat we hier over zo’n moeilijke situatie professioneel, dat mag geemotioneerd, maar wel respectvol moeten debatteren”We hebben……u heeft minister….Ozturk, ik heb het via u gedaan, de heer Bosman heeft het via u gedaan, hebben we erop aangesproken, dat hij met de term moord, de piloten en de bewindspersonen zwaar onrecht doet.Nu heeft zojuist in zijn eerste zin, heeft de heer Ozturk wederom het woord moord genoemd.Ik vind dat dat niet kan. ik vind, dat u de heer Ozturk daarop aan moet sprekenen ik vind dat als hij op deze manier debatteert, dat hij niet deel kan nemen aan zo’n debat”[KAMERVOORZITTER]:Mevrouw Diks [Groen Links, mijn toevoeging]”Ja voorzitter, ik sluit mij in die zin aan bij de heer van Helvert, ik maak er echt bezwaar tegen, dat de heer Ozturk het woord ”moord” in de mond neemt, want daar is gewoon geen sprake van geweest en het is ook echt een schande vind ik, dat u dat doet, omdat u de militairen op deze manier op een manier neerzet, die echt geen pas geeft eerlijk gezegd, u was een van de mensen in de Tweede Kamer, die deze militairen ook op pad heeft gestuurd en zeker niet om er moordenaars van te maken, dus ik neem echt afstand van de woorden, die u hier…zegt [?] en ik hoop oprecht, dat u dat zelf ook gaat doen”[KAMERVOORZITTER]De heer Voordewind [Christen-Unie, mijn toevoeging]”Voorzitter:Door het gebruik maken van het woord ”moord” suggereert meneer Ozturk, dat er opzet in het spel is en als er niet iets in het spel is geweest hier is opzet van de piloot.Dus ik vraag ook de heer Ozturk zijn woorden zorgvuldig te kiezen en het woord moord hier terug te nemen.”[KAMERVOORZITTER]”De heer Kerstens [PvdA, mijn toevoeging]”Voorzitter, ik sluit mij daarbij aan. Van moord is sprake als er sprake is van opzet en van voorbedachten rade.Uit alle onderzoeken blijkt, dat het niet het geval is.Het zou de heer Ozturk sieren om zijn woorden terug te nemen en zijn waardering uit te spreken voor de mannen en vrouwen, van onze krijgsmacht, die onder moeilijke omstandigheden heel erg belangrijk werk doen, ook ten behoeve van de veiligheid van de heer Ozturk en zijn kinderen.”[KAMERVOORZITTER]”Mevrouw Belhaj [D’66, mijn toevoeging’]”Ja voorzitter, ik sluit mij aan bij de woorden van mijn collega’s.We voeren hier een politiek debat, niet over hoe militairen hun werk hebben gedaan en het gebruiken van termen als ”moord” is gewoon echt afschuwelijk.Dus ik vraag de heer Ozturk:Is er niet, zijn er niet andere dingen, die u genoeg kunt benadrukken om ook het debatgewoon  fatsoenlijk te voeren.”[KAMERVOORZITTER]De heer de Roon [PVV, mijn toevoeging]”Ja voorzitter, dat woord ”moord”dat impliceert een juridische kwalificatie uit het Wetboek van Strafrecht.En ik vind, dat het aan de strafrechter is, om te bepalen, of er sprake is, in een incidenteel geval, van moord en niet aan Kamerleden.”[KAMERVOORZITTER]De heer Ozturk:[KAMERVOORZITTER]”Ik neem aan, dat u de opmerkingen van eigenlijk de hele Tweede Kamer serieus neemt en dat u ook rekening houdt met de emotionele lading, die uw woorden bevatten en ik wil een dringend beroep op u doen om daar rekening mee te houden. en ik vind het buitengewoon vervelend en ongemakkelijk om in een debat over zoveel mensen, die zijn omgekomen, dat de aandacht nu gaat naar u, zeg ik het gewoon eerlijk, vanwege uw taalgebruik.Dus ik doe een dringend beroep op u:U heeft vrijheid om uw mening te uiten of u het eens bent of niet met de minister of met wie dan ook, maar gebruik geen woorden die tot eigenlijk tot emotionele…maar ook gewoon die een andere lading hebben dan u misschien bedoeld zou hebben.4.34 Youtube filmpjeOZTURK:”Voorzitter, de nabestaanden zeggen dat hun geliefden, dat hun dierbaren vermoord zijn. Dat is ook een gevoel, die ook geuit mag worden.Ik heb gekeken naar mijn tekst en ik snap dat een aantal mensen hiervan emotioneel kunnen worden, maar die mensen, die uiteindelijk om zijn gekomenen daar de familie daarvan, die hebben ook emoties.He en ik snap, dat onze militairen hun best doen en ik snap, dat zij ook hier, ikk heb ook vandaag gelezen, dat een van de piloten daar het moeilijk mee heeft, dat snap ik.Maar aan de andere kant, voorzitter, we zijn ook een democratie, we zijn ook een parlement en ook de gevoelens van de mensen daar, de emotie daar mag ook hier getoond worden.En ik denk, dat wij niet eenzijdig moeten kijken naar de zaak en de gevoelens van die mensen, die daar hun geliefden hebben verloren, ook die gevoelens zijn belangrijk.”[KAMERVOORZITTER]”Maar tot slot, want uiteindelijk moet u gewoon uw verhaal houden:De hele Kamer heeft dit debat gesteund en gewild, dus het is niet zo, dat het ene Kamerlid meer respect heeft voor de slachtoffers, of meer rekening houdt met de nabestaanden.Volgens mij is dat iets, dat iedereen hier deelt, dus daar gaat het niet helemaal om.Dus als u zich nou tot de inhoud beperkt, hoop ik, dat we gewoon een waardig debat kunnen voeren.En natuurlijk kunt u gewoon uw kritiek als het gaat om de wijze van aanpak of wat dan ook gewoon hier uiten.Ik stel voor, dat u verder gaat.”6.01 Youtube filmpje:OZTURK:”Heeft deze minister wel een hart. Kan deze minister zich inbeelden, hoeveel leed ons land heeft veroorzaakt.Hoeveel families hierdoor kapot zijn gegaan.Staat deze minister wel in contact met de werkelijkheid.Voor deze onmenselijke en bureaucratische uitlatingen van ”ja, het is onbedoelde nevenschade” , wat dat met die mensen doet.Verdient deze minister eigenlijk nu al een motie van wantrouwen voorzitter.Dat je bij WNL en andere omroepen zo van ”onbedoelde nevenschade” durft te zeggen.Voorzitter, de Nederlandse regering heeft gelogen.Op 23 juni 2015 zijn de slachtoffers door de regering ontkend.Op 30 juni zijn de slachtoffers opnieuw ontkend.Twee keer is de Kamer bewust voorgelogen.Want de regering kan niet zeggen, dat ze het niet wisten.Nederland heeft zelf geconcludeerd, dat de hele wijk in Hawija van de kaart is geveegd.Op 9 juni is de minister van Defensie gebriefd over het voorval, de aanval.De regering kreeg op 15 juni een rapport waarin stond, dat er burgers zijn doodgegaan.De minister is persoonlijk gebriefd over de slachtoffers en een paar dagen daarna loog ze willens en wetens tegen de Kamer.Ook hier verdient de minister van Defensie een motie van wantrouwen voor.Talloze keren heeft Denk om meer transparantie gevraagd.Over burgerslachtoffers.In AO’s [Algemene Overleggen, mijn toevoeging], in debatten, in moties, in hoorzittingen.Want onderzoek van Airwars toonde aan, dat Nederland bijna niks hierover deelt.Elke keer zei de minister: ”We werken eraan””We zijn transparant”Ook mijn collega’s zeiden dat zeiden dat, van de VVD en het CDA.”Gaat u maar rustig slapen.”En nu weten we, dat voor 22 vrouwen en 26 kinderen, die zijn overleden, vier jaar lang zijn voorgelogen.”Dat is schandalig voorzitter.Waarom heeft deze regering niet naar al die oproepen van Denk en andere partijen geluisterd.Ook hier verdient deze minister een motie van wantrouwen voor.Voorzitter, niet alleen liegt deze regering, deze regering weigert ook verantwoordelijkheid te nemen.Deze minister schrijft in haar brief aan de Kamer:”Irak is verantwoordelijk voor het betalen van de schade en de nabestaanden moeten maar bij de regering van Irak om geld vragen.”Ongelooflijk voorzitter,Nederland doet mee aan bommen gooien in het Midden-Oosten, Bij het gooien van die Nederlandse bommen gaan honderden mensen, honderden burgers dood.Vervolgens zegt Nederland ”De schade moet maar betaald worden door Irak”Dat is onrechtvaardig, harteloos en idioot, voorzitter.Denk eist, dat de regering al het leed en alle schade vergoedt.Voorzitter:Wie heeft de omgekomen burgers door Nederlandse bommen verzwegen.Wie heeft de Kamer voorgelogen.Minister Bijleveld is verantwoordelijk, maar het was ex minister Hennis.Zij heeft willens en wetens gelogen.Ex minister Hennis is een lijkenverstopper.Een lijkenverstopper, die is beloond met een baantje als VN gezant in Irak.Ze heeft deze omgekomen burgerslachtoffers verzwegen in Irak.En nu heeft ze er een baantje gekregen.Hoe moet dat zijn voor de nabestaanden?Wat Denk betreft kan deze lijkenverstopper niet meer als VN gezant werken.Denk wil dan ook, dat de regering zich……[KAMERVOORZITTER INTERRUMPEERT OZTURK]”……..Toch rekening houden met de rest….Ik ga even naar…..”OZTURK:”Om haar baan als VN gezant af te pakken.”[KAMERVOORZITTER]De heer van Helvert [CDA, mijn toevoeging]”Mevrouw de voorzitter, wederom een punt van orde,Eh…ja, u onderbrak zelf nog niet, dus ik liep naar voren.Als we woorden als lijkbezorger of lijkenverstopper als oud minister gaan gebruiken in zo’n belangrijk debat, dan vind ik dat niet professioneel en niet respectvol.En ik begrijp heel goed, mevrouw de voorzitter de woorden, die de heer Ozturk net sprak, dat er getraumatiseerde, teleurgestelde gezinnen zijn, in Syrie, in Irak, en dat we rekening moeten houden, rekening willen houden allemaal met hun verdriet, maar dat wil niet zeggen, dat we de woorden van de teleurgestelde mensen hier een op een moeten naschreeuwen.Het is ook onze taak als volksvertegenwoordigers om de slachtoffers te zeggen, wat hier aan de hand is:Namelijk, dat de mensen zijn omgekomen in een strijd om hen te bevrijden.En als de heer Ozturk dat niet kan, en ook in dit debat niet kan doen, dan vind ik dat niet professioneel en niet respectvol en op zo’n manier kun je aan dit debat niet deelnemen.[KAMERVOORZITTER]Mevrouw Diks [Groen Links, mijn toevoeging]”Ja, ik vind het heel, heel erg te betreuren, dat de heer Ozturk dit woord in de richting van de toenmalige minister Hennis gebruikt.Het doet geen recht aan de inspanningen, die ik denk, dat ook zij gepleegd heeft en ik wilde u eigenlijk net een compliment maken voor het feit dat u in een eerdere omschrijving van de militairen en de keuzes die gemaakt zijn juist wel de goede woorden had gekozen en daarna moest ik dat….. die gedachte weer meteen terugnemen, omdat u het woord lijken -wat was het -verstopper gebruikte…..Eh, ik vraag u echt, gebruikt u dit soort woorden gewoon niet in een debat.Het doet ook echt geen recht, want ik denk….ik heb echt het idee, dat u recht wilt doen aan de mensen daar in Irak, dat willen wij allemaal hier.Dat is waarom ik heel graag dit debat wilde voeren.Maar ik wil het graag respectvol doen en met de juiste bewoordingen.”[KAMERVOORZITTER]”De heer Ozturk was klaar met zijn bijdrage…”[OZTURK GEBAART VAN NIET][KAMERVOORZITTER]”Nee?”Gaat u verder”OZTURK:”Voorzitter:Slachtoffers en daar de gezinnen van, die hebben vier jaar lang moeten vechten om te achterhalen wat er echt gebeurd is.En de minister wist het al binnen een paar maanden.En jarenlang heeft deze minister gezwegen:Het leed en de pijn van de slachtoffers, de nabestaanden, hebben dus jarenlang blijven bestaan.En daar hebben we het niet over.En daarom zeg ik:Op het moment, dat zo’n minister dat doet en daarna VN gezant kan worden, dat kan gewoon niet!Het kan toch niet zo zijn, dat een VN gezant jarenlang wat daar is gebeurd heeft verzwegen.Al die familieleden, al die nabestaanden pijn heeft bezorgd.En daarom vraag ik de regering om bij de VN een oproep te doen om ex minister Hennis toch als VN gezant per direct terug te laten treden en daarmee richting de slachtoffers te laten zien op het moment dat het….ook al is heteen ex-minister heeft voorgelogen, mensen pijn heeft laten doen, leed heeft bezorgd, dat wij als regering bereid zijn om die persoon weer terug te roepen.En om die redenen is het ook verstandig voorzitter, dat ik daar antwoord op krijg………want ik ga daar ook een motie voor indienen…..”

EINDE FRAGMENT KAMERDEBAT

[64]

”Voorzitter:Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter.Maar deze minister ziet niet de ernst van deze moord  ” 

YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]

[ZIE VOOR COMPLETE TEKST NOOT 63]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

[65]
”Ex minister Hennis is een lijkenverstopper.Een lijkenverstopper, die is beloond met een baantje als VN gezant in Irak.Ze heeft deze omgekomen burgerslachtoffers verzwegen in Irak.En nu heeft ze er een baantje gekregen.Hoe moet dat zijn voor de nabestaanden?Wat Denk betreft kan deze lijkenverstopper niet meer als VN gezant werken”

YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]
[ZIE VOOR COMPLETE TEKST NOOT 63]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

[66]

YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]
[ZIE VOOR COMPLETE TEKST NOOT 63]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

[67]

[KAMERVOORZITTER]”Ik neem aan, dat u de opmerkingen van eigenlijk de hele Tweede Kamer serieus neemt en dat u ook rekening houdt met de emotionele lading, die uw woorden bevatten en ik wil een dringend beroep op u doen om daar rekening mee te houden. en ik vind het buitengewoon vervelend en ongemakkelijk om in een debat over zoveel mensen, die zijn omgekomen, dat de aandacht nu gaat naar u, zeg ik het gewoon eerlijk, vanwege uw taalgebruik.Dus ik doe een dringend beroep op u:U heeft vrijheid om uw mening te uiten of u het eens bent of niet met de minister of met wie dan ook, maar gebruik geen woorden die tot eigenlijk tot emotionele…maar ook gewoon die een andere lading hebben dan u misschien bedoeld zou hebben………….[KAMERVOORZITTER]”Maar tot slot, want uiteindelijk moet u gewoon uw verhaal houden:De hele Kamer heeft dit debat gesteund en gewild, dus het is niet zo, dat het ene Kamerlid meer respect heeft voor de slachtoffers, of meer rekening houdt met de nabestaanden.Volgens mij is dat iets, dat iedereen hier deelt, dus daar gaat het niet helemaal om.Dus als u zich nou tot de inhoud beperkt, hoop ik, dat we gewoon een waardig debat kunnen voeren.En natuurlijk kunt u gewoon uw kritiek als het gaat om de wijze van aanpak of wat dan ook gewoon hier uiten.Ik stel voor, dat u verder gaat.”

YOUTUBE.COM
OZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]
[ZIE VOOR COMPLETE TEKST NOOT 63]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

[68]
”OZTURK:Voorzitter:Tweeentwintig vrouwen en zesentwintig kinderen.22 onschuldige vrouwen en 26 kinderen zijn omgekomen door Nederlandse bommen op de Iraakse stad Hawija.Een woonwijk is door bommen weggevaagd.Tientallen burgerdoden.Tientallen families kapotgemaakt.Dat is vreselijk voorzitter.Maar deze minister ziet niet de ernst van deze moord

YOUTUBE.COM
OZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

[69]

HART VAN NEDERLANDRUIM 600 MILITAIREN DOEN AANGIFTE VAN BELEDIGING EN LASTER TEGEN DENK KAMERLID OZTURK7 NOVEMBER 2019

https://www.hartvannederland.nl/nieuws/2019/ruim-600-militairen-doen-aangifte-tegen-denk-kamerlid-ozturk/

Ruim zeshonderd militairen en veteranen doen aangifte tegen Tweede Kamerlid Selcuk Öztürk (DENK). Die ging over de schreef toen hij de Nederlandse luchtaanval die Iraakse burgers in 2015 het leven kostte “moord” noemde, vinden ze. Öztürk zou zich daarmee schuldig maken aan het zaaien van haat, belediging en laster.

Onder de mensen die de aangifte onderschrijven, is ook Mart de Kruif, de vorige baas van de landmacht. Öztürk beledigt luchtmachtpiloten en kan bovendien extremisten op de gedachte brengen dat wraak gerechtvaardigd is, zegt advocaat en initiatiefnemer Michael Ruperti.

Gesprek met de piloten

De gewraakte term viel dinsdagavond in het Kamerdebat over de luchtaanval. Het kwam Öztürk meteen op een schrobbering te staan van voorzitter Khadija Arib en vrijwel alle andere aanwezige Kamerleden. Ze vroegen hem zijn woorden terug te nemen, maar hij weigerde. De nabestaanden spreken ook van moord, stelt hij.

Öztürk zegt dat hij verkeerd is begrepen. Hij wil “rechtzetten” dat hij niet bedoelde dat Nederlandse vliegers “willens en wetens mensen hebben vermoord”. “Dat heb ik niet gezegd.” Hij probeerde naar eigen zeggen de gevoelens van de slachtoffers uit te drukken.

Het DENK-Kamerlid wil graag met piloten in gesprek om hun uit te leggen wat hij bedoelde, zegt hij.

ANP

[70]

”Ruim zeshonderd militairen en veteranen doen aangifte tegen Tweede Kamerlid Selcuk Öztürk (DENK). Die ging over de schreef toen hij de Nederlandse luchtaanval die Iraakse burgers in 2015 het leven kostte “moord” noemde, vinden ze. Öztürk zou zich daarmee schuldig maken aan het zaaien van haat, belediging en laster.”

HART VAN NEDERLANDRUIM 600 MILITAIREN DOEN AANGIFTE VAN BELEDIGING EN LASTER TEGEN DENK KAMERLID OZTURK7 NOVEMBER 2019

https://www.hartvannederland.nl/nieuws/2019/ruim-600-militairen-doen-aangifte-tegen-denk-kamerlid-ozturk/

[71]

”Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest.”

NOS

NEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

[72]

NOSDENK KAMERLEDEN NIET VERVOLGD VOOR MOORDBESCHULDIGINGTEGEN MILITAIREN4 MAART 2020
https://nos.nl/artikel/2325722-denk-kamerleden-niet-vervolgd-voor-moordbeschuldiging-tegen-militairen.html

Het Openbaar Ministerie gaat twee Kamerleden van Denk niet vervolgen voor het gebruik van het woord ‘moord’ in verband met een bombardement door de Nederlandse luchtmacht in 2015 in Irak. Bij dat bombardement op een bommenfabriek van Islamitische Staat in de stad Hawija kwamen meer dan zeventig burgers om.

De uitspraken zijn gedaan in de Tweede kamer en vallen daarom onder de parlementaire onschendbaarheid, concludeert het OM. Daarbij is de term ‘moord’ dagelijks taalgebruik wanneer iemand een ander doodt. Dodelijk geweld door militairen binnen hun bevoegdheden valt niet onder deze term, maar het OM vindt de uitlatingen niet onnodig beledigend.

Denk-Kamerleden Öztürk en Azarkan zouden daarom niets strafbaars hebben gedaan. Tijdens een Kamerdebat in november nam Denk-Kamerlid Öztürk het woord ‘moord’ in de mond. “Deze minister ziet niet de ernst van deze moord in”, zei hij. Zijn partijgenoot Azarkan verdedigde dat ’s avonds in het tv-programma Pauw.

Azarkan niet verrast

Azarkan zei vanochtend in het NOS Radio 1 Journaal dat het OM hem nog niet op de hoogte had gebracht van het besluit, maar dat het nieuws hem niet verbaast. “Vrijwel elke rechtsgeleerde was van mening dat wat de heer Öztürk in de Kamer zei onder het recht valt van een Kamerlid.”

Ook zou Öztürk nooit de militairen zelf hebben willen aanvallen. “Het was een debat met de minister van Defensie. Daar richtte hij zich toe. Dat advocaat Ruperti daar een heel circus van maakt en aangifte doet, terwijl hij weet dat dat kansloos is, dat is buitengewoon jammer.”

Advocaat Ruperti deed samen met 1200 militairen en veteranen aangifte tegen de beide Kamerleden. Zij zouden zich schuldig hebben gemaakt aan het zaaien van haat, belediging en laster. Ook eisten ze dat de Kamerleden openlijk hun excuses zouden aanbieden.

Ruperti zei tegen het AD dat hij naar het gerechtshof stapt om het OM te dwingen de zaak voor de rechter te brengen.

Vakbond mogelijk naar rechter

De militaire vakbond ACOM laat het er niet bij zitten. “We vinden dit weer een trap na, niet van de Kamerleden maar van het Openbaar Ministerie”, zei voorzitter Jan Kropf in het NOS Radio 1 Journaal. “Dit betekent dat iedereen, militairen maar ook politieagenten, die in de lijn van hun werk een slachtoffer maakt een moordenaar is.”

Kropf stelt dat je met de redenering van het OM militairen die op missie gaan van poging tot moord kunt beschuldigen. “Ik vind dat een hele rare kwalificatie.”

Vakbond ACOM overweegt naar de rechter te stappen om het OM tot vervolging van de Kamerleden te dwingen. “Wat natuurlijk de discussie is, is of het vrij mogen spreken in een Kamerdebat betekent dat je dit moet toelaten. Want waar ligt dan de grens?”Andre Bosman @andrebosmanBizarre uitspraak van @Het_OM . Snappen ze daar iets van oorlogsrecht? Deze uitspraak zet de militair in een volstrekt fout daglicht en doet onrecht aan de inzet van de militair. Hier moet @ferdgrapperhaus zeer snel uitleg over geven!10 dagen geledenVVD-Kamerlid Bosman noemt het besluit van het OM bizar. “Deze uitspraak zet de militair in een volstrekt fout daglicht en doet onrecht aan de inzet van de militair”, schrijft hij op Twitter. Hij wil uitleg van minister Grapperhaus van Justitie.

[73] 

OM.NLOM SEPONEERT AANGIFTE TEGEN DENK POLITICI4 MAART 2020
https://www.om.nl/actueel/nieuws/2020/03/04/om-seponeert-aangifte-tegen-denk-politici

Nieuwsbericht | 04-03-2020 | 13:31Een aantal militairen en veteranen heeft aangifte gedaan tegen twee DENK-kamerleden. Zij hebben met verwijzing naar het bombardement op Hawija in Irak gesproken over ‘moord’. Het OM heeft deze aangifte geseponeerd.

De uitlatingen van de DENK-kamerleden zijn voor het OM om twee redenen niet strafbaar:

1. Voor zover ze zijn gedaan in de Tweede Kamer vallen ze onder de parlementaire onschendbaarheid.

2. Daarnaast wordt in het dagelijks taalgebruik de term ‘moord’ gebruikt, wanneer iemand een ander doodt. Militairen beschikken echter over geweldsbevoegdheden die ook dodelijk geweld kunnen omvatten. Zolang zij binnen deze bevoegdheden optreden, geldt dat een geweldsaanwending geen strafbaar feit oplevert. Hun optreden wordt zo nodig beoordeeld aan de hand van het Wetboek van Militair Strafrecht, de geldende geweldsinstructies en het internationale oorlogsrecht. De keuze van DENK om het begrip ‘moord’ op de maatschappelijke wijze te gebruiken (hoewel dus niet toepasselijk), leidt voor het OM niet tot het oordeel dat hier sprake is van onnodig grievende uitlatingen. Deze uitlatingen vallen voor het OM binnen het publieke en politieke debat dat zoveel mogelijk in vrijheid moet kunnen plaatsvinden.Het OM betreurt dat dit onderscheid in de sepotbrief onvoldoende tot zijn recht is gekomen. Het OM beseft dat een strikt juridische beoordeling mogelijk voorbij gaat aan de gevoelens van de militairen en is zich bewust van het feit dat zij zich dagelijks inzetten voor de (inter)nationale veiligheid. Inmiddels is hierover contact geweest met de advocaat van de militairen en is een gesprek ter toelichting aangeboden.

[74]

”Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest.”

NOS

NEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

[75]

RECHTSPRAAK.NL

KLACHT NIET VERVOLGEN STRAFBAAR FEIT

https://www.rechtspraak.nl/Organisatie-en-contact/Rechtsgebieden/Strafrecht/Procedures/Paginas/Klacht-niet-vervolgen-strafbaar-feit.aspx Bent u het niet eens met de beslissing van de officier van justitie van het Openbaar Ministerie om een strafbaar feit niet (verder) te vervolgen bij de strafrechter? Dan kunt u daarover een klacht indienen bij het gerechtshof. De klachtprocedure ‘niet-vervolgen strafbaar feit’ is niet openbaar.

De procedure bestaat uit de volgende stappen

Alles uitklappen

Om een klacht in te kunnen dienen, moet u rechtstreeks belanghebbend zijn, bijvoorbeeld als slachtoffer of nabestaande. U kunt geen klacht indienen over een beslissing die u onjuist vindt, maar waarbij u zelf niet betrokken bent.

EINDE BERICHT RECHTSPRAAK.NL

”De term artikel 12 Sv-procedure (formeel beklag over het niet vervolgen van strafbare feiten) verwijst naar artikel 12 van het Nederlandse Wetboek van Strafvordering. Dit artikel en enkele erop volgende artikelen bieden aan een rechtstreeks belanghebbende (veelal het slachtoffer) de mogelijkheid zich te beklagen over een beslissing van de officier van justitie om niet tot vervolging over te gaan (of de vervolging te staken) ter zake een strafbaar feit. Een beslissing tot niet-vervolging heet een sepotbeslissing. Het is hiervoor niet noodzakelijk dat deze belanghebbende ook aangifte van het feit heeft gedaan.

WIKIPEDIA

ARTIKEL 12 SV PROCEDURE

https://nl.wikipedia.org/wiki/Artikel_12_Sv-procedure

De Denk-kamerleden die Nederlandse militairen beschuldigden van moord na een bombardement waarbij onbedoeld burgerdoden vielen in Irak, worden niet vervolgd. Ze hebben volgens het Openbaar Ministerie niets strafbaars gedaan. Bij de militaire operatie was in juridische zin sprake van ‘moord’, aldus het OM. Vooral die uitleg schokt militairen die aangifte deden. ”

”De advocaat laat het er niet bij zitten en stapt nu naar het gerechtshof om het OM te dwingen de zaak voor een rechter te brengen. ,,Dit is een strafbare belediging waar kamerleden niet mee weg mogen komen. ”

AD

DENK KAMERLEDEN, DIE MILITAIREN BESCHULDIGDEN, NIET VERVOLGD

4 MAART 2020

https://www.ad.nl/binnenland/denk-kamerleden-die-militairen-beschuldigden-niet-vervolgd~a2f374ba/

De Denk-kamerleden die Nederlandse militairen beschuldigden van moord na een bombardement waarbij onbedoeld burgerdoden vielen in Irak, worden niet vervolgd. Ze hebben volgens het Openbaar Ministerie niets strafbaars gedaan. Bij de militaire operatie was in juridische zin sprake van ‘moord’, aldus het OM. Vooral die uitleg schokt militairen die aangifte deden.  

Denk-kamerlid Selçuk Özturk kwam vorig jaar november in opspraak tijdens een debat over een Nederlands bombardement bij het Iraakse Hawija waarbij 74 slachtoffers vielen, vermoedelijk ook veel burgers. Dat kon gebeuren omdat de inlichtingen niet deugden. De vliegers viel niets te verwijten, die handelden naar eer en geweten. Toch vergeleek het Denk-kamerlid het bombardement op Hawija met moord. Zijn partijgenoot Farid Azarkan herhaalde dat diezelfde avond op tv.

Özturk kwam later terug op zijn beschuldiging en zei dat hij verkeerd was begrepen, maar het leed was al geschied. Duizenden militairen voelden zich geschoffeerd en vonden dat een grens was overschreden. Vooral omdat het nota bene politici in de Tweede Kamer zijn die militairen op missie sturen. Ze achteraf beschuldigen van moord voelde voor veel militairen als een mes in de rug.

In totaal sloten zich 3500 militairen aan bij het initiatief van advocaat Michael Ruperti om aangifte te doen, onder wie vier militaire vakbonden en voormalig hoogste generaal van de Landmacht, Mart de Kruif. Ze deden aangifte tegen beide Denk-kamerleden wegens aanzetten tot haat, geweld, discriminatie, belediging en laster. 

Niet strafbaar

Het OM schrijft nu in een brief aan de advocaat dat Özturk niet vervolgd kan worden omdat hij zijn uitspraak deed tijdens een debat in de Tweede Kamer. Daar geniet hij parlementaire onschendbaarheid. Dat zijn mede-partijgenoot Farid Azarkan op tv herhaalde dat er 74 onschuldige mensen zijn vermoord, is volgens het OM in beginsel beledigend, maar in dit geval niet onnodig grievend en mede daarom niet strafbaar. Moord is juridisch immers ‘doden met voorbedachten rade’. Bij dit bombardement – net als bij zoveel militaire acties – is daarvan sprake, aldus het OM. Al heeft die voorbedachte rade geen betrekking op de eventuele burgerdoden.

Met die uitleg strooit het OM volgens advocaat Michael Ruperti alleen maar extra zout in de wonden. ,,Moord veronderstelt ook kwade opzet. Daarvan is absoluut geen sprake.’’ 

Ook voorzitter Jan Kropf van vakbond ACOM, die de aangifte ondersteunde, is geschokt door de argumentatie van het OM. ,,Dus eigenlijk zeggen we tegen onze kinderen: papa zit in het leger en is per definitie een moordenaar. Dat kan toch niet?’’

Beroep

De advocaat laat het er niet bij zitten en stapt nu naar het gerechtshof om het OM te dwingen de zaak voor een rechter te brengen. ,,Dit is een strafbare belediging waar kamerleden niet mee weg mogen komen. Helemaal niet omdat Özturk parlementair onschendbaar is in een debat. Wat in de Tweede Kamer wordt besproken blijft al lang niet meer binnen die vier muren. Debatten worden live uitgezonden op internet en heel snel verspreid via sociale media. De onschendbaarheid is een achterhaald idee.’’ 

In een eerdere versie van dit artikel stond dat Özturk zou hebben gezegd dat militairen ‘willens en wetens’ onschuldige burgers hebben vermoord. De 3500 militairen hebben in hun aangifte ook tegen die uitlating aangifte gedaan, maar zo heeft Özturk het niet in het debat in de kamer gezegd. Özturk gebruikte de term ‘willens en wetens’ wel over voormalig minister Jeanine Hennis, die volgens hem ‘willens en wetens’ had gelogen tegen de Kamer over de burgerslachtoffers.

[76]

NOS

NEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html Het huis is verwoest, zijn vrouw Mayada en zijn dochter Tuqa (21) zijn op slag dood. Een tweede bom vernielde tegelijkertijd het huis van Razzo’s broer, dat op het zelfde stuk grond staat. Zijn broer en diens zoon (18) hebben de inslag niet overleefd Razzo zelf is zwaargewond: een verbrijzelde heup, een gebroken schaambeen. Familie smokkelt hem vanuit IS-gebied naar Turkije voor behandeling.

BN DE STEMHOE EEN NEDERLANDSE BOM HET LEVEN VAN BASIM RAZZO VERWOESTTE
https://www.bd.nl/binnenland/hoe-een-nederlandse-bom-het-leven-van-basim-razzo-verwoestte~a42468b93/ ‘Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om

ADDEFENSIE BERICHT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F’16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING4 NOVEMBER 2019
https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/

[77]
”For the past four years, the Dutch have justified their lack of transparency through claims of “operational security.” But the Dutch F-16 mission ended in December 2018 and since then, Razzo and the families of the 70 dead in Hawija have been owed answers on who targeted their families and why. Now that this information is out, the Dutch government needs to provide prompt and equitable condolence payments.”

HUMAN RIGHTS WATCHNEW REVELATIONS ON DUTCH ROLE IN DEADLY IRAQ ATTACK13 NOVEMBER 2019
https://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

Recent news reports have exposed Dutch involvement in an airstrike in Iraq in June 2015 that killed at least 70 civilians, with the Minister of Defense finally admitting on November 5, 2019 that the ministry had known about the deaths after years of denial.

Two Dutch news outlets, NRC and NOS, reported on October 18 that a Dutch F-16 pilot staged the attack on the town of Hawija, 20 kilometers southeast of Mosul, which ISIS had captured in June 2014. At the time, the Netherlands were part of a coalition conducting operations against the Islamic State (ISIS) in Iraq and Syria.

The target was a factory in which ISIS was reportedly manufacturing improvised explosive devices. The airstrike triggered multiple secondary explosions in the factory, devastating the surrounding area and killing dozens.

New reports also linked the Dutch military to another attack, this one on Mosul in September 2015, that killed four family members of Bassim Razzo. The Razzo case featured in a major New York Times investigation in 2017, which in turn led to a shakeup of how the US Pentagon assessed civilian harm, but at that time the Dutch connection was not known. The Dutch government has admitted to conducting an airstrike on that day in Mosul but has yet to admit that it killed four civilians.

When the coalition against ISIS was created in 2014, it was decided to leave it up to individual coalition members when and how to handle incidents of possible laws of war abuses, and to report on any civilian casualties. Unfortunately, that allowed many coalition members to simply remain silent. In April 2017, the US military decided to go on the record about non-US coalition members having killed at least 80 civilians since August 2014, but did not identify the Netherlands as responsible for the June 2015 attack. 

For the past four years, the Dutch have justified their lack of transparency through claims of “operational security.” But the Dutch F-16 mission ended in December 2018 and since then, Razzo and the families of the 70 dead in Hawija have been owed answers on who targeted their families and why. Now that this information is out, the Dutch government needs to provide prompt and equitable condolence payments. They should also provide a full explanation and assessment of whether the attack was lawful under the laws of war, including whether the Netherlands took all feasible precautions to protect civilian life in the attack.

[78]

Schadevergoedingen

Veel mensen die nu in de wijk wonen hebben geen dierbaren verloren, maar klagen vooral over het uitblijven van schadevergoedingen voor de verwoesting van hun huis of winkel. Het zijn de oorspronkelijke bewoners die zijn teruggekeerd toen IS in 2017 werd verjaagd.”

AD

IN HAWIJA IS NIEMAND DE NEDERLANDSE BOMAANVAL VERGETEN

https://nos.nl/artikel/2306655-in-hawija-is-niemand-de-nederlandse-bomaanval-vergeten.html

[79]”For the past four years, the Dutch have justified their lack of transparency through claims of “operational security.” But the Dutch F-16 mission ended in December 2018 and since then, Razzo and the families of the 70 dead in Hawija have been owed answers on who targeted their families and why. Now that this information is out, the Dutch government needs to provide prompt and equitable condolence payments.”

HUMAN RIGHTS WATCHNEW REVELATIONS ON DUTCH ROLE IN DEADLY IRAQ ATTACK13 NOVEMBER 2019
https://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

[80]
”Nederland doet mee aan bommen gooien in het Midden-Oosten, Bij het gooien van die Nederlandse bommen gaan honderden mensen, honderden burgers dood.Vervolgens zegt Nederland ”De schade moet maar betaald worden door Irak”Dat is onrechtvaardig, harteloos en idioot, voorzitter.Denk eist, dat de regering al het leed en alle schade vergoedt.
YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT] 
https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE&feature=emb_title

[81]
;;Voorzitter, niet alleen liegt deze regering, deze regering weigert ook verantwoordelijkheid te nemen.Deze minister schrijft in haar brief aan de Kamer:”Irak is verantwoordelijk voor het betalen van de schade en de nabestaanden moeten maar bij de regering van Irak om geld vragen.”Ongelooflijk voorzitter,Nederland doet mee aan bommen gooien in het Midden-Oosten, Bij het gooien van die Nederlandse bommen gaan honderden mensen, honderden burgers dood.Vervolgens zegt Nederland ”De schade moet maar betaald worden door Irak”Dat is onrechtvaardig, harteloos en idioot, voorzitter.”
‘Nederland doet mee aan bommen gooien in het Midden-Oosten, Bij het gooien van die Nederlandse bommen gaan honderden mensen, honderden burgers dood.Vervolgens zegt Nederland ”De schade moet maar betaald worden door Irak”Dat is onrechtvaardig, harteloos en idioot, voorzitter.Denk eist, dat de regering al het leed en alle schade vergoedt.
YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT] 
https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE&feature=emb_title

”Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.
NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN18 OCTOBER 2019
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

[82]


VIDEO
Bij zeker twee aanvallen van Nederlandse F-16’s op IS-doelen zijn burgerslachtoffers gevallen. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) in een brief aan de Tweede Kamer. Het is voor het eerst dat het ministerie hier openheid over geeft. Het kabinet onderzoekt of de nabestaanden een schadevergoeding krijgen.
ADDEFENSIE BEVESTIGT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING4 NOVEMBER 2019
https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/

VIDEOBij zeker twee aanvallen van Nederlandse F-16’s op IS-doelen zijn burgerslachtoffers gevallen. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) in een brief aan de Tweede Kamer. Het is voor het eerst dat het ministerie hier openheid over geeft. Het kabinet onderzoekt of de nabestaanden een schadevergoeding krijgen.
Het kabinet erkent dat er bij een luchtmachtaanval op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija in de nacht van 2 op 3 juni 2015 zeker 70 slachtoffers zijn gevallen. Het gaat zowel om IS-strijders als om onschuldige burgers. Door de explosie van de fabriek vloog een deel van de omliggende woonwijk mee de lucht in.

Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om. Deze site schreef begin dit jaar al dat Nederland waarschijnlijk verantwoordelijk was voor die aanval, op het huis van Basim Razzo en zijn gezin . Defensie wilde dat toen niet bevestigen. 

Defensieminister Bijleveld zegt de slachtoffers ‘ten zeerste te betreuren’. ,,Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen. Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.’’

Schadevergoeding

Het kabinet onderzoekt of er schadevergoeding kan worden uitgekeerd aan de nabestaanden, schrijft Bijleveld. ,,Op dit moment worden de mogelijkheden daartoe richting de gemeenschappen in kwestie onderzocht.’’ Basim Razzo, de Irakees die zijn vrouw, dochter, broer, neef en zijn huis verloor door een Nederlandse bom, becijferde zijn materiële schade eerder al eens op 500.000 dollar. De Amerikanen, die ook betrokken waren bij de aanval, boden hem 15.000 dollar aan. Dat weigerde hij.

Wel benadrukt de minister dat Nederland daar niet toe verplicht is. De Nederlandse F-16’s streden op verzoek van Irak mee tegen IS. De Iraakse autoriteiten moesten toestemming geven om doelwitten aan te vallen. Op grond van het internationaal recht moeten nabestaanden zich dan ook ‘in eerste instantie’ tot de Iraakse overheid wenden, schrijft de bewindsvrouw. Dat laat onverlet dat Nederland ‘op vrijwillige basis’ toch gaat kijken of het iets kan doen.

De twee bewuste luchtmachtaanvallen zijn (net als twee andere aanvallen waarbij werd gedacht dat er burgerslachtoffers waren gevallen) onderzocht door het Openbaar Ministerie. Bijleveld benadrukt dat er daarbij geen strafbare feiten zijn geconstateerd.

Inschatting

Bij de aanval op de fabriek in Hawija was een verkeerde inschatting gemaakt over het gevaar voor omwonenden, stelt Bijleveld. Voorafgaand aan de aanval was op basis van de bij Nederland beschikbare inlichtingen geen indicatie dat er burgerslachtoffers zouden vallen.  De dichtstbijzijnde woonhuizen stonden buiten het vooraf voorziene schadegebied. De explosie was echter vele malen groter dan gedacht omdat er veel meer explosieven bleken te liggen dan vooraf was ingeschat. Daardoor werd een veel groter gebied vernietigd.

Bij de aanval op het vermeende IS-hoofdkwartier in Mosul kreeg Nederland pas achteraf van de Amerikanen te horen dat het om een woonhuis ging waar burgers woonden. Daarnaast heeft het OM nog twee andere aanvallen onderzocht. Een waarbij een gebouw werd aangevallen terwijl er onverwacht een auto langsreed. Het vierde geval betrof een fout van een F16 waarbij het verkeerde gebouw werd gebombardeerd. Dat bleek een onbewoond gebouw te zijn dat naast het eigenlijke doelwit stond. 

Verkeerd geïnformeerd

Pijnlijk is dat de voorgaande minister van Defensie, Jeanine Hennis, de Tweede Kamer daar destijds verkeerd over heeft geïnformeerd. Op 23 juni 2015 stelde zij in antwoord op Kamervragen dat ‘voor zover op dat moment bekend, er geen sprake was geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak’. Bijleveld schrijft nu dat het ministerie op dat moment al van de Amerikanen had gehoord dat bij de aanval op Hawija waarschijnlijk wel degelijk burgers waren omgekomen.

Bijleveld stelt in een toelichting dat dit destijds door haar voorganger ‘niet zo geformuleerd had moeten worden’.  Ook als Defensie wel wist dat er burgerdoden waren, had het die informatie toen niet kunnen geven. Het antwoord op de Kamervragen had moeten zijn dat het ministerie er niets over kon zeggen. 

De Nederlandse luchtmacht was in twee periodes actief in de strijd tegen terreurorganisatie IS. De eerste keer van oktober 2014 tot en met juni 2016 en de tweede keer van januari 2018 tot en met december 2018. Er werd gevochten in zowel Irak als Syrië. In totaal hebben Nederlandse gevechtsvliegtuigen zo’n 3000 missies uitgevoerd, waarbij meer dan 2100 keer wapens zijn ingezet.Volgens Bijleveld was het niet mogelijk om tijdens de periode dat onze vliegers actief waren al openheid te geven over de burgerslachtoffers. Het ‘vrijgeven van de exacte locatie, datum en het vermoedelijke aantal burgerslachtoffers ten gevolge van Nederlandse wapeninzet’zou een te groot risico vormen. Ten eerste voor de Nederlandse F-16-piloten zelf en hun thuisfront die doelwit zouden kunnen worden van wraakacties. Ten tweede zou het ook onze partners in gevaar kunnen brengen omdat dit soort informatie ‘inzicht had kunnen geven in de operationele afwegingen, procedures en andere operationele details’. 

[83]

”Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS…………”Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.”
NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL OP IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

[84]

””Ongelooflijk voorzitter,Nederland doet mee aan bommen gooien in het Midden-Oosten, Bij het gooien van die Nederlandse bommen gaan honderden mensen, honderden burgers dood.Vervolgens zegt Nederland ”De schade moet maar betaald worden door Irak”Dat is onrechtvaardig, harteloos en idioot, voorzitter.Denk eist, dat de regering al het leed en alle schade vergoedt.”

YOUTUBE.COM
OZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

”For the past four years, the Dutch have justified their lack of transparency through claims of “operational security.” But the Dutch F-16 mission ended in December 2018 and since then, Razzo and the families of the 70 dead in Hawija have been owed answers on who targeted their families and why. Now that this information is out, the Dutch government needs to provide prompt and equitable condolence payments.”

HUMAN RIGHTS WATCHNEW REVELATIONS ON DUTCH ROLE IN DEADLY IRAQ ATTACK13 NOVEMBER 2019
https://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

[85]

AIRWARS.ORGABOUTWHO WE ARE

https://airwars.org/about/team/

Airwars is a collaborative, not-for-profit transparency project aimed at tracking, assessing and archiving international military actions and related civilian harm claims in conflict zones such as Iraq, Syria and Libya. We also work with militaries, where practicable, to help improve understanding of public civilian harm allegations – with the aim of reducing battlefield casualties.

Founded in 2014, we have quickly established ourselves as a leading authority on conflict violence as it affects civilian communities. Our international team has monitored more than 30 belligerents across six conflict countries – and has tracked more than 50,000 locally alleged civilian deaths.

Headquartered in London, Airwars is affiliated with the Department of Media and Communications at Goldsmiths, University of London. We also have a satellite European office in Utrecht in the Netherlands. Other staff and volunteers are based in the Middle East, North Africa, Europe and North America.

[86]

AIRWARS.ORG

EUROPE’S SHAME: CLAIMS BY KEY ALLIES OF NO CIVILIAN HARM IN WAR AGAINST ISIS EXPOSED

https://airwars.org/news-and-investigations/europes-shame-claims-of-no-civilian-harm-exposed/

Key European allies are denying dozens of civilian deaths from their own actions – even where the US-led Coalition finds such cases to be credible.

A major international investigation has found compelling evidence that several of the US’s key European allies in the war against so-called Islamic State routinely deny civilian harm from their own actions – even where specialist US military personnel within the international Coalition have assessed such cases to be credible.

Three European countries are implicated – the United Kingdom, France and Belgium – a lengthy investigation by the BBC, LibérationDe Morgen and RTL Netherlands has found.

A total of eleven specific civilian harm events have so far been identified – involving the officially confirmed deaths of at least 40 Iraqi and Syrian civilians during 2017 and 2018. No European ally will admit to the fatalities.

“Cases like this expose a fundamental gap in accountability created by multinational coalitions,” notes Dan Mahanty of the US advocacy organisation CIVIC. “If warring parties simply collude to hide their actions, they can also evade their responsibilities. For civilians who lost loved ones or had their livelihoods destroyed, it means losing any hope of remedy, or even basic acknowledgement of their loss. It’s a pretty significant affront to their dignity.”

US admissions

The problem incidents came to light after the US Defense Department was legally required to report to Congress in May 2019, on all recent confirmed civilian deaths from US military actions. That Pentagon report declared 170 incidents for Iraq and Syria during 2017; and a further 13 events during 2018.

However, when Airwars then crossmatched the 183 declared US civilian harm events against those cases the anti-ISIS Coalition had officially conceded during the same period, it identified 14 further incidents which had been omitted. Several senior US defense officials independently confirmed to Airwars that all credible non-US civilian harm events had been explicitly excluded from the list given by DoD to Congress.

Three of these ‘missing’ events were previously confirmed Australian civilian harm cases. That left eleven civilian harm incidents which had not publicly been admitted by any US ally – for example the deaths of three civilians on May 28th 2017 including Hayat, the wife of Mustafa al-Saguri, who died alongside her young daughter and a third unknown civilian at al Hammam in Raqqa province.

The US-led Coalition had admitted those deaths in April 2019, noting that “Regrettably, the strike on an associated target building unintentionally resulted in the deaths of three civilians.” But which US ally was responsible?

During 2017 and 2018, five partners were still active alongside the US in the war against ISIS: the UK, France, the Netherlands, Belgium and Australia. With the al Hammam incident not included in the Pentagon’s report of US-caused civilian harm events to Congress, Airwars then crossmatched this and ten other unclaimed incidents, against published strike reports by the US’s allies for the dates in question.

In June 2019, Airwars wrote to each nation’s military, requesting confirmation of whether its forces had been responsible or not for specific confirmed civilian harm events.

Australia quickly responded that it had not conducted either of the incidents it had potentially been flagged in, noting definitively that “Australian aircraft did not conduct either of the strikes on 9 January 2017 and 15 May 2017.” Nine months later, the Dutch ministry of defence finally confirmed that it was not responsible for those deadly strikes it had in theory been linked to.

With indirect confirmation that the eleven officially confirmed civilian harm events had been the responsibility of three European militaries, Airwars then approached major news organisations with which it had engaged previously on civilian harm issues. The BBC, Libération, RTL Netherlands and De Morgen each then pursued its own national investigation, with an agreed joint embargo.

Britain: admits strikes but denies civilian deaths

The most comprehensive admission during the investigation came from the UK’s Ministry of Defence (MoD), which is among the more transparent members of the US-led Coalition.

Of the six potential UK events flagged to it by Airwars, the MoD confirmed by letter that it had been responsible for three of the strikes which the Coalition assessed had killed at least 15 civilians. However, the UK then refuted the US-led Coalition’s findings, insisting that no civilians had in fact died.

The first event took place at Mosul, Iraq on January 9th 2017, and had already sparked a BBC investigation after a military whistleblower within the Coalition had reported civilian deaths from an RAF strike. The Ministry of Defence had over-ruled that view, determining that no civilians had been harmed.

Following the BBC’s investigation, US military personnel at the Coalition had themselves then assessed the event – determining it to be Credible in March 2018 and noting that “two civilians were unintentionally killed.” In a detailed letter to Airwars, the MoD justified its own continuing refusal to accept civilian deaths:

We looked at this incident very closely indeed. It happened in an area of active fighting between Daesh and the Iraqi security forces, and neither the troops on the ground nor the coalition aircraft detected any signs of a civilian presence in the area either before or after the truck-bomb was destroyed. The group of men, by their movements and behaviour, showed every sign of being Daesh fighters – particularly the presence of a motorcyclist, frequently used by the terrorists to scout ahead during the street fighting…. We therefore concluded that, if the group did indeed sustain casualties, they were extremely likely to have been Daesh terrorists; we have no reason to believe, on the evidence available, that they were civilians.

The second RAF strike took place at Raqqa, Syria on August 13th 2017. According to the US-led Coalition, 12 civilians died after “Coalition aircraft engaged ISIS fighters utilizing a mortar system in a building used as a defensive fighting position.” Among the victims locally named that day were Walid Awad Al Qus and his young daughter Limar.

The Coalition’s admission of 12 deaths in this event represented one of the highest confirmed tallies for the entire battle of Raqqa, which an Amnesty International/ Airwars investigation later concluded had seen at least 1,600 civilians killed by Coalition actions.

Once again accepting the strike but denying the civilian deaths, the MoD asserted: “A single individual was seen on weapons system video moving in the area just prior to the impact of one of our weapons. There is no evidence that this individual was a civilian, as opposed to one of the Daesh fighters engaged with the [SDF]. We have certainly not seen any evidence that twelve civilian casualties were caused.”

In the final event, an RAF drone strike on January 20th 2018 killed one civilian nearby, according to an internal assessment by the US-led Coalition. Once again, the British reached a different conclusion. “Careful analysis was conducted of the available footage and of all available reports from the area. These showed that there was no evidence of civilians being present in the location, and the footage identified a weapon being carried by the likely casualty. It was therefore concluded that said individual was very likely a Daesh extremist and not a civilian.”

Senior defence officials confirmed to both the BBC and to Airwars that the UK presently requires what it calls ‘hard facts’ when assessing civilian harm claims – an apparently higher standard even than the ‘beyond reasonable doubt’ used by UK courts. Civilian casualty assessors within the US military instead use a ‘balance of probabilities’ approach, Airwars understands – allowing them to consider local credible reports of civilian harm in their own investigations.

In effect, the UK has set the burden of proof so high that it is almost impossible for the MoD to reach a determination of civilian casualties – even when its most powerful ally the US concludes the exact opposite, critics say.

Chris Cole of the advocacy group Drone Wars UK accused the Ministry of Defence of overly focusing on managing public perceptions of war, rather than looking at appropriate levels of transparency: “We end up with obfuscation, secrecy and – as these revelations show – a kind of internal structural self-denial, where it has become seemingly impossible for the MoD even to accept that civilian casualties have occurred.”

Belgium: “Certainly not involved in all events”

Belgium, which ended its involvement in the war against ISIS in late 2017, was potentially implicated in at least nine incidents which the US-led Coalition had deemed credible, an initial review concluded. While two of the strikes were later admitted by the UK, at least 23 civilians had died in the other seven events in which Belgium was implicated, according to US officials.

Several of these incidents were already known. In May 2017, a senior Belgian official had briefed Airwars that the Government was planning to admit two civilian harm events in Iraq earlier that year – one at al Qaim on February 27th, and a second event on March 21st near Mosul. Between them, the US-led Coalition had itself concluded, the strikes had killed at least two civilians and injured four others.

However Belgium then failed not only to declare its role in the strikes, but also publicly denied any civilian harm – which led in turn to a front page news story in De Morgen at the time.

Asked in June 2019 to say whether its aircraft were responsible for officially declared civilian harm in up to nine incidents, the Belgian Ministry of Defence told Airwars by email: “For the year 2017, BAF [Belgian Armed Forces] was certainly not involved in all events. With regard to the other data given, BAF was no longer present in theatre. BAF completed its role at the end of 2017. Our conclusion is that all ROEs [rules of engagement] were respected as confirmed by our federal court.”

That comment by Belgium – that it “was certainly not involved in all events”, appears to be tacit confirmation that their aircraft were involved in confirmed civilian harm events. However it remains unclear whether the Ministry accepts the Coalition’s own findings in any Credible case.

In its own investigation, De Morgen features Muhammad Sheikh Sa’ab, whose leg was amputated following a likely Belgian or French airstrike on May 12th-13th 2017. He was one of the lucky ones. The US-led Coalition acknowledges at least 10 deaths, while locals insist more people died. Survivors and relatives may never know which military was responsible.

“Belgium and other Coalition countries cannot bomb and then simply decide to look away from the deadly consequences. If there is proof of civilian casualties, the Belgian government needs to take responsibility,” argues Willem Staes of the Belgian advocacy organisation 11/11. “Mature democracies need to ensure both transparency and accountability, and provide civilian victims with adequate compensation and restitution.”

The Netherlands: Last minute transparency

When the Dutch government admitted in November 2019 that its aircraft had been responsible for the deaths of approximately 70 civilians in Hawijah, Iraq almost five years earlier – a fact which had been hidden from both Parliament and the Dutch people – defence minister Ank Bijleveld promised new transparency standards. Yet for much of this investigation, it seemed little had changed.

In June 2019, Dutch defence officials were informed of two Coalition-confirmed civilian harm events in which their aircraft were potentially involved.

While one of those events was later confirmed to be a British strike, a second at al Bahrah, Syria on February 9th 2018 still implicated both the Dutch and French militaries. “One civilian was unintentionally killed as a motorcycle entered the impact area moments before the strike,” US military investigators had concluded in August of that year.

In late January 2020, Dutch officials verbally informed Airwars that they would be neither confirming nor denying their involvement in the two Coalition-confirmed civilian harm events.

However, in a last minute turnaround, on March 13th defence officials informed Airwars and RTL Netherlands that they had not, in fact, been involved in either of the incidents, stating that “In the interests of increased transparency, we can now explicitly answer your question about these air raids. As far as the Ministry of Defense is aware, these attacks did not involve Dutch forces.” It was also indicated that from now on, the Netherlands planned to be more transparent in such cases.

“Better late than never, this is a major step in the right direction for Dutch military transparency and accountability. If implemented fully, this should benefit past and future civilian victims seeking information, assistance or compensation and it should benefit parliamentary oversight of Dutch participation in military operations,” says Wilbert van der Ziejden, a team coordinator focused on Protection of Civilians at PAX.

France: a refusal to engage

According to an initial review, France was potentially implicated in up to nine Coalition-confirmed civilian harm events during 2017 and 2018. While the UK has since explicitly confirmed its role in several of those strikes, France remains implicated in seven events which between them killed at least 24 civilians.

Despite conducting more air and artillery actions than any Coalition member other than the United States, the French have yet to admit to a single civilian death in their six year war against so-called Islamic State.

That silence continues. After confirming receipt from Airwars in June 2019 of details of all ten possible French civilian casualty events, the defence ministry then ceased communication – refusing to answer all emails ever since.

Marie Forestier, who is part of the Libération team investigating civilian harm from French strikes, previously reported for the newspaper that “200 allegations of civilian casualties potentially involving the French military have been investigated.” Yet details of those investigations remain secret.

Officials do not deny that civilians have been killed by French actions. Even so, they insist that those numbers must remain buried within broader Coalition numbers.

With the United States, the UK and the Netherlands each explicitly denying involvement in a Coalition-confirmed event near al Bahrah village in Syria on February 9th 2018, only France now appears liable. Yet Ministry officials are still refusing to confirm or deny their involvement in the confirmed death of a civilian that day, according to Libération.

“The French Ministry of Defense has refused to answer direct questions and followup questions. As there is a total lack of interest from MPs, media, and public opinion in France, the Army remains unchallenged and is not encouraged to reveal more information. As a result, there is no scrutiny on French airstrikes and no accountability” asserts reporter Marie Forestier, who has been examining French accountability for civilian harm for several years.

Widening gulf between US and Europe

Airwars is calling for a major review by European powers of their approach to civilian harm assessments – where the US now leads on best practice.

“US military officials are certainly no pushover when it comes to determining civilian harm. Around nine out of ten claimed civilian casualty events assessed by the Coalition since 2014 have been rejected, our analysis shows,” says Dmytro Chupryna, deputy director of Airwars.

“Even so, this investigation reveals a complete unwillingness by most European allies to admit civilian harm from their own strikes – even where US military personnel determine otherwise. Europe’s civilian casualty assessment processes are presently unfit for purpose.”

On May 12th 2017, during the fierce battle for Raqqa, at least 10 and as many as 20 civilians died when Coalition aircraft attacked Asadiya farm, to the north of the city. According to local reports the dead included Khalil Dhammaage; Hassan Ismail Al Zeyabage; Muhammad Al-Nasehage; and Abu Baraa and his entire family.

Three months later, Coalition military officials concluded that “During a strike on ISIS fighters, it was assessed that 10 civilians were unintentionally killed in a building adjacent to the target.” Yet to this day, neither Belgium nor France will say whether their aircraft killed those ten or more civilians. Remaining families have no chance of an explanation, an apology, or compensation.

According to Dan Mahanty of CIVIC, “the record now clearly shows that a public accounting of civilian harm carries few risks and more than a few benefits for belligerents. It’s a shame that the overall record of transparency and accountability for the US-led Coalition is rendered less meaningful because a few governments prefer to hide in the crowd.”

In six weeks, the Pentagon is due by law to make its latest disclosure to Congress on civilian harm claims from US actions, covering a period in which at least 44 additional civilian harm events have been confirmed by the Coalition in Iraq and Syria. How many of these will again emerge as non-US events remains to be seen.[87]
VIDEOBij zeker twee aanvallen van Nederlandse F-16’s op IS-doelen zijn burgerslachtoffers gevallen. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) in een brief aan de Tweede Kamer. Het is voor het eerst dat het ministerie hier openheid over geeft. Het kabinet onderzoekt of de nabestaanden een schadevergoeding krijgen.
ADDEFENSIE BEVESTIGT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING4 NOVEMBER 2019
https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/

[88]

7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

[89]
1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.”



BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

[90]
Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om. Deze site schreef begin dit jaar al dat Nederland waarschijnlijk verantwoordelijk was voor die aanval, op het huis van Basim Razzo en zijn gezin . Defensie wilde dat toen niet bevestigen 
ADDEFENSIE BEVESTIGT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F’ 16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING 

https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/
[91]
”Het Nederlandse bombardement bleek gebaseerd op onjuiste informatie van de Amerikanen. Die dachten dat de twee woonhuizen een hoofdkwartier van terreurgroep IS waren. Maar de bewoners bleken niets met IS te maken te hebben, gaf de VS later toe.’
ADIRAAKS SLACHTOFFER NEDERLANDSE BOMMEN WACHT NOG STEEDS OP ”SORRY” VAN DE MINISTER24 JANUARI 2020
https://www.ad.nl/buitenland/iraaks-slachtoffer-nederlandse-bommen-wacht-nog-steeds-op-sorry-van-de-minister~ad12db2a/
In november erkende het ministerie van Defensie dat het Nederlandse bommen waren die het huis én het gezin van Basim Razzo vernietigde. Nu bijna drie maanden later heeft weduwnaar Razzo nog niets gehoord van de Nederlandse autoriteiten. ,,Ik vind dat ik recht heb op een verontschuldiging.’’
Jarenlang zweeg het Nederlandse ministerie van Defensie. Maar afgelopen november gaf minister Ank Bijleveld (CDA) toe dat de bommen die op 20 september 2015 de woningen van Basim Razzo en zijn broer in de Iraakse stad Mosul vernietigde, waren afgeworpen door een Nederlandse piloot. Bij de aanval kwamen Basims vrouw Mayada, zijn dochter Tuqa (21), zijn broer Mohannad en zijn neef Najib (18) om. Het Nederlandse bombardement bleek gebaseerd op onjuiste informatie van de Amerikanen. Die dachten dat de twee woonhuizen een hoofdkwartier van terreurgroep IS waren. Maar de bewoners bleken niets met IS te maken te hebben, gaf de VS later toe.

Razzo, die zelf zwaargewond raakte bij de aanval: ,,Ik kan geen reden bedenken waarom ik nog niets van de Nederlandse overheid heb gehoord. Uit fatsoen en als een morele daad van erkenning van verantwoordelijkheid verwacht ik dat ze contact opnemen en het juiste doen. Ik vind dat ik recht heb op een officiële verontschuldiging en daarna een echte compensatie voor het verlies van vier levens en twee huizen.’’De Irakees wordt inmiddels bijgestaan door de Nederlandse advocate Liesbeth Zegveld. Zij gaat de Nederlandse staat aansprakelijk stellen voor de materiële (zijn woning, zijn auto en de medische kosten) en de immateriële schade (het overlijden van vier familieleden). ,,Maar het is eigenlijk schandelijk dat we daarvoor een juridische procedure moeten volgen’’, stelt Zegveld. ,,Er is zeker een schikking mogelijk.’’ 
Razzo zelf: ,,Ik heb vertrouwen in de menselijkheid van het Nederlandse systeem en ik vertrouw erop dat ik gerechtigheid zal krijgen.’’ Een eerdere ‘genoegdoening’ van het Amerikaanse leger van 15.000 dollar weigerde hij vanwege het lage bedrag en omdat de VS niet de verantwoordelijkheid voor de aanval op zich wilde nemen.

Nederland, dat onderdeel uitmaakt van de door de Amerikanen aangevoerde anti-IS coalitie, wilde jarenlang geen openheid van zaken geven, maar in november erkende Bijleveld de Nederlandse betrokkenheid bij twee incidenten: de aanval op de woning van Razzo en een bombardement in de Iraakse stad Hawija. Bij die aanval op een bommenfrabriek van IS vielen in de directe omgeving meer dan zestig burgerslachtoffers omdat er in het complex veel meer explosieven aanwezig dan de Coalitie dacht.

Hawija

Bij het bombardement in Hawija is veel lastiger te reconstrueren wie precies slachtoffers zijn van de aanval, bij de aanval in Mosul is dat duidelijk: Basim en de enige andere overlevende, zijn schoonzus. Razzo is niet lastig te traceren. ,,Mijn gegevens zijn doorgegeven aan het ministerie.’’ Hij spreekt ook vloeiend Engels; Razzo woonde jarenlang in de VS voor hij terugverhuisde naar Irak.Een woordvoerder van het ministerie van Defensie zegt niet te weten waarom er nog geen contact met Razzo is opgenomen. Wel zegt hij dat er over enkele weken een brief naar de Tweede Kamer gaat waarin de minister verder ingaat op de afhandeling van de bombardementen. ,,Nederland is wel verantwoordelijk, maar niet aansprakelijk. Desondanks willen we kijken wat we op vrijwillige basis voor de gemeenschappen kunnen doen.’’

[92]

”Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelen. Luchtacties worden alleen uitgevoerd als het targeting proces volledig is doorlopen en het risico van nevenschade minimaal is. Voordat een doel wordt aangevallen, toetst de Red Card Holder (RCH), de senior militair in het Combined Air Operations Center (CAOC) in Qatar, de inzet aan het Nederlandse mandaat. De RCH, die wordt bijgestaan door een juridisch adviseur, toetst aan de hand van de Nederlandse Rules of Engagement en het politieke mandaat of de inzet binnen de Nederlandse kaders en het humanitair oorlogsrecht valt. Hierbij is belangrijk dat het risico op de verwachte nevenschade en burgerslachtoffers minimaal is. Ook tijdens wapeninzet doet Nederland er alles aan om burgerslachtoffers en nevenschade te voorkomen”

MEDEDELING AAN DE TWEEDE KAMER OVER DE BOMAANVAL OP HAWIJA EN DE ONTWIKKELINGEN ROND DE ANTI ISIS COALITIE

http://content1b.omroep.nl/urishieldv2/l27m677e797b0a39d024005e63ac48000000.df389e427806cc57454a8a856b1f7358/nos/docs/181019_kamerbrief.pdf
ZIE VOOR VOLLEDIGE TEKST NOOT 56

[93]

JURISDICTION
”The Court may exercise jurisdiction in a situation where genocide, crimes against humanity or war crimes were committed on or after 1 July 2002 and:

  • the crimes were committed by a State Party national, or in the territory of a State Party, or in a State that has accepted the jurisdiction of the Court; or
  • the crimes were referred to the ICC Prosecutor by the United Nations Security Council (UNSC) pursuant to a resolution adopted under chapter VII of the UN charter.

HOW THE COURT WORKS
https://www.icc-cpi.int/about/how-the-court-works/Pages/default.aspx#legalProcess

Jurisdiction

The Court may exercise jurisdiction in a situation where genocide, crimes against humanity or war crimes were committed on or after 1 July 2002 and:

  • the crimes were committed by a State Party national, or in the territory of a State Party, or in a State that has accepted the jurisdiction of the Court; or
  • the crimes were referred to the ICC Prosecutor by the United Nations Security Council (UNSC) pursuant to a resolution adopted under chapter VII of the UN charter.

As of 17 July 2018, a situation in which an act of aggression would appear to have occurred could be referred to the Court by the Security Council, acting under Chapter VII of the United Nations Charter, irrespective as to whether it involves States Parties or non-States Parties.In the absence of a UNSC referral of an act of aggression, the Prosecutor may initiate an investigation on her own initiative or upon request from a State Party. The Prosecutor shall first ascertain whether the Security Council has made a determination of an act of aggression committed by the State concerned. Where no such determination has been made within six months after the date of notification to the UNSC by the Prosecutor of the situation, the Prosecutor may nonetheless proceed with the investigation, provided that the Pre-Trial Division has authorized the commencement of the investigation. Also, under these circumstances, the Court shall not exercise its jurisdiction regarding a crime of aggression when committed by a national or on the territory of a State Party that has not ratified or accepted these amendments. 

[94]

[94]
the crimes were committed by a State Party national, or in the territory of a State Party, or in a State that has accepted the jurisdiction of the Court
HOW THE COURT WORKS
https://www.icc-cpi.int/about/how-the-court-works/Pages/default.aspx#legalProcess

[95]

War Crimes and Crimes Against Humanity, Genocide, and Terrorism Signature Ratification Accession Succession Entry into Force
Convention on the Non-Applicability of Statutory Limitations to War Crimes and Crimes Against HumanityNot signed 
Convention on the Prevention and Punishment of the Crime of Genocide20 Jun 1966
Rome Statute of the International Criminal Court18 Jul 199817 Jul 2001
(Acceptance)
 

UNIVERSITY OF MINNESOTAHUMAN RIGHTS LIBRARY
RATIFICATION OF INTERNATIONAL HUMAN RIGHTS TREATIES-NETHERLANDS
http://hrlibrary.umn.edu/research/ratification-netherlands.html

[96]

COMPLEMENTARITY
The ICC is intended to complement, not to replace, national criminal systems; it prosecutes cases only when States do not are unwilling or unable to do so genuinely. 
HOW THE COURT WORKS
https://www.icc-cpi.int/about/how-the-court-works/Pages/default.aspx#legalProcess

[97]

”Het OM heeft eigenstandig besloten feitenonderzoeken in te stellen naar vier gevallen, inclusief de drie door Defensie onderzochte gevallen. Hierover is uw Kamer openbaar en vertrouwelijk geïnformeerd. Zoals met uw Kamer gedeeld, hecht het kabinet aan open en transparante communicatie over inzet, ook wanneer dit slecht nieuws is. Dat geldt bij uitstek ook voor de uitzonderlijke gevallen waar mogelijk sprake is van burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet. Daarom hecht het kabinet er aan uw Kamer over deze specifieke gevallen te informeren. In algemene zin blijft de afweging tussen transparantie en nationale en operationele veiligheid leidend. Het OM onderzocht de volgende vier gevallen, waarbij zoals gezegd in geen geval aanleiding was voor een vervolgonderzoek”

MEDEDELING AAN DE TWEEDE KAMER OVER DE BOMAANVAL OP HAWIJA EN DE ONTWIKKELINGEN ROND DE ANTI ISIS COALITIE

http://content1b.omroep.nl/urishieldv2/l27m677e797b0a39d024005e63ac48000000.df389e427806cc57454a8a856b1f7358/nos/docs/181019_kamerbrief.pdf
ZIE VOOR VOLLEDIGE TEKST NOOT 56

[98]

JOOP.NLJAREN VERZWEGEN: 70 IRAKESE BURGERS DOOD DOOR NEDERLANDSE LUCHTAANVAL18 OCTOBER 2019
https://joop.bnnvara.nl/nieuws/jaren-verzwegen-70-burgerdoden-bij-nederlandse-luchtaanval-in-irak

Bij een aanval van een Nederlandse F16 in 2015 in Irak zijn zeker zeventig burgerdoden gevallen. Daarnaast vielen er honderd gewonden. Dat verklaren ingewijden tegenover de NOS en NRC Handelsblad. Tot nu toe hield Defensie altijd vol dat er bij de Nederlandse acties tegen ISIS geen burgerdoden vielen. De cijfers worden wel bevestigd door het Amerikaanse ministerie van Defensie.

Olaf Koens✔@obk

April 2018, Nederlandse luchtmachtbasis Jordanië;

OLAF: ‘Hoeveel slachtoffers zijn er gevallen door de Nederlandse inzet?’
DIRECTEUR OPERATIES KL: ‘Dat kan ik u zo niet zeggen’
OLAF: ‘Zijn het allemaal IS-strijders?’
DIRECTEUR OPERATIES KL: ‘Allemaal IS-strijders, ja’ https://twitter.com/NOS/status/1185133549843820545 …NOS✔@NOSNederlandse luchtaanval in Irak veroorzaakte in 2015 zeker 70 burgerdoden https://nos.nl/l/2306652 7111:37 – 18 okt. 2019

De zeventig burgerdoden in Irak vielen nadat een Nederlands gevechtsvliegtuig een bommenfabriek van ISIS had gebombardeerd in de Noord-Irakese stad Hawija. NRC Handelsblad schrijft daarover:De explosie en de reeks vervolgexplosies leidden onder meer tot zoveel doden en gewonden doordat er veel vluchtelingen verbleven in gebouwen en huizen rond de bommenopslagplaats. Mogelijk speelden verouderde inlichtingen over het aantal omwonenden en de aanwezigheid van explosieven een rol.

Het Nederlandse ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat een Nederlands vliegtuig verantwoordelijk was voor het bombardement. Wel hebben Tweede Kamerleden vorig jaar te horen gekregen dat er “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen bij de aanval op de bommenfabriek.

Sadet Karabulut✔@SadetKarabulut · 18 okt. 2019

Met precisiebombardementen van Nederland blijken nu zeventig burgers in Irak, waaronder kinderen, te zijn omgekomen. Een complete wijk Hawija is verwoest. En ons is helemaal niks verteld. Iedere keer hebben we ernaar gevraagd. Nooit antwoord gekregen.https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html …Sadet Karabulut✔@SadetKarabulut

De minister heeft een probleem als dit klopt en ontzettend veel uit te leggen.

Ik wil alles weten.

Heel snel alle informatie op tafel en een debat hierover.

[99]

CIDI

MINISTER HENNIS BEZOEKT ISRAEL

28 MEI 2014

https://www.cidi.nl/minister-hennis-bezoekt-israel/

Minister van Defensie Hennis-Plasschaert heeft een werkbezoek gebracht aan Israël om de samenwerking op het gebied van defensie te verbeteren. Ze deed dit van 18 tot 20 mei op uitnodiging van haar Israëlische collega, Minister Moshe Ya’alom. Beide partijen tekenden bij deze gelegenheid een overeenkomst om samenwerking op het gebied van training, oefening en informatie-uitwisseling verder te intensiveren.

De minister heeft tijdens haar verblijf werkbezoeken gebracht aan het hoofdkwartier van Elbit en Israel Aerospace Industries (IAI). Elbit is een bedrijf dat afweergeschut, camerasystemen en andere high-tech ontwikkelt voor de militaire vliegtuigindustrie. Zij maken onder meer ook onderdelen voor de Duitse en de Amerikaanse luchtmacht. Samen met de IAI zijn ze betrokken bij de productie van het F-35 gevechtsvliegtuig, dat beide landen voor hun luchtmacht hebben aangeschaft.

Verder bezocht Hennis ook de Nederlandse ambassade waar ze sprak met verschillende vertegenwoordigers van de Nederlandse krijgsmacht die op missie zijn in het Midden-Oosten (UNDOF, UNTSO, USSC en MFO). Ook bracht de minister een bezoek aan het Yad-Vashem Museum in Jeruzalem, waar ze een krans legde voor de slachtoffers van de Holocaust.

De ambassadeur van Nederland in Israël, Caspar Veldkamp, zei over het bezoek: “Dit bezoek markeert de goede relaties tussen beide landen, inclusief onze samenwerking op het gebied van defensie.” Tijdens een lunch nodigde minister Hennis haar Israëlische collegaminister ook nog uit om een bezoek aan Nederland te brengen.

WEBSITE ASTRID ESSED

PALESTINA

https://www.astridessed.nl/tag/palestina/

[100]

‘Ex minister Hennis is een lijkenverstopper.Een lijkenverstopper, die is beloond met een baantje als VN gezant in Irak.Ze heeft deze omgekomen burgerslachtoffers verzwegen in Irak.En nu heeft ze er een baantje gekregen.Hoe moet dat zijn voor de nabestaanden?Wat Denk betreft kan deze lijkenverstopper niet meer als VN gezant werken”

YOUTUBE.COMOZTURK (DENK) WORDT MEERDERE MALEN AANGESPROKEN OVER ZIJN WOORDGEBRUIK[FRAGMENT KAMERDEBAT]
[ZIE VOOR COMPLETE TEKST NOOT 63]

https://www.youtube.com/watch?v=RjXUM3S3QbE

[101]

‘Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelen. Luchtacties worden alleen uitgevoerd als het targeting proces volledig is doorlopen en het risico van nevenschade minimaal is. Voordat een doel wordt aangevallen, toetst de Red Card Holder (RCH), de senior militair in het Combined Air Operations Center (CAOC) in Qatar, de inzet aan het Nederlandse mandaat. De RCH, die wordt bijgestaan door een juridisch adviseur, toetst aan de hand van de Nederlandse Rules of Engagement en het politieke mandaat of de inzet binnen de Nederlandse kaders en het humanitair oorlogsrecht valt. Hierbij is belangrijk dat het risico op de verwachte nevenschade en burgerslachtoffers minimaal is. Ook tijdens wapeninzet doet Nederland er alles aan om burgerslachtoffers en nevenschade te voorkomen”

MEDEDELING AAN DE TWEEDE KAMER OVER DE BOMAANVAL OP HAWIJA EN DE ONTWIKKELINGEN ROND DE ANTI ISIS COALITIE

http://content1b.omroep.nl/urishieldv2/l27m677e797b0a39d024005e63ac48000000.df389e427806cc57454a8a856b1f7358/nos/docs/181019_kamerbrief.pdf
ZIE VOOR VOLLEDIGE TEKST NOOT 56

[102]
Bij het bombardement in Hawija is veel lastiger te reconstrueren wie precies slachtoffers zijn van de aanval, bij de aanval in Mosul is dat duidelijk: Basim en de enige andere overlevende, zijn schoonzus. Razzo is niet lastig te traceren. ,,Mijn gegevens zijn doorgegeven aan het ministerie.’’ Hij spreekt ook vloeiend Engels; Razzo woonde jarenlang in de VS voor hij terugverhuisde naar Irak. 

ADIRAAKS SLACHTOFFER NEDERLANDSE BOMMEN WACHT NOG STEEDS OP ”SORRY” VAN DE MINISTER24 JANUARI 2020
https://www.ad.nl/buitenland/iraaks-slachtoffer-nederlandse-bommen-wacht-nog-steeds-op-sorry-van-de-minister~ad12db2a/
EINDE BERICHT

Het huis is verwoest, zijn vrouw Mayada en zijn dochter Tuqa (21) zijn op slag dood. Een tweede bom vernielde tegelijkertijd het huis van Razzo’s broer, dat op het zelfde stuk grond staat. Zijn broer en diens zoon (18) hebben de inslag niet overleefd Razzo zelf is zwaargewond: een verbrijzelde heup, een gebroken schaambeen. Familie smokkelt hem vanuit IS-gebied naar Turkije voor behandeling.

BN DE STEMHOE EEN NEDERLANDSE BOM HET LEVEN VAN BASIM RAZZO VERWOESTTE
https://www.bd.nl/binnenland/hoe-een-nederlandse-bom-het-leven-van-basim-razzo-verwoestte~a42468b93/
ZIE VOOR DE GEHELE TEKST, NOOT 15
[103]

AIRWARSUS LED COALITION IN IRAQ AND SYRIA
https://airwars.org/conflict/coalition-in-iraq-and-syria/
ARWARS ESTIMATE OF CIVILIAN DEATHS[NOTED ON 17 MARCH 2020 BY ASTRID ESSED]

Airwars estimate of civilian deaths

8,253–13,152

Locally reported civilian deaths from declared or likely US-led Coalition actions in Iraq and Syria for which the reporting was assessed by Airwars as Fair, or have been Confirmed by the US-led Coalition. These originate from 1,482 separate alleged incidents.1,754–2,345children likely killed1,105–1,440women likely killed5,748–8,924likely injured3,670named victims

Confirmed or Fair 8,253–13,152

Civilian deaths for which the reporting was assessed by Airwars as Fair, or have been Confirmed by the US-led Coalition.

1,482 separate alleged incidents

[104]

RIJKSINSTITUUT VOOR VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU[RIVM]
NIEUW CORONAVIRUS (COVID-19)ALGEMENE INFORMATIE
https://www.rivm.nl/coronavirus/covid-19

In de regio Wuhan in China startte in december 2019 een uitbraak van een nieuw coronavirus, ook wel  SARS severe acute respiratory syndrome – CoV coronavirus -2 genoemd. Het virus kan de ziekte COVID-19 veroorzaken. De meeste patiënten met dit virus hebben koorts en luchtwegklachten. In Nederland, maar ook wereldwijd, worden er maatregelen genomen om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. 

Vragen over het coronavirus? Neem dan contact op via 0800-1351.

Dit telefoonnummer is dagelijks bereikbaar van 8:00 tot 20:00 uur.

Veelgestelde vragen over de gevolgen van het coronavirus voor onderwijs, kinderopvang, werknemers, werkgevers, ondernemers, reizigers, openbaar vervoer, sport en cultuur vind je op Rijksoverheid.nl.

Aanvullende maatregelen onderwijs, horeca, sport 

Zondag 15 maart heeft het kabinet aanvullende maatregelen genomen in de aanpak van het coronavirus. Scholen en kinderdagverblijven sluiten tot en met maandag 6 april. Datzelfde geldt voor eet- en drinkgelegenheden en sport- en fitnessclubs.

Wat kun je zelf doen?

De belangrijkste maatregelen die je kan nemen om verspreiding van het coronavirus te voorkomen:

  • Was je handen regelmatig
  • Hoest en nies in de binnenkant van je elleboog
  • Gebruik papieren zakdoekjes
  • Geen handen schudden
  • Blijf thuis als je verkoudheidsklachten krijgt

Deze maatregelen gelden voor alle virussen die griep en verkoudheid kunnen veroorzaken. Het is dus altijd belangrijk om deze op te volgen.

Patiënten met nieuw coronavirus

In Nederland werd op 27 februari de eerste patiënt met het virus gevonden. Ook in andere landen, binnen en buiten Europa, dook het virus eerder al op.

Klik hier voor meer informatie over de verspreiding.

Symptomen nieuw coronavirus

Mensen met het nieuwe coronavirus hebben koorts en luchtwegklachten. Denk aan hoesten of kortademigheid. Dit nieuwe coronavirus wijkt af van de bekende coronavirussen die bij mensen voorkomen.

Besmettelijkheid

De ziekte is van mens op mens overdraagbaar. Op dit moment wordt ervan uitgegaan dat één ziek persoon gemiddeld 2 andere personen kan besmetten. Hoe zieker iemand is, hoe meer hij het virus verspreidt. 

Nederland

In Nederland is het coronavirus inmiddels bij meerdere mensen aangetoond. Bij patiënten in Nederland wordt nauwkeurig in kaart gebracht met wie de patiënt contact heeft gehad. De  GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst  monitort alle contacten om de kans op verspreiding van de ziekte zo klein mogelijk te houden.

Voorbereiding

Nederlandse infectieziekteartsen worden door het  RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu  geïnformeerd over de laatste stand van zaken en de ontwikkelingen rond het nieuwe coronavirus. Verder testen laboratoria in heel Nederland patiënten waarbij het vermoeden bestaat dat zij het virus zouden kunnen hebben. Deze test kan alleen door de GGD of een ziekenhuis worden aangevraagd. Alle GGD’en en ziekenhuizen zijn op de hoogte van de protocollen hoe je met een patiënt moet omgaan en welke maatregelen genomen moeten worden.

Reizigers

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken houdt de situatie buiten Nederland nauwlettend in de gaten en past waar nodig het reidadvies aan. Kijk hier voor alle actuele reisadviezen.

Thuisblijven of bellen naar de huisarts?

Heb je verkoudheidsklachten of verhoging tot 38,0 graden Celsius?

Blijf thuis, ziek uit en zorg dat je anderen niet besmet. Houd dus afstand tot andere mensen. Je hoeft de huisarts niet te bellen. Je klachten zijn mild.

Worden je klachten erger?

  • Je hebt koorts (meer dan 38 graden Celsius) en je hoest of ademt moeilijk?

Dan moet je wel bellen met de huisarts of huisartsenpost. Neem bij ernstige klachten direct contact op.

RIJKSINSTITUUT VOOR VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU

[RIVM]

VRAGEN EN ANTWOORDEN NIEUW CORONAVIRUS [COVID-19)

17 MAART 2020

https://www.rivm.nl/coronavirus/covid-19/vragen-antwoorden

BRONRIJKSINSTITUUT VOOR VOLKSGEZONDHEID EN MILIEU
https://www.rivm.nl/

Reacties uitgeschakeld voor Noten 62 t/m 104 bij artikel ”De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie

Opgeslagen onder Divers

Noten 1 t/m 61 bij artikel ”De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie

NOTEN 1 T/M 61 BIJ ARTIKEL ”DE VERZWEGEN NEDERLANDSE OORLOGSMISDADEN IN IRAK/OVER ”ONZE WAARDEN”, HEIMELIJK BEDROG EN HYPOCRISIE”

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO's Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017.

EXPAND

Royal Netherlands Air Force F- 16 military fighter jets participating in NATO’s Baltic Air Policing Mission operates in Lithuanian airspace during a Ramstein Alloy air force exercise, Tuesday, April 25, 2017. © 2017 AP Photo/Mindaugas Kulbishttps://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

Nederlandse militaire trainer kijkt in groen berglandschap toe hoe Iraakse militairen oefenen.
F-16-vlieger loopt langs vleugel van F-16.
https://www.defensie.nl/onderwerpen/missie-in-irak-en-oost-syrie/militaire-bijdrage

F’16’S ALS ENGELEN DES DOODS


[1]
‘”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben opgebouwd”YOUTUBE.COM ZOMERGASTEN IN VIJF MINUTEN MARK RUTTE 3.15-4.12
https://www.youtube.com/watch?v=Mx04YMtMDZs

TEKST

”Primaire eerste gevoel is:

Lazer op. 

Ga zelf terug naar Turkije.

Pleur op, zou ik in plat Haags zeggen.We hebben in Nederland het recht om te demonstreren, daar maken zij gebruik van.

We hebben ook persvrijheid.

Deze mensen treden die persvrijheid, tredenze met voeten en laat ik het dan misschien meerals minister president zeggen:

Echt klip en klaar

Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.

Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.

We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebbenopgebouwd

Als mensen van buiten komen-en niemand in Nederland is e rmisschien op die meneer met dat gekke programma na-iser op tegen, dat je vluchtelingen opvangt, mits dieaantallen beheersbaar zijn-…..

De multiculturele samenleving, een woord dat ik haat, echt haat,het woord, dat ervan uitgaat, laat iedereen maar een beetje zijn gang gaan”

[2]

VPRO ZOMERGASTEN

5 REDENEN OM NAAR MARK RUTTE TE KIJKEN

25 AUGUSTUS 2016

https://www.vpro.nl/programmas/zomergasten/lees/nieuws/5-redenen-om-naar-mark-rutte-te-kijken.html

Het sluitstuk van dit seizoen Zomergasten is niemand minder dan minister-president Mark Rutte; de man die het land leidt. Mocht dat feit nog niet voldoende reden zijn om in te tunen, hier nog vijf redenen waarom je beslist moet kijken.

1. Het wordt GEEN zendtijd voor politieke partijen

Afgelopen weekend stond hij prominent in de Telegraaf (hij zei ‘sorry’), begin deze week zat hij aan tafel bij Matthijs, en nu zit ‘ie ook nog eens een hele avond in Zomergasten – dit alles binnen een week. Volgend jaar zijn er landelijke verkiezingen en de politieke campagnes zijn van start. U denkt vast: waarom geeft de VPRO Rutte een avond lang free publicity? Want dat dacht schrijver dezes eerlijk gezegd ook. Totdat hij Thomas Erdbrink tegenover Abou Jahjah zag, en zag hoe de presentator hem het vuur aan de schenen legde. Kortom, wees gerust: Rutte krijgt geen gratis zendtijd om zijn verkiezingsriedel af te draaien, tegenover hem zit zondag een journalist die hem kritisch kan en zal bevragen – daar waar het nodig is. 

2. Heel veel muziek in de uitzending

Rutte’s liefde voor klassieke muziek is bekend. Eigenlijk wilde hij concertpianist worden, maar hij verkoos de politiek toen docenten hem er op wezen dat hij onvoldoende talent had om er heel ver mee te komen. Van het instrument zelf nam hij geen afscheid, in zijn bovenwoning aan het Haagse Benoordenhout neemt de piano naast een volle boekenkast een prominente plaats in. Hij speelt klassiek, met een voorkeur voor de sonates van Mozart, Bach en Schumann. Zijn grote held is de overleden pianist Vladimir Horowitz. Ieder jaar wanneer hij naar zijn favoriete stad New York gaat, bezoekt hij het huis van Horowitz.

Maar net zoals Rutte met souplesse bruggen slaat tussen uiteenlopende politieke partijen met diverse ideologieën, is hij ook niet vies van een vette cross-over op muzikaal gebied – van klassiek naar low culture, van Concertgebouw naar kitsch in het kwadraat. Dit jaar werd Rutte on camera vastgelegd bij een concert van de Toppers. Voor deze gelegenheid passend uitgedost met glitterbretels, verklaarde hij: ‘Ik hou inderdaad van Bach, Mozart en historische boeken. Maar ik hou ook ontzettend van zo’n avond’ – refererend aan het festijn in de AmsterdamArena. ‘Ik heb genoten. We zijn echt uit ons dak gegaan.’

3. Het gaat over macht

De Minister-President niet over macht laten praten is net zoiets als Sergio Herman niet over eten laten vertellen. Hoe krijg je macht, hoe werkt de macht en hoe ga je ermee om? Middels diverse fragmenten zal Rutte hier iets over vertellen.

Via een fragment uit de Engelse serie House of Cards bijvoorbeeld, en  via de speech waarmee de Brit Neil Kinnock in 1985 de macht binnen zijn Labourpartij naar zich toetrok. Om de politieke macht over het land te krijgen moet je eerst de macht binnen je partij verwerven, en daar weet Rutte na zijn strijd met Rita Verdonk ook alles van.

4. Hij neemt ons mee naar zijn jeugd

Rutte werd bijna vijftig jaar geleden geboren als nakomertje in een gezin van zes. Zijn vader is inmiddels overleden, bij zijn moeder eet hij nog iedere week. Ruttes vader was directeur van een handelsonderneming in Nederlands-Indië, totdat Indonesië in 1958 alle bedrijven van hun voormalig kolonisator nationaliseerde en hij het land uit moest. Hoe dit alles Rutte heeft gevormd, zal in de uitzending aan bod komen, net als waar Rutte als kind op tv naar keek.

5. Ruttes keuzefilm: Intouchables

Deze filmhuishit en kassakraker uit 2011 gaat over de onwaarschijnlijke vriendschaptussen een fysiek gehandicapte Parijse miljonair (Philippe) en een uit een banlieue afkomstige Frans-Senegalees (Driss). Driss komt tegen wil en dank werken als persoonlijk verzorger van de aan een rolstoel gekluisterde Philippe en ondanks de grote klasse- en cultuurverschillen ontstaat er een hechte en bijzondere vriendschap. 

[3

[3]
NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER 70 BURGERDODEN
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september. 

4
‘”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben opgebouwd”YOUTUBE.COM ZOMERGASTEN IN VIJF MINUTEN MARK RUTTE 3.15-4.12
https://www.youtube.com/watch?v=Mx04YMtMDZs

[5]
WIKIPEDIAVERLICHTING
https://nl.wikipedia.org/wiki/Verlichting_(stroming)

[6]
WIKIPEDIAVERLICHTING/RECHT, STAAT EN POLITIEK
https://nl.wikipedia.org/wiki/Verlichting_(stroming)#Recht,_staat_en_politiek
ORIGINELE BRON
WIKIPEDIAVERLICHTING
https://nl.wikipedia.org/wiki/Verlichting_(stroming)
HISTORIEKVERLICHTING/EEUW VAN DE REDEhttps://historiek.net/de-verlichting-stroming/79841/

”Montesquieu leverde een belangrijke bijdrage aan het denken over staatsinrichting. Met zijn Trias Politica, de scheiding van de wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht, legde hij de basis voor veel parlementaire democratieën.”
HISTORISCH NIEUWSBLADIN DE VERLICHJTING GING HET OM HET WERELDBEELD
https://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/42306/in-de-verlichting-ging-het-om-het-wereldbeeld.html

[7]

UITPERS.BEHET GEDACHTEGOED VAN MEVROUW HIRSI ALIASTRID ESSEDAPRIL 2005
http://www.uitpers.be/BUP/archief/artikel_view.php?id=1011

TEKST

door Astrid Essed

In tegenstelling tot de onder de Nederlandse intelligentsia en een aantal politici heersende opinie leidt het gedachtegoed van Hirsi Ali niet tot de emancipatie van moslima’s, maar tot verdere stigmatisering en radicalisering van de in Nederland wonende moslims.

Op 25 februari 2005 kreeg het VVD Tweede Kamerlid Ayaan Hirsi Ali de prestigieuze Harriet-Freezerring uitgereikt voor haar ”inzet voor de emancipatie van moslimvrouwen”
Ik wil in onderstaand betoog nader ingaan op het gedachtegoed van mevrouw Hirsi Ali, hetgeen ik graag wil uitsplitsen in inhoudelijke kritiek en de vorm waarin deze kritiek gegoten wordt. Hierbij wil ik ter inleiding de opmerking maken, dat mijns inziens ieder kritiek op welke godsdienst ook geoorloofd is, mits met respect voor de gelovigen in kwestie.

A Generalisatie

Hoewel ik er zeker waardering voor heb, dat mevrouw Hirsi-Ali wil opkomen voor mishandelde vrouwen valt mij daarbij haar uiterst ongenuanceerde benadering op.
Zo relateert zij de mishandeling van islamitische vrouwen in Nederland veelal ten onrechte aan de Islam zonder enig oog voor de traditionele en sociaal-gebonden achtergronden in dezen, die hun wortels hebben in de diverse landen van herkomst, maar ook te wijten zijn aan heersende spanningen binnen de Nederlandse samenleving, die de afgelopen jaren zijn
toegenomen door het voortschrijdende racistische klimaat.
Daarenboven maakt zij in haar benadering van de problematiek in de islamitische landen van herkomst weinig tot geen onderscheid noch tussen de grote onderlinge verschillen in positie en behandeling van de islamitische vrouw, de verschillen in sociale klassen en de verschillen tussen stad en platteland.

1 Mishandelde vrouwen in islamitische landen van herkomst:

Hoewel in islamitische landen vrouwenmishandeling in alle lagen van de samenleving voorkomt, is dit veeleer een traditioneel-sociaal verschijnsel met somtijds fundamentalistisch-religieuze aspecten, waarbij daarenboven onderscheid gemaakt dient te worden tussen de landen onderling, het verschil in sociale klasse en het verschil tussen stad en platteland.

In de eerste plaats is er een zeer groot verschil in positie cq behandeling van de islamitische vrouw tussen bijvoorbeeld de Noordelijke Staten van Nigeria en een land als Turkije waarbij sprake is van een veel grotere vrijheid betreffende de positie van de vrouw. Ook is bekend, dat de veelgenoemde zware lijfstraffen en doodstraffen volgens de meest stringente vorm van islamitisch recht, waarvan overigens niet alleen vrouwen, maar eveneens mannen het slachtoffer kunnen worden [zie het handen afhakken van dieven in Saoedi-Arabie] in de meeste islamitische landen niet worden toegepast, maar alleen in uitzonderingsgevallen zoals de reeds genoemde Noordelijke Staten in Nigeria en een land als Saoedi-Arabie.

In de tweede plaats komen vrouwenmishandelingen weliswaar in alle lagen van deze samenlevingen voor, maar hangen de sociale consequenties hiervan sterk samen met de sociaal-maatschappelijke positie van de betreffende vrouwen. Zo is het voor hoger opgeleide vrouwen over het algemeen door hun contacten en invloed gemakkelijker, deze vernederende omstandigheden te doorbreken en de mogelijkheid een nieuw leven op te bouwen dan niet-opgeleide vrouwen, die veelal een sociaal-zwakkere positie in de samenleving innemen.

In de derde plaats is het van groot belang onderscheid te maken tussen de positie van de vrouw uit de stad of het platteland, waarbij plattelandsvrouwen veelal meer blootstaan aan geweld vanwege de sterke sociale en familiale bindingen binnen een dorpsgemeenschap en de vanwege gebrek aan vooropleiding praktische aanwezige onmogelijkheid de streek te
ontvluchten.

2 Mishandeling islamitische vrouwen in Nederland en vrouwenmishandeling in
Nederland in het algemeen


Zoals reeds opgemerkt relateert mevrouw Hirsi-Ali de mishandeling van islamitische vrouwen in Nederland ten onrechte vrijwel uitsluitend aan de Islam en heeft zij te weinig oog voor de hierboven vermelde traditionalistische en sociale componenten, veelal afkomstig uit de landen van herkomst alsmede gevoed door de in Nederland heersende maatschappelijke
spanningen, die veelal samenhangen met het in de Nederlandse samenleving toegenomen racisme.
Evenzeer sluit zij de ogen voor het feit, dat mishandeling van in Nederland wonende islamitische vrouwen weliswaar een ernstig voorkomend verschijnsel is, maar dat een en ander evenzeer in onrustbarende percentages voorkomt bij zowel autochtone Nederlandse vrouwen als allochtone vrouwen van niet-islamitische komaf. De cijfers ontlopen elkaar niet al te veel, is er bij allochtonen [en daarbij zijn eveneens gerekend niet-islamitische allochtone vrouwen] sprake van een op de vijf vrouwen, is er bij autochtonen sprake van 1 op de vier
vrouwen.
Het is uiteraard evident, dat ik hierbij het verschijnsel van de mishandelde islamitische vrouw in genen dele wil bagatelliseren, maar wel wil ik de indruk wegnemen, dat er overwegend sprake zou zijn van mishandeling bij islamitische vrouwen, hetgeen genen dele het geval is.

3 Vrouwenbesnijdenis:

Evenzeer suggereert mevrouw Hirsi Ali veelal, dat het in zowel Somalië als bepaalde streken van Egypte voorkomend ernstige verschijnsel van de vrouwenbesnijdenis zou voortkomen uit een islamitische traditie, hetgeen niet het geval is. Hoewel voorkomend in geheel of gedeeltelijk islamitische landen als Somalië en Egypte, komt dit verschijnsel eveneens voor in een groot aantal Afrikaanse landen, die in het geheel niet islamitisch zijn, maar veelal aanhanger van animistische tradities, al dan niet vermengd met het christendom.
Uiteraard is vrouwenbesnijdenis een van de ernstigste schendingen van de rechten van de vrouw, maar juist gezien tegen dit licht is het van belang, een en ander in zijn juiste verband te zien.

4 Eerwraak:

Recentelijk is mevrouw Hirsi Ali in het nieuws gekomen als verdedigster van door eerwraak bedreigde moslima’s, hetgeen ik uiteraard van harte toejuich. Ook ten aanzien van deze problematiek echter maakt Hirsi Ali zich niet alleen schuldig aan verregaande generalisering.
In de eerste plaats is er in het geval van eerwraak lang niet altijd sprake van een vrouwelijk slachtoffer, noch wordt de daad alleen door mannen bedreven. Evenmin is er altijd sprake van moord, maar veelal van mishandeling, opsluiting en bedreiging.
Het belangrijkste is echter het feit, dat eerwraak niet zozeer religieus, maar cultureel gebonden is, aangezien dit verschijnsel  zich niet alleen slechts in enkele islamitische landen zoals bepaalde streken van Egypte en Jordanië manifesteert, maar evenzeer voorkomt in niet-islamitische landen zoals enkele Zuid-Amerikaanse landen, de Antillen, Italië en Griekenland.
Het is mevrouw Hirsi-Ali dan ook verwijtbaar, dat zij ten onrechte de suggestie wekt, dat eerwraak gerelateerd kan worden aan de Islam en slechts in islamitische landen voorkomt.

B Oplossingsstrategie:

1 Ressortering eerwraak onder de anti-terreurwetgeving

Nog los van haar generaliserende standpunten zijn m.i. eveneens haar oplossingsstrategieën uiterst dubieus. Zo stelde zij onlangs als maatregel voor, het eerwraak-misdrijf als zodanig
te laten ressorteren onder de anti-terreurwetgeving. Nog afgezien van het al dan niet wenselijke karakter van de anti-terreurwetgeving is hier geen sprake van een als terrorisme te
definiëren misdrijf en merkte minister Donner van Justitie dan ook terecht op, dat het laten ressorteren van een dergelijk misdrijf onder de anti-terreurwet zou neerkomen op een oneigenlijk gebruik van deze wet.

2 Verbod op islamitische scholen:

Een tweede door mevrouw Hirsi-Ali voorgestelde oplossingsstrategie ter bevordering van de emancipatie van moslima’s is het opheffen van islamitische scholen, aangezien een en ander o.a. de basis zou zijn voor het handhaven van ongewenste patronen in de man-vrouw relatie.
Verder geeft zij zelf aan geen gelovig moslim meer te zijn [hetgeen zij ”geseculariseerd” noemt]
Uiteraard is het haar recht al dan niet belijdend moslim te zijn, maar het sluiten van islamitische scholen vertrekt vanuit een fundamenteel gebrek aan respect voor de geloofsovertuiging van anderen, in casu de moslimgemeenschap. Bovendien is het in strijd met het recht op godsdienstvrijheid, als zodanig een van de grondbeginselen van de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens en [nog steeds] verankerd binnen de Nederlandse grondwet.
Verder is de uiterste consequentie van dit gedachtegoed, dat dan eveneens christelijke, Joodse en hindoeïstische scholen zouden moeten worden opgeheven, aangezien een en ander anders niet alleen getuigt van discriminatie tegenover een groep, maar er ook op christelijke en joodse scholen [zeker de orthodoxen] vrouw-onvriendelijke visies aanwezig zijn. Het is daarom ook niet te verwonderen, dat het CDA bij monde van haar minister van Onderwijs Maria Verhoeven ernstige bezwaren heeft tegen deze door Hirsi Ali geponeerde opstelling.
Nog afgezien van dit gebrek aan respect voor de geloofsovertuiging van de ander is de opstelling van Hirsi Ali ook nog in hoge mate generaliserend, aangezien de al dan niet progressieve benadering van de man-vrouwrelatie niet afhankelijk is van de aanwezigheid van islamitische scholen in het algemeen, maar van de visie van de desbetreffende leerkrachten en het schoolbestuur, dat van school tot school verschilt. Bovendien verliest mevrouw Hirsi Ali uit het oog, dat een groot deel van de opvattingen binnen de man-vrouw relatie via de opvoeding worden doorgegeven, waardoor een en ander veel minder controleerbaar is.

3 Monolitisering Islam

Zoals reeds gesteld valt mij sterk aan de standpunten van Hirsi Ali op haar vergaande generalisatie zowel de Islam in het algemeen als de islamitische landen in het bijzonder.
Zo maakt zij zoals reeds gezegd geen enkel onderscheid tussen stad en platteland, tussen laaggeschoolde en hogergeschoolde vrouwen en families en tussen de diverse richtingen binnen de Islam, die net zo gediffentieerd en gevarieerd zijn als binnen het christendom.
De mythe van de monolithische en eenvormige ”achterlijke” Islam is een racistisch verzinsel.
Natuurlijk heeft de Islam net zoals ieder andere godsdienst vrouwonvriendelijke componenten, maar dat hebben het christendom en het Jodendom ook. Kritiek op iedere godsdienst is geoorloofd, maar dan wel op feitelijk-aantoonbare en genuanceerde gronden.

4 Stigmatisering:

Opvallend is verder dat Hirsi Ali niet alleen ondanks deze onvolkomenheden in haar redenatie volkomen kritiekloos door ”intellectueel Nederland” is binnengehaald als de ”Islam-deskundige” hetgeen zij niet is [niet naar mijn opvatting, maar die van gerenommeerde Nederlandse islamologen], maar daarenboven een rol heeft gespeeld en nog speelt tegen de achtergrond van toenemende stigmatisering van de moslims.
Hiervoor werd zij zowel door politiek als media naar voren geschoven als coryfee, die de veelal verre van frisse oogmerken van politici en sommige nieuwsmedia bevestigde, waardoor haar geventileerde kritiek eerder vooroordelenbevestigend werkte. Het gevolg was, dat vele moslims, die toch al na 11 september te lijden hadden onder toenemende stigmatisering en met een Mcarthiaans vergrootglas werden bekeken de op sommige punten wel degelijk zinnige kritiek van Hirsi Ali verwierpen, omdat zij door haar weinig genuanceerde benadering nog verder in het vakje van vooroordelen en racisme werden gedrongen. Hierdoor ontstonden verdedigingsmechanismen die veelal in de hand gewerkt werden door het feit, dat slechts Hirsi Ali’s weinig genuanceerde mening op de TV gehoord werd en iedere kritiek op haar visie bij voorbaat of in het geheel niet op de TV kwam of werd afgedaan als ”extremisme” of
”fundamentalisme” zonder vaak enige bereidheid van de kant van media en politiek de gronden voor een dergelijke kritiek aan een serieuze analyse te onderwerpen.

5 Intellectueel Nederland:

Bovendien hield en houdt het leeuwendeel van politiek en intellectueel Nederland vast aan de verkeerde veronderstelling, dat Hirsi Ali ”de eerste” kritische islamitische vrouw was, terwijl er al tientallen jaren zowel Turkse als Marokkaanse vrouwen binnen Turkse en Marokkaanse
vrouwenorganisaties zeer actief waren betreffende de emancipatie van islamitische vrouwen.
Verder was het evenzeer opvallend, dat zij haar waardering vrijwel geheel kreeg en krijgt vanuit de gevestigde Nederlandse politieke en intellectuele hoek.
Onder de door haar beoogde doelgroep echter, de Marokkaanse en andere islamitische vrouwen, alsmede een grote groep islamitische intellectuelen, kon zij op heel weinig waardering rekenen, hetgeen mijns inziens op zich eveneens te denken geeft over haar werkelijke affiniteit met de doelgroep waaruit zij ook is voortgekomen.
En laten wij eerlijk zijn, in het klimaat na 11 september werd iedere kritiek op de Islam, zinnig of niet [zie Fortuyn] van harte in bepaalde Nederlandse politieke en mediakringen omhelsd.

C Vorm:

Ook de vorm waarin Hirsi Ali haar kritiek doorgaans goot en giet, is veelal niet acceptabel.
Nogmaals, kritiek op iedere godsdienst is geoorloofd, maar dan wel met respect voor de overtuiging van anderen. Haar uitspraken over de Profeet Mohammed, alsmede de vorm waarin de film Submission gegoten is, getuigt daar absoluut niet van. Het valt mij op, dat een en ander vaak gemakshalve wordt afgedaan met ”vrijheid van meningsuiting” maar eveneens is opvallend, dat dit gezegd wordt door autochtone Nederlanders, die veelal niet of nauwelijks affiniteit hebben met de Marokkaanse of andere moslims.
Wanneer een en ander dan ook nog gebracht wordt in een klimaat van toenemende polarisering, vind ik een dergelijke vorm waarin deze kritiek gegoten wordt getuigen van gebrek aan respect en morele lafheid. Verder zouden de autochtone Nederlanders, die ieder bezwaar hiertegen van islamitische kant vaak afdoen met ”onzin” of ”het moet kunnen” zouden zich eens moeten realiseren hoe zij het zouden vinden wanneer voor hen van
groot belang zijnde symbolen of principes stelselmatig worden bekritiseerd met een totaal gebrek aan respect voor hun identiteit. Tegen degenen, die vinden, dat moslims dergeljke kritiek maar ”moeten slikken” zou ik willen zeggen: Realiseert u, dat u zo een tweedeling in de samenleving creëert.
Maar vooral:
Realiseert u zich, dat u zich met een dergelijke weinig respectvolle houding schuldig maakt aan impliciet neokolonialisme. Men kan geen respect verwachten voor de dominante veelal niet-religieuze cultuur, wanneer men niet bereid is dat respect eveneens ten opzichte van de
religieuze allochtone cultuur te tonen. Dat geldt zowel voor de Nederlandse intelligentsia als critici als Hirsi Ali zelf.

(Uitpers, nr. 63, 6de jg., april 2005)

EINDE ARTIKEL UITPERS

” In welgekozen bewoordingen hield zij een gloedvol betoog waarin zij met klem beargumenteerde dat het wel degelijk de islam was die een Voltaire nodig had. Deze tot dan toe volstrekt onbekende vrouw was Ayaan Hirsi Ali.”
TROUWLAAT ONS NIET IN DE STEEKGUN ONS EEN VOLTAIRE20 MEI 2006
https://www.trouw.nl/nieuws/laat-ons-niet-in-de-steek-gun-ons-een-voltaire~beeecf4c/

Op dinsdag 13 november 2001, twee maanden na 9/11, organiseerde Letter & Geest, in samenwerking met uitgeverij Van Gennep, een debat over de volgende vraag: ’Heeft de islam een Voltaire nodig of moet de kritiek zich juist richten op de westerse cultuur’. Zeven denkers debatteerden over deze vraag voor een bomvolle zaal in De Balie. Met uitzondering van de Nederlands-Iraanse rechtsgeleerde en dichter Afshin Ellian vond eigenlijk iedereen dat vooral het Westen gekritiseerd moest worden. Toen stond er in de zaal een zwarte jonge vrouw op. Het werd doodstil. In welgekozen bewoordingen hield zij een gloedvol betoog waarin zij met klem beargumenteerde dat het wel degelijk de islam was die een Voltaire nodig had. Deze tot dan toe volstrekt onbekende vrouw was Ayaan Hirsi Ali. Op verzoek van L & G werkte ze haar betoog om tot een artikel dat op zaterdag 24 november 2001 in Trouw verscheen.door Ayaan Hirsi Ali20 mei 2006, 0:00

Wie sinds 11 september de debatten in kranten, op tv en in debatcentra volgt, kan moeilijk anders concluderen dan dat de kritiek op de islam zowel in Nederland als in de rest van de westerse wereld sterk is toegenomen. Steeds weer rijst de vraag of de islam in zijn huidige vorm verenigbaar is met de democratie en de rechtsstaat zoals we die in Nederland kennen. Of is er een Verlichting en modernisering van de islam nodig?

Een dergelijke discussie is vorige week gehouden in De Balie, georganiseerd door uitgeverij Van Gennep en Trouw, onder de titel ’Voltaire en de islam’. De vraag was of de islam een Voltaire nodig heeft. Waar blijft de bijtende kritiek op de islam? Of moet de kritische geest van Voltaire zich juist richten op de westerse cultuur?

Om een antwoord te kunnen geven op de vraag of de wereld van de hedendaagse islam en de westerse wereld samengaan, is het misschien handig om beide werelden eens naast elkaar te leggen.

Islamitisch fundamentalisme en politieke islam ontstaan niet uit het niets. Zij hebben een bedding nodig waarin ze wortel kunnen schieten en gedijen, en waarin ze zich kunnen omvormen tot de zeer gevaarlijke varianten waarmee we sinds 11 september zijn geconfronteerd. Die bedding wordt gevormd door de islam zoals die in het leven van alledag wordt doorgegeven aan de moslims in de islamitische wereld. Daarom moeten we allereerst kijken naar deze bronnen van de islam. Hoe groot de verschillen tussen moslims ook mogen zijn, het is de leer van de islam en de wijze waarop deze in de praktijk wordt beleefd die een voedingsbodem kunnen zijn voor uitwassen als fundamentalisme en, uiteindelijk, ook voor terrorisme.

In Letter & Geest van 10 november 2001 wijst de schrijver Leon de Winter ons op een aantal kwalijke zaken uit de praktijk van een deel van de moslimwereld. Ook al deel ik niet De Winters opvatting dat er een Derde Wereldoorlog gaande is, hij heeft wel degelijk gelijk waar hij de islamitische wereld beschrijft.

De Winter geeft de ideologie waardoor de daders van 11 september en hun aanhang gedreven werden uitstekend weer. Die ideologie beroept zich op de bronnen van de islam. Het is een religieuze ideologie waarvan de kaders worden gevormd door ’kracht en zwakte, overheersing en vernedering, eeuwigheid en tijdelijkheid, zuiverheid en vertroebeling’, en waarvan het geheel wordt verdedigd met uitsluitend Goddelijke rechtvaardigheid.

Uit eigen ervaring kan ik bevestigen dat de islamitische wereld sterk hiërarchisch is ingedeeld. Allah is almachtig en de mens is zijn slaaf en heeft zich aan zijn wetten te houden. Zij die geloven wat er in de Koran staat, die in Allah geloven en die Mohammed als zijn profeet erkennen, staan boven christenen en joden en die staan, als ’volkeren van het boek’, weer boven afvalligen en ongelovigen. De man staat boven de vrouw, en kinderen moeten hun ouders gehoorzamen. Mensen die zich niet aan de regels houden, moeten vernederd of vermoord worden in naam van God.

Het leven hier is tijdelijk en dient er slechts toe dat de gelovige zijn vrees voor God kan bewijzen door zich strikt aan zijn plichten tegenover God te houden en zo een plaats in de hemel te verdienen. Ongelovigen zijn alleen op aarde om voor de gelovigen als voorbeeld te dienen hoe het niet moet. Halal (dat wat is toegestaan) en haram (dat wat is verboden) zijn de centrale begrippen in de alledaagse praktijk van de moslim. Zij gelden voor elke moslim waar ook ter wereld. Deze begrippen hebben betrekking op alle gebieden van het leven. Voor ieder aspect is vastgelegd hoe, wat en waarover je wel en niet moet denken, voelen en handelen. Deze leefregels gelden zowel voor het privé-leven van de moslims als voor hun betrekkingen met het publieke leven. De sjaria – de islamitische wet – staat boven alle door mensen bedachte wetten en regels. En het is de plicht van elke moslim de sjaria zo zuiver mogelijk na te leven. De fundamentalisten spelen hierop in door er steeds op te wijzen dat het leven van gematigde moslims in strijd is met de islamitische leer.

Dit alles leren wij moslims zo jong mogelijk van onze ouders, op de koranscholen en in de moskeeën. Moslims in Europa en de VS krijgen ook nog eens speciaal onderricht via de geschriften van bijvoorbeeld Joesoef Al-Karadawi die door de arabist Marcel Kurpershoek (NRC Handelsblad, 3 november) wordt beschouwd als een gematigde moslimtheoloog en een geschikte gesprekspartner voor westerse instanties. In werkelijkheid is Al-Karadawi allerminst gematigd. In zijn boek ’The Lawful and the Prohibited in Islam’ – dat uitsluitend is bedoeld voor westerse moslims – schrijft hij dat het de plicht is van de islamitische gemeenschap om militaire vaardigheden te leren om zich te kunnen verdedigen tegen de vijanden van God en de islam in ere te houden. Moslims die dat niet doen, maken zich volgens Al-Karadawi schuldig aan een zware zonde. Even verderop in het boek laat hij weten dat alle door mensen gemaakte wetten gebrekkig zijn en incompleet, aangezien de wetgevers zich hebben beperkt tot uitsluitend materiële zaken en de eisen van religie en moraliteit hebben verwaarloosd. Westerlingen kunnen zich nauwelijks voorstellen hoezeer hij hiermee het democratische wetgevingsproces in de ogen van zijn westerse moslimlezers ondermijnt.

Terecht beschrijft De Winter de praktijk van de islam als een toneel waar ’hele ritsen heiligen, geesten, engelen en duiveltjes belangrijke bijrollen spelen. De conservatieve moslim sluit daardoor niet uit dat zijn vijanden over bovennatuurlijke krachten beschikken waarmee ze complotten smeden, en tegen dergelijke krachten is de modale moslim natuurlijk niet opgewassen’. In dit verband citeert De Winter de Israëlische hoogleraar Emmanuel Sivan die onderzoek deed naar fundamentalisme: ’Een wereld bevolkt door geesten, de zielen van doden, djinn (onzichtbare wezens) van het schadelijke en vriendelijke soort; een wereld belaagd door de magie van de verleidende satan en zijn demonen, waar de gelovige kan worden bevrijd door heilige mannen en engelen en als het nodig is door wonderen; een wereld waar de communicatie met de doden (vooral van de eigen familie) een alledaagse gebeurtenis is en waar de aanwezigheid van het bovennatuurlijke als echt, bijna tastbaar, wordt beschouwd.’

Deze karakteriseringen zijn voor mij als moslim zeer herkenbaar. Overal ter wereld worden moslims opgevoed met dit soort bovennatuurlijke zaken. Zo wordt in de alledaagse moslimwerkelijkheid in alles rekening gehouden met een hiernamaals. Daarin past ook de opvatting dat martelaarschap wordt beloond met het paradijs. Het zou de moeite waard zijn om te onderzoeken in hoeverre dit gebrek aan nuchter verstand in de praktijk van de islam het mogelijk maakt dat zoveel moslims zich aangetrokken voelen tot de ideologie van Bin Laden.

De irrationele haat tegen joden en de afkeer van ongelovigen wordt onderwezen op vele koranscholen en dagelijks herhaald in de moskeeën. En meer dan dat: in boeken en artikelen, op cassettebandjes en in de media worden joden consequent voorgesteld als de aanstichters van het kwaad. Hoe ver deze doctrine kan doorwerken, heb ik zelf ondervonden: Toen ik voor het eerst een jood zag, was ik verbaasd dat het een gewoon mens van vlees en bloed bleek te zijn.

De Winter schrijft dat de woede die nu door vele moslims wordt gevoeld – en die heeft geleid tot sterke anti-Amerikaanse sentimenten en tot complottheorieën – niet alleen terug te voeren is op hun sociaal-economische achterstand ten opzichte van westerse christenen en joden. ’De woede komt óók voort uit een irrationele conservatieve religieuze beleving waarin Satan een levende gestalte is.’ Ik wil nog verder gaan dan De Winter en onderstrepen dat die religieuze beleving niet alleen voorkomt onder radicale moslims en fundamentalisten, maar ook gemeengoed is onder gewone moslims. Het verschil is dat de fanatici het niet laten bij haat alleen, maar ook bereid zijn over te gaan tot terreur.

Wij moslims leren ons leven op aarde te zien als een investering in het hiernamaals door te gehoorzamen aan de wil en de wetten van God. De waarden van de gemeenschap – eer en onderwerping – tellen veel meer dan de autonomie van het individu. Religie is niet een instrument van zingeving voor het individu, maar het individu moet zich aanpassen aan de religie en zich offeren aan God. Dit is in overeenstemming met de letterlijke betekenis van het woord islam: overgave aan de wil van God.

Velen die in de islamitische praktijk leven en opgroeien zijn bevattelijk voor fundamentalisme en radicalisme, maar ook sterk geneigd tot een passieve levenshouding en fatalisme. Wie de islamitische leer in de praktijk tot uitdrukking wil brengen en tegelijkertijd wil integreren in een westerse samenleving zal het moeilijk krijgen. Een moslimmigrant wordt in het Westen geconfronteerd met een omgekeerde wereld.

Anders dan in de islamitische wereld, legt men in het Westen juist veel nadruk op de zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van het individu, en op de noodzaak te investeren in het aardse leven. Onderwijs en arbeid zijn maatgevend voor succes, en niet de vroomheid van het individu. In westerse samenlevingen heerst niet één ideologie, maar bestaan meerdere ideologieën naast elkaar. De Grondwet wordt belangrijker gevonden dan Gods heilige boek en God doet er alleen toe in de privé-sfeer. De verhoudingen en de omgang tussen mensen zijn geregeld door wetten en regels die door mensen zijn bedacht en die niet voor eeuwig vastliggen, maar vervangen of aangevuld kunnen worden door nieuwe regels. Voor de wet zijn alle mensen gelijk, ook degenen die anders leven dan de meerderheid. Vrouwen mogen overal aan meedoen (ook al gebeurt dat in werkelijkheid niet altijd) en homoseksualiteit is geen zonde die de doodstraf verdient en ook geen bedreiging voor het voortbestaan van de mensheid, maar een vorm van liefde die net zo normaal is als die tussen heteroseksuelen. Liefde is bovendien niet beperkt tot het huwelijk alleen, maar kan in onderlinge overeenstemming tussen mensen beleefd worden. Er zijn allerlei middelen om zwangerschap te voorkomen en te reguleren, en om zich te beschermen tegen seksueel overdraagbare ziektes.

Joden zijn geen monsters die vijandig zijn tegenover moslims, oorlog met hen willen voeren, hun hoop willen vernietigen en angst willen zaaien, maar gewone mensen die zelf een afschuwelijke geschiedenis – de holocaust – hebben meegemaakt in Europa. Voor- en tegenspoed komen niet van God, maar zijn de uitkomst van menselijk handelen. De samenleving is maakbaar, je kunt de omgeving naar je hand zetten. En het hiernamaals doet er weinig toe. Wie erin wil geloven, moet dat zelf weten, maar er worden geen voorbereidingen voor getroffen. Veel van wat in de islam niet mag, wordt in westerse samenlevingen gewaardeerd, en veel zaken waartoe een moslim verplicht is, worden hier verworpen als achterlijk.

Wie de reacties van moslims op de aanslagen van 11 september inventariseert en wie ziet hoe moslims reageren op kritiek op de islam, merkt dat er maar heel weinig moslims zijn die de islam kritisch beschouwen. Uitzonderingen zijn Afshin Ellian in Nederland en Salman Rushdie in Engeland. In plaats van zelfkritiek, krijgen we een lange reeks ontkenningen te horen, of een opsomming van factoren van buitenaf en complotten die de ’ware oorzaak’ zijn van alles wat er mis is in de moslimwereld.

Deze geringe mate van zelfreflectie wordt nog versterkt door de houding van veel westerse denkers en politici. Met de grootst mogelijke omzichtigheid hebben zij het over het fanatisme als een aspect van de islam, dat geweld met zich meebrengt. Of zij leunen gemakzuchtig achterover en zeggen: ’Ach, bij ons was het ooit ook zo; wees maar niet bang, het komt vanzelf goed met de islam’.

Het zal duidelijk zijn dat de hedendaagse islam niet verenigbaar is met de eisen van de westerse rechtsstaat. De islam heeft wel degelijk een Verlichting nodig. Maar het is onwaarschijnlijk dat die Verlichting binnen de islamitische wereld zelf zal ontstaan. Schrijvers, wetenschappers en journalisten die kritiek leveren, worden gedwongen naar het Westen te vluchten. Hun werk is in hun eigen land verboden.

Wat moet er dan wel gebeuren? Op internationaal niveau moeten regeringsleiders als Blair en Bush niet meer zeggen dat de islam gegijzeld is door een terroristische minderheid. De islam is gegijzeld door zichzelf. Het zou nuttiger zijn als zij Saoedi-Arabië ermee confronteren dat het repressieve regime, de demografische druk en het eenzijdig religieuze onderwijssysteem extremisten voortbrengen.

In Europa en in Nederland kan de autochtone meerderheid de islamitische minderheid helpen door de ernst van de huidige staat van de islam – door Afshin Ellian als verduistering getypeerd – niet te bagatelliseren, maar aan de kaak te stellen. Ook zijn moslims hier geholpen met de vragen en de kritiek die sinds 11 september aan de islam worden voorgehouden. Dat aan de integratie van minderheden hogere eisen worden gesteld, is een goede ontwikkeling, hoewel niet iedereen dat zal beseffen. Door hier podia te geven aan dissidente stemmen kan tegenwicht worden geboden aan de eenzijdige en geestverlammende religieuze retoriek die miljoenen moslims dagelijks te horen krijgen. Laat de Voltaires van deze tijd in een veilige omgeving werken aan een Verlichting van de islam. Die kans is ons in ons vaderland vaak niet gegund. De islam is niet door een proces van Verlichting gegaan en islamitische samenlevingen worstelen nog met dezelfde problemen als het christendom voor het verlichtingsproces. Kennismaking met de rede zou de geest van de individuele moslim bevrijden van het juk van het hiernamaals, de voortdurende schuldgevoelens en de verleiding van het fundamentalisme. Ook zouden we verantwoordelijkheid leren dragen voor onze achterstanden en onze problemen. Laat ons daarom niet in de steek. Gun ons een Voltaire.

[8]

WIKIPEDIAVOLTAIRE/VIEWS ON RACE AND SLAVERY
https://en.wikipedia.org/wiki/Voltaire#Views_on_race_and_slavery

ORIGINELE BRON
WIKIPEDIAVOLTAIRE
https://en.wikipedia.org/wiki/Voltaire

”Major proponents of the ideology of race inequality were the German philosopher Immanuel Kant, the French philosopher Voltaire, the Scottish philosopher and historian David Hume, and the influential American political philosopher Thomas Jefferson.

ENCYCLOPAEDIA BRITANNICABUILDING THE MYRG OF BLACK INFERIORITY
https://www.britannica.com/topic/race-human/Building-the-myth-of-black-inferiority

TEXT

A number of 18th-century political and intellectual leaders began publicly to assert that Africans were naturally inferior and that they were indeed best suited for slavery. A few intellectuals revived an older image of all living things, the scala naturae (Latin: “scale of nature”), or Great Chain of Being, to demonstrate that nature or God had made men unequal. This ancient hierarchical paradigm—encompassing all living creatures, starting with the simplest organisms and reaching to humans, angels, and ultimately to God—became for the advocates of slavery a perfect reflection of the realities of inequality that they had created. The physical differences of blacks and Indians became the symbols or markers of their status. It was during these times that the term race became widely used to denote the ranking and inequality of these peoples—in other words, their placement on the Chain of Being.

Beginning in the late 18th century, differences between the races became magnified and exaggerated in the public mind. Hundreds of battles with Indians had pushed these populations westward to the frontiers or relegated them increasingly to reservation lands. A widely accepted stereotype had grown that the Indian race was weak and would succumb to the advances of white civilization so that these native peoples would no longer be much of a problem. Their deaths from disease and warfare were seen as a testament to the inevitable demise of the Indian.Racial stereotyping of Africans was magnified by the Haitian rebellion of 1791. This heightened the American fear of slave revolts and retaliation, causing greater restrictions and ever harsher and more degrading treatment. Grotesque descriptions of the low-status races, blacks and Indians, were widely publicized, and they helped foster fear and loathing. This negative stereotyping of low-status racial populations was ever present in the public consciousness, and it affected relations among all people.

By the mid-19th century, race in the popular mind had taken on a meaning equivalent to species-level distinctions, at least for differences between blacks and whites. The ideology of separateness that this proclaimed difference implied was soon transformed into social policy. Although legal slavery in the United States ended in 1865 with the passage of the Thirteenth Amendment to the Constitution, the ideology of race continued as a new and major form of social differentiation in both American and British society. The black codes of the 1860s and the Jim Crow laws of the 1890s were passed in the United States to legitimate the social philosophy of racism. More laws were enacted to prevent intermarriage and intermating, and the segregation of public facilities was established by law, especially in the South. The country’s low-paying, dirty, and demeaning jobs were relegated to “the Negro,” as he was seen fit for only such tasks. Supreme Court decisions, such as the Dred Scott case of 1857, made clear that Negroes were not and could not be citizens of the United States. They were to be excluded from the social community of whites but not from the production of their wealth. The Supreme Court decision in Plessy v. Ferguson (1896), which permitted “separate but equal” facilities, guaranteed that the racial worldview, with its elements of separateness and exaggerated difference, would continue to flourish.

Immigration and the racial worldview

In the 1860s, when Chinese labourers immigrated to the United States to build the Central Pacific Railroad, a new population with both physical and cultural differences had to be accommodated within the racial worldview. While industrial employers were eager to get this new and cheap labour, the ordinary white public was stirred to anger by the presence of this “yellow peril.” Political party caucuses, labour unions, and other organizations railed against the immigration of yet another “inferior race.” Newspapers condemned the policies of employers, and even church leaders decried the entrance of these aliens into what was seen as a land for whites only. So hostile was the opposition that in 1882 Congress finally passed the Chinese Exclusion Act.

The large migrations from southern and eastern Europe that started in the 1880s required the reassessments of other new people and their incorporation into the racial ranking system. Old-stock Americans (English, Dutch, German, Scandinavian) were horrified at the onslaught of large numbers of people speaking Italian, Greek, Hungarian, Russian, and other foreign languages. They held that such “races” could not be assimilated into “Anglo-Saxon” culture, and policies and practices had to be put into place to separate them from the mainstream.Despite much opposition, these European groups soon lost their inferior race status, and within a few generations their descendants not only were assimilated into the “white” category but had also incorporated the white racial worldview. More than half the ancestors of late 20th-century American whites immigrated to the United States during the period 1880–1930. The “white” racial category was constructed flexibly enough to enclose even those who could not claim an Anglo-Saxon background.

During the 19th century the idea and ideology of race were diffused throughout the European colonial systems, reinforced by the fact that the peoples conquered and colonized by western European powers were also physically different. Such conquests buttressed the idea of European racial superiority. The racial worldview, with its tenets regarding the limited capacities of inferior races, was employed to justify the extermination of peoples, including the Tasmanians, most of the Maori, and many indigenous Australians. It was an essential ingredient in the colonial policies and practices of the British in India and Southeast Asia and, later, in Africa. Numerous British writers of the 19th century, such as Rudyard Kipling, openly declared that the British were a superior race destined to rule the world.

Legitimating the racial worldview

Enlightenment philosophers and systematists

The development of the idea and ideology of race coincided with the rise of science in American and Europeancultures. Much of the inspiration for the growth of science has been credited to the period known as the Enlightenment that spanned most of the 18th century. Many early Enlightenment writers believed in the power of education and fostered very liberal ideals about the potentiality of all peoples, even “savages,” for human progress. Yet, later in the century, some of the earliest assertions about the natural inferiority of Africans were published. Major proponents of the ideology of race inequality were the German philosopher Immanuel Kant, the French philosopher Voltaire, the Scottish philosopher and historian David Hume, and the influential American political philosopher Thomas Jefferson. These writers expressed negative opinions about Africans and other “primitives” based on purely subjective impressions or materials gained from secondary sources, such as travelers, missionaries, and explorers. These philosophers expressed the common attitudes of this period; most also had investments in the slave trade or slavery. 

During the same period, influenced by taxonomic activities of botanists and biologists that had begun in the 17th century, other European scholars and scientists were involved in the serious work of identifying the different kinds of human groups increasingly discovered around the world. The work of the naturalists and systematists brought attention to the significance of classifying all peoples into “natural” groupings, as had been done with flora and fauna. Eighteenth-century naturalists had greater information and knowledge about the world’s peoples than their predecessors, and a number of scholars attempted to organize all this material into some logical scheme. Although many learned men were involved in this enterprise, it was the classifications developed by the Swedish botanist Carolus Linnaeus and the German physiologist Johann Friedrich Blumenbach that provided the models and terms for modern racial classifications.

Britannica 1st Edition

Scientific classifications of race

In publications issued from 1735 to 1759, Linnaeus classified all the then-known animal forms. He included humans with the primates and established the use of both genus and species terms for identification of all animals. For the human species, he introduced the still-current scientific name Homo sapiens. He listed four major subdivisions of this species, H. americanusH. africanusH. europaeus, and H. asiaticus. Such was the nature of knowledge at the time that Linnaeus also included the categories H. monstrosus (which included many exotic peoples) and H. ferus (“wild man”), an indication that some of his categories were based on tall tales and travelers’ myths.

Blumenbach divided humankind into five “varieties” and noted that clear lines of distinction could not be drawn between them, as they tended to blend “insensibly” into one another. His five categories included American, Malay, Ethiopian, Mongolian, and Caucasian. (He chose the term Caucasian to represent the Europeans because a skull from the Caucasus Mountains of Russia was in his opinion the most beautiful.) These terms were still commonly used by many scientists in the early 20th century, and most continue today as major designations of the world’s peoples.

These classifications not only rendered human groups as part of nature but also gave them concreteness, rigidity, and permanence. Moreover, some descriptions, especially those of Linnaeus, included statements about the temperament and customs of various peoples that had nothing to do with biophysical features but were forms of learned behaviour that are now known as “culture.” That cultural behaviour and physical characteristics were conflated by these 18th-century writers reflects both their ethnocentrism and the limited scientific knowledge of the time.

The institutionalizing of race

Slavery always creates social distance between masters and slaves, and intellectuals are commonly called upon to affirm and justify such distinctions. As learned men began to write a great deal about the “racial” populations of the New World, Indians and Negroes were increasingly projected as alien. In this way did some Enlightenment thinkers help pro-slavery interests place responsibility for slavery in the “inferior” victims themselves.

Would-be “scientific” writings about the distinctiveness of blacks and Indians commenced late in the 18th century in tandem with exaggerated popular beliefs, and writings of this type continued on into the 20th century. The European world sought to justify not only the institution of slavery but also its increasingly brutal marginalization of all non-European peoples, slave or free. Science became the vehicle through which the delineation of races was confirmed, and scientists in Europe and America provided the arguments and evidence to document the inferiority of non-Europeans.

About the turn of the 19th century, some scholars advanced the idea that the Negro (and perhaps the Indian) was a separate species from “normal” men (white and Christian), an idea that had been introduced and occasionally expressed in the 18th century but that had drawn little attention. This revived notion held that the “inferior races” had been created at a different time than Adam and Eve, who were the progenitors of the white race. Although multiple creations contradicted both the well-known definition of species in terms of reproductively isolated populations and the biblical description of creation, it is clear that in the public mind the transformation from race to species-level difference had already evolved. In the courts, statehouses, assemblies, and churches and throughout American institutions, race became institutionalized as the premier source, and the causal agent, of all human differences.

Transforming “race” into “species”

One of those whose direct experience of African slaves and assessment of them was given great weight was Edward Long (1734–1813), a former plantation owner and jurist in Jamaica. In a book titled The History of Jamaica (1774), Long asserted that “the Negro” was “void of genius” and “incapable” of civilization; indeed, he was so far inferior as to constitute a separate species of mankind. Long’s work was published as a defense of slavery during a period of rising antislavery sentiment. Its greatest influence came during and after the American Revolutionary War (1775–83), when some southern Americans started freeing their slaves and moving north. Long’s writings, published in popular magazines, were widely read in the United States during the last decade of the 18th century.

In 1799 Charles White, a Manchester physician, published the earliest proper “scientific” study of human races. He described each racial category in physical terms, identifying what he thought were differences in the head, feet, arms, complexion, skin colour, hair texture, and susceptibility to disease. White actually measured the body parts of a group of blacks and whites, lending the semblance of hard science to his conclusions. He not only advocated a gradation of the races, but he provided support for the speculation that the Negro, the American Indian, some Asiatic tribes, and Europeans were of different species. His explanation for the presumed savagery of Africans was that they had degenerated from the pure and idyllic circumstances provided in the Garden of Eden while Europeans had made advances toward civilization.

Such works as those of Long and White initiated a debate among scholars and scientists that had long-range implications for European attitudes toward human differences. The issue, as expressed by mid-19th-century scientists, was “the Negro’s place in nature”—that is, whether “the Negro” was human like Europeans or a separate species nearer to the ape.

Samuel Morton, a Philadelphia physician and founder of the field of craniometry, collected skulls from around the world and developed techniques for measuring them. He thought he could identify racial differences between these skulls. After developing techniques for measuring the internal capacity of the skull, he concluded that blacks had smaller brains than whites, with Indian brains intermediate between the two. Because brain size had long been correlated with intelligence in both the popular mind and science, Morton’s findings seemed to confirm that blacks were also less intelligent than whites. In publications of 1839 and 1844, he produced his results, identifying the Native Americans as a separate race from Asians and arguing from his Egyptian materials that these ancient peoples were not Negroes. His findings magnified and exaggerated the differences between racial populations, imposing meaning on the differences that led to the conclusion that they were separate species.

Morton soon became the centre of a network of scholars and scientists who advocated multiple creations (polygeny) and thus contradicted the long-established biblical view of one single creation from which all humans descended (monogeny). The most influential of the scientists involved in this debate was Louis Agassiz, who accepted a position at Harvard University and revolutionized the field of natural science. Agassiz converted from monogenism to polygenism after moving to the United States from Switzerland in 1846. It was then that he saw blacks for the first time. He was also impressed with Morton’s work with skulls, and eventually he became the most important advocate of polygenism, conveying it in public lectures and to generations of students, many of whom took leading intellectual roles in American society.

One result of the mid-19th-century concern with documenting racial distinctions by means of body measurements was the establishment of the “scientific” enterprise of anthropometry. During the Civil War the U.S. Sanitary Commission and the provost marshall general’s office collected data on the physical condition of military conscripts and volunteers in the army, navy, and marines. Using anthropometric techniques, they produced massive tables of quantitative measurements of the body dimensions of tens of thousands of whites, blacks, mulattoes, and Indians. Scientists interpreted the data in a way that strengthened the argument that races were fundamentally distinct and that confirmed that blacks, Indians, and mulattoes were inferior to whites. Anthropometry flourished as a major scientific method for demonstrating race differences well into the 20th century.

The false assumptions of anthropometry

For the first half of the 20th century, scholars continued to debate “the Negro’s place in nature.” But the debate over multiple or single origins receded after 1859, when the publication of Charles Darwin’s theory of evolution led to a more dynamic understanding of human diversity. Evolution produced a new perspective on the causes of blacks’ (supposedly) innate condition; the central problem became whether they evolved before or after whites. By the 1860s black primitiveness was assumed without question. “The Negro,” in fact, had become the new savage, displacing Indians and Irishmen, and the ideology proclaimed that his savagery was intrinsic and immutable.

The use of metrical descriptions, while they seemed objective and scientific, fostered typological conceptions of human group differences. From massive quantitative measurements, experts computed averages, means, and standard deviations from which they developed statistical profiles of each racial population. These profiles were thought to represent the type characteristics of each race expressed in what seemed to be impeccable scientific language. When statistical profiles of one group were compared with those of others, one could theoretically determine the degree of their racial differences.

The activities of typologists carried a number of false assumptions about the physical characteristics of races. One was that racial characteristics did not change from one generation to another, meaning that averages of measurements such as body height would remain the same in the next generations. Another false assumption was that statistical averages could accurately represent huge populations, when the averaging itself obliterated all the variability within those populations.

Expressed alongside existing myths and popular racial stereotypes, these measurements inevitably strengthened the assumption that some races were “pure” and some not so “pure.” Scholars argued that all the major races were originally pure and that some races represented the historical mixing of two or more races in the past. “Racial types” were conceived as representing populations with certain inherited morphological features that were originally characteristic of the race; every member of a race thus retained such traits. These beliefs attempted to validate the image of races as internally homogeneous and biologically discrete, having no overlapping features with other races.

Britannica 1st Edition

The decline of “race” in science

The influence of Franz Boas

Typological thinking about race, however, was soon contradicted by the works of some early 20th-century anthropologists. Franz Boas, for example, published studies that showed that morphological characteristics varied from generation to generation in the same population, that skeletal material such as the cranium was malleable and subject to external influences, and that metrical averages in a given population changed in succeeding generations.

Boas and the early anthropologists trained in the United States recognized that the popular conception of race linked, and thus confused, biology with language and culture. They began to advocate the separation of “race,” as purely a biological phenomenon, from behaviour and language, denying a relationship between physical traits and the languages and cultures that people carry.

Though their arguments had little impact on the public at the time, these scholars initiated a new way of thinking about human differences. The separation of culture and language, which are learned behaviours, from biological traits that are physically inherited became a major tenet of anthropology. As the discipline grew and spread by means of scholarship and academic training, public understanding and recognition of this fundamental truth increased. Yet the idea of a hereditary basis for human behaviour remained a stubborn element of both popular and scientific thought.

Mendelian heredity and the development of blood group systems

In 1900, after the rediscovery of Gregor Mendel’s experiments dealing with heredity, scientists began to focus greater attention on genes and chromosomes. Their objective was to ascertain the hereditary basis for numerous physical traits. Once the ABO blood group system was discovered and was shown to follow the pattern of Mendelian heredity, other systems—the MN system, the Rhesus system, and many others—soon followed. Experts thought that at last they had found genetic features that, because they are inherited and not susceptible to environmental influences, could be used to identify races. By the 1960s and ’70s, scientists were writing about racial groups as populations that differed from one another not in absolute features but in the frequencies of expression of genes that all populations share. It was expected that each race, and each population within each race, would have frequencies of certain ascertainable genes that would mark them off from other races.

Information on blood groups was taken from large numbers of populations, but, when scientists tried to show a correlation of blood group patterns with the conventional races, they found none. While populations differed in their blood group patterns, in such features as the frequencies of A, B, and O types, no evidence was found to document race distinctions. As knowledge of human heredity expanded, other genetic markers of difference were sought, but these also failed to neatly separate humanity into races. Most differences are expressed in subtle gradations over wide geographic space, not in abrupt changes from one “race” to another. Moreover, not all groups within a large “geographic race” share the same patterns of genetic features. The internal variations within races have proved to be greater than those between races. Most importantly, physical, or phenotypic, features assumed to be determined by DNA are inherited independently of one another, further frustrating attempts to describe race differences in genetic terms.

“Race” and intelligence

Anthropometric measurements did not provide any direct data to prove group superiority or inferiority. As various fields of study emerged in the late 19th century, some scholars began to focus on mental traits as a means to examine and describe human differences. Psychology as a growing field began developing its own programmatic interests in discovering race differences.

In the 1890s the psychologist Alfred Binet began testing the mental abilities of French schoolchildren to ascertain how children learned and to help those who had trouble learning. Binet did not call his test an intelligence test, and its purpose was not to divide French schoolchildren into hierarchical groups. But with these tests a new mechanism was born that would provide powerful support to those who held beliefs in racial differences in intelligence.

Psychologists in the United States very quickly adopted Binet’s tests and modified them for American use. More than that, they reinterpreted the results to be clear evidence of innate intelligence. Lewis Terman and his colleagues at Stanford University developed the Stanford-Binet IQ (intelligence quotient) test, which set the standard for similar tests produced by other American psychologists.

IQ tests began to be administered in large numbers during the second decade of the 20th century. The influences of hereditarian beliefs and the power of the racial worldview had conditioned Americans to believe that intelligence was inherited and permanent and that no external influences could affect it. Indeed, heredity was thought to determine a person’s or a people’s place in life and success or failure. Americans came to employ IQ tests more than any other nation. A major reason for this was that the tests tended to confirm the expectations of white Americans; on average, blacks did less well than whites on IQ tests. But the tests also revealed that the disadvantaged people of all races do worse on IQ tests than do the privileged. Such findings were compatible with the beliefs of large numbers of Americans who had come to accept unqualified biological determinism.

Opponents of IQ tests and their interpretations argued that intelligence had not been clearly defined, that experts did not agree on its definition, and that there were many different types of intelligence that cannot be measured. They also called attention to the many discrepancies and contradictions of the tests. One of the first examples of empirical evidence against the “innate intelligence” arguments was the revelation by psychologist Otto Klineberg in the 1930s that blacks in four northern states did better on average than whites in the four southern states where expenditures on education were lowest. Klineberg’s analysis pointed to a direct correlation between income and social class and performance on IQ tests. Further evidence indicated that students with the best primary education and greater cultural experiences always did better on such tests. Experts thus argued that such tests are culture-bound; that is, they reflect and measure the cultural experiences and knowledge of those who take the tests and their levels of education and training. Few would deny that African Americans and Native Americans have long had a much more restricted experience of American culture and a far inferior education.

Britannica 1st Edition

Hereditarian Ideology And European Constructions Of Race

Hereditary statuses versus the rise of individualism

Inheritance as the basis of individual social position is an ancient tenet of human history, extending to some point after the beginnings of agriculture (about 10,000 BCE). Expressions of it are found throughout the world in kinship-based societies where genealogical links determine an individual’s status, rights, and obligations. Wills and testaments capture this principle, and caste systems, such as that of India, reflect the expression of another form of this principle, buttressed by religious beliefs. Arguments for the divine right of kings and succession laws in European societies mirrored deep values of hereditary status.

But many trends in European cultural history over the 18th and 19th centuries contradicted the idea of social placement by kinship fiat. Ever since the enclosure movement in England in the 15th century, the transformation to wage labour, the rise of merchant capitalism, and the entry into public consciousness of the significance of private property, Europeans have been conditioned to the values of individualism and of progress through prosperity. Wage labour strengthened ideas of individual freedom and advancement. The philosophy of autonomous individualism took root in western European societies, beginning first in England, and became the engine of social mobility in these rapidly changing areas. For their descendants in America, the limitations of hereditary status were antithetical to the values of individual freedom, at least freedom for those of European descent.

Reflecting and promoting these values were the works of some of the Enlightenment writers and philosophers, including VoltaireJean-Jacques RousseauJohn Locke, and Montesquieu. Their writings had a greater impact on Americans than on their compatriots. Their advocacy of human freedom and the minimal intrusion of government was uniquely interpreted by Americans.

European societies had long been structured into class divisions that had a strong hereditary basis, but the gulf between those who benefited from overseas trade and the impoverished masses who competed for low-paying jobs or survived without work in the gutters of towns and cities widened dramatically during the age of empire building. In France the dissatisfaction of the masses erupted periodically, reaching a peak in the French Revolution of 1789, which overthrew the Bourbon monarch and brought Napoleon I to power.

As early as the turn of the 18th century, some intellectuals were concerned with these seething class conflicts that occasionally burst forth into violence in France. Henri de Boulainvilliers, a French count whose works were published in the 1720s and ’30s, put forth an argument designed to justify the dominance of the aristocratic classes in France. He maintained that the noble classes were originally Germanic Franks who conquered the inferior Gauls, Romans, and others and established themselves as the ruling class. The Franks derived their superiority from German forebears, who were a proud, freedom-loving people with democratic institutions, pure laws, and monogamous marriage. They were great warriors, disciplined and courageous, and they ruled by the right of might. According to Boulainvilliers, they carried and preserved their superiority in their blood. With this argument, hereditarian ideology intruded into the consciousness of France’s elite class and synthesized with a growing belief in “race” as the causal explanation for historical events.

The Germanic myth and English constructions of an Anglo-Saxon past

In England, from the time that Henry VIII broke with the Roman Catholic Church and Protestant sects emerged on the horizon, historians, politicians, and philosophers had been wrestling with the creation of a new English identity. Indeed, European powers were soon to be caught up in the ethnic rivalries, extreme chauvinism, and intolerance out of which all the nation-states of Europe would be created. The English sought their new identity in the myths and heroics of the past and strove to create an image of antiquity that would rival those of other great civilizations. They created a myth of an Anglo-Saxon people, distinguished from the VikingsPictsCelts, Romans, Normans, and others who had inhabited English territory. In their histories the Anglo-Saxons were a freedom-loving people who had advanced political institutions, an early form of representative government, and a pure religion long before the Norman Conquest. Although in part the English were concerned about the identification and preservation of ancient institutions to justify the distinctiveness of their political and ecclesiastical structures, they also wanted to establish and glorify a distinguished ancestry. The English too turned toward the German tribes and a “racial” ideology on which to base their claims of superiority.

The English scholars and Boulainvilliers derived their depictions of the Germans and their arguments from a common source, the works of Tacitus, a Roman historian born in the middle of the 1st century CE. At the end of the 1st century, Tacitus had published the Germania, a study of the German tribes to the north of Rome. It is the first, and most comprehensive, ethnographic study compiled in the ancient world and remains today a good description of a people seen at that time as barbarians.

Tacitus idealized the simple, unadulterated lives of the German tribes and contrasted what he saw as their positive cultural features with the decadence and decline of the Romans. The German tribes were indeed the first noble savages of the Western world. Tacitus sought to provide a moral lesson about the corruption and decline of civilizations in contrast to the virtues and moral uprightness of simple societies. Little could he have anticipated that his descriptions of a simple tribal people, written for 2nd-century Romans, would form one of the bases for a powerful theory of racial superiority that dominated the Western world during the 19th and 20th centuries.

None of the writers harking back to the German tribes for a depiction of good government and pure institutions noted any of the negative or unsavory characterizations that Tacitus also detailed in the Germania. Among other things, he claimed that the Germans were intensely warlike; they hated peace and despised work; when not fighting—and they loved fighting, even among themselves—they idled away their time or slept. They had a passion for gambling and drinking, and they gave blind obedience to their chiefs.

The Germanic myth flourished and spread. Boulainvilliers was widely read in England and by segments of the intellectual classes in Germany and France. By the mid- to late 18th century the English version of the Germanic myth—Anglo-Saxonism—had been transformed from an idea of superior institutions into a doctrine of English biological superiority. The French version remained a competing idea validating social class interests in that nation, and, with the defeat of Napoleon and the restoration of the Bourbon monarchy after 1815, it was revived by those political forces that believed in the permanence of the unequal social hierarchy. It would grow and penetrate into many other areas, notably the modern German nation itself.

Britannica 1st Edition

Gobineau’s Essay on the Inequality of Human Races

The most important promoter of racial ideology in Europe during the mid-19th century was Joseph-Arthur, comte de Gobineau, who had an almost incalculable effect on late 19th-century social theory. Published in 1853–55, his Essay on the Inequality of Human Races was widely read, embellished, and publicized by many different kinds of writers. He imported some of his arguments from the polygenists, especially the American Samuel Morton. Gobineau claimed that the civilizations established by the three major races of the world (white, black, and yellow) were all products of the white races and that no civilization could emerge without their cooperation. The purest of the white races were the Aryans. When Aryans diluted their blood by intermarriage with lower races, they helped to bring about the decline of their civilization.

Following Boulainvilliers, Gobineau advanced the notion that France was composed of three separate races—the Nordics, the Alpines, and the Mediterraneans—that corresponded to France’s class structure. Each race had distinct mental and physical characteristics; they differed in character and natural abilities, such as leadership, economic resourcefulness, creativity, and inventiveness, and in morality and aesthetic sensibilities. The tall, blond Nordics, who were descendants of the ancient Germanic tribes, were the intellectuals and leaders. Alpines, who were brunet and intermediate in size between Nordics and Mediterraneans, were the peasants and workers; they required the leadership of Nordics. The shorter, darker Mediterraneans he considered a decadent and degenerate product of the mixture of unlike races; to Gobineau they were “nigridized” and “semitized.”

Americans of this period were among Gobineau’s greatest admirers. So were many Germans. The latter saw in his works a formula for unifying the German peoples and ultimately proclaiming their superiority. Many proponents of German nationalism became activists and organized political societies to advance their goals. They developed a new dogma of “Aryanism” that was to expand and become the foundation for Nazi race theories in the 20th century.

Gobineau was befriended by the great composer Richard Wagner, who was a major advocate of racial ideology during the late 19th century. It was Wagner’s future son-in-law Houston Stewart Chamberlain, writing at the end of the 19th century, who glorified the virtues of the Germans as the superrace. In a long book titled The Foundations of the Nineteenth Century, Chamberlain explained the history of the entire 19th century—with its European conquests, dominance, colonialism, and exploitation—as a product of the great accomplishments of the German people. Though English-born, Chamberlain had a fanatical attraction to all things German and an equally fanatic hatred of Jews. He believed Jesus was a Teuton, not a Jew, and argued that all Jews had as part of their racial character a moral defect. Fueled by rising anti-Semitism in Europe, race ideology facilitated the manufacture of an image of Jews as a distinct and inferior population. Chamberlain’s publications were widely disseminated in Germany during the turn of the 20th century. His speculations about the greatness of the Germans and their destiny were avidly consumed by many, especially young men such as Adolf Hitler and his companions in the National Socialist Party.

As this history shows, European intellectual leaders took the constituent components of the ideology of race and molded them to the exigencies of their particular political and economic circumstances, applying them to their own ethnic and class conflicts. Race thus emerged as a powerful denoter of unbridgeable differences that could be applied to any circumstances, particularly of ethnic conflict. The German interpretation of race eventually took the ideology to its logical extreme, the belief that a “superior race” has the right to eliminate “inferior races.”

Galton and Spencer: The rise of social Darwinism

Hereditarian ideology also flourished in late 19th-century England. Two major writers and proselytizers of the idea of the innate racial superiority of the upper classes were Francis Galton and Herbert Spencer. Galton wrote books with titles such as Hereditary Genius (1869), in which he showed that a disproportionate number of the great men of England—the military leaders, philosophers, scientists, and artists—came from the small upper-class stratum. Spencer incorporated the themes of biological evolution and social progress into a grand universal scheme. Antedating Darwin, he introduced the ideas of competition, the struggle for existence, and the survival of the fittest. His “fittest” were the socially and economically most successful not only among groups but within societies. The “savage” or inferior races of men were clearly the unfit and would soon die out. For this reason, Spencer advocated that governments eschew policies that helped the poor; he was against all charities, child labour laws, women’s rights, and education for the poor and uncivilized. Such actions, he claimed, interfered with the laws of natural evolution; these beliefs became known as social Darwinism.

The hereditarian ideologies of European writers in general found a ready market for such ideas among all those nations involved in empire building. In the United States these ideas paralleled and strengthened the racial ideology then deeply embedded in American values and thought. They had a synergistic effect on ideas of hereditary determinism in many aspects of American life and furthered the acceptance and implementation of IQ tests as an accurate measure of innate human ability.

“Race” Ideologies In Asia, Australia, Africa, And Latin America

European conquest and the classification of the conquered

As they were constructing their own racial identities internally, western European nations were also colonizing most of what has been called, in recent times, the Third World, in Asia and Africa. Since all the colonized and subordinated peoples differed physically from Europeans, the colonizers automatically applied racial categories to them and initiated a long history of discussions about how such populations should be classified. There is a very wide range of physical characteristics among Third World peoples, and subjective impressions generated much scientific debate, particularly about which features were most useful for racial classification. Experts never reached agreement on such classifications, and some questions, such as how to classify indigenous Australians, were subjects of endless debate and were never resolved.

Race and race ideology had become so deeply entrenched in American and European thought by the end of the 19th century that scholars and other learned people came to believe that the idea of race was universal. They searched for examples of race ideology among indigenous populations and reinterpreted the histories of these peoples in terms of Western conceptions of racial causation for all human achievements or lack thereof. Thus, the so-called Aryan invasions of the Indian subcontinent that began about 2000 BCE were seen, and lauded by some, as an example of a racial conquest by a light-skinned race over darker peoples. The Aryans of ancient India (not to be confused with the Aryans of 20th-century Nazi and white supremacist ideology) were pastoralists who spread south into the Indian subcontinent and intermingled with sedentary peoples, such as the Dravidians, many of whom happened to be very dark-skinned as a result of their long adaptation to a hot, sunny tropical environment. Out of this fusion of cultures and peoples, modern Indian culture arose. Such conquests and syntheses of new cultural forms have taken place numerous times in human history, even in areas where there was little or no difference in skin colour (as, for example, with the westward movements of Mongols and Turkish peoples).

India’s caste system

India has a huge population encompassing many obvious physical variations, from light skins to some of the darkest in the world and a wide variety of hair textures and facial features. Such variations there, as elsewhere, are a product of natural selection in tropical and semitropical environments, of genetic drift among small populations, and of historical migrations and contact between peoples.

The Hindu sociocultural system was traditionally divided into castes that were exclusive, hereditary, and endogamous. They were also ranked and unequal and thus appeared to have many of the characteristics of “race.” But the complex caste system was not based primarily on skin colour, as castes included people of all physical variations. Nor was it based on a “scientific” ideology of superiority or inferiority, although late 19th-century pseudoscientific analyses attempted to explain the system’s longevity (see below). Although some early 20th-century European scholars tried to divide the Indian and other Asian peoples into races, their efforts were hindered not only by the complexity of physical variations in India, parts of Southeast Asia, and Melanesia but by the developing fields of science.

Castes were, and are still, occupational groups as well as elements in a religious system that accords different values and different degrees of purity to different occupations. They also are the main regulators of marriage and inheritance rights. Some castes were originally small-scale tribal groups who were incorporated into the Hindu kingdoms. It has been noted that there are thousands of castes in India and many different ways of ranking them, including through such cultural features as food taboos and sharing obligations, but none derive from skin colour or “race.” 

Caste discrimination has been outlawed in India, although it remains deeply rooted in the cultures of ordinary people. Moreover, democratic values, the human rights movement, and the processes of industrialization have affected the rigid social caste system of India and led in some areas to a blurring of caste boundaries and a decline in the importance of caste identity.Audrey Smedley

Japan’s minority peoples

A few ethnographic studies have suggested that a form of racial ideology has developed independently of the West in some traditional societies such as that of Japan, where various minority peoples, notably the burakumin and the Ainu, have been victimized and exploited by the dominant society. The burakumin, the former outcastes, have suffered from various forms of discrimination because of folk myths about their “polluted blood,” a discourse that has historical origin but no biological reality. Discrimination against them has been made possible by identifying group membership on the basis of descent—in modern times this discrimination is most pronounced in marriage, but historically it also affected housing and employment—and “traditional” occupations—such as butchering animals or disposing of corpses—which had been considered undesirable for the centuries during which Buddhism was a dominant religion. Medieval documents reveal that long before Japan imported Western racial ideology in the modern age, they were portrayed as being of a different shu (“race”), and discrimination against them was institutionalized and legalized. Although the burakumin were declared by law in 1871 to be of equal status, prejudice against them persisted into the 21st century.

N.B.

Aangezien het ons erom ging om aan te tonen, dat Voltaire opvattingen had over de minderwaardigheid van zwarte mensen is de rest van dit zeer lange artikel niet verder voor de lezer gecopy past

Zie voor de rest van het artikel de link

https://www.britannica.com/topic/race-human/Building-the-myth-of-black-inferiority

EINDE ARTIKEL ENCYCLOPAEDIA BRITANNICA

”Carl Linnaeus is the father of biological taxonomy, having invented the system that we use today: genus and species – Homo sapiens. He was also a central figure in the emergence of scientific racism too, alongside Kant, Voltaire and a host of other European men”

THE GUARDIANHOW TO FIGHT RACISM USING SCIENCE
https://www.theguardian.com/world/2020/jan/26/fight-racism-using-science-race-genetics-bigotry-african-americans-sport-linnaeus

TEKST

It seems we can’t move for comments about race dominating our media landscape, be it about an actor formerly known as a princess, or by an actor previously unknown to anyone outside of his famous acting dynasty. These are fractious times, and such debates appear to be increasing in frequency. But there are some fights for which you can arm yourself in advance – and when the argument is about race, the weapon of choice is science.

Racism is a prejudice that has a longstanding relationship with science. The invention of race occurred in the age of empires and plunder, when men of the emerging discipline of science classified the people of the world, mostly from their armchairs. Carl Linnaeus is the father of biological taxonomy, having invented the system that we use today: genus and species – Homo sapiens. He was also a central figure in the emergence of scientific racism too, alongside Kant, Voltaire and a host of other European men.

Classifications were based primarily on skin colour, some on a handful of skull measurements, and they also came with some shoddy value judgments: Linnaeus had the people of Africa as lazy and “governed by caprice”; Native Americans were “zealous and stubborn”; East Asians were haughty, greedy, and “ruled by opinions”. Voltaire believed that black people were a different species. All of these taxonomies were inherently hierarchical, with white Europeans always on top. 

In the 19th century, Darwin’s half-cousin Francis Galton and others tightened their scientific arguments for race though, as Darwin noted, no one could agree on how many races there actually were, the range being between one and 63. Galton was an amazing scientist, and a stunning racist. The most delicious irony about him is that the field he effectively established – human genetics – is the branch of science that has demonstrated unequivocally that race is not biologically meaningful. Modern genetics clearly shows that the way we colloquially define race does not align with the biology that underpins human variation. Instead, race is a cultural taxonomy – a social construct. This doesn’t mean it is invalid or unimportant, nor does it mean that race does not exist. Humans are social animals, and the way we perceive each other is of paramount importance. Race exists because we perceive it

Racism seems to be making a comeback in public life: the prime minister has a well-stocked back catalogue of racist remarks, most notably describing Congolese people as “piccanninies” with “watermelon smiles”. Antisemitism is a defining issue for the 21st-century Labour party. Sport has always suffered from racist fans, and in 2018, bananas were thrown on to pitches at black footballers such as Arsenal’s Pierre-Emerick Aubameyang, as they were routinely 30 years ago. The England cricketer Jofra Archer was subjected to racist abuse in a Test match in New Zealand in November.

We all know someone who has casually racist opinions: the misattribution of elite athletic success to ancestry rather than training, that east Asian students are naturally better at maths; or that Jews are innately good with money. Racism may be back, so get tooled up, because science is no ally to racists. Here are some standard canards of prejudice, and why science says something different.

What we see with our eyes is the merest fraction of a person. But humans are a highly visual species, and skin colour is the primary factor in allocating race. This idea is modern though, only becoming the primary classifier during the so-called Age of Enlightenment. Modern genetics reveals a much more complicated – and fascinating – picture.

Lighter skin is, at least partially, an adaptation to less sunny skies, as a means of protecting us from folate deficiency. Homo sapiens originated as an African species, but that doesn’t necessarily mean that we were ancestrally dark-skinned, nor that everyone was the same colour. Some of the differences we can see and measure between populations are local adaptations to evolutionary pressures such as food availability and disease. Similarly, genes for lighter pigmentation have been selected by an evolution away from the equator. But the palette of skin colour within the African continent is far greater than anywhere else, meaning that a simplistic model of selection based on exposure to the sun only explains a fraction of that diversity. There are 1.3 billion Africans, 42 million African Americans. Not only are these huge numbers, but the people in question are more diverse genetically than anyone else on Earth. And yet westerners refer to all of them as “black”. This is a scientifically meaningless classification, and one that is baked into western culture from five centuries of scientific racism. Stereotyping based on pigmentation is foolish, because racial differences are skin deep.

“England for the English” warbled Morrissey in his song The National Front Disco. Now that Mozza has given apparent support to For Britain, a political party even Nigel Farage thinks is full of “Nazis and racists”, it’s no longer clear the lyrics were ironic. Although Morrissey denies he is a racist, the sentiment is an old racist refrain. In July last year, President Trump suggested that if four elected US congresswomen didn’t like it in the US, they should go back to where they came from. Three of them were born in the United States and one is a Somali-born American citizen. Meanwhile, Trump’s paternal grandparents were German immigrants, his mother Scottish-born, his first wife Moravian, his third, Slovenian. It is never clear where the benchmark for indigeneity lies.

Indigeneity is a tricky concept. The British Isles have been invaded throughout their history: 1066 was the most recent hostile conquest, but before that, we were occupied by Vikings, who followed Angles, Saxons, Alans, and dozens of other tribes. The Romans ruled for a while, with conscripts not from Rome but from all over their empire, including Gaul, the Mediterranean and sub-Saharan Africa.

About 4,500 years ago, Britain was populated primarily with farmers who had European ancestors. DNA taken from the bones of the long dead suggests they were probably olive-skinned, with dark hair and brown eyes

The Beaker folk arrived in Britain about 4,400 years ago, and again according to ancient DNA, within a few centuries had replaced almost the entire population. We don’t know how or why, whether it was violence, disease, or something else.

Before them there were darker-skinned hunter-gatherers, who had been there a few thousand years. Then it all gets a bit foggy. The earliest evidence of British humans is in the crumbling coastline of Happisburgh in Norfolk, where size nine footprints of an unknown species of human were set in soft stone 900,000 years ago.

No country, people, political power or border is permanent. The only true indigenous Brits were not even our own species. So, when racists say “England for the English”, or when they talk about indigenous people, I do not know who they mean, or more specifically, when they mean. They probably don’t either.

Pure blood

White supremacists are obsessed with DNA. I spend time lurking in some of the nastiest corners of the internet, partially so that you don’t have to, but also to track their conversations about ancestry. Racist online cesspits such as Stormfront and 4Chan and 8Kun are flooded with thousands of posts about racial purity and ancestry-testing products. Occasionally, these commercial kits reveal previously unknown ancestry from people that white supremacists loathe. White purity is the key idea within white supremacy, and reactions are often conspiracy-fuelled (“the companies are owned by Jews”), or just absurd: “When you look in the mirror, do you see a jew [sic]? If not, you’re good,” which somewhat undermines the point of the tests.

There are no purebred humans. Our family trees are matted webs, and all lines of our ancestry get tangled after a few generations. All Nazis have Jewish forebears, all racists have African ancestors. Non-racists often think that their ancestry is somehow pure too, and this can be bolstered by misinterpreting commercial genetic ancestry kits. But no matter how isolated or wholesome you think your family tree is, it is a node on a tangled bank, linked directly to everyone else on your continent after only a few centuries, and everyone in the world after a couple of millennia.

Genealogy and genetic genealogy are not perfectly aligned, and due to the way DNA is shuffled during the production of sperm and egg, much is cumulatively lost over the generations. What this means is that you carry DNA from only half of your ancestors 11 generations back. You are genetically unrelated to people from whom you are actually descended as recently as the middle of the 18th century. You are descended from multitudes, most of whom you know nothing about, and many of whom you have no meaningful genetic relationship with.

Black power

The last white man to win the 100m final at the Olympics was Allan Wells in 1980, a year when the US boycotted the event. This was also the last time white men competed in the final, five in total. For many, this forms the basis of a long-standing assumption that black people – and more specifically African Americans, Jamaicans or Canadians – have a biological advantage for explosive energy sports.

Unfortunately, elite sportspeople are an abysmal sample on which to make generalisations about populations – they are already wonderfully freakish outliers. The sample size is hopeless, too: the total number of athletes that have competed in the 100m Olympic final since Wells took the gold is 58. Five of them were African, and not from the west African countries from where the enslaved were taken. By this metric, Africans are exactly as successful as white people in the 100m since 1980.

The argument that informs this misguided idea is that centuries of slavery have resulted in selection for explosive energy genes (about which we know very little). This is also a total nonstarter, for many reasons. Most significantly, we can look for the signals of evolutionary selection in African Americans since the beginning of transatlantic slavery, that is, genes that have proliferated in that population. A 2014 study of the DNA of 29,141 African Americans showed no signs of selection across the whole genome for any trait in the time since their ancestors were taken from their African homelands.

But for the sake of argument, let’s pretend that genes were selected that related to power and strength. Why then do eastern Europeans dominate weightlifting, yet are absent from sprinting? Why do African Americans dominate in boxing, but not wrestling? Where are all the black sprint cyclists? Why is it that in the 50m freestyle in swimming in the whole history of the Olympics, the number of African American finalists is… one? None of these facts align with the slavery explanation for African American dominance in the 100m.

The transatlantic slave trade also imported millions of West African people to South America. The number of South Americans of any ancestry to have competed in the 100m finals? Zero.

The point is this: sprinters in the Olympics, or indeed any elite sportspeople, are not a dataset on which a statistician could draw any satisfactory conclusion. Yet it is precisely the data on which extremely popular racial stereotypes are based. Elite athletes deserve better praise than the belief that they have auspicious ancestry.

[9]

KETI KOTI AMSTERDAM1 JULI HERDENKING AFSCHAFFING SLAVERNIJ
http://ketikotiamsterdam.nl/1-juli-herdenking-afschaffing-slavernij/

WIKIPEDIANATIONAAL MONUMENT SLAVERNIJVERLEDEN
https://nl.wikipedia.org/wiki/Nationaal_monument_slavernijverleden

GEMEENTE AMSTERDAMHERDENKING AFSCHAFFING SLAVERNIJ1 JULI 2019
https://www.amsterdam.nl/toerisme-vrije-tijd/evenementen/herdenkingen/afschaffing-slaverni/

TOESPRAAK FEMKE HALSEMA TIJDENS KETI KOTI, DE NATIONALE HERDENKING VAN DE AFSCHAFFING VAN DE SLAVERNIJ 

https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/college/burgemeester/speeches/toespraak-burgemeester-halsema-tijdens-0/

Frimangron, ‘land van vrije mensen’.
Was de naam van de plek, tussen Paramaribo en de plantages, waar in de achttiende eeuw vrije Afro-Surinamers gingen wonen.
Deze voormalige slaafgemaakten werden vrijgelaten omdat het systeem, met geweld alleen, niet vol was te houden, schrijft de Leidse historicus Karwan Fatah-Black.
Ze kregen een sprankje hoop, valse hoop, om een systeem van racistische onderdrukking in stand te kunnen houden.

Tot 1863, toen de slavernij werd afgeschaft. Of, zoals het thema van de herdenking dit jaar luidt, men begon aan ‘een lange weg omhoog’. Want ook toen bleek de vrijheid voor velen slechts valse hoop: tot 1873 werden slaven gedwongen om op de plantages te blijven werken.

Vrijheid verloedert snel tot valse hoop als er geen wezenlijke gelijkheid is.

Valse hoop leidde 50 jaar geleden tot het grote verzet in Willemstad van zwarte arbeiders tegen het koloniale bestuur. Het was het begin van Afro-Curaçaos zelfbewustzijn.

Valse hoop was er ook voor de nazaten van slaafgemaakten. Toen de eerste Surinamers en Antillianen naar Amsterdam kwamen werden ze uit een aantal stadswijken geweerd. Een deel van de stad bleef gesloten voor hen.
En discriminatie op de arbeidsmarkt is er tot de dag van vandaag. Het moeilijkste te verteren is nog wel dat de mensen die opstaan tegen uitsluiting en racisme nog altijd te maken krijgen met haat en bedreigingen.
Een lange, maar ook een langzame weg omhoog.

En dat geldt ook voor de omgang met de geschiedenis van Amsterdam. De stad waar koopmannen verdienden aan de handel in mensen en investeerden in plantages. De stad die één van de drie eigenaren was van de Sociëteit Suriname, het bedrijf dat de kolonie bestuurde tot het einde van de achttiende eeuw. Of zoals een onderzoeker al in de achttiende eeuw concludeerde: in de stad was er niemand die geen stuk brood verdiende aan de slavernij.

Ook Amsterdam heeft een lange weg omhoog te gaan. Door de betekenis van slavernij in de lokale economie te onderzoeken, door een slavernijmuseum in het leven te roepen. En door verantwoordelijkheid te nemen.

Dat is niet alleen gerechtigheid voor de slachtoffers en hun nazaten, dat komt ook voort uit het besef dat we als stad incompleet zijn als we onze eigen geschiedenis niet kennen, als we de meest beschamende delen van onze geschiedenis ontkennen of onderbelichten.

De komende jaren willen wij een sprong maken.
De stad groeit. Er komen woningen bij, sociale en culturele voorzieningen, plekken voor ondernemers en kunstenaars. We bouwen en breiden uit.

En in onze groeiende stad moeten nieuwe verhalen, nieuwe herinneringen hun centrale plek kunnen vinden. Ook als ze pijnlijk zijn.
Niet als de herinneringen van een Afro-Caribische gemeenschap die worstelt met hoop en valse hoop. Maar als het cultuurgoed van alle Amsterdammers. Dat zijn de verschrikkingen die tijdens keti-koti worden herdacht, maar het zijn ook de verhalen over de helden die het verzet tegen slavernij hebben geleid en de pioniers die aan zelfbewustzijn hebben gewerkt. In Suriname, op de eilanden en in Nederland.

Wij willen samen de weg omhoog gaan. Zodat Amsterdamse jongeren nieuwe rolmodellen en iconen leren kennen. Uit heden en verleden. Niet alleen in de musea en de geschiedenisboekjes, maar op school, tijdens herdenkingen, bij vieringen en in onze publieke ruimte.
Binnenkort zal een nieuwe wijk op IJburg – centrumeiland – worden vernoemd naar diegenen die een leven lang hebben gevochten tegen kolonialisme en slavernij in Indonesië, op de Antillen en in Suriname. Maria Ulfah, feministe en rechtsgeleerde uit Indonesië, Otto en Hermina Huiswoud, de Surinaamse activisten, Frank Martinus Arion, Curaçaose schrijver en pleitbezorger van dit monument. En vele anderen.

Wij willen dat Amsterdam ieders stad wordt. Waarvan we de geschiedenis delen, onderzoeken en dan berouwen.
Een stad van gelijkwaardige en werkelijk vrije mensen.Dank u wel.
YOUTUBE.COMSTRATEN CENTRUM EILAND WORDEN VERNOEMD NAAR STRIJDERS TEGEN SLAVERNIJ 

TRANSCRIPTIE
TEKST
Excellenties, dames en heren, Geachte aanwezigen,

Frimangron, ‘land van vrije mensen’.
Was de naam van de plek, tussen Paramaribo en de plantages, waar in de achttiende eeuw vrije Afro-Surinamers gingen wonen.
Deze voormalige slaafgemaakten werden vrijgelaten omdat het systeem, met geweld alleen, niet vol was te houden, schrijft de Leidse historicus Karwan Fatah-Black.
Ze kregen een sprankje hoop, valse hoop, om een systeem van racistische onderdrukking in stand te kunnen houden.

Tot 1863, toen de slavernij werd afgeschaft. Of, zoals het thema van de herdenking dit jaar luidt, men begon aan ‘een lange weg omhoog’. Want ook toen bleek de vrijheid voor velen slechts valse hoop: tot 1873 werden slaven gedwongen om op de plantages te blijven werken.

Vrijheid verloedert snel tot valse hoop als er geen wezenlijke gelijkheid is.

Valse hoop leidde 50 jaar geleden tot het grote verzet in Willemstad van zwarte arbeiders tegen het koloniale bestuur. Het was het begin van Afro-Curaçaos zelfbewustzijn.

Valse hoop was er ook voor de nazaten van slaafgemaakten. Toen de eerste Surinamers en Antillianen naar Amsterdam kwamen werden ze uit een aantal stadswijken geweerd. Een deel van de stad bleef gesloten voor hen.
En discriminatie op de arbeidsmarkt in onze samenleving is er tot de dag van vandaag. En het moeilijkste te verteren is nog wel dat de mensen die opstaan tegen uitsluiting en racisme nog altijd te maken krijgen met haat en bedreigingen.
Het is een  lange, maar ook een langzame weg omhoog.

En dat geldt ook voor de omgang met de geschiedenis van Amsterdam. De stad waar koopmannen verdienden aan de handel in mensen en investeerden in plantages. De stad die één van de drie eigenaren was van de Sociëteit Suriname, het bedrijf dat de kolonie bestuurde tot het einde van de achttiende eeuw. Of zoals een onderzoeker al in de achttiende eeuw concludeerde: in Amsterdam was er niemand die geen stuk brood verdiende aan de slavernij.

Ook Amsterdam heeft een lange weg omhoog te gaan. Door de betekenis van slavernij in de lokale economie te onderzoeken, door een Nationaal slavernijmuseum in het leven te roepen binnen onze stadsgrenzen. En door onze verantwoordelijkheid te nemen.

Dat is niet alleen gerechtigheid voor de slachtoffers en hun nazaten, dat komt ook voort uit het besef dat we als stad incompleet zijn als we onze eigen geschiedenis niet kennen, als we de meest beschamende delen van onze geschiedenis ontkennen of onderbelichten.

De komende jaren willen wij een sprong maken.
Onze stad groeit. Er komen woningen bij, sociale en culturele voorzieningen, plekken voor ondernemers, mensen, kunstenaars. We bouwen, we  breiden uit.

En in onze groeiende stad moeten nieuwe verhalen, nieuwe herinneringen hun centrale plek gaan vinden. Ook als ze pijnlijk zijn.
En niet alleen als de herinneringen van een Afro-Caribische gemeenschap die worstelt met hoop en valse hoop. Maar als het cultuurgoed van alle Amsterdammers. En dat zijn de verschrikkingen die tijdens keti-koti worden herdacht, maar het zijn ook de verhalen over de helden die het verzet tegen slavernij hebben geleid en de pioniers die aan zelfbewustzijn hebben gewerkt. In Suriname, op de eilanden en in Nederland.

Wij willen samen de weg omhoog gaan. Zodat Amsterdamse jongeren nieuwe rolmodellen en iconen leren kennen. Uit heden en verleden. En niet alleen in de musea en de geschiedenisboekjes, maar op school, tijdens herdenkingen, bij vieringen en in onze publieke ruimte.
Binnenkort zal een nieuwe wijk op IJburg – centrumeiland – worden vernoemd naar diegenen die een leven lang hebben gevochten tegen kolonialisme en slavernij in Indonesië, op de Antillen en in Suriname. Maria Ulfah, feministe en rechtsgeleerde uit Indonesië, Otto en Hermina Huiswoud, de Surinaamse activisten, Frank Martinus Arion, Curaçaose schrijver en pleitbezorger van dit monument. En vele, vele anderen.

Wij willen dat Amsterdam ieders stad is. Waarvan we de geschiedenis delen, onderzoeken en dan berouwen.
Een stad van gelijke en werkelijk vrije mensen.Dank u wel

[10]
PREMIER RUTTE OVER EXCUSES NEDERLAND OVER HET SLAVERNIJVERLEDEN:2.34-3.12

YOUTUBE.COM ZOMERGASTEN IN VIJF MINUTEN MARK RUTTE 3.15-4.12
https://www.youtube.com/watch?v=Mx04YMtMDZs
”Spijt en excuses en sorry zijn voor mij hetzelfde”[Interviewer] ”Maar waarom is het voor Nederland dan zo moeilijk ombijvoorbeeld over het slavernijverleden om, om een excuus te maken?””Het slavernijverleden, daarvan is mijn punt altijd geweest:Dat is 150 jaar geleden.Ik vind het….ik heb het altijd gratuit gevonden om te zeggen over iets wat 150 jaar is geleden is gebeurd in die context, in die totaal andere situatie om daarvoor excuses te maken dus te zeggen, ja, dee mensen toen hebben het fout gedaan,dat vind ik van een, dat vind ik, vanwege dat grote tijdsverschil en het feit dat je die context van 150 jaar geleden nooit zo kunt wegen, vind ik onjuist.”

[11]

7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

Basic rules of international humanitarian law in armed conflicts

31-12-1988

This text has been prepared for dissemination purposes and cannot in any circumstances serve as a substitute for the complete provisions of the international agreements – Extract from “Basic rules of the Geneva Conventions and their Additional Protocols”

 The seven fundamental rules which are the basis of the Geneva Conventions and the Additional Protocols.  

 
 1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.

 2 – It is forbidden to kill or injure an enemy who surrenders or who is hors de combat .

 3 – The wounded and sick shall be collected and cared for by the party to the conflict which has them in its power.

Protection also covers medical personnel, establishments, transports and equipment. The emblem of the red

cross or the red crescent is the sign of such protection and must be respected.

 4 – Captured combatants and civilians under the authority of an adverse party are entitled to respect for their lives,dignity, personal rights and convictions. They shall be protected against all acts of violence and reprisals. They shall have the right to correspond with their families and to receive relief.

 5 – Everyone shall be entitled to benefit from fundamental judicial guarantees. No one shall be held responsible for an act he has not committed. No one shall be subjected to physical or mental torture, corporal punishment or cruel or degrading treatment.

 6 – Parties to a conflict and members of their armed forces do not have an unlimited choice of methods and means of warfare. It is prohibited to employ weapons or methods of warfare of a nature to cause unnecessary losses or excessive suffering.

 7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

[12]
ADDEFENSIE BERICHT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F’16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING4 NOVEMBER 2019
https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/

Bij zeker twee aanvallen van Nederlandse F-16’s op IS-doelen zijn burgerslachtoffers gevallen. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) in een brief aan de Tweede Kamer. Het is voor het eerst dat het ministerie hier openheid over geeft. Het kabinet onderzoekt of de nabestaanden een schadevergoeding krijgen.
Het kabinet erkent dat er bij een luchtmachtaanval op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija in de nacht van 2 op 3 juni 2015 zeker 70 slachtoffers zijn gevallen. Het gaat zowel om IS-strijders als om onschuldige burgers. Door de explosie van de fabriek vloog een deel van de omliggende woonwijk mee de lucht in.

Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om. Deze site schreef begin dit jaar al dat Nederland waarschijnlijk verantwoordelijk was voor die aanval, op het huis van Basim Razzo en zijn gezin . Defensie wilde dat toen niet bevestigen. Defensieminister Bijleveld zegt de slachtoffers ‘ten zeerste te betreuren’. ,,Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen. Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.’’

Schadevergoeding

Het kabinet onderzoekt of er schadevergoeding kan worden uitgekeerd aan de nabestaanden, schrijft Bijleveld. ,,Op dit moment worden de mogelijkheden daartoe richting de gemeenschappen in kwestie onderzocht.’’ Basim Razzo, de Irakees die zijn vrouw, dochter, broer, neef en zijn huis verloor door een Nederlandse bom, becijferde zijn materiële schade eerder al eens op 500.000 dollar. De Amerikanen, die ook betrokken waren bij de aanval, boden hem 15.000 dollar aan. Dat weigerde hij.

Wel benadrukt de minister dat Nederland daar niet toe verplicht is. De Nederlandse F-16’s streden op verzoek van Irak mee tegen IS. De Iraakse autoriteiten moesten toestemming geven om doelwitten aan te vallen. Op grond van het internationaal recht moeten nabestaanden zich dan ook ‘in eerste instantie’ tot de Iraakse overheid wenden, schrijft de bewindsvrouw. Dat laat onverlet dat Nederland ‘op vrijwillige basis’ toch gaat kijken of het iets kan doen.

De twee bewuste luchtmachtaanvallen zijn (net als twee andere aanvallen waarbij werd gedacht dat er burgerslachtoffers waren gevallen) onderzocht door het Openbaar Ministerie. Bijleveld benadrukt dat er daarbij geen strafbare feiten zijn geconstateerd.

Inschatting

Bij de aanval op de fabriek in Hawija was een verkeerde inschatting gemaakt over het gevaar voor omwonenden, stelt Bijleveld. Voorafgaand aan de aanval was op basis van de bij Nederland beschikbare inlichtingen geen indicatie dat er burgerslachtoffers zouden vallen.  De dichtstbijzijnde woonhuizen stonden buiten het vooraf voorziene schadegebied. De explosie was echter vele malen groter dan gedacht omdat er veel meer explosieven bleken te liggen dan vooraf was ingeschat. Daardoor werd een veel groter gebied vernietigd.

Bij de aanval op het vermeende IS-hoofdkwartier in Mosul kreeg Nederland pas achteraf van de Amerikanen te horen dat het om een woonhuis ging waar burgers woonden. Daarnaast heeft het OM nog twee andere aanvallen onderzocht. Een waarbij een gebouw werd aangevallen terwijl er onverwacht een auto langsreed. Het vierde geval betrof een fout van een F16 waarbij het verkeerde gebouw werd gebombardeerd. Dat bleek een onbewoond gebouw te zijn dat naast het eigenlijke doelwit stond. 

Verkeerd geïnformeerd

Pijnlijk is dat de voorgaande minister van Defensie, Jeanine Hennis, de Tweede Kamer daar destijds verkeerd over heeft geïnformeerd. Op 23 juni 2015 stelde zij in antwoord op Kamervragen dat ‘voor zover op dat moment bekend, er geen sprake was geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak’. Bijleveld schrijft nu dat het ministerie op dat moment al van de Amerikanen had gehoord dat bij de aanval op Hawija waarschijnlijk wel degelijk burgers waren omgekomen.

Bijleveld stelt in een toelichting dat dit destijds door haar voorganger ‘niet zo geformuleerd had moeten worden’.  Ook als Defensie wel wist dat er burgerdoden waren, had het die informatie toen niet kunnen geven. Het antwoord op de Kamervragen had moeten zijn dat het ministerie er niets over kon zeggen. 

De Nederlandse luchtmacht was in twee periodes actief in de strijd tegen terreurorganisatie IS. De eerste keer van oktober 2014 tot en met juni 2016 en de tweede keer van januari 2018 tot en met december 2018. Er werd gevochten in zowel Irak als Syrië. In totaal hebben Nederlandse gevechtsvliegtuigen zo’n 3000 missies uitgevoerd, waarbij meer dan 2100 keer wapens zijn ingezet.Volgens Bijleveld was het niet mogelijk om tijdens de periode dat onze vliegers actief waren al openheid te geven over de burgerslachtoffers. Het ‘vrijgeven van de exacte locatie, datum en het vermoedelijke aantal burgerslachtoffers ten gevolge van Nederlandse wapeninzet’zou een te groot risico vormen. Ten eerste voor de Nederlandse F-16-piloten zelf en hun thuisfront die doelwit zouden kunnen worden van wraakacties. Ten tweede zou het ook onze partners in gevaar kunnen brengen omdat dit soort informatie ‘inzicht had kunnen geven in de operationele afwegingen, procedures en andere operationele details’.
[13]

NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL OP IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.

Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.

Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september.

Wilt u reageren? Mail de makers: Ben Meindertsma en Lex Runderkamp.

[14]
‘Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om

ADDEFENSIE BERICHT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F’16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING4 NOVEMBER 2019
https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/

NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL OP IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

TEKST

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september. 

ADNEDERLANDSE BOMBARDEMENTEN IRAK EN SYRIE: ONSCHULDIGEN STIERVEN BIJ 2500 MISSIES8 JANUARI 2019
https://www.ad.nl/buitenland/nederlandse-bombardementen-irak-en-syrie-onschuldigen-stierven-bij-2500-missies~ae4ecd8c/

De missie tegen IS was een succes, maar de Nederlandse bommen op Irak en Syrië maakten ook onschuldige slachtoffers. Verslag van een nog onvoltooide zoektocht naar de ‘collateral damage’.
21 september 2015, Mosul, Irak, na middernacht: Bassim Razzo (56), accountmanager bij een telecommunicatiebedrijf, schrikt wakker in zijn bed in een vrijstaand huis in een buitenwijk. Zijn woning trilt, hij voelt de smaak van bloed in zijn mond. Als hij naar boven kijkt, ziet hij niet het plafond van zijn slaapkamer, maar de sterrenhemel. Bewegen kan hij niet meer en als hij de naam roept van zijn vrouw Mayada en die van zijn dochter Tuqa, komt er geen antwoord. Daarna verliest hij het bewustzijn. Als Bassim weer bijkomt, ligt hij in een ziekenhuis. Zijn vrouw en zijn dochter zijn dood, zijn huis is verwoest. Net zoals het huis ernaast: waar zijn broer met zijn gezin woonde. De panden zijn geraakt door twee westerse bommen. De coalitie dacht een hoofdkwartier van IS te raken, het bleken twee gewone woonhuizen.

Dit is een verhaal over de zoektocht naar de collateral damage van de Nederlandse bombardementen op Irak en Syrië. Die militaire missie tegen terreurgroep IS eindigde op 31 december, de vier Nederlandse F-16’s zijn weer thuis. De missie was een succes, stelt het ministerie van Defensie. IS is teruggedrongen. ,,Nu moeten we de Iraakse overheid helpen om hun overwinning op IS vast te houden en te steunen in de wederopbouw”, zei minister Bijleveld van Defensie dit najaar.

Maar hoe hoog was de prijs van dat succes? Hebben Nederlandse bommen burgerslachtoffers gemaakt? En zo ja, wie waren het en heeft Nederland iets gedaan om ze te compenseren voor hun leed?

Vrij weinig

Vanaf september 2014 maakte Nederland, samen met onder meer Amerika en Groot-Brittannië, deel uit van de internationale coalitie tegen IS. Nederland vloog 2500 missies boven het strijdgebied, de vliegers gebruikten meer dan 1900 keer hun wapens. Alle coalitielanden samen gooiden ruim 100.000 bommen af. Er vielen, volgens de coalitie zelf, 1000 burgerdoden bij. Organisaties als Amnesty International en Airwars schatten dat aantal op zeker 7000.

Wat vertelt Nederland over die collateral damage? Vrij weinig. Ja, er zijn burgerslachtoffers gevallen, waarschijnlijk meerdere keren, blijkt uit openbare documenten van Defensie. Maar waar en wanneer dat gebeurde, wil het ministerie niet vertellen. Ook geeft ze geen schatting hoeveel burgers er zijn omgekomen door Nederlandse bombardementen.

In een brief aan de Tweede Kamer van april dit jaar schrijft Defensie dat het Openbaar Ministerie onderzoek heeft gedaan naar vier bombardementen waarbij mogelijk fouten zouden zijn gemaakt. Bij drie daarvan zijn mogelijk of zeker burgerslachtoffers gevallen.

In een geval rijdt er plotseling een auto in de ‘blast range van de bom’. In de twee andere gevallen gaat er meer mis. Een Nederlandse F-16 gooit een bom op een gebouw dat door IS gebruikt wordt als fabriek voor autobommen. Een legitiem doel, maar er blijken veel meer explosieven te liggen dan verwacht. ,,Door secundaire explosies wordt een aantal andere gebouwen in de omgeving vernietigd. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerdoden zijn gevallen”, schrijft het ministerie. Bij het tweede incident blijkt een verondersteld hoofdkwartier van IS een gewoon woonhuis te zijn. De inlichtingen waren ‘onjuist’. ,,Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen.” Het OM sluit het onderzoek: dat het fout ging, was niet aan Nederland te wijten.

Wat ging er mis?

Waar precies en wanneer hebben die incidenten plaatsgevonden? Wat ging er mis in de planning? Hoeveel slachtoffers waren er? Defensie wil er geen antwoord op geven.

Daarom doen we een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB). We vragen om de after action reports van de genoemde incidenten, die plaats hebben gevonden tussen oktober 2014 en juni 2016 in Irak. Ons WOB-verzoek wordt afgewezen vanwege ‘nationale en operationele veiligheid’. ,,Verstrekking zou het risico voor de veiligheid van de militairen en de Nederlandse samenleving kunnen vergroten”, stelt Defensie.

Ook het Openbaar Ministerie, dat de incidenten onderzocht, wijst ons verzoek om documenten af. We vragen het OM ook of het onderzocht heeft hoe het kwam dat de inlichtingen die Nederland kreeg, niet klopten. Dat is niet onze taak, meldt een woordvoerder.

Het Amerikaanse hoofdkwartier Centcom in Florida dan? Zij doen de woordvoering over de acties van de coalitie. De Amerikaanse reactie: ,,We doen nooit uitspraken over bijdrages van individuele landen.” Ons beroep op de Freedom of Information Act staat momenteel op plek 624 in de wachtrij.

Gewoon woonhuis

We zoeken contact met journaliste Azmat Khan die voor The New York Times in Irak zelf onderzoek deed naar burgerslachtoffers. Samen zetten we alle bekende incidenten op een rij waarbij de coalitie dacht dat het een IS-hoofdkwartier bombardeerde, maar waar het doel uiteindelijk een gewoon woonhuis bleek. Het soort incident waarvan Nederland in de Kamerbrief erkent dat het erbij betrokken is geweest. We vinden één match in de betreffende periode: de dodelijke aanval op twee vrijstaande woningen bij Mosul op 21 september 2015, waarbij Bassim Razzo zijn familie verloor. ,,Er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan ze denk”, zei Razzo, die zelf studeerde in de VS, erover in The New York Times.

Had Nederland een aandeel in die gruwelijke vergissing? Uit een Amerikaans document blijkt dat ‘de VS direct betrokken was bij deze aanval’. ,,Het doel was opgezet en goedgekeurd door het hoofdkwartier en de VS leverde airframes en munitie voor de aanval.‘’

Dat is een ‘zeer cryptische omschrijving’, stelt Peter Wijninga, een voormalige luchtmachtofficier die nu verbonden is aan het Haagse Centrum voor Strategische Studies. ,,Airframes is luchtmachtjargon voor vliegtuigen, letterlijk ‘casco’, zonder bemanning dus. Het kan erop wijzen dat de vliegtuigen werden bemand door vliegers van een andere nationaliteit. Kortom: wordt hier een coalitiepartner uit de wind gehouden of probeert men de eigen rol te verdoezelen?‘’

Als we Defensie vragen of Nederlandse piloten in toestellen van andere landen hebben gevlogen, antwoordt het ministerie dat dat boven Irak inderdaad is gebeurd. ,,In het kader van een uitwisselingsproject.‘’

Het weekbericht van Defensie meldt in de betreffende week van 2015: ,,Bij een van de coalitiemissies had een Nederlandse F-16-vlieger de leiding over een luchtaanval op verschillende ISIS-doelwitten. Er namen verschillende vliegtuigen van de coalitie hieraan deel.” Meer informatie geeft niemand. 

We maken ook een lijst van bombardementen die voldoen aan het tweede incident waarbij Nederland betrokken is geweest: aanvallen waarbij een bommenfabriek is getroffen, maar waarbij door ‘secondary explosions’ onbedoeld ook burgerslachtoffers zijn gevallen. We komen tot vijf aanvallen die enigszins overeenkomen, bij elk van die aanvallen vielen tussen de vijf en tien burgerdoden. Van die aanvallen is niet bekend wie ze heeft uitgevoerd. De grootste tragedie vond plaats op 3 juni 2015 bij de stad Hawija, Irak: de coalitie bestookt daar een IS-bommenfabriek op een industrieterrein, maar omdat er veel meer explosieven liggen dan gedacht, ontstaat een ravage. Omwonenden melden aan internationale persbureaus 70 doden, onder wie veel burgers én 26 kinderen. De coalitie bevestigt de aanval, maar zegt niets over burgerdoden.

Op social media zijn geen beelden van de resten van de bom te vinden die kunnen helpen bij identificatie. De nabestaanden van de burgerdoden in Hawija hebben geen idee door welk land hun geliefden zijn gebombardeerd.

,Bij luchtaanvallen mogen, volgens het oorlogsrecht, burgerslachtoffers vallen. Als er maar zo veel mogelijk wordt gedaan om het te voorkomen”, stelt advocate Liesbeth Zegveld, gespecialiseerd in mensenrechtenschendingen. ,,Maar we zijn ook verplicht de doden te registreren en we weten niets over de slachtoffers die we met onze bombardementen in Irak en Syrië maken.”

Zegveld vertegenwoordigt Mohammed Ahmed, een Irakese student die op 26 januari 2015 van Mosul met een taxi naar Bagdad probeerde te komen. De bom die de taxi raakte, doodde zijn moeder. Mohammed heeft geen idee welk land de bom heeft afgeworpen. Zegveld vroeg het de Nederlandse overheid, maar kreeg de informatie niet. Begin 2019 start ze in Nederland een rechtszaak namens Ahmed, in de hoop dat er dan gegevens boven tafel komen. ,,Het is bizar dat deze mensen nu in het duister tasten.‘’

Als de herkomst van de bom bekend is, kan Ahmed om verantwoording en eventueel om compensatie vragen. Dat laatste is nu een ondoorzichtig traject. Nabestaanden en andere slachtoffers moeten bij de Irakese overheid aankloppen voor schadevergoeding. Het systeem dat daarvoor is opgezet, werkt amper, stellen deskundigen. Nederland heeft dit voorjaar bij de coalitie geopperd een centraal coalitiemeldpunt op te zetten waar burgerslachtoffers zich kunnen melden. De andere leden zagen er niets in.

Zegveld: ,,Het zou goed zijn als dat meldpunt er wel komt. Mijn cliënt heeft op zich niets tegen de rol van de coalitie in de oorlog in zijn land, maar dan moet die coalitie wel haar verantwoordelijkheid nemen. Het geldt ook voor Nederland: we willen meedoen met de grote jongens, maar dan moet je na A ook B zeggen.”

Immense verdriet

Maart, 2017. Bassim Razzo is de eerste Irakees die tijdens de oorlog tegen IS door het Amerikaanse leger wordt ontvangen om te praten over een schadevergoeding. Razzo heeft zijn materiële schade berekend: bijna 550.000 dollar, voor de verwoeste huizen, inventaris, auto’s en medische kosten. Het staat nog los van het immense verdriet over het verlies van zijn familie. ,,We willen ons medeleven uitspreken”, zegt een vertegenwoordiger van het Amerikaanse leger tijdens de bijeenkomst in Erbil, Irak. ,,Als excuses voor uw verlies bieden we u 15.000 dollar.” Razzo kijkt de militair vol ongeloof aan. ,,Sorry, dat kan ik niet aannemen. Dat is een belediging.”

Voor dit verhaal is onder meer gebruikgemaakt van de productie The Uncounted van The New York Times. Heeft u meer informatie over de Nederlandse bombardementen op Syrië en Irak? Anoniem en veilig delen kan via 
ad.publeaks.nl

Nederlandse F-16’s vertrokken in januari 2018 van vliegbasis Volkel naar het Midden-Oosten om daar mee te doen aan de strijd tegen terreurorganisatie Islamitische Staat. De toestellen zullen opereren vanuit Jordanië.[15]

Het huis is verwoest, zijn vrouw Mayada en zijn dochter Tuqa (21) zijn op slag dood. Een tweede bom vernielde tegelijkertijd het huis van Razzo’s broer, dat op het zelfde stuk grond staat. Zijn broer en diens zoon (18) hebben de inslag niet overleefd Razzo zelf is zwaargewond: een verbrijzelde heup, een gebroken schaambeen. Familie smokkelt hem vanuit IS-gebied naar Turkije voor behandeling.

BN DE STEMHOE EEN NEDERLANDSE BOM HET LEVEN VAN BASIM RAZZO VERWOESTTE
https://www.bd.nl/binnenland/hoe-een-nederlandse-bom-het-leven-van-basim-razzo-verwoestte~a42468b93/

Hoe het gaat met Basim Razzo vier jaar nadat een bom zijn huis vernielde, zijn heup verbrijzelde en vier familieleden doodde? ,,Het zijn lange, treurige en vermoeiende jaren geweest’’, zo laat hij via email aan deze site weten.

Wat zestiger Razzo in 2015 overkwam is nauwelijks te beschrijven. Het leven was al moeilijk in de door IS bezette stad Mosul, maar in de nacht van 20 op 21 september nam het lot een gruwelijke wending. Razzo wordt midden in de nacht wakker, de smaak van bloed in zijn mond. Als hij omhoog kijkt, ziet hij niet het dak van zijn huis, maar de bomen in zijn tuin. Dan valt hij weg.

Als hij later bijkomt in het ziekenhuis, dringt door wat er is gebeurd: vliegtuigen van de Westerse Coalitie hebben zijn vrijstaande huis aan de rand van Mosul, gebombardeerd. Het huis is verwoest, zijn vrouw Mayada en zijn dochter Tuqa (21) zijn op slag dood. Een tweede bom vernielde tegelijkertijd het huis van Razzo’s broer, dat op het zelfde stuk grond staat. Zijn broer en diens zoon (18) hebben de inslag niet overleefd. Razzo zelf is zwaargewond: een verbrijzelde heup, een gebroken schaambeen. Familie smokkelt hem vanuit IS-gebied naar Turkije voor behandeling.

Tussen de tranen en de wanhoop door, vraagt de Irakese accountmanager bij telecombedrijf Huawei zich af: waarom mijn huis? Met IS heeft hij niets te maken. Sterker nog: Razzo genoot zijn opleiding in de VS, woonde er jarenlang en was nog steeds bevriend met een hoogleraar aan de universiteit van Pennsylvania. Een keer in het kwartaal gaf hij via een videoverbinding les aan diens klas over de culturele verschillen tussen Irak en de VS.

Na een jarenlange zoektocht van Razzo, geholpen door familie in de VS en verslaggevers van de New York Times komt in 2017 een deel van de gruwelijke waarheid aan het licht: het bombardement was simpelweg een vergissing. De Coalitie, die onder leiding staat van de VS, dacht dat de woning van Razzo en zijn broer een hoofdkwartier van IS was. De geliefden van Razzo waren collateral damagezoals duizenden anderen Irakezen dat ook waren.

Als deze nieuwssite begin dit jaar aanwijzingen krijgt dat de Coalitie-aanval werd gecoördineerd door de VS, maar werd uitgevoerd door de Nederlandse luchtmacht, geeft het ministerie van Defensie geen commentaar. Vanmiddag kwam de bevestiging alsnog. Maar waarom de Coalitie dacht dat de huizen van de Razzo’s een IS-hoofdkwartier was, wil Defensie nog steeds niet zeggen. Basim Razzo zelf denkt dat er een verwisseling is gemaakt met een gebouw verderop in de straat, dat een tijdje door IS is gebruikt. Maar allang weer verlaten is.

Minister Bijleveld van Defensie zei vanmiddag de mogelijkheid te onderzoeken  een fonds op te zetten waar nabestaanden van kunnen profiteren. Onduidelijk is of ze daarmee ook doelde op de familie Razzo of alleen op de nabestaanden van een ander Nederlands bombardement in Hawija, Irak waarbij 70 burgerdoden vielen. Basim Razzo heeft de informatie doorgestuurd naar zijn advocaat, meldt hij aan deze nieuwssite, maar heeft er weinig vertrouwen in. ,,Alle rapporten en alle interviews hebben tot nu toe niets opgeleverd.’’ En sowieso zegt hij altijd: ,,Het verlies van levens is niet te repareren.’’

Inmiddels woont Razzo in Erbil, Irak. In de buurt van zijn zoon, die tijdens het bombardement niet thuis was. Na een serie operaties kan hij weer lopen , maar het verlies van zijn gezin doet nog elke dag pijn. Soms geeft hij weer gastcollege aan de universiteit van Pennsylvania, waar hij praat over empathie. ,,Ik heb niets tegen de gewone Amerikaan’’, zegt hij dan. ,,Want zij zijn, net zoals de gewone Irakees, slachtoffers van oorlog.’’

[16]

”Er woonden op dat moment vooral vluchtelingen hier,” zegt de eigenaar van een kleine garage iets verderop in de wijk. Naast hem woonde een familie met zes kinderen. Bij de explosie zijn de muren omgevallen. “Allemaal zijn ze gedood, op de moeder na. Die heb ik later in Kirkuk nog eens gezien. Zij was zwaar gehandicapt geraakt.”

NOS

IN HAWIJA IS NIEMAND DE NEDERLANDSE BOMAANVAL VERGETEN

18 OCTOBER 2019

https://nos.nl/artikel/2306655-in-hawija-is-niemand-de-nederlandse-bomaanval-vergeten.html

Een Nederlands bombardement in Irak vier jaar geleden is gruwelijk misgegaan, zo blijkt uit onderzoek van NOS en NRC. Tientallen burgers kwamen bij een luchtaanval op een bommenfabriek in Hawija om het leven. Hoe dat precies heeft kunnen gebeuren, is onduidelijk. Inwoners van het stadje vinden de schuldvraag niet zo interessant. Zij vragen zich vooral af wanneer ze eindelijk een schadevergoeding krijgen.

Het is voor het eerst dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.

De enorme ravage die het bombardement op 3 juni 2015 aanricht blijft bij de internationale media niet onopgemerkt. Op beelden van die nacht is te zien hoe het ziekenhuis in Hawija overspoeld wordt met gewonden. Inwoners spreken van “een atoombom die insloeg” en die vijftig kilometer verderop, in Kirkuk, nog te horen was. “Een complete woonwijk is verwoest”, schrijft persbureau Reuters.

Vier jaar later ligt de wijk aan de oostkant van de stad er nog precies hetzelfde bij. Overal liggen brokstukken van ingestorte gebouwen. Tientallen autowrakken liggen verspreid langs de weg. Alleen de meelfabriek is weer opgebouwd.

De inwoners van de wijk kunnen zich 3 juni 2015 nog goed herinneren. Sommigen laten de littekens zien van de verwondingen die ze door de aanval opliepen. Anderen vertellen over de chaos van die nacht.

Midden in de wijk stond ooit een grote opslagloods van de gemeente. Die was het doelwit van de coalitie. De loods was door terreurgroep IS in gebruik genomen om munitie in op te slaan. Volgens de Amerikanen werden er autobommen gefabriceerd. Toen de precisiebom het gebouw raakte, zorgde de enorme hoeveelheid munitie die in de loods lag opgeslagen voor een tweede explosie, waardoor ook gebouwen in de wijde omgeving geraakt werden.

De wijk werd door de Amerikaanse generaal John Hesterman op een persconferentie na de luchtaanval omschreven als een “industriegebied”. Dat is wat overdreven als je oude foto’s van de wijk bekijkt. Er stonden inderdaad grote gebouwen: een elektriciteitscentrale, een brandweerkazerne en een ijsfabriek. Maar er was vooral laagbouw: kleine panden waar winkeltjes, een naaiatelier en een theehuis voor een levendige sfeer zorgden.

Soennitische vluchtelingen

“Er woonden op dat moment vooral vluchtelingen hier,” zegt de eigenaar van een kleine garage iets verderop in de wijk. Naast hem woonde een familie met zes kinderen. Bij de explosie zijn de muren omgevallen. “Allemaal zijn ze gedood, op de moeder na. Die heb ik later in Kirkuk nog eens gezien. Zij was zwaar gehandicapt geraakt.”

Toen IS Hawija een jaar eerder had ingenomen zijn veel inwoners op de vlucht geslagen. Daarvoor in de plaats kwamen veel soennitische vluchtelingen uit de omliggende dorpen naar de stad toe omdat sjiitische milities weinig genade kenden bij hun strijd tegen IS. Zij trokken in de gebouwen en winkeltjes rondom munitieloods. De waren leeg komen te staan toen IS het gebied veroverde.

‘Dood achtergebleven’

Volgens Osama Suleman, directeur van het ziekenhuis, zijn veel vluchtelingen dood achtergebleven onder het puin van de ingestorte gebouwen. “We weten niet waar ze vandaan kwamen. Die hebben we niet als dodelijke slachtoffers kunnen registreren.”

 Het ziekenhuis kreeg die nacht ruim tweehonderd doden en gewonden binnen. “Het was een hele bloedige dag. Sommigen waren ernstig gewond, anderen stierven hier.” Suleman denkt dat het aantal slachtoffers bij elkaar opgeteld “boven de tweehonderd” ligt.

Informant van het leger

Een Irakees, die op verzoek van de gemeente een rondleiding geeft door de wijk, vertelt dat hij degene was die in opdracht van het Iraakse leger informatie over IS moest doorspelen aan het hoofdkwartier in Bagdad. Op 2 juni belde hij met Bagdad om door te geven dat er vier vrachtwagens met TNT, een zwaar explosieve stof, de loods binnenreden. Hij zou ook hebben verteld dat er vluchtelingen rondom de fabriek verbleven.

De informant kreeg van Bagdad te horen dat men in eerste instantie die dag nog wilde aanvallen, maar dat later werd besloten de aanval uit te stellen tot na middernacht om de de nevenschade te beperken.

Of de informatie over de vluchtelingen de Nederlandse luchtmacht die dag heeft bereikt, is onduidelijk. Het Amerikaanse Pentagon wil het onderzoek dat ze na de aanval gedaan hebben niet openbaar maken en het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij de aanval.

Schadevergoedingen

Veel mensen die nu in de wijk wonen hebben geen dierbaren verloren, maar klagen vooral over het uitblijven van schadevergoedingen voor de verwoesting van hun huis of winkel. Het zijn de oorspronkelijke bewoners die zijn teruggekeerd toen IS in 2017 werd verjaagd.

“We weten niet van alle gebouwen waar de eigenaren zijn gebleven”, zegt Mohamed, die als schrijver van brieven en formulieren zijn diensten aanbiedt bij een bouwvallig theehuis. Aan herbouw komt bijna niemand toe want schadevergoedingen zijn nog niet uitbetaald. “We hebben allemaal onze formulieren ingevuld”, zegt de schrijver met wijde armgebaren. “Het enige dat we als antwoord krijgen, is dat we moeten wachten. Dat doen we nu al twee jaar.”

De locoburgemeester van Hawija, Khalaf Najim Alabadi, bevestigt dat niemand uit de buurt een schadevergoeding heeft gekregen. Hij beschrijft een uiterst omslachtige procedure die iemand met schade aan zijn huis, auto of bedrijf moet doorlopen om zijn dossier via Kirkuk in Bagdad te krijgen. “En uit Bagdad hebben we niets meer gehoord in de afgelopen twee jaar.”

Pas als met de herbouw wordt begonnen, zal duidelijk worden hoeveel mensen er zijn omgekomen. “We hebben de gemeente gevraagd om te komen kijken of er nog mensen onder liggen”, vertelt Mohamed. Maar in het weer opkrabbelende Hawija heeft dat voorlopig geen prioriteit.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.

Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september.

[17]


BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

The seven fundamental rules which are the basis of the Geneva Conventions and the Additional Protocols.  

 
 1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.

 2 – It is forbidden to kill or injure an enemy who surrenders or who is hors de combat .

 3 – The wounded and sick shall be collected and cared for by the party to the conflict which has them in its power.

Protection also covers medical personnel, establishments, transports and equipment. The emblem of the red

cross or the red crescent is the sign of such protection and must be respected.

 4 – Captured combatants and civilians under the authority of an adverse party are entitled to respect for their lives,dignity, personal rights and convictions. They shall be protected against all acts of violence and reprisals. They shall have the right to correspond with their families and to receive relief.

 5 – Everyone shall be entitled to benefit from fundamental judicial guarantees. No one shall be held responsible for an act he has not committed. No one shall be subjected to physical or mental torture, corporal punishment or cruel or degrading treatment.

 6 – Parties to a conflict and members of their armed forces do not have an unlimited choice of methods and means of warfare. It is prohibited to employ weapons or methods of warfare of a nature to cause unnecessary losses or excessive suffering.

 7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

[18]

”Recent news reports have exposed Dutch involvement in an airstrike in Iraq in June 2015 that killed at least 70 civilians, with the Minister of Defense finally admitting on November 5, 2019 that the ministry had known about the deaths after years of denial.”
HUMAN RIGHTS WATCHNEW REVELATIONS ON DUTCH ROLE IN DEADLY IRAQ ATTACK13 NOVEMBER 2019
https://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

[19]
NRCAANVAL OP IS DEPOT WAS VAKMANSCHAP
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/21/aanval-op-is-depot-was-vakmanschap-a3977449

TEKST

Bij oorlogvoeren horen harde en zelfs wrede afwegingen”, zegt oud-luchtmachtofficier Peter Wijninga. „Je moet soms vreselijke keuzes maken, bijvoorbeeld bij de voorbereiding van een aanval op een bommenfabriek van IS.”

Wijninga leidde de luchtverdedigingseenheid op luchtmachtbasis De Peel, was actief in Afghanistan en werkt voor nu de Haagse denktank The Hague Centre for Strategic Studies. „Je moet het mogelijk verlies van levens van burgers in de buurt van zo’n fabriek afwegen tegen misschien wel dat van honderden burgers die om gaan komen als IS de bommen uit die fabriek gaat inzetten in de strijd.”

Wijninga heeft „met gemengde gevoelens” kennisgenomen van de berichtgeving van NRC en NOS vrijdag en de daarop volgende politieke commotie. Beide media berichtten over de dood van 70 burgers bij een bombardement door een Nederlandse F-16 van een bommenfabriek van IS in de Noord-Iraakse stad Hawija in juni 2015. Wijninga: „Potverdorie, dacht ik even met mijn luchtmacht-verleden. Moet dat?”

Hij was niet de enige. In Facebook-groepen van veteranen werd grotendeels met onbegrip gereageerd. Een bezoeker van de pagina van de stichting Dutch Military Veterans schrijft: „Een munitiedepot van IS kreeg een voltreffer van een Nederlandse F-16. Dat is vakmanschap. De doden zijn een gevolg van de exploderende opgeslagen munitie dus absoluut NIET de schuld van de nl-piloot.”

Oud-luchtmachtofficier Wijninga miste in het nieuws en de vele reacties begrip voor de oorlogsvoering. „In feite was het uitschakelen van een belangrijke bommenfabriek van IS met vier vrachtwagens TNT erin een unieke kans. We durven dat nauwelijks hardop te zeggen, omdat we alleen in eufemismen praten, zoals vredesmissies. Maar de prijs voor vrede en veiligheid wordt vaak met bloed betaald. Dat gold 75 jaar geleden al, en dat geldt nog steeds.”

Toch begrijpt Wijninga ook het verlangen van de Tweede Kamer naar meer openheid over de gevolgen van Nederlandse bombardementen. „Ook ik ben voor meer transparantie. Zo vind ik het vreemd dat, toen er al na de aanval vermoedens waren over tientallen slachtoffers, Defensie dat niet meteen heeft uitgezocht en bekend heeft gemaakt. IS had dat weinig kunnen schelen. Het ging immers om burgers, niet om IS-strijders. Dus de kans op wraakacties acht ik klein.”

Ondergewaardeerd

Tom de Bok werkte decennialang in de luchtmacht, eveneens bij de luchtverdediging. Nu is hij voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Vereniging ‘Onze Luchtmacht’, een ‘ambassadeursvereniging’ voor de luchtmacht met vijfduizend leden. Hij vindt „de berichtgeving te veel de indruk wekken alsof we daar in Irak een oorlogsmisdaad hebben gepleegd”. Het gaat om één incident, zegt De Bok: „Dat wordt eruit gepikt en er wordt uitgebreid over bericht. Dat terwijl we daar 2.100 keer gebombardeerd hebben.”

Sinds vrijdag bleef het vrij rustig in zijn achterban, zegt hij. Maar militairen voelen zich nogal eens ondergewaardeerd door publiek en politiek en uiten dat lang niet altijd, zegt hij. „Dat gevoel zal deze dagen zeker niet minder geworden zijn.”

Ook in vakbondskringen bleef het rustig, zegt Annemarie Snels van de Algemene Federatie van Militair en Burger Personeel. „Al sluit ik daarbij niet uit dat men van hogerhand opdracht heeft gekregen zich rustig te houden.” Ze is positief over het streven van minister Bijleveld (Defensie, CDA) naar meer transparantie. „Voorwaarde is wel dat vliegers en andere betrokkenen bij de strijd beschermd worden. Anders krijg je niemand meer die zulk gevaarlijk werk wil doen.”

Snels noch Tom de Bok verwacht dat de ophef invloed zal hebben op de motivatie van vliegers mee te doen aan toekomstige missies. Snels: „Mensen vinden het over het algemeen leuk om op missie te gaan. Bovendien: vliegers hebben geen keus. Ze moeten de opdracht uitvoeren die de politiek hen geeft.”Wat het enthousiasme zal bevorderen, denkt De Bok, is de komst van de JSF, die de F-16 aflost. Net als precisiewapens bieden de technische snufjes van de JSF de belofte van (nog) schonere oorlogsvoering, misschien met (nog) minder burgerslachtoffers. Immers, de JSF heeft hypermoderne communicatiesystemen. Die kunnen gevoed worden met de meest actuele gegevens op de grond (over de aanwezigheid van burgers). De Bok: „De F-16’s en de JSF verhouden zich tot elkaar zoals een oude Nokia tot de allernieuwste iPhone.” Of de JSF ‘Hawija’ had kunnen voorkomen, is de vraag, zegt De Bok. Goede inlichtingen geven over de omgeving van het doelwit blijft mensenwerk.

[20]

HUMAN RIGHTS WATCHISIS
https://www.hrw.org/tag/isis

The extremist armed group Islamic State (ISIS) has committed widespread and systematic abuses in in areas under its control in Syria, Iraq, and Libya. ISIS has also claimed responsibility for deadly attacks in nearly 20 other countries, including Afghanistan, Egypt, France, Indonesia, Tajikistan, and the United Kingdom. Human Rights Watch documents these abuses and their impact on the general population.Governments have a responsibility to take all reasonable and lawful measures to protect people’s right to life and to bring perpetrators of unlawful attacks to account. Human Rights Watch monitors actions by state security forces and international forces to ensure that their measures to counter ISIS (and other armed groups) do not violate the rights of the affected populations, including by failing to protect civilians caught in fighting, or by curtailing basic freedoms of members of civil society or ethnic, racial, or religious communities. We promote fair trials that respect due process for suspects, grant victims their day in court, and lay the groundwork for accountability. We also seek rights-respecting approaches toward the spouses and children of ISIS members, so they do not face collective punishment or other forms of discrimination

HUMAN RIGHTS WATCHIRAQ: ISIS ESCAPEES DESCRIBE SYSTEMATIC RAPE 

14 APRIL 2015 

https://www.hrw.org/news/2015/04/14/iraq-isis-escapees-describe-systematic-rape

TEKST

The extremist group Islamic State (also known as ISIS) has carried out systematic rape and other sexual violence against Yezidi women and girls in northern Iraq. Human Rights Watch conducted research in the town of Dohuk in January and February 2015, including interviewing 20 women and girls who escaped from ISIS, and reviewing ISIS statements about the subject.

Human Rights Watch documented a system of organized rape and sexual assault, sexual slavery, and forced marriage by ISIS forces. Such acts are war crimes and may be crimes against humanity. Many of the women and girls remain missing, but the survivors now in Iraqi Kurdistan need psychosocial support and other assistance.

“ISIS forces have committed organized rape, sexual assault, and other horrific crimes against Yezidi women and girls,” said Liesl Gerntholtz, women’s rights director at Human Rights Watch. “Those fortunate enough to have escaped need to be treated for the unimaginable trauma they endured.”

Researcher Interview: These Yezidi girls escaped ISIS. Now what?

ISIS forces took several thousand Yezidi civilians into custody in northern Iraq’s Nineveh province in August 2014, according to Kurdistan officials and community leaders. Witnesses said that fighters systematically separated young women and adolescent girls from their families and other captives and moved them from one location to another inside Iraq and Syria.

The 11 women and 9 girls Human Rights Watch interviewed had escaped between September 2014 and January 2015. Half, including two 12-year-old girls, said they had been raped – some multiple times and by several ISIS fighters. Nearly all of them said they had been forced into marriage; sold, in some cases a number of times; or given as “gifts.” The women and girls also witnessed other captives being abused.

Human Rights Watch also interviewed more than a dozen international and local service providers, medical workers, Kurdish officials, community leaders, and activists who corroborated these accounts. A local doctor treating female survivors in Dohuk told Human Rights Watch that of the 105 women and girls she had examined, 70 appeared to have been raped in ISIS captivity.

All of the women and girls interviewed exhibited signs of acute emotional distress. Many remain separated from relatives and sometimes their entire families, who were either killed by ISIS or remain in ISIS captivity. Several said they had attempted suicide during their captivity or witnessed suicide attempts to avoid rape, forced marriage, or forced religious conversion.

In October 2014, ISIS acknowledged in its publication Dabiq that its fighters had given captured Yezidi women and girls to its fighters as “spoils of war.” ISIS has sought to justify sexual violence claiming that Islam permits sex with non-Muslim “slaves,” including girls, as well as beating and selling them. The statements are further evidence of a widespread practice and a systematic plan of action by ISIS, Human Rights Watch said.

ISIS commanders should immediately release all civilian detainees, reunite children with their families, and end forced marriages and religious conversions, Human Rights Watch said. They should take all necessary action to end rape and other sexual violence by ISIS fighters. International and local actors who have influence with ISIS should press the group to take these actions.

In 2014 the Kurdistan Regional Government (KRG) absorbed more than 637,000 displaced people from Nineveh province alone, and made significant efforts to provide health and other services to Yezidi women and girls who have escaped ISIS. However, there have been flaws and gaps in health care, Human Rights Watch said. Some of those interviewed said they underwent medical tests but did not know the purpose and were never told the results.

The director general for health in Dohuk told Human Rights Watch that local authorities had identified fewer than 150 women and girls who had escaped from ISIS and that only about 100 had received medical treatment. According to the KRG Directorate of Yezidi Affairs, 974 Yezidis had escaped ISIS as of March 15, 2015, including 513 women and 304 children.

The women and girls need trauma support and ongoing counselling, Human Rights Watch said. Not all had immediate access to treatment for injuries; emergency contraception; safe and legal abortion services, including sexual and reproductive health access; and psychosocial support.

KRG authorities should try to close gaps in medical care and psychosocial support for the Yezidi girls and women and ensure that doctors provide survivors with results of tests they undergo and information on the services available to them, Human Rights Watch said. The KRG should also develop a plan to assist children born from rape to ensure adequate services and protection for them and their mothers. In addition, the KRG should invest in employment skills training and livelihood schemes to help reintegrate women into daily life.

“Yezidi women and girls who escaped ISIS still face enormous challenges and continuing trauma from their experience,” Gerntholtz said. “They need urgent help and support to recover their health and move on with their lives.”

ISIS Violations of International Law

Abduction and Detention

Since ISIS attacks in and around Sinjar began on August 3, 2014, more than 736,000 Iraqis, primarily Yezidis and other religious minorities, fled their homes in Nineveh province, most to the semi-autonomous region of Iraqi Kurdistan, according to the International Organization for Migration. ISIS fighters executed hundreds of male Yezidi civilians and then abducted their relatives, the United Nations and local and international human rights organizations reported. A recent UN report stated that further investigation is needed to establish the number of those held captive or killed by ISIS, which is “estimated to be in the thousands.”

Although several hundred Yezidis have since escaped, according to KRG officials, many are still in captivity in various parts of Iraq and Syria. Escaped abductees that Human Rights Watch interviewed said ISIS is holding Yezidis in multiple locations across northern Iraq, including Mosul, Tal Afar, Tal Banat, Ba’aj, Rambusi, and Sinjar, and in areas it controls in eastern Syria, including Raqqa and Rabi’a. They said that ISIS is holding female captives, including girls, in houses, hotels, factories, farm compounds, schools, prisons, military bases, and former government offices.

Young women and girls told Human Rights Watch that ISIS fighters first separated them from men and boys and older women. The fighters moved the women and girls several times in an organized and methodical fashion to various places in Iraq and Syria. While most of the ISIS fighters appeared to be Syrian or Iraqi, survivors said that some of their abusers told them that they came from other countries in the Middle East and North Africa, including from Libya, Algeria, Saudi Arabia, and the Occupied Palestinian Territories, as well as from Europe and Central Asia.

The precise number of Yezidis still captive is unknown because of continuing fighting in Iraq and Syria and because significant numbers of Yezidis fled to areas across Iraq and neighboring countries when ISIS attacked. On March 13, 2015, the Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights stated in its report that about 3,000 people, mainly Yezidis, allegedly remain in ISIS captivity. Local officials, service providers, and community activists estimate that the number of Yezidis still held is much higher.

In September 2014, a Yezidi group provided Human Rights Watch with a database with 3,133 names and ages of Yezidis they said ISIS had kidnapped or killed, or who had been missing since the ISIS assaults of early August. The database was based on interviews with displaced Yezidis in Iraqi Kurdistan. The group said that as of late March 2015, the number of dead, abducted, and missing Yezidis had risen to 5,324.

Sexual Violence and Other Abuse

The women and girls who spoke to Human Rights Watch described repeated rape, sexual violence, and other abuse in ISIS captivity.

Jalila (all survivors’ names have been changed for their security), age 12, said that Arab men whom she recognized from her village north of Sinjar accosted her and seven family members on August 3, 2014, as they were trying to flee ISIS. The men handed the family over to ISIS fighters, who separated Jalila, her sister, sister-in-law, and infant nephew from the other family members and took them to Tal Afar. Later, the fighters took Jalila and her sister to Mosul. Thirty-five days later they separated Jalila from her sister and took her to a house in Syria that housed other abducted young Yezidi women and girls. Jalila said:

The men would come and select us. When they came, they would tell us to stand up and then examine our bodies. They would tell us to show our hair and sometimes they beat the girls if they refused. They wore dishdashas [ankle length garments], and had long beards and hair.

She said that the ISIS fighter who selected her slapped her and dragged her out of the house when she resisted. “I told him not to touch me and begged him to let me go,” she said. “I told him to take me to my mother. I was a young girl, and I asked him, ‘What do you want from me?’ He spent three days having sex with me.”

Jalila said that during her captivity, seven ISIS fighters “owned” her, and four raped her on multiple occasions: “Sometimes I was sold. Sometimes I was given as a gift. The last man was the most abusive; he used to tie my hands and legs.”

Another 12-year-old, Wafa, told Human Rights Watch that in August ISIS fighters abducted her with her family from the village of Kocho. The men took the family to a school in Tal Afar filled with other Yezidi captives, where the fighters separated her from her family. From there they took her to several locations within Iraq and then to Raqqa, in Syria. An older fighter assured Wafa that she would not be harmed but he repeatedly raped her nevertheless, she said.

“He was sleeping in the same place with me and told me not be afraid because I was like his daughter,” she said. “One day I woke up and my legs were covered in blood.” Wafa escaped three months after her abduction, but her parents, three brothers, and sister are still missing.

The women and girls who said that they had not been raped said they endured constant stress and anxiety when witnessing the suffering of other women, fearing they would be next.

Dilara, 20, said ISIS fighters took her to a wedding hall in Syria, where she saw about 60 other Yezidi female captives. ISIS fighters told the group to “forget about your relatives, from now on you will marry us, bear our children, God will convert you to Islam and you will pray.” She told Human Rights Watch she lived in constant fear that she would be dragged away like so many women and girls before her:

From 9:30 in the morning, men would come to buy girls to rape them. I saw in front of my eyes ISIS soldiers pulling hair, beating girls, and slamming the heads of anyone who resisted. They were like animals…. Once they took the girls out, they would rape them and bring them back to exchange for new girls. The girls’ ages ranged from 8 to 30 years… only 20 girls remained in the end.

Two sisters, Rana, 25, and Sara, 21, said they could do nothing to stop the abuse of their 16-year-old sister by four men over several months. The sister was allowed to visit them and told them that the first man who raped her, whom she described as a European, also beat her, handcuffed her, gave her electric shocks, and denied her food. She told them another fighter later raped her for a month and then gave her to an Algerian for another month. The last time they saw her was when a Saudi ISIS fighter took her. “We don’t know anything about her since,” Sara said. The two sisters said they were also raped multiple times by two men, one of whom said he was from Russia and the other from Kazakhstan.

Some women and girls told Human Rights Watch that ISIS fighters beat them if they resisted or defied them in any way.

Zara, 13, said that ISIS fighters accused her and two other girls of desecrating a Quran while holding the girls captive on a farm. “They punished the three of us by taking us to the garden and tying our hands with wire,” she said. “We were blindfolded and they said they would kill us if we didn’t say who had done this. They beat us for 10 minutes and they fired a bullet in the air.”

Leila, 25, managed to escape from the house where she was held captive, but because she was behind ISIS lines, she realized she was trapped and felt compelled to return. The commander, an Iraqi, asked her why she had tried to escape. She said she replied: “Because what you are doing to us is haram [forbidden] and un-Islamic.” He beat her with a cable and also punished the guard who had failed to prevent her escape attempt. The guard beat her as well. “Since then, my mental state has become very bad and I’ve had fainting spells,” she said.

Forced Marriage

Women and girls told Human Rights Watch that ISIS fighters told them they had been bought for as much as US$2,000 from other ISIS members.

In some instances, ISIS fighters forcibly married their Yezidi captives rather than buy them. Narin, 20, said that when a fighter named Abu Du’ad brought her to his home, his wife left in protest. He brought a religious judge to perform a marriage ceremony but Narin refused to participate. Abu Du’ad persisted by trying to get permission from Narin’s family and called her brother in Germany. “But [my brother] said no to the marriage and offered to pay $50,000 for my release,” Narin said. “Abu Du’ad said no.”

Nadia, 23, said she was separated from the men in her family when ISIS fighters abducted them in her village near Sinjar in August. She tried to convince the ISIS fighters that she was married to escape being raped, because she had heard that ISIS fighters preferred virgins. However, after they took her to Syria, one of the men said that he would marry her. “The other girls with me said it’s forbidden to marry married women,” Nadia said. “He replied, ‘But not if they are Yezidi women.’”

ISIS has publicly acknowledged enslaving women and children. In an article entitled “The revival of slavery before the hour” in Dabiq, the group’s online English-language magazine, ISIS said it was reviving a custom justified under Sharia (Islamic law):

After capture, the Yazidi women and children were then divided according to the sharia amongst the fighters of the Islamic State who participated in the Sinjar operations, after one fifth of the slaves were transferred to the Islamic State’s authority to be divided as khums [a tax on war spoils].

A question-and-answer document, issued by what appears to be ISIS’s Research and Fatwa Department, states:

It is permissible to buy, sell, or give as a gift female captives and slaves, for they are merely property, which can be disposed of.… It is permissible to have intercourse with the female slave who hasn’t reached puberty if she is fit for intercourse; however if she is not fit for intercourse, then it is enough to enjoy her without intercourse.… It is permissible to beat the female slave as a [form of] darb ta’deeb [disciplinary beating].

Suicide Attempts
The women and girls who spoke to Human Rights Watch described their own suicide attempts or attempts of others as a way to avoid rape, forced marriage, or forced religious conversion. They described cutting their wrists with glass or razors, attempting to hang themselves, trying to electrocute themselves in bathtubs, and consuming what they thought was poison.

Rashida, 31, managed to speak to one of her brothers after her abduction by secretly using a fighter’s phone. She told her brother that ISIS fighters were forcing her to convert and then to marry. He told her he would try to help her but if he couldn’t, “I should commit suicide because it would be better than the alternative.” Rashida said:

Later that day they [ISIS fighters] made a lottery of our names and started to choose women by drawing out the names. The man who selected me, Abu Ghufran, forced me to bathe but while I was in the bathroom I tried to kill myself. I had found some poison in the house, and took it with me to the bathroom. I knew it was toxic because of its smell. I distributed it to the rest of the girls and we each mixed some with water in the bathroom and drank it. None of us died but we all got sick. Some collapsed.

Leila said she saw two girls try to kill themselves by slashing their wrists with broken glass. She also tried to commit suicide when her Libyan captors forced her to take a bath, which she knew was typically a prelude to rape:

I went into the bathroom, turned on the water, stood on a chair to take the wire connecting the light to electrocute myself but there was no electricity. After they realized what I was doing, they beat me with a long piece of wood and with their fists. My eyes were swollen shut and my arms turned blue. They handcuffed me to the sink, and cut my clothes with a knife and washed me. They took me out of the bathroom, brought in [my friend] and raped her in the room in front of me.

Leila said she was later raped. She said she tried to commit suicide again and showed Human Rights Watch the scars on her wrists where she cut herself with a razor.

Forced Conversions
About half the women and girls who spoke to Human Rights Watch said the ISIS fighters pressured them to convert to Islam. Zara, 13, said she was held captive in a three-story house in Mosul with girls ages 10 to 15:

When they came to select the girls, they would pull them away. The girls would cry and faint, they would have to take them by force. They made us convert to Islam and we all had to say the shahada [Islamic creed]. They said, “You Yezidis are kufar [infidels], you must repeat these words after the leader.” They gathered us all in one place and made us repeat after him. After we said the shahada, he said you have now been converted to our religion and our religion is the correct one. We didn’t dare not say the shahada.

ISIS fighters held Noor, 16, in various places including Mosul. “The leader of this group asked us to convert to Islam and read the Quran,” she said. “We were forced to read the Quran and we started to pray slowly. We started to behave like actors.”

War Crimes and Crimes Against Humanity

Rape and other forms of sexual violence, sexual slavery, cruel treatment, and other abuses committed during an armed conflict violate the laws of war. International criminal courts have ruled that rape and other sexual violence may also amount to torture.

Those who commit serious violations of the laws of war with criminal intent are responsible for war crimes. Commanders and civilian leaders may be prosecuted for war crimes as a matter of command responsibility when they knew or should have known about the commission of war crimes and took insufficient measures to prevent them or punish those responsible.

The mass rape and other serious abuses by ISIS against Yezidi civilians may be crimes against humanity. Crimes against humanity are serious offenses, including rape, sexual slavery, enslavement, unlawful imprisonment, persecution of a religious group, and other inhumane acts intentionally causing great suffering, that are part of a widespread or systematic attack on a civilian population.

“Widespread” refers to the scale of the acts or the number of victims. “Systematic” concerns “a pattern or methodical plan.” ISIS public statements concerning enslavement, forced marriage, and abuse of captured women, as well as the organized sale of Yezidi women and girls, indicate a widespread practice and a systematic plan of action by ISIS.

Provision of Health Services

Medical Care

KRG authorities have made significant efforts to provide health and other services to Yezidi women and girls and have designated a health committee in Dohuk to coordinate the identification and referral of survivors to services. The director general for health in Dohuk, Dr. Nezhar Ismet Taib, who heads the committee, said that some families do not wish to reveal that their female relatives were abducted and this has made it difficult for the committee to identify and support those in need.

Almost all of the women and girls who spoke to Human Rights Watch said they had received medical examinations. A local doctor said the medical tests included blood tests for sexually transmitted infections and pregnancy. In some cases, medical workers provided emergency contraception and post-exposure prophylaxis for HIV, as recommended by the World Health Organization.

It is not clear that doctors have always obtained informed consent before conducting examinations. Narin, the 20-year-old woman from Sinjar, told Human Rights Watch that she was abducted on August 3 and given as a “gift” to an ISIS fighter, who tried to force her to marry him:

I wasn’t raped – [the ISIS member] didn’t touch me because I told him I was sick.… I got a forensic gynecological exam in Dohuk, which cleared me of abuse. I wasn’t comfortable during this exam, and [the doctor] didn’t explain what she was doing to me beforehand.

Those who take the medical tests do not always receive the test results. The two sisters, Rana and Sara, said that they spent five months in ISIS captivity and that ISIS fighters raped them multiples times. They said that soon after they escaped in December they received medical treatment and tests, but six weeks later, they had still not received any test results.Eighteen-year-old Arwa, from Kocho, managed to escape in December after ISIS fighters raped her. She told Human Rights Watch that she was still waiting for her test results seven weeks later.

Local authorities should ensure that health workers inform women and girls of the purpose of each test and that they consent to each procedure. The World Health Organization has provided guidelines for carrying out such tests and obtaining informed consent.

Withholding test results, whether positive or negative, can compound women’s and girls’ fears about the state of their health. Health workers should ensure that there is follow up for such women and girls, including providing test results and any further treatment and information they need.

Psychosocial Support

Psychosocial support for women and girls who escaped ISIS is a crucial service that is largely lacking in Iraqi Kurdistan. All the women and girls interviewed showed signs of trauma. Jalila, the 12-year-old raped by four ISIS fighters, said she “can’t sleep at night because I remember how they were raping me. I want to do something to forget about my psychological problems. I want to leave Iraq until things get better, I don’t want to be captured again.” She had not received professional counselling.

Sixteen-year-old Noor told Human Rights Watch that ISIS fighters abducted her on August 3 from Tal Afar and held her until September, when she escaped. An ISIS fighter raped her multiple times over a period of five days, she said. In the first two months after her return, she said she remained traumatized and cried most of the time.

Noor did manage to get psychosocial support. A local activist arranged for her to visit a psychotherapist in the hospital three or four times and visited her frequently to encourage her to get regular psychosocial counselling. Noor was undergoing regular psychosocial treatment as well as attending a handicrafts course and leaving the camp for social activities with activists from local organizations.

However, representatives of international agencies and nongovernmental groups told Human Rights Watch that there was not only a lack of available psychosocial support, but also reluctance by the community to accept such help. One activist said that he had to visit girls and their guardians repeatedly to encourage the girls to participate in psychosocial counselling before they would agree.

Several of those Human Rights Watch interviewed stated that they would like to receive psychosocial therapy. Narin, the 20-year-old from Sinjar, said:

No one has offered me one-on-one counselling of any kind. I’d be interested in receiving professional counselling to help me process my experiences if it was available.… I have trouble sleeping at night, and only sleep a few hours at a time. When I sleep, I often see my parents and siblings in front of my eyes, especially the image of my brothers being forced to kneel on the road, and my mother’s face.

International and local groups agreed that there are not enough psychosocial therapists available to the women and girls to meet the need, given the number of escaped women and girls and the prospect of more to come.

Dr. Taib told Human Rights Watch that although he was not aware of any suicides of women or girls who had escaped, many were suicidal. He said that women and girls who sought treatment with local officials were assessed by a psychologist at the same time they received medical treatment. The health team designated to help Yezidi women and girls has two psychologists and two psychosocial therapists but plans to increase the number of psychosocial therapists to ten. In addition, some groups and international agencies are providing psychosocial support. A psychosocial therapist at Jian Centre for Human Rights said she and her colleague had provided support to 20 Yezidi women and girls who had escaped.

In the short term, psychologists and social workers, particularly those who speak the local Yezidi dialect, need training on counselling methods. This should be in addition to recruiting psychosocial therapists to deal with the urgent cases. More efforts are also needed to encourage and educate people who might need the services about how the services can help them.

Pregnancy and Children Born as a Result of Rape
The KRG has no comprehensive plan for addressing pregnancies or children born from rape. Dr. Taib told Human Rights Watch that the local health committee had agreed that the authorities should protect women who keep their children, including providing shelter for them and their children as well as prenatal and maternal health care. In cases where the women do not want to care for their children, personal status courts will have to make decisions about the welfare of the child.

Where the child’s biological mother and close family relinquish or abandon the child, or are unable to provide adequate care, the authorities should ensure appropriate alternative care, with or through competent local authorities and authorized nongovernmental groups. In cases in which the child’s biological mother and close family do not relinquish the child, authorities should direct efforts first at enabling the child to remain in the mother’s care, or when appropriate, the care of other close family members unless it is not in the child’s best interests. If women do choose to raise the children, there should be a plan for providing them with assistance, including psychosocial and financial support.

Officials should ensure that information about services is available to women and girls and can be accessed confidentially.

Abortion is illegal in Iraq. Local officials told Human Rights Watch that it is not permitted in the Kurdistan region even for rape cases unless a doctor considers it a medical necessity, such as a risk to the mother’s life. The KRG should urgently clarify for healthcare providers the circumstances in which they may legally perform abortions for women and girls who have escaped from ISIS captivity, including for women and girls at risk of suicide or “honor”-related violence. The Iraqi government should also urgently consider amending the penal code to allow safe and legal abortions for women and girls who have experienced sexual violence.

In addition, KRG officials should encourage religious and community leaders to welcome children born from rape if the mothers freely choose to raise them in the Yezidi community and to provide the social support the women need.

Stigma and Reintegration

Baba Sheikh, a Yezidi religious leader, issued a statement on September 6 welcoming escaped women back into the community and stating that no one should harm them. On February 6, 2015, he reissued the appeal, saying:

These survivors remain pure Yezidis and no one may injure their Yezidi faith because they were subjected to a matter outside their control.… We therefore call on everyone to cooperate with and support these victims so that they may again live their normal lives and integrate into society.

These statements appear to have helped protect Yezidi women and girls from harm and have encouraged their families to seek treatment for them.

Ismail Ali, the KRG director general for combating violence against women in Dohuk, told Human Rights Watch that officials were not aware of any Yezidi girl or woman at risk from her family since returning, but should there be such cases, a shelter is available for them. In addition, authorities should provide programs that guarantee long-term rehabilitation and housing solutions for all women victims of violence who do not have the support of their families or who are under threat, and training for officials, local activists, and social and health workers to identify cases of women who are at risk of violence from their families. The authorities should also, in coordination with religious and community officials, raise awareness and provide education, particularly for men and boys, to prevent violence against women.

In addition, investment in skills training and livelihood schemes would help to reintegrate women into daily life. One organization is providing sewing and arts-and-crafts courses in the camps.

Many women and girls said that they wanted jobs so that they could financially assist their families. They also said that having nothing to do in the camps and being surrounded by family members who are also traumatized increased or exacerbated their own trauma.

Arwa, an 18-year-old from Kocho, said, “What I want more than anything is to work, so I can keep my mind off everything that happened.”

The Association for Crisis Assistance and Development Co-operation (WADI), a German-Iraqi nongovernmental organization, is seeking funding to build a center where Yezidi women and girls can get skills training. Women and girls who escaped ISIS told Human Rights Watch that they would use such a facility. WADI case workers have taken some of these women and girls out of the camps for social activities, which appeared to help occupy them and provide a semblance of a normal life.

UN PANEL REPORTS ON ISIS CRIMES ON YEZIDI’S

https://www.hrw.org/news/2016/06/21/un-panel-reports-isis-crimes-yezidis

TEKST

The “unimaginable horrors” that the Islamic State (ISIS) is committing against the minority Yezidis, documented in a report released on June 16 by the UN-mandated Independent International Commission of Inquiry (COI) on the Syrian Arab Republic, shows the urgent need for concrete steps to ensure justice for these crimes.

In August 2014, ISIS fighters overran Yezidi towns and villages around Sinjar, in northwestern Iraq, executing many men and capturing women and girls. Their intent soon became clear in slave markets ISIS set up in Mosul and elsewhere, where they sold the women and girls to their fighters into sexual or domestic slavery.

The COI report found that the crimes against the minority Yezidis amount to genocide.

Human Rights Watch has found that the abuses against Yezidi women and girls, including abducting them and forcibly converting them to Islam and/or forcibly marrying them to ISIS members, amount to war crimes, may be crimes against humanity and may be part of a genocide against Yezidis. Women also reported that ISIS members took their children from them, physically abused their children, and forced the women and girls to pray or take Islamic names.

The commission says that ISIS still holds about 3,200 women and children, most in areas it controls in Syria. The report says that separating men and women, inflicting mental trauma, taking children away from their families and forced conversions, are among methods intended to destroy Yezidis as a people.

There has been considerable attention to the plight of Yezidi women in the media, but little discussion on how to provide justice for these terrible crimes. The commission says the UN Security Council should “refer the situation to justice, possibly to the International Criminal Court (ICC) or an ad hoc tribunal.”

The ICC has a mandate over crimes of genocide, war crimes and crimes against humanity. Iraq, like Syria, is not a party to the Rome Statute, which set up the court. Prime Minister Haider al-Abadi told Human Rights Watch in March that Iraq has no plans to join the court—out of apparent concern that the court would also be able to examine grave abuses by government security forces.

Both the Iraqi government and the semi-autonomous Kurdistan Region of Iraq (KRI), where hundreds of thousands of Yezidis have sought safety, says they have ISIS fighters in custody. In fact, the government says it has captured scores of ISIS fighters since the start of its Fallujah offensive. But to Human Rights Watch’s knowledge, no criminal justice authorities in KRI or the rest of Iraq are investigating or prosecuting ISIS members for war crimes or crimes against humanity, including crimes against Yezidis.

A “Genocide Committee” in Dohuk, a major city in Iraqi Kurdistan, which was established by the Kurdish government, is attempting to document these crimes. But its head investigator, Judge Ayman Bamerny, told Human Rights Watch the committee has no link to the Kurdistan Regional Government’s judiciary.

Similarly, in Baghdad, Judge Abd al-Sattar Bir Qadar, spokesperson for the judiciary, told Human Rights Watch in March that there have been no judicial investigations against captured ISIS members for war crimes or crimes against humanity The only exception has been a patently unfair trials, in July 2015 and February 2016, each lasting all of two hours, that convicted 24 men for the mass killing a year earlier of up to 1,700 Shia military cadets.

In March 2015, Iraq’s Council of Ministers declared ISIS crimes against Yezidis to be genocide, but Iraq has no provisions in its domestic law for war crimes, crimes against humanity, and genocide.

Yezidi victims of human rights abuses have a right to justice, not just government declarations with no consequences. Iraq should incorporate war crimes, crimes against humanity and genocide into its penal code and start investigations into credible allegations of abuses by ISIS. Iraqi authorities should also hold their own forces to account for their serious crimes. Iraq should also join the ICC, as membership could provide an impetus for Iraq to ensure accountability for the worst crimes by all sides. The US should press Iraqi authorities to make that a priority.

Countries that support Iraq’s war against ISIS, including Iran, Russia, the United States, Canada, Australia and European states should support Iraqi efforts to investigate these crimes and provide redress for its victims. They should urge Iraq to pursue impartial investigations of serious crimes by all sides, and offer Iraq technical assistance and judicial cooperation. Judicial authorities in Baghdad and Erbil told Human Rights Watch that there have been no exchanges of information in either direction with European countries that that have suspected ISIS fighters in custody.

Letting grave crimes against Yezidis and others go unpunished is a stain not only on the Iraqi government, but on all countries that have vowed to protect groups like the Yezidis against threats of extermination and that have committed themselves to supporting justice for grave abuses whenever and wherever they occur.

HUMAN RIGHTS WATCH

THESE YEZIDI GIRLS ESCAPED ISIS/NOW WHAT?

AMY BRAUNSCHWEIGER

http://features.hrw.org/features/Interview_These_Yezidi_Girls_Escaped_ISIS/index.html

TEKST

Last August, the world watched in horror as the extremist armed group Islamic State, also known as ISIS, attacked Iraq’s Yezidi community. Thousands fled without food or water into the nearby Sinjar mountains, but ISIS fighters waylaid many, executing men and abducting thousands of people, mainly women and children. Rumors of forced marriage and enslavement of Yezidi girls and women swirled, and were later confirmed as a trickle of women and girls – now numbering into the hundreds – escaped. Human Rights Watch researchers Samer Muscati and Rothna Begum interviewed 20 of these women and girls and shared their findings with Amy Braunschweiger. 

WHO ARE THE YEZIDIS?

Samer: The Yezidis live in Iraq’s Nineveh province on land claimed by both the Kurdistan regional government and the Iraqi central government. They practice an ancient monotheistic religion, and Yezidis say they have been persecuted for hundreds of years because many consider them “heretics.”  Violent attacks against Yezidis by Sunni Arab extremists escalated after the US-led invasion of Iraq in 2003. On August 14, 2007, four simultaneous truck bombings killed more than 300 Yezidis and wounded more than 700 in Sinjar district communities.  Some Yezidi activists also faced intimidation and threats from Kurdistan government forces. Kurdistan authorities consider Yezidis to be Kurds and, therefore, Yezidi lands part of the Kurdistan region of Iraq. Thousands of Yezidi families have fled to Syria, Jordan, and elsewhere. Since 2003, but before the latest attack by ISIS, their numbers in Iraq had dropped from about 700,000 to 500,000. There are probably fewer now.

No one knows how many Yezidis have been killed by ISIS – they’re still uncovering mass graves. Very little information comes out of ISIS-controlled areas. Every family has been affected, has had a husband or son killed, a daughter abducted, or has had to flee. We visited informal settlements and the main camp, Khanke, near Dohuk, which houses more than 18,000 Yazidis, mainly from around the city of Sinjar, about a two-and-a-half hour drive away. The Yezidis are living in a virtual sea of displaced person tents and nearby unfinished buildings, which lack doors and heat, perched on windswept hills.  The views from the hilltops are stunning on a sunny day, but there’s little to protect the people there from the cold. 

In the camps you interviewed women and girls who escaped ISIS and made their way back home. What happened to them at the hands of ISIS?

Rothna: We heard stories of abuse ranging from being forced to wait on ISIS members hand and foot, to beatings, rape, electric shocks, forced marriage, and sexual slavery. 

Samer: One girl said ISIS members, wanting to find out who “desecrated” their Quran, handcuffed and blindfolded her and two other girls, beat them with a cable, and then fired a gunshot into the air. Apparently, the girl told us, one of the many cats in the house had ripped the Quran.

Most of the girls we spoke with said they were transferred from one place to another, ultimately living in big houses or halls with between 5 and 60 other girls. During the course of the day, ISIS fighters would come in, pick a girl to take, and if she refused, she’d be slapped or beaten. 

What happened to these girls when they returned home, especially considering the moral weight placed on their virginity?

Rothna: Virginity is a huge issue across the region. There is a stigma attached to the abducted women because they could have experienced sexual violence from the ISIS fighters – and it extends to their families. We know that in conflicts around the world, communities retaliate against women who are victims of sexual violence. Husbands leave wives, families abandon daughters. One of our biggest concerns was, would these women be treated violently after returning home?

That’s not what we found – in part thanks to the Yezidi religious leader, Baba Sheikh, who instructed the community to welcome back and not harm those who were abducted, forced to convert, or raped. Because of this, most families have welcomed back their female relatives. We didn’t interview Baba Sheikh, but we spoke with another religious leader, Baba Chawish. He welcomed us, and spoke calmly and with dignity, despite the chaos surrounding him. He told us how, over centuries, Yezidis have had to flee numerous attacks. This was just another crisis, he said, and his goal was to keep the community together as much as possible and, frankly, to survive.

The families we met just wanted to be reunited. They already had so many family members killed or abducted by ISIS, they just want their families back. 

How are these girls doing?

Samer: It’s difficult for them, they’ve endured terrible abuses. For me, the hardest part was when they talked about their missing parents, or about how ISIS men separated them from their sister, and where could she be? It’s terrible to be a young girl and be abducted and endure horrific abuses, but then to also lose your family on top of that? One of the most common sentiments I heard was that their biggest wish is to be reunited with their families, as they don’t know how to be whole without them.

As a group, these were among the worst cases I have ever documented for Human Rights Watch, and that says a lot as I’ve documented a wide range of abuses for years in war-plagued Iraq – everything from torture in secret prisons to abuses against people displaced by the fighting.

One 12-year-old girl really stood out to me. Her shy disposition reminded me of my 12-year old cousin. The man who abducted her told her not to worry, that he’d treat her as he’d treat his own daughter. Then he drugged her and she woke up to see blood between her legs. 

Was it difficult getting the girls to share their experiences? Samer, was the fact that you are an Iraqi Arab man an impediment?

It wasn’t helpful – many of the ISIS fighters there are Iraqi Arabs. But we worked with local activists who already knew the women and girls, which put everyone at ease. We are also extremely sensitive and careful not to re-traumatize survivors. 

Had any of these girls become pregnant?

Rothna: We spoke to one who was pregnant at the time she escaped, but there are others that we heard of, and there will be more cases as more women and girls escape. Abortion is illegal in Iraq, but it’s allowed in certain circumstances, such as when a woman’s life is at risk. The law should be interpreted to cover cases of pregnancy as a result of rape. If the women choose to have the children, there should be a plan for them to keep the baby or not. 

Now that they’ve returned to their community, what would you like to see for these girls?

Rothna: We want everyone who comes back to receive adequate medical and psychosocial treatment, as well as schooling for girls and employment skills training for women. 

Additionally, doctors need to be better trained in examining women who have been sexually assaulted. The purpose of the examinations needs to be explained to the women and girls to get informed consent from them, and doctors should ask for consent both before and during the examination. Otherwise, the exams could be harmful and humiliating for women and girls, and make them feel like they have no control over their bodies – which is what they felt when they were abducted by ISIS.

Samer: We also found some nongovernmental organizations and journalists with no experience interviewing trauma victims documenting their stories. Some recorded their statements on video, which leads to the risk of them being identified publicly.

Rothna: One girl I spoke with, we call her “Noor,” seemed so much better adjusted than the others – despite being the only child left in her family. She smiled, joked around with us, and talked to us about her future. But she had an awful story. She was abducted at 15, and after being moved from place to place she lived in a house with other girls who were forcibly married off or sold one-by-one. She and a friend attempted suicide together – she showed me the scars on her wrists – but an ISIS member caught them and stopped them. When her friend was picked to be taken by an ISIS member, the girl begged the men to take her too, so she could stay with her friend. They agreed and took both girls to another house. There, two other men told them, “You are sold to us.” They then beat and raped them for five days until they escaped, breaking through the door while the men were away fighting.  

When she first came to the camp, she looked like a ghost, people told us. She was reunited with her parents, who were traumatized after their only son, Noor’s brother, was executed in front of them. But Noor had her parents’ support. She said that she’d been to the hospital a few times, is receiving regular counseling, and is taking a sewing class. Her friend that she escaped with lives in a separate camp, and her father has taken her there to visit. Sometimes NGO activists take her out of the camp for social activities like going to the mall. She says she still has nightmares, but she’s healing. She’s going to be someone who can identify herself as a survivor, not just as a victim.  

In some ways, Noor has come back to life.

Yes. And life in general is taking shape in the camps. You can see market stalls selling chewing gum, and you see the lengths people have to go to make these tents feel like home with rugs and pillows. Keeping their spaces clean. They’d survived the winter and were dealing with cold rains. It’s likely they’ll be there for months or even years to come. 

Why haven’t all the girls received the same type of treatment as Noor?

Rothna: Of the 300 women and girls who have returned, only 100 have been identified by health authorities. The other 200 or so, their families likely don’t know these services are available. People need to get the word out.

The Yezidi camps are in Iraqi Kurdistan, and they are protected by Kurdistan’s forces. The local Kurdistan officials we spoke with have been trying to help get women and girls treatment and to aid those who escaped to return home safely. They told us that they want expert help in handling rape cases and trauma, and they need expert assistance and training, particularly in psychotherapy. They want to know how to help.

Samer: The Yezidis stopped dominating the news six months ago, but the crisis still exists. Needs are going unmet. And there is an enormous number of people that need help – especially as more and more women and girls escape

ISIS.AMNESTY INTERNATIONAL.ORG
IRAQ: YEZIDI WOMEN AND GIRLS FACE HARROWING SEXUAL VIOLENCE

23 DECEMBER 2014 

TEKST

Torture, including rape and other forms of sexual violence, suffered by women and girls from Iraq’s Yezidi minority who were abducted by the armed group calling itself the Islamic State (IS), highlights the savagery of IS rule, said Amnesty International in a new briefing today. 

Escape from hell- Torture, sexual slavery in Islamic State captivity in Iraq provides an insight into the horrifying abuse suffered by hundreds and possibly thousands of Yezidi women and girls who have been forcibly married, “sold” or given as “gifts” to IS fighters or their supporters. Often, captives were forced to convert to Islam. 

“Hundreds of Yezidi women and girls have had their lives shattered by the horrors of sexual violence and sexual slavery in IS captivity,” said Donatella Rovera, Amnesty International’s Senior Crisis Response Advisor, who spoke to more than 40 former captives in northern Iraq. 

“Many of those held as sexual slaves are children – girls aged 14, 15 or even younger. IS fighters are using rape as a weapon in attacks amounting to war crimes and crimes against humanity.” 

The women and girls are among thousands of Yezidis from the Sinjar region in north-west Iraq who have been targeted since August in a wave of ethnic cleansing by IS fighters bent on wiping out ethnic and religious minorities in the area. 

The horrors endured in IS captivity  have left these women and girls so severely traumatized that some have been driven to end their own lives. Nineteen-year-old Jilan committed suicide while being held captive in Mosul because she feared she would be raped, her brother told Amnesty International. 

One of the girls who was held in the same room as Jilan and 20 others, including two girls aged 10 and 12, told Amnesty International: “One day we were given clothes that looked like dance costumes and were told to bathe and wear those clothes. Jilan killed herself in the bathroom. She cut her wrists and hanged herself. She was very beautiful; I think she knew she was going to be taken away by a man and that is why she killed herself.”  The girl was among those who later escaped.   

Wafa, 27, another former captive, told Amnesty International how she and her sister attempted to end their lives one night after their captor threatened them with forced marriage. They tried to strangle themselves with scarves but two girls sleeping in the same room awoke and stopped them. 

“We tied the scarves around our necks and pulled away from each other as hard as we could, until I fainted… I could not speak for several days after that,” she said. 

The majority of the perpetrators are Iraqi and Syrian men; many of them are IS fighters but others are believed to be supporters of the group. Several former captives said they had been held in family homes where they lived with their captors’ wives and children. 

Many Yezidi survivors are doubly affected as they are also struggling to cope with the loss of dozens of their relatives who either remain in captivity or have been killed by the IS. 

Randa, a 16-year-old girl from a village near Mount Sinjar was abducted with scores of her family members, including her heavily-pregnant mother. Randa was “sold” or given as a “gift” to a man twice her age who raped her. She described the impact of her ordeal to Amnesty International: 

“It is so painful what they did to me and to my family. Da’esh (the IS) has ruined our lives… What will happen to my family? I don’t know if I will ever see them again.” 

“The physical and psychological toll of the horrifying sexual violence these women have endured is catastrophic. Many of them have been tortured and treated as chattel. Even those who have managed to escape remain deeply traumatized,” said Donatella Rovera. 

The trauma of survivors of sexual violence is further exacerbated by the stigma surrounding rape. Survivors feel that their “honour”, and that of their families, has been tarnished and fear that their standing in society will be diminished as a result. 

Many survivors of sexual violence are still not receiving the full help and support they desperately need. 

“The Kurdistan Regional Government, UN and other humanitarian organizations who are providing medical and other support services to survivors of sexual violence must step up their efforts. They must ensure they are swiftly and proactively reaching out to all those who may need them, and that women and girls are made aware of the support available to them,” said Donatella Rovera. 

Such services should include sexual and reproductive health services as well as counselling and trauma support.

EINDE ARTIKEL

”Fighters with the armed group calling itself “Islamic State” (IS) have systematically targeted members of non-Arab and non-Sunni Muslim communities. Despite worldwide condemnation, the IS has shown no intention of putting an end to the war crimes and crimes against humanity which its fighters have been committing on a large scale, including against the Iraqi women and girls they have abducted and continue to hold captive. Any party, in Iraq or outside, with any influence over the IS should use that influence to secure the release of these captives.”

AMNESTY INTERNATIONAL/REPORT

IRAQ: ESCAPE FROM HELL: TORTURE AND SEXUAL SLAVERY IN ISLAMIC STATE CAPTIVITY IN IRAQ

SEE FULL REPORT

https://www.amnesty.org/download/Documents/MDE140212014ENGLISH.pdf

[21]

On 24 September 2014, the Dutch government announced its participation in “the military campaign” against ISIL which, as they claimed, had been started by the United States, and sent six F-16 fighter jets to Iraq to bomb ISIL. Their motivations to join this war: ISIL’s advance in Iraq and Syria, while displaying “unprecedented violence” and “perpetrating terrible crimes against population groups”, formed “a direct threat for that region”; ISIL’s advance in Iraq and Syria “causes instability at the borders of Europe” which threatens “our own [Dutch] safety”. In January 2016, the Netherlands extended their bombings of ISIL to Syrian territory. By the end of July 2016 the Dutch Air Task Force flew more than 2100 missions and carried out over 1800 air strikes. 

WIKIPEDIADUTCH AIRSTRIKES
https://en.wikipedia.org/wiki/International_military_intervention_against_ISIL#Dutch_airstrikes

ORIGINAL SOURCE
WIKIPEDIAINTERNATIONAL MILITARY INTERVENTION AGAINST ISIL
https://en.wikipedia.org/wiki/International_military_intervention_against_ISIL

WIKIPEDIADUTCH MILITARY INTERVENTION AGAINST ISIL
https://en.wikipedia.org/wiki/Dutch_military_intervention_against_ISIL
PARLEMENTAIRE MONITORBESTRIJDING INTERNATIONAAL TERRORISMEBRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN, VAN DEFENSIE EN VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING19 DECEMBER 2014
https://www.parlementairemonitor.nl/9353000/1/j9tvgajcovz8izf_j9vvij5epmj1ey0/vjqcg9avtyzt

TEKST

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 december 2014

In deze brief wordt u, mede namens de Minister van Veiligheid en Justitie, geïnformeerd over de Nederlandse inzet in de strijd tegen ISIS en ten behoeve van het bereiken van stabiliteit in de regio. Het kabinet acht in dit verband een langtermijnoplossing voor Syrië en Irak noodzakelijk. De Nederlandse inzet kent militaire, diplomatieke en ontwikkelingssamenwerkingselementen. Het eerste deel van deze brief beschrijft kort de politieke ontwikkelingen in de regio. In het tweede deel gaat de brief in op de Nederlandse visie op de strijd tegen ISIS en het herwinnen van stabiliteit in Syrië en Irak.

Zoals in de artikel 100-brief van 24 september jl. is vermeld, heeft het kabinet besloten gedurende twaalf maanden in coalitieverband een militaire bijdrage aan de strijd tegen ISIS te leveren. Het luchtoptreden van de coalitie, in samenhang met het grondoptreden van de Iraakse en Koerdische strijdkrachten, heeft ervoor gezorgd dat de opmars van ISIS in Irak gedeeltelijk is gestopt en ISIS op verschillende plaatsen in de verdediging is gedrongen. De Tweede Kamer is toegezegd dat elk kwartaal een voortgangsrapportage wordt opgesteld. Deze vindt u in het derde deel van deze brief. De brief eindigt met de actuele situatie van de humanitaire hulp en de nationale veiligheid.

In overeenstemming met onze toezeggingen informeren wij u in deze brief ook over de inzet van Nederlandse trainers in de strijd tegen ISIS in Irak en het onderzoek naar mogelijke steun aan de Syrische gematigde oppositie.

I: Inleiding

Ontwikkelingen in Syrië en Irak

Syrië en Irak vormen het brandpunt van twee zeer destructieve trends die het gehele Midden-Oosten teisteren, te weten de polarisatie tussen soenni en shi’a geloofsgemeenschappen en de opkomst van het jihadisme. In beide landen zijn deze destructieve krachten vrijgekomen na tientallen jaren totalitair bestuur door Arabisch-socialistische Ba’ath-regimes. Deze trends, in combinatie met slecht bestuur, een afbrokkelende sociale structuur en competitie tussen staten in de regio, hebben de beide landen kwetsbaar gemaakt voor jihadi salafisten, zoals ISIS.

In Irak zijn inmiddels voorzichtig positieve ontwikkelingen waarneembaar. De regering van premier al-Abadi zet belangrijke stappen in de richting van een meer inclusief beleid. De vorming van een kabinet met gelijkwaardige soenni-Arabische, Koerdische en shia-Arabische vertegenwoordiging vormde hiervan het begin. Ook de relatie Bagdad-Erbil lijkt vooruitgang te boeken. Er vindt op hoog niveau diplomatiek overleg plaats tussen de beide hoofdsteden, hetgeen begin december heeft geleid tot een overeenkomst over verdeling van olie-inkomsten en uitbetaling van salarissen voor Koerdische ambtenaren. Koerdistan levert 250.000 vaten olie per dag, die via het Iraakse Ministerie van Olie verkocht worden. Van haar kant geeft de regering in Bagdad het Koerdische aandeel van de overheidsinkomsten (17 procent) vrij. Dat was al bijna een jaar bevroren als vergelding voor het feit dat Koerdistan zelf olie ging exporteren naar Turkije. Ook krijgt Koerdistan (in tranches) USD 1 miljard om de salarissen te betalen van Koerdische strijders die vechten tegen ISIS. De deal staat daarnaast toe dat de VS wapens leveren aan de Koerden, maar alleen via Bagdad.

Verder investeert de regering in het tegengaan van corruptie binnen de overheid en strijdkrachten, en in verzoening met stammen en gemarginaliseerde groepen. Door perspectief te bieden op een meer gelijkwaardige samenleving, draagt de regering al-Abadi bij aan het wegnemen van de voedingsbodem voor extremisme en steun aan ISIS.

In Syrië kan niet worden gesproken van positieve ontwikkelingen. De gematigde oppositie is in Noord-Syrië verder teruggedrongen en heeft slechts minimale controle over het grondgebied. Daarnaast heeft het terreinen in Zuid-Syrië onder controle. In Aleppo heeft de gematigde oppositie niet alleen te lijden onder bombardementen van het regime, maar ook door de activiteiten van ISIS en Jabhat al Nusra. Jabhat al Nusra is de strijd aangegaan met de gematigde oppositie in de Idlib provincie. De strijd om Aleppo duurt ook voort, waarbij de val van de stad tot vele extra slachtoffers en vluchtelingen kan leiden. In Kobani wordt nog steeds gevochten tussen ISIS en Syrische Koerden. Het regime in Damascus profileert zich meer en meer als de facto partner van de coalitie in de strijd tegen ISIS, hetgeen het draagvlak voor de coalitie onder de Syrische oppositie geen goed doet. VN-gezant De Mistura onderneemt diplomatieke inspanningen om de verschillende partijen in Syrië en in de regio ertoe te bewegen tot overeenstemming te komen over lokale wapenstilstanden (zogenoemde «freeze zones»). De «freeze zones» zouden vervolgens moeten worden uitgebreid naar andere delen van Syrië. Nederland was op 10 december jl. gastheer voor een bijeenkomst in New York, waar VNVR-leden over voor- en nadelen van deze aanpak hebben gesproken. Deze bijeenkomst richtte zich op de technische aspecten van «freeze-zones» en onder welke voorwaarden deze effectief zouden kunnen worden geïntroduceerd. Verdere uitwerking van de plannen van De Mistura worden in december verwacht.

Regionale dynamiek

Terwijl de gewapende conflicten in Syrië en Irak voortduren, mag de rol van de regio niet uit het oog worden verloren. Het voortduren van de crisis in Syrië kan niet losgezien worden van de strijd om regionale dominantie tussen Teheran en Riyadh, en de vaak uiteenlopende belangen van andere omliggende landen. Daarnaast speelt het Iraanse nucleaire dossier een rol in de regionale dynamiek. Het constructief engageren van deze landen is noodzakelijk voor een duurzame oplossing, maar kent tal van complicerende factoren.

Libanon, Jordanië en Turkije zuchten onder een enorme toestroom van Syrische vluchtelingen en oplopende (sektarische) spanningen. Turkije ziet zich daarnaast gesteld voor een «trilemma». In eigen ogen heeft het te maken met drie tegenstanders: de PKK en daaraan gelieerde Koerden, Assad en ISIS. Daardoor moet Turkije voortdurend een gecalculeerde belangenafweging maken.

Ook de Golfstaten zien ISIS als een gevaar voor de regionale en nationale stabiliteit, hetgeen perspectieven biedt voor samenwerking tussen Europa, de VS en de regionale partners mede onder de noemer van «gedeelde belangen». Immers, onder delen van de bevolking in al deze landen trekken strijders richting Syrië en Irak en bestaat sympathie voor jihadi salafisme.

Een aparte plaats in de regionale dynamiek wordt ingenomen door de Koerden in de regio. Koerden in Syrië (veelal de aan de PKK gelieerde PYD) hebben een grote rol gespeeld in de strijd tegen ISIS, eerst in de verdediging van Koerdische delen van Irak (Mount Sinjar) en vervolgens in de verdediging van Kobani. De PYD onderhoudt zowel banden met het regime in Damascus als met de PKK; reden waarom het kabinet Nederlandse steun aan de PYD niet opportuun acht.

In Irak hebben de prominente rol die de Koerden innemen in de strijd tegen ISIS en het feit dat het gebied waarover de Koerden zeggenschap hebben is uitgebreid met onder andere het olierijke Kirkuk, geleid tot een sterke positie van de Koerdistan Regional Government (KRG) ten opzichte van Bagdad. Het verder verbeteren van de relatie met de KRG is voor de regering al-Abadi dan ook topprioriteit.

Zowel in Syrië als in Irak hebben de toenemende instabiliteit en het geweld geleid tot een groeiende roep om meer autonomie voor Koerdische gemeenschappen. Tegelijkertijd zijn de onderlinge verschillen tussen de Koerdische gemeenschappen groot. Een gezamenlijk optrekken gericht op afsplitsing lijkt om die reden niet voor de hand te liggen.

II: Nederlandse visie op de strijd tegen ISIS en het herwinnen van stabiliteit in Syrië en Irak

De strijd tegen ISIS zal uiteindelijk alleen duurzaam succesvol zijn indien gekozen wordt voor een strategie die zich ook richt op de structurele oplossing van de problemen in Irak en de Syrische burgeroorlog. Dit is alleen te bereiken indien de internationale gemeenschap een gemeenschappelijke visie heeft op de (middel)lange-termijn inzet voor Syrië en Irak. Vooralsnog is dat nog onvoldoende het geval. Hoewel de internationale gemeenschap zijn krachten heeft verenigd ten aanzien van de militaire strijd tegen ISIS en de steun voor de Iraakse regering van al-Abadi, ontbreekt een gemeenschappelijke visie voor Syrië. Nederland dringt bij partners aan op het bepalen van een gemeenschappelijke visie op de langetermijnagenda voor de strijd tegen ISIS en het herwinnen van stabiliteit in Irak en Syrië, aangezien deze niet los van elkaar kunnen worden gezien. Voor het kabinet zijn daarbij onderstaande elementen relevant.

1) Steun voor een inclusieve regering in Irak

Irak heeft momenteel een inclusieve regering, die onder leiderschap van premier al-Abadi belangrijke stappen heeft gezet op weg naar hervorming en een verbeterde relatie met de autonome Koerdische regio in noord Irak. Het kabinet steunt deze nieuwe Iraakse regering in zijn pogingen politieke en sociaaleconomische hervormingen door te voeren om zo de voedingsbodem voor ontevredenheid onder de Iraakse bevolking weg te nemen. Tijdens de coalitiebijeenkomst van 3 december jl. in Brussel bleek dat al-Abadi zich bewust is van de verantwoordelijkheid van de Iraakse regering bij het tegengaan van ISIS. al-Abadi ontvangt veel steun voor de eerste stappen die zijn regering daartoe heeft genomen. Het is daarbij belangrijk dat er gelijkwaardigheid is bij de behandeling van de verschillende bevolkingsgroepen door de Iraakse regering. Een eerlijk rechtssysteem is essentieel, waarbij soenni-Arabieren niet meer, zoals nu vaak het geval, willekeurig kunnen worden gearresteerd, zonder toegang tot een (onafhankelijke) rechter. Ook de achterstelling van deze groep binnen de overheid moet worden aangepakt om te voorkomen dat soennitische groeperingen vatbaar blijven voor de aantrekkingskracht van ISIS. De regering moet ter verantwoording kunnen worden geroepen voor misstanden en zich opstellen als een regering voor alle Irakezen.

Deze en andere prioriteiten van de coalitie én de Iraakse regering zijn vastgelegd in het door de Iraakse regering ontwikkelde Iraakse Nationale Plan. Prioriteiten daarin zijn veiligheid en stabiliteit, verhoging van de levensstandaard voor alle Irakezen, het vergroten van de olie- en gasproductie ten behoeve van financiële duurzaamheid en het reguleren van de relatie tussen Bagdad en lokale overheden. Het kabinet speelt een actieve rol in het bevorderen van coördinatie en voortgang op deze gebieden, in EU-, VN- en coalitiekader, en in de eigen bilaterale contacten met de regering in Bagdad. Voor de EU ziet het kabinet een belangrijke diplomatieke rol weggelegd, omdat deze meer gewicht in de schaal legt dan individuele lidstaten. Nederland steunt de VN (UNAMI) bij het geven van politiek en technisch advies en assistentie aan de Iraakse regering voor wettelijke hervormingen die ten grondslag (kunnen) liggen aan politieke oplossingen en reconciliatie. De VN doet dit door middel van experts, die juridische en politieke ondersteuning bieden aan verschillende politieke, religieuze en maatschappelijke leiders bij het aannemen en hervormen van essentiële wetgeving. Hierdoor wordt de rechtspositie van de verschillende groeperingen binnen Irak beter gewaarborgd. Ook bilateraal is Nederland actief, zowel op ambtelijk als politiek niveau.

2) Steun voor politieke oplossing in Syrië

Er is binnen de internationale gemeenschap grote verdeeldheid over de vraag hoe een nieuwe politieke constellatie eruit zou kunnen zien en over de weg daarnaartoe. Er wordt verschillend gedacht over de rol van Assad, de rol van Iran en de rol van de Koerden. Het uitblijven van een gemeenschappelijke visie van de internationale gemeenschap op Syrië is reden tot grote bezorgdheid van het kabinet. Na drieënhalf jaar bloedvergieten in Syrië is het de hoogste tijd dat de internationale gemeenschap op dit dossier de gelederen sluit. Nederland heeft hiervoor onder meer aandacht gevraagd tijdens de reeds genoemde coalitiebijeenkomst van 3 december jl. Voor een politieke oplossing in Syrië zijn wat Nederland betreft de volgende strategische uitgangspunten van belang.

Nederland steunt de diplomatieke inspanningen van VN-Gezant De Mistura en de door hem voorgestelde bottom-up aanpak van lokale »freeze zones». Uitgangspunt voor Nederland is dat de bottom-up aanpak uiteindelijk een overkoepelende politieke oplossing met zich mee moet brengen op basis van de uitgangspunten van Geneve I.

De gematigde Syrische oppositie moet in staat worden gesteld een geloofwaardig alternatief te vormen voor Assad én ISIS. In de visie van Nederland moet ook de steun aan deze oppositie worden opgevoerd, niet alleen omdat zij een belangrijk tegenwicht bieden maar juist ook omdat zij een belangrijke gesprekspartner zijn: zowel op het terrein van een politieke oplossing (tegengaan van straffeloosheid, uiteindelijk Assad dwingen om naar de onderhandelingstafel te gaan) als in de strijd tegen ISIS en andere jihadistische organisaties. Nederland steunt de gematigde Syrische oppositie al sinds het begin van het conflict, zowel de formele politieke oppositie als lokale actoren, het maatschappelijk middenveld, activisten en (in bescheiden mate) de gematigde gewapende oppositie. Tot die steun behoren onder andere initiatieven om de veerkracht van lokale gemeenschappen te vergroten, onder andere door lokale bestuurders, vrouwennetwerken en lokale politie- en justitieorganen van de gematigde oppositie in staat te stellen essentiële dienstverlening aan de gemeenschappen te verzorgen. Uw Kamer is hierover reeds in de artikel 100-brief geïnformeerd. Er ligt eveneens een grote verantwoordelijkheid bij de oppositie zelf: alleen als die zichzelf sterker verenigt en beter organiseert, kan ze een blijvende factor van belang zijn.

Een factfinding-missie (FFM) van Buitenlandse Zaken en Defensie heeft vorige week de wenselijkheid, kansen en risico’s in kaart gebracht voor het verlenen van niet-gewapende steun aan gematigde gewapende groepen zowel in het noorden als in het zuiden van Syrië. Nederland zal opties uitwerken voor het leveren van een bijdrage, niet zijnde wapens, aan groepen die onder de banier van het «Vrije Syrische Leger» vallen. Dit zijn gematigde, inclusieve groepen, die zichzelf als onderdeel zien van een toekomstig Syrisch leger en uiteindelijk een politieke transitie voor ogen hebben, maar nu strijden tegen het regime in Damascus en tegen jihadistische groeperingen als ISIS en Jabhat al Nusra. Het verder ondersteunen van deze groepen zal er mede toe leiden, dat zij effectief kunnen blijven opereren en de gematigde oppositie niet verder wordt gemarginaliseerd. De gematigde groepen moet perspectief worden geboden, zodat zij de lokale bevolking aan zich kunnen binden en zij ervan worden weerhouden zich uit zelfbescherming aan te sluiten bij extremistische groeperingen. Nederland zal op dit terrein nauw optrekken met gelijkgezinde partners als de VS en het VK.

Bij een politieke oplossing mag uiteindelijk geen sprake van straffeloosheid zijn voor de daders van de meest ernstige internationale misdrijven. Nederland roept daarom steeds op tot doorverwijzing van de situatie in Syrië naar het ICC en steunt organisaties die bewijsmateriaal vergaren ten behoeve van onderzoek en strafrechtelijke vervolging, alsook verzoening.

De stem van de Syrische bevolking, mannen en vrouwen, moet worden gehoord. Het betrekken van elementen uit de Syrische samenleving, zoals lokale bestuurders van de Syrische oppositie en tribale en religieuze leiders en lokale (vrouwen)netwerken, is essentieel in de voorbereiding op politieke transitie.

3) Investeren in een constructieve rol voor sleutelspelers in de regio

Gezien de complexiteit van de regionale dynamiek is het essentieel om de dialoog met sleutelspelers in de regio open te houden en te intensiveren. De coalitie biedt hiervoor een goed kader. Uitgangspunt van het kabinet bij contacten met de regionale partners is het identificeren van gemeenschappelijke belangen. Nederland onderhoudt deze regionale contacten op bilateraal niveau – Minister Koenders bezoekt binnenkort de regio – en via regionale organisaties, zoals de Arabische Liga en de Gulf Cooperation Council. Ook internationale netwerkbijeenkomsten zoals de Manama Dialoog in Bahrein op 5 december jl. zijn hierbij van belang. Minister Koenders heeft en marge van deze bijeenkomst gesproken met een aantal regionale spelers, onder wie de Iraakse Minister van Buitenlandse Zaken al-Jaafari en de Saoedische Minister van Buitenlandse Zaken Saud al-Faisal. De bestrijding van ISIS speelde ook hier een belangrijke rol, zowel in de plenaire debatten als tijdens de een op een gesprekken met invloedrijke spelers uit de regio en daarbuiten. Nederland trekt hierin nauw op met EU-partners. De Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) heeft het contact met deze spelers tot prioriteit verheven. Ook is de EU eerder betrokken geweest bij de wederopbouw van Irak (waaronder rechtstaatontwikkeling). De EDEO werkt momenteel samen met de Europese Commissie en de lidstaten aan het opstellen van een brede regionale EU-strategie voor Irak/Syrië en ISIS. Het kabinet steunt dit en dringt hierbij aan op een geïntegreerde inzet van het beschikbare EU-instrumentarium en het formuleren van concrete actiepunten.

4) Harde aanpak ISIS via een bijdrage aan de coalitie

De drie bovengenoemde elementen vergen een lange adem. Het kabinet vindt, net als de coalitiegenoten, ook een harde aanpak nodig om op korte tot middellange termijn de opmars van ISIS een halt toe te roepen. Daarom neemt Nederland met een concrete bijdrage deel aan de internationale coalitie tegen ISIS bestaande uit meer dan zestig landen, waaronder landen uit de regio, waarbij de steun varieert van politieke steun tot daadwerkelijke bijdragen aan bestrijden van ISIS.

De internationaal en regionaal breed gedragen inzet is belangrijk omdat het aantoont dat er – ook in de regio – draagvlak is voor deze aanpak. De Iraakse regering is nauw betrokken bij de uitvoering van de strijd tegen ISIS. De internationale coalitie wordt geleid door de Verenigde Staten. Op de door de VS georganiseerde bijeenkomst van 3 december jl. van Ministers van Buitenlandse Zaken hebben de coalitielanden hun samenwerking bestendigd en afgesproken ISIS op verschillende sporen te bestrijden: 1) militaire spoor: de luchtcampagne tegen ISIS en het trainen van Iraakse strijdkrachten en Koerdische Peshmerga; 2) het tegengaan van Foreign Terrorist Fighters; 3) het stoppen van financieringsstromen naar ISIS en daaraan gelieerde individuen; en 4) het delegitimeren van ISIS. Nederland heeft, onder meer bij het opstellen van het militaire campagneplan en in overleg tussen de Commandanten der Strijdkrachten van de coalitiepartners, gepleit voor de betere inbedding van de militaire actie in een politieke strategie en voor betere coördinatie tussen de militaire en niet-militaire sporen. In de volgende paragrafen wordt per spoor de Nederlandse inzet geschetst.

Spoor 1: Militaire spoor

Op korte termijn richt de militaire strategie van de coalitie zich op het stoppen van de opmars van ISIS evenals het ondersteunen van het Iraakse leger, de Peshmerga en de gematigde Syrische oppositie teneinde de militaire kracht van ISIS te breken. De inzet van de coalitie is tevens een politieke steun in de rug van premier al-Abadi. Nederland heeft, naast de inzet van F-16»s, besloten de Iraqi Security Forces en de Peshmerga gedurende een periode van in beginsel één jaar te ondersteunen met training en advies in het kader van deze strategie. In het tweede deel van deze brief treft u de voortgangsrapportage aan over de Nederlandse militaire bijdrage.

De coalitie voert dagelijks (bombardements- en verkennings-)vluchten uit, waarbij commandocentra, opslagplaatsen, voertuigen, artilleriestukken en tanks worden vernietigd. Het luchtoptreden van de coalitie, in samenhang met het grondoptreden van de Iraakse en Koerdische strijdkrachten, heeft ervoor gezorgd dat de opmars van ISIS in Irak gedeeltelijk is gestopt en ISIS op verschillende plaatsen in de verdediging is gedrongen.

In bepaalde gebieden (zoals in de provincie Anbar) beschikt ISIS nog over bewegingsvrijheid en zal het proberen de militaire druk op de geïsoleerde posities van de Iraakse strijdkrachten te bestendigen. Omdat regulier militair optreden ISIS kwetsbaar maakt voor vooral luchtaanvallen, valt het in toenemende mate terug op irreguliere tactieken, zoals het gebruik van IED’s, indirect vuur en hinderlagen. Tevens moet rekening worden gehouden met het opvoeren van aanslagen in Bagdad, Erbil en andere grote steden om de sektarische tegenstellingen aan te wakkeren en het functioneren van de overheid te verlammen. Mede om dergelijke terreuracties van ISIS tegen te gaan, is het van belang Iraakse eenheden en Koerdische Peshmerga te trainen, die – gesteund vanuit de lucht – op de grond de strijd met ISIS kunnen aangaan.

Spoor 2: Foreign Terrorist Fighters

Het tegengaan van Foreign Terrorist Fighters is sinds geruime tijd een prioriteit van het kabinet. In maart 2013 heeft de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV), mede op basis van de stijging in uitreizen door personen die zich wilden aansluiten bij terroristische organisaties in Syrië en Irak, het dreigingsniveau verhoogd van beperkt naar substantieel. Dit betekent dat de kans op een aanslag tegen Nederland reëel is.

Het kabinet zet alle mogelijke middelen in om uitreizen richting Syrië en Irak te voorkomen. In het bijzonder omdat personen die actief zijn bij een dergelijke terroristische organisatie ervaring kunnen opdoen waarmee zij een mogelijk gevaar kunnen vormen voor de nationale veiligheid. Foreign Terrorist Fighters bevestigen de sterke verwevenheid tussen de interne en externe veiligheid. Internationale samenwerking is daarbij, meer dan voorheen, vereist.

Ook op internationaal vlak is Nederland actief in het tegengaan van Foreign Terrorist Fighters. In de EU is op 20 oktober jl. tijdens de Raad Buitenlandse Zaken een strategie aangenomen welke zich richt op het tegengaan van Foreign Terrorist Fighters. Daarnaast maakt Nederland in EU-verband deel uit van een kopgroep van tien EU-landen die vervult een voortrekkersrol bij het formuleren van de Europese aanpak voor het tegengaan van de problematiek.

In september 2013 is Nederland met Marokko binnen het Global Counter Terrorism Forum (GCTF) een Foreign Terrorist Fighters initiatief gestart. Bij dit forum zijn vijftien Westerse en vijftien niet-Westerse landen aangesloten met als doel het overeenkomen van best practices en aanbevelingen ten behoeve van het ontwikkelen van beleid dat gerelateerd is aan de bestrijding van terrorisme. In het kader van het bovengenoemde initiatief heeft een aantal bijeenkomsten plaatsgevonden, onder andere in Den Haag, Marrakech en Abu Dhabi waar werd gesproken over de aanpak van personen die deelnemen aan de strijd door terroristische organisaties, waaronder ISIS.

Deze bijeenkomsten hebben geleid tot een memorandum met niet-bindende aanbevelingen. Het The Hague – Marrakech Memorandum on Good Practices for a More Effective Response to the Foreign Terrorist Fighters Phenomenon is in september 2014 en marge van de Algemene Vergadering van de VN aangenomen tijdens de ministeriële bijeenkomst van het Global Counterterrorism Forum (GCTF). Tijdens deze bijeenkomst zijn meerdere fasen in de ontwikkeling van Foreign Terrorist Fighters erkend: radicalisering, rekrutering en facilitering, uitreizen, deelname aan de strijd en terugkeer. Daarnaast is besloten dat Nederland de komende jaren co-voorzitter (samen met Marokko) zal zijn van de GCTF Foreign Terrorist Fighters werkgroep. In deze werkgroep zullen de aanbevelingen worden uitgewerkt. De inaugurele bijeenkomst van de Foreign Terrorist Fighters werkgroep zal plaatsvinden op 15 en 16 december te Marrakech, Marokko.

Op 24 september jl. was er onder voorzitterschap van de Amerikaanse president Obama een zitting van de VN Veiligheidsraad waarin Minister-President Rutte en andere regeringsleiders spraken over de aanpak van Foreign Terrorist Fighters. Het Nederlandse initiatief is regelmatig als voorbeeld genoemd en wordt aangehaald in VNVR resolutie 2178. Door deze resolutie worden VN-lidstaten aangemoedigd om het uitreizen van Foreign Terrorist Fighters zoveel mogelijk te beperken.

Spoor 3: Financieringsstromen

ISIS heeft toegang tot diverse financieringsbronnen, waaronder inkomsten uit de verkoop van olie, losgeld, afpersing, criminele activiteiten en externe donaties. Met het uitbreiden van zijn territorium, heeft ISIS toegang gekregen tot nog meer financiële middelen. Het verstoren van de financieringsstromen richting de organisatie en daaraan gelieerde individuen is dan ook nadrukkelijk onderdeel van de bestrijding van ISIS. De internationale gemeenschap heeft dit bevestigd in onder andere VNVR-Resolutie 2161 (2014) en 2170 (2014).

Uitgangspunt om de financieringsstromen richting ISIS te stoppen, is voor het kabinet het VN-sanctie-instrumentarium vanwege de brede multilaterale werking. Het afgelopen jaar heeft Nederland zich ingezet voor het versterken van dit instrumentarium. Zoals benadrukt door de Minister-President in zijn toespraak voor de VN Veiligheidsraad op 24 september jl. is het van belang om de sanctieregimes effectiever te maken en te gebruiken als middel om terrorisme tegen te gaan. Van belang hierbij is dat Nederland samenwerkt met landen uit de regio.

In oktober was een multilaterale bijeenkomst in Washington waar is verkend hoe de financiering van terroristische organisaties zoals ISIS en Jabhat al Nusra verder ingedamd kan worden. Nederland was in november eveneens aanwezig tijdens een soortgelijke multilaterale bijeenkomst in Bahrein. Alle deelnemende landen, inclusief de landen uit de regio, hebben zich gecommitteerd de financiering van terrorisme en zo ook ISIS tegen te gaan. Verder is Nederland betrokken bij onderzoek in het kader van de Financial Action Task Force (FATF) naar de financiering van ISIS.

Los van de actieve Nederlandse bijdrage in multilaterale en bilaterale verbanden zet het kabinet regelmatig de nationale bevriezingsmaatregel in met als doel terrorisme en terrorismefinancieringsstromen te voorkomen. Door deze maatregel zijn de financiële tegoeden bevroren en is het tegelijkertijd strafbaar om financiële tegoeden beschikbaar te stellen aan degene op wie deze maatregel van toepassing is. Sinds december 2013 is deze vergaande maatregel 11 keer toegepast. Waar mogelijk en noodzakelijk zal het kabinet deze maatregel blijven inzetten.

Spoor 4: Delegitimeren ISIS

ISIS heeft veel gebied kunnen veroveren, omdat de organisatie steun heeft gekregen van – vaak zelf niet extremistische – delen van de bevolking, vooral in Irak. Een gepercipieerd gebrek aan alternatief, onder meer vanwege de uitsluitingspolitiek van de regering Maliki, heeft daarbij een belangrijke rol gespeeld.

Het kabinet ziet delegitimering en het tegengaan van gewelddadig extremisme als belangrijke niet-militaire instrumenten in de strijd tegen ISIS; dit is bevestigd in VNVR-resolutie 2178 (2014). Opvallend was de overeenstemming onder coalitielanden op de bijeenkomst op 3 december jl. over het feit dat vooral de regionale landen een rol te spelen hebben bij het delegitimeren van ISIS.

In dit kader werkt het kabinet daarom samen met verschillende lokale en internationale partners, organisaties en denktanks, waaronder het International Center of Excellence for Countering Violent Extremism (CVE) in Abu Dhabi. Deze organisatie komt voort uit het Global Counterterrorism Forum (GCTF) waarin Nederland een actieve rol speelt. De organisatie richt zich specifiek op onderzoek en het uitvoeren van projecten bij het tegengaan van gewelddadig extremisme in relatie tot onder meer ISIS. Daarnaast werkt Nederland samen met het International Centre for Counter-Terrorism – The Hague (ICCT), gevestigd te Den Haag.

Delegitimering behelst onder andere dat de ontvankelijkheid voor de haatboodschappen van ISIS wordt verminderd en dat er een geloofwaardig en gedragen tegengeluid bestaat. Om die reden is Nederland, samen met het Verenigd Koninkrijk, initiatiefnemer van een onderzoeksproject in Irak, dat een basis moet leggen voor campagnes tegen gewelddadig extremisme. In eerste instantie gebeurt dat door verschillende doelgroepen en hun percepties en visies binnen Irak in kaart te brengen. Ontwikkeling en implementatie van een counter-narrative zouden vervolgstappen kunnen zijn.

De mate waarin het geluid van ISIS in Syrië weerklank vindt, hangt samen met de context van wetteloosheid en gewelddadigheid. Om bij te dragen aan het bestrijden van wetteloosheid en gewelddadigheid financiert het kabinet, in samenwerking met het Verenigd Koninkrijk, Denemarken en de Verenigde Staten, een project dat beoogt lokale veiligheid en rechtsorde in oppositiegebieden te vergroten, en daarmee bij te dragen aan het wegnemen van gronden voor gewelddadig extremisme.

Om de kans van slagen van bovenstaande inzet te vergroten is betrokkenheid nodig van partijen over de gehele breedte van het maatschappelijk middenveld in Irak en Syrië. Civiele activisten, lokale bestuurders en tribale religieuze leiders kunnen hier allen een rol in spelen. Nederland steunt daarom initiatieven die dialoog tussen deze partijen bevorderen en participeert actief bij dergelijke «track II»-bijeenkomsten. In dit verband vond recent een trainingsbijeenkomst plaats die Nederland in samenwerking met Instituut Clingendael heeft georganiseerd.

III: Voortgangsrapportage Nederlandse militaire bijdrage aan de strijd tegen ISIS

Nederland levert met zes F-16s (ongeveer 250 militairen) en 130 militairen voor training een bijdrage aan het militaire spoor van de coalitie. In de volgende paragrafen wordt de Nederlandse militaire bijdrage aan de strijd tegen ISIS beschreven.

De coördinatie van de militaire bijdragen van deze verschillende landen is belegd in CENTCOM (Tampa, Florida). De militaire strategie van de coalitie is beschreven in het campagneplan. Bij de ontwikkeling van het campagneplan heeft Nederland de nadruk gelegd op de inbedding van de militaire strategie in een politieke aanpak en de noodzaak tot inclusiviteit binnen de Iraakse overheid. Ook is aandacht gevraagd voor zaken zoals mensenrechten, humanitair oorlogsrecht en gender. Het campagneplan wordt waarschijnlijk eind januari 2015 door de Commandanten der Strijdkrachten bekrachtigd. Maar ook na de bekrachtiging in januari blijft het campagneplan een groeidocument, dat – gebaseerd op de opgedane ervaringen en de evaluatie daarvan – wordt aangepast. Hiervoor wordt binnen CENTCOM (Combined Forces Command – CFC) een joint / combined assessment and planning cell ingericht. Nederland zal hierin vertegenwoordigd zijn. Zo wordt vroegtijdig kennis opgedaan van de richting waarin de missie zich ontwikkelt en kan Nederland hierop invloed uitoefenen.

Luchtcampagne

Ontplooiing Nederlandse F-16 capaciteit

Kort na de ontplooiing van de Nederlandse F-16 eenheid naar het Midden-Oosten heeft op 7 oktober jl. een eerste Nederlandse F-16 een aanval uitgevoerd op gronddoelen in Irak. Inmiddels worden er dagelijks meerdere missies gevlogen. De doelen bestaan hoofdzakelijk uit ISIS-hoofdkwartieren, opslagplaatsen, fabrieken waar improvised explosive devices (IED’s) worden gemaakt, voertuigen en ISIS-strijders.

Minimaliseren burgerslachtoffers

Het aangrijpen van doelen gebeurt volgens een zorgvuldig proces (targeting process), waarbij het minimaliseren van onbedoelde nevenschade en burgerslachtoffers, niet alleen voor Nederland maar voor de coalitie als geheel, de hoogste prioriteit heeft. Tijdens dit proces vormen het humanitair oorlogsrecht en de Rules of Engagement het uitgangspunt. Irak is in het proces betrokken en moet toestemming geven om doelen aan te vallen. Daarnaast beoordeelt de vlieger, voordat hij zijn wapens inzet, zelf de situatie. Hij bekijkt de omgeving van het doel en beoordeelt nogmaals de risico’s van onbedoelde nevenschade en burgerslachtoffers.

Van de aanvallen worden beelden gemaakt die na afloop nauwgezet worden geanalyseerd. Na deze analyses wordt een rapport opgemaakt. Hierin wordt de actie nauwkeurig beschreven, inclusief exacte locaties, tijden van de aanval en de eventuele onbedoelde nevenschade en/of burgerslachtoffers. Zoals gebruikelijk wordt achteraf aan de commandant en via de Koninklijke Marechaussee aan het Openbaar Ministerie gerapporteerd, ter beoordeling van de legitimiteit van de geweldstoepassing.

Inbedding gastland en samenwerking

Het F-16 detachement is volledig ontplooid. De eenheid verblijft in tenten op het vliegveld. Op het kamp worden nog verbeteringen aangebracht. Zo wordt het aantal personen per onderkomen verminderd. Ook wordt er een grotere munitieopslag gebouwd. Nederland werkt samen met het gastland en andere coalitiepartners, zoals België, die op het vliegveld aanwezig zijn. Het betreft strategisch luchttransport en vliegvelddiensten zoals verkeersleiding en brandweer.

Personeel

In het F-16-detachement zijn nu ongeveer 220 militairen ingezet. Daarnaast zijn enkele liaisonofficieren op het hoofdkwartier voor de luchtoperaties (Combined Air Operations Centre in Qatar) geplaatst. Het detachement roteert elke drie maanden, de vliegers roteren vaker vanwege trainingen in Nederland. In de eerste (huidige) rotatie zijn, als gevolg van de korte reactietijd, 28 militairen uitgezonden terwijl zij nog uitzendbescherming genoten. De volgende rotatie bevat geen militairen van wie de uitzendbescherming moet worden opgeschort.

Materieel

Het ingezette materieel houdt zich goed en de eerste wisseling van F-16»s is inmiddels uitgevoerd. Klein onderhoud aan de F-16»s gebeurt in het inzetgebied, groot onderhoud in Nederland. De munitie komt ook uit Nederland. Bij de aanvallen wordt, ter voorkoming van nevenschade, uitsluitend precisiemunitie gebruikt. De voorraad is niet onbegrensd. Voor de aanvulling van voorraden zijn er diverse internationale trajecten. Naast het versneld aankopen van nieuwe wapens is het lenen van wapens van partnerlanden een mogelijkheid.

Trainingsmissie

De Nederlandse bijdrage aan de trainingsmissie richt zich op twee doelgroepen, te weten reguliere militaire eenheden van de Peshmerga in Erbil en eenheden van de Iraakse Special Operation Forces (SOF) in Bagdad. De Nederlandse trainers gaan niet mee in gevechtssituaties. Van combat boots on the ground is derhalve geen sprake.

De voorbereiding voor de Nederlandse bijdrage aan de voorziene trainingsmissie is in volle gang. Nederland hecht eraan dat de trainingsmissie vorm krijgt in coalitieverband om te verzekeren dat de bijdrage bij het campagneplan past en aansluit op de Iraakse behoefte.

In Erbil zal nauw worden samengewerkt met Duitsland. Dat is in de huidige voorbereidingsfase ook al het geval. In Bagdad wordt nauw samengewerkt met de Verenigde Staten. Door deze samenwerking kan de Nederlandse ondersteunings- en logistieke inspanning zo klein mogelijk blijven. In een aantal coalitielanden (waaronder België, Duitsland en Noorwegen) is nog geen definitief besluit genomen over deelneming aan de trainingsmissie. In deze landen is de planning van de trainingsmissie derhalve nog niet voltooid. De verwachting is dat in de volgende voortgangsrapportage meer details kunnen worden verstrekt over de Nederlandse bijdrage aan de trainingsmissie en de samenwerking met partners.

Voor de trainingen is de behoefte van de Iraakse overheid leidend. In Erbil wordt tevens samengewerkt met het Ministry of Peshmerga. In Bagdad heeft de coalitie contact met het Iraakse Ministerie van Defensie. Op grond van de behoefte wordt in coalitieverband een curriculum opgesteld. Nederland onderstreept bij het opstellen van het curriculum het belang van trainingsaspecten op het gebied van humanitair oorlogsrecht, mensenrechten en gender.

Operatieconcept

Het operatieconcept voor de Nederlandse bijdrage aan de trainingsmissie berust op de principes van een gefaseerde planning en ontplooiing. De fasering is afhankelijk van vastgestelde voorwaarden. Nederlandse militairen zijn nog niet begonnen met trainen. Wel zijn enkele Nederlandse stafofficieren momenteel in Irak om zaken te verkennen en voor te bereiden. Met het oog op de voorbereiding van de Nederlandse bijdrage maken zij reeds deel uit van coalitiebesprekingen die plaatsvinden in Erbil en Bagdad. De aansturing op coalitieniveau van de trainingen in Erbil wordt gedaan in het Combined Joint Operation Centre Erbil (CJOC-E). De aansturing voor de SOF-trainingen in Bagdad gebeurt door het Combined Special Operation Joint Taskforce Iraq (CSOJTF-I) in Bagdad. Ook hier zijn op dit moment enkele Nederlandse stafofficieren werkzaam.

Op korte termijn gaan grotere voorbereidingsteams van tien tot twintig militairen naar zowel Bagdad als Erbil. Deze teams hebben de opdracht de lokale situatie verder te verkennen, op te treden als liaisons richting coalitiepartners, de Iraqi Security Forces en de Peshmerga, en het verdere planningsproces te begeleiden. De input van deze teams zal leiden tot een gedetailleerde planning voor de gefaseerde ontplooiing van de, in de artikel 100-brief gemelde, 130 militairen in Irak. Daarbij zal ook rekening worden gehouden met de lokale en regionale politieke gevoeligheden en omstandigheden. Het eerder genoemde bezoek van Minister Koenders aan de regio is hierbij van belang. De teams worden voorzien van een organieke uitrusting, inclusief een persoonlijk vuurwapen voor zelfverdediging. Daarnaast worden de teams uitgerust met verbindingsmiddelen waarmee ze onderling en met Nederland kan communiceren. De teams werken samen met de coalitiepartners en lokale autoriteiten.

Zodra aan de voorwaarden voor verdere ontplooiing wordt voldaan, worden de trainingsteams ingezet. Zoals gezegd, werkt Nederland daarbij nauw met Duitsland samen. Belangrijke voorwaarden zijn de beschikbaarheid van het trainingspubliek en goede trainingslocaties, alsmede de lesprogramma’s. Bovendien zijn concrete samenwerkingsvormen met zowel de coalitiepartners als de Iraakse en Koerdische autoriteiten een voorwaarde. Uiteraard moet ook aan de standaard eisen voor de inzet van trainers worden voldaan, zoals huisvesting, toereikende force protection, medische verzorging en logistieke ondersteuning.

Erbil

Nadat het curriculum gereed is en de voorbereidingen zijn voltooid, zal in Erbil worden begonnen met het trainen van Peshmerga-eenheden. Het gaat zowel om soldaten als nieuwe rekruten, die worden voorgedragen in nauwe samenwerking met het Ministry of Peshmerga (MoP). Het voorbereidingsteam dat naar Erbil gaat, zal samen met vertegenwoordigers van coalitiepartner Duitsland de planningsaspecten in kaart brengen. Het team in Erbil heeft verder als opdracht om op te treden als liaison met coalitiepartners en de Peshmerga, in coördinatie met de Iraakse regering.

Het team zal een aantal weken in hotels in de regio Erbil worden gehuisvest. Voor transport maakt het gebruik van huurauto’s. De Peshmerga hebben zich verantwoordelijk gesteld voor de veiligheid van het Nederlandse team. Voor de definitieve huisvesting van de trainingsteams wordt gekeken naar de mogelijkheid om samen met partners een kamp te bouwen op het vliegveld.

De medische voorzieningen ter plaatse zijn toereikend. Er is een beperkte Role 2 en Amerikaanse MEDEVAC-capaciteit beschikbaar. Het team beschikt over eigen medisch personeel, counter-IED specialisten en infanteristen. Bij de samenstelling van het team wordt ook gekeken naar de instructievaardigheid van de teamleden. Het team wordt uitgerust met verbindingsmiddelen waarmee het onderling en met Nederland kan communiceren.

Uiteindelijk levert het team een gedetailleerde planning voor de gefaseerde ontplooiing van de trainingsteams en hun ondersteuning voor het trainen van reguliere Peshmerga militairen in het noorden van Irak.

Bagdad

In Bagdad traint de coalitie reeds Iraakse SOF-eenheden. De Verenigde Staten zijn daarbij lead nation en ook Australië en Frankrijk zijn hier al actief met SOF-training. Op termijn wordt ook Belgische en Noorse deelneming verwacht. De Iraakse SOF-eenheden worden getraind op het goed beveiligde internationale vliegveld van Bagdad. Op dat vliegveld is er een Amerikaans deel waar de coalitiedeelnemers, waaronder Nederlandse militairen, kunnen worden gehuisvest. Direct naast het Amerikaanse deel ligt de Iraakse SOF-academie waar de SOF-trainingen plaatsvinden.

Ook voor Bagdad is een gefaseerde aanpak voor de inzet van Nederlandse trainers voorzien. Op korte termijn gaat een eerste team naar Bagdad. Dit is een SOF-team, bestaande uit tien tot vijftien militairen. In dit team zitten planners, medische specialisten en wapenspecialisten en experts op het gebied van verbindingen. Dit team treedt op als kwartiermakergroep voor de Nederlandse SOF-trainingsbijdrage voor Bagdad. Hierbij moet het team bepalen welke ondersteuning van de SOF-trainers in coalitieverband beschikbaar is en voor welke ondersteuning Nederland zelf moet zorgdragen.

Voor verplaatsingen buiten het vliegveld wordt gebruikgemaakt van gepantserde voertuigen. Voor de locatie Bagdad kan voor de eerstelijnszorg worden teruggevallen op het Amerikaanse zorgsysteem. Voor tweedelijnszorg wordt gebruikgemaakt van geneeskundige voorzieningen van de coalitie op het internationale vliegveld. Dat ziekenhuis beschikt over de in Nederland gebruikelijke specialistische poliklinieken met diagnostiek en verpleegafdelingen.

In Bagdad zijn reeds, zoals hierboven gemeld, bestaande faciliteiten en bestaande trainingen van coalitiegenoten waar Nederlandse SOF-eenheden bij kunnen aanhaken. Daarom zal naar verwachting de trainingscapaciteit voor de SOF in Bagdad sneller dan in Erbil kunnen worden vormgegeven. In de verdere planning wordt rekening gehouden met een bijdrage van drie SOF-trainingsteams, aangevuld met een kleine staf en een logistiek element.

Dreiging

ISIS heeft herhaaldelijk verklaard dat de Verenigde Staten en landen die deelnemen aan de coalitie tegen ISIS een doelwit vormen voor aanslagen. Dit geldt dus ook voor Nederlandse militaire eenheden. Eenheden van ISIS beschikken over de capaciteit om gerichte en gecompliceerde aanslagen uit te voeren in grote delen van Irak, al dan niet met ondersteuning van lokale netwerken.

Dreiging Bagdad

Reguliere eenheden van ISIS zijn, behoudens de regelmatige bomaanslagen, tot op heden niet doorgedrongen tot de Iraakse hoofdstad Bagdad. Het meest nabije bolwerk van ISIS bij Bagdad bevindt zich thans in de stad Falluja op ongeveer 50 kilometer ten westen van het centrum van de hoofdstad. De Iraakse regering en de strijdkrachten spannen zich in om de hoofdstad Bagdad te beschermen. De sterkste eenheden van de Iraakse strijdkrachten zijn hier gestationeerd. Niettemin behoudt ISIS enige vorm van bewegingsvrijheid en slagen eenheden van ISIS slagen er regelmatig in aanslagen in de stad uit te voeren. Hierbij worden voornamelijk sjiitische inwoners en het Iraakse veiligheidsapparaat getroffen. De aanslag tegen het konvooi van de VN op 16 november jl. nabij het internationale vliegveld toont aan dat ook de internationale presentie doelwit kan worden van aanslagen.

Dreiging Erbil

Hoewel de veiligheidssituatie in Erbil relatief rustig is – ISIS is militair teruggedrongen uit de directe omgeving van de stad – heeft ISIS met de aanslag op 19 november jl. in Erbil laten zien in staat te zijn incidenteel gerichte aanslagen uit te voeren in Koerdisch gebied. De aanslag in Erbil was gericht tegen een Koerdisch overheidsgebouw nabij het oude centrum van de stad en werd uitgevoerd door een zelfmoordenaar in een voertuig.

Mandaat, geweldsinstructie en diplomatieke status

Nederland levert een bijdrage aan de strijd tegen ISIS op basis van een verzoek tot militaire steun van de Iraakse autoriteiten, dat zij op 25 juni jl. bij de VN hebben ingediend en op 20 september jl. hebben herhaald. Het verzoek om steun door de legitieme Iraakse regering voorziet in een rechtsgrond voor de inzet van Nederlandse militairen in Irak.

De geweldsinstructie voor de Nederlandse deelnemers aan de trainingsmissie berust op het recht op zelfverdediging. Ook bij onverhoopte escalatie biedt het recht op zelfverdediging de juridische grondslag voor geweldgebruik en voorziet de geweldsinstructie daarin. Uit het oogpunt van operationele veiligheid wordt de specifieke geweldsinstructie niet openbaargemaakt.

Ten behoeve van de inzet van de F-16»s heeft Nederland nationale Rules of Engagement en Targeting Guidelines opgesteld om te waarborgen dat het humanitair oorlogsrecht wordt nageleefd. De commandant van de Nederlandse F16»s is als Red Card Holder belast met het toezicht op de naleving. Omdat de rechtsgrondslag van deze inzet de uitnodiging van Irak is, wordt vóór iedere luchtaanval specifiek de toestemming gevraagd van de Iraakse autoriteiten.

Op 2 oktober jl. is tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het F-16 gastland een verdrag tot stand gekomen dat de status regelt van Nederlands personeel in het gastland. Het verdrag regelt onder andere dat Nederland voorrang heeft bij het uitoefenen van strafrechtelijke rechtsmacht over handelingen van het personeel die in de uitoefening van de functie zijn verricht.

In een Note Verbale heeft Irak inmiddels vastgelegd dat het Nederland exclusieve strafrechtelijke rechtsmacht zal toekennen over de Nederlandse militairen in Irak. Daarnaast zullen de Nederlandse militairen in Irak immuniteit van burger- en administratiefrechtelijke rechtsmacht genieten, die zich echter niet uitstrekt tot handelingen die geen ambtshandelingen zijn.

Alleen op de trainingslocaties wordt een uniform gedragen. Op verzoek van de Iraakse autoriteiten wordt buiten de trainingslocaties door de militairen van de coalitie burgerkleding gedragen. Op deze wijze wordt de militaire footprint zo beperkt mogelijk houden. Het dragen van burgerkleding is ook een onderdeel van de beveiligingsmaatregelen (low visibility).

Financiën

De kosten van de Nederlandse militaire bijdrage aan de strijd tegen ISIS zijn initieel geraamd op EUR 30 miljoen in 2014, waarvan EUR 18,5 miljoen voor de luchtcampagne en EUR 11,5 miljoen voor de trainingsmissie. Het geraamde bedrag voor de luchtcampagne wordt nagenoeg geheel gerealiseerd. Voornamelijk vanwege latere ontplooiing van de Nederlandse bijdrage aan de trainingsmissie wordt in 2014 op basis van de huidige prognoses een onderrealisatie van ongeveer EUR 11,5 miljoen op de gehele missie verwacht. Deze onderrealisatie wordt aangemeld voor de eindejaarsmarge.

IV: Humanitaire hulp

De humanitaire situatie voor Syrische burgers is de afgelopen maanden vrijwel onveranderd. Naar schatting hebben 12,1 miljoen mensen in Syrië en de buurlanden dringend hulp nodig. Hiervan verblijven vijf miljoen mensen in de belegerde en moeilijk bereikbare gebieden, zoals in en rondom de steden Kobani en Aleppo. De conferentie in Berlijn van eind oktober 2014 zette de opvang van vluchtelingen in de omringende landen opnieuw op de agenda. Een van de doelstellingen van het nieuwe Relief Fund is om de zelfredzaamheid van vluchtelingen in gastlanden te vergroten, alsmede een bijdrage te leveren aan een betere balans tussen ondersteuning van vluchtelingen en gastgemeenschappen.

Nederland heeft sinds het begin van de Syrische crisis EUR 114,25 miljoen bijgedragen aan het verlichten van de noden van ontheemden binnen Syrië en van vluchtelingen in de buurlanden, inclusief de recent aangekondigde EUR 30 miljoen uit het Relief Fund. EUR 7 mln daarvan is bestemd voor de verlenging van cross-border hulpverlening door Nederlandse ngo’s en hulp aan niet-geregistreerde vluchtelingen.

Op 1 december jl. luidde het Wereldvoedselprogramma (WFP) de noodklok: vanwege een urgent financieringstekort van EUR 63 mln zag de organisatie zich genoodzaakt om haar activiteiten voor voedselhulp aan vluchtelingen in de buurlanden op te schorten. Het financieringstekort wordt gedeeltelijk veroorzaakt door de praktijk dat sommige donoren een lange periode hanteren tussen het toezeggen van een bijdrage en de werkelijke uitbetaling. Deze problematiek is besproken met de Executive Director van het WFP en het kabinet zal donoren in verschillende internationale fora oproepen de door hen toegezegde bijdragen over te maken. In ieder geval zal de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking haar standpunt uitdragen tijdens de aanstaande Raad Buitenlandse Zaken Ontwikkelingssamenwerking.

Sinds januari 2014 zijn 2,1 miljoen Irakezen ontheemd geraakt als gevolg van de opmars van ISIS. Naast het groeiende aantal ontheemden kampt vooral het noorden van Irak met de instroom van Syrische vluchtelingen. Zo vluchtten circa 19.000 Syriërs naar Irak als gevolg van het uitbreken van gevechten rond Kobani. Zij worden opgevangen in extra vluchtelingenkampen die de Koerdische autoriteiten opzetten. Met de winter op komst groeien de zorgen over de opvang van vluchtelingen die nu verblijven in tentenkampen of onafgebouwde appartementen. Sinds juni 2014 heeft Nederland een humanitaire bijdrage van EUR 17,3 mln geleverd om de noden van Internally Displaced Persons (IDP’s) in Irak te verlichten.

Op basis van het geïntegreerde VN-noodhulpverzoek voor Syrië en de regio en het noodhulpverzoek voor Irak die eind december zullen uitkomen, bepaalt de regering naar redelijkheid de Nederlandse humanitaire bijdrage voor verlichting van de noden in en rondom Syrië en Irak voor 2015. De Tweede Kamer is inmiddels geïnformeerd over het voornemen van het kabinet om in 2015 in ieder geval een bijdrage van EUR 12 mln te leveren aan het verlichten van de noden van Syrische vluchtelingen en ontheemden. Zoals ieder jaar stuurt de regering begin 2015 een brief naar de Tweede Kamer waarin de totale indicatieve planning van humanitaire bijdragen voor het komende jaar is opgenomen.

V: Nationale veiligheid

De deelneming aan de anti-ISIS coalitie heeft in Nederland niet geleid tot geweldsincidenten of grote maatschappelijke onrust. Wel heeft deelneming aan deze coalitie Nederland nadrukkelijker in beeld gebracht bij de jihadistische beweging. Nederlandse jihadisten in Syrië hebben opgeroepen tot geweld tegen Nederland en tegen de Nederlandse overheid als represaille voor de luchtaanvallen. Leiders en woordvoerders van de terroristische groepen ISIS en Jabhat al Nusra hebben opgeroepen tot geweld tegen de burgers en overheden van de landen die deelnemen aan de coalitie.

Hoewel zich geen incidenten hebben voorgedaan, blijft er mede door de deelneming aan de strijd tegen ISIS een reële kans bestaan op terroristische aanslagen in of tegen Nederland. Dit wordt onderstreept door dodelijke aanslagen in andere landen die deelnemen aan de coalitie, zoals Canada en de Verenigde Staten door solitaire jihadisten die waren geïnspireerd door ISIS. Eveneens blijkt de reële terroristische dreiging tegen het Westen, en daarmee ook tegen Nederland, uit verijdelde jihadistische aanslagplannen in diverse westerse landen die gerelateerd kunnen worden aan ISIS of andere jihadistische organisaties die opereren vanuit de huidige conflictgebieden in het Midden-Oosten.

VI: Conclusie

De uitdagingen waarvoor de regio staat, vereisen oplossingen op verschillende niveaus. Slechts een beperkt deel daarvan valt binnen de invloed van Nederland en onze coalitiepartners. Ook deze invloed kenmerkt zich door onzekerheden, vooral waar het gaat over langetermijneffecten. Onze partners in de regio hebben een belangrijke rol te vervullen, maar we hebben geen garanties dat dat altijd vlekkeloos en volgens onze standaarden zal verlopen. Het kabinet heeft er, ondanks de risico’s en onzekerheden, voor gekozen een rol te spelen in de bestrijding van ISIS en het dichterbij brengen van stabiliteit in de regio, vanwege onze verantwoordelijkheid jegens de bevolking daar en omwille van onze eigen veiligheid.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen


2.

Meer informatie

3.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn, op de voet. De monitor signaleert de recent aan deze dossiers toegevoegde documenten en de vergaderingen waarin ze aan de orde komen. U ziet in één oogopslag van elk lopend wetsvoorstel de stand van zaken. Via e-mail-alerts en de nieuwsbrieffunctie zijn u en uw relaties altijd onmiddellijk op de hoogte.Als u meer wilt weten over de Parlementaire Monitor, bekijk dan de uitgebreide beschrijving op www.pdc.nl of neem contact met ons op via info@parlementairemonitor.nl.
TWEEDE KAMERDEBAT OVER DE NEDERLANDSE BIJDRAGE AAN ANTI-ISIS COALITIE EN VEILIGHEIDSINZET IN IRAK IN 2020 EN 202119 DECEMBER 2019
https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/kamer_in_het_kort/debat-over-de-nederlandse-bijdrage-aan-anti-isis

TEKST

19 december 2019, debat – Ook in 2020 en 2021 neemt Nederland deel aan de anti-ISIS-coalitie en de veiligheidsinzet in Irak. De Kamer debatteert hierover met de ministers Blok (Buitenlandse Zaken), Bijleveld (Defensie) en Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking).

Hoewel ISIS territoriaal is verslagen, is de dreiging nog niet verdwenen. De regering beschouwt de terreurorganisatie nog steeds als een gevaar voor de stabiliteit in de regio en een oorzaak van instabiliteit aan de grenzen van Europa.

Nederland gaat onder andere met 60 militairen Koerdische strijdkrachten en Iraakse special forces trainen. De NAVO-missie in Irak wordt ondersteund met zo’n twintig militairen en civiele experts.

Steun en kritiek

Er is veel bereikt in Irak, zegt Bosman (VVD), het leven van veel mensen is verbeterd. Het kalifaat bestaat niet meer, stelt Van Ojik (GroenLinks) vast. Zij steunen de verlenging van de Nederlandse bijdrage, net als Stoffer (SGP), Van Helvert (CDA), Sjoerdsma (D66), Ploumen (PvdA) en Voordewind (ChristenUnie).

Nederland heeft de afgelopen jaren voldoende gedaan aan het bestrijden van ISIS, vindt De Roon (PVV). Anderen zouden het stokje moeten overnemen. Maar minister Bijleveld benadrukt dat ISIS nog niet is verslagen en de situatie in Irak nog niet stabiel is. Ook wil De Roon dat Nederland stopt met zijn bijdrage aan het programma Funding Facility for Stabilization. Het programma is belangrijk voor de wederopbouw van het land, zegt minister Kaag.

Karabulut (SP) heeft de missie in Irak nooit gesteund en steunt de verlenging ervan ook niet. Het is niet aan Nederland om de puinhopen op te ruimen die veroorzaakt zijn door de VS, betoogt Kuzu (DENK). De missie in Irak draait in zijn ogen vooral om geopolitieke spelletjes en oliebelangen.

Neergeslagen protesten

De afgelopen maanden waren er grootschalige protesten tegen de Iraakse regering. Deze zijn hard neergeslagen, waarbij honderden doden zijn gevallen.

De regering moet zich uitspreken tegen het geweld jegens demonstranten, blijven aandringen op een onafhankelijk onderzoek en duidelijk maken dat Nederlandse steun niet onvoorwaardelijk is, vindt Sjoerdsma (D66). Veel woordvoerders steunen hem daarin en ook minister Blok is het ermee eens.

Veiligheidsdiensten en het leger zijn ingezet bij de keiharde repressie, stelt Karabulut (SP). Het trainen van Iraakse veiligheidsdiensten zou volgens haar daarom in ieder geval moeten worden opgeschort totdat er maatregelen zijn genomen tegen de verantwoordelijken. Maar minister Blok steunt haar oproep niet, ook omdat mensenrechten en humanitair recht een belangrijk onderdeel zijn van de training.

De Kamer stemt op 19 december over de tijdens het debat ingediende moties.

Zie ook:

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.
  • Kijk debatten terug via Debat Gemist

MINISTERIE VAN DEFENSIEMILITAIRE BIJDRAGE NEDERLAND IN IRAK
https://www.defensie.nl/onderwerpen/missie-in-irak-en-oost-syrie/militaire-bijdrage

TEKST

Nederland draagt bij in de internationale strijd tegen terreurorganisatie ISIS. Naast politieke en humanitaire steun, gebeurt dat ook militair. Zo ondersteunen Nederlandse militairen op de grond Iraakse strijdkrachten met training en advies. Ook neemt Nederland deel aan een NAVO-capaciteitsopbouwmissie in Irak.

Trainers op de grond

Om ISIS op de grond te bevechten, trainen Nederlandse militairen Iraakse strijdkrachten. Ze leren onder meer schietvaardigheid, tactisch optreden, militaire EHBO en het opsporen en onschadelijk maken van bermbommen. Dit gebeurt in Noord-Irak.Voorheen leidden Nederlandse trainers meer dan 100.000 Iraakse strijdkrachten op, inclusief Koerdische strijdkrachten (Peshmerga). Dit gebeurde in coalitieverband binnen de Capacity Building Mission Iraq. Sinds zij het gewenste basisniveau hebben, brengt de anti-ISIS-coalitie hen op hoger niveau.

Capaciteitsopbouwmissie

Aan een capaciteitsopbouwmissie van de NAVO levert Nederland 2 militaire adviseurs en 4 civiele experts. Dat aantal kan oplopen tot maximaal 20. De missie richt zich op het versterken van de Iraakse veiligheidssector. Dat gebeurt via training en advies aan onder meer het Iraakse ministerie van Defensie en militaire opleidingsinstituten. De missie telt totaal ongeveer 600 man. Er wordt gewerkt op beveiligde (coalitie)trainingslocaties vanuit Bagdad met 2 dependances in Basmaya en Taji in Centraal-Irak.

Special operations forces

De special operations forces vormden tot het voorjaar van 2018 samen met Belgische collega’s A&A-teams (advisering en assistentie) in het noorden van Irak. Die ondersteunden Iraakse en Koerdische strijdkrachten voor, tijdens en na gevechtssituaties. De teams gaven training en advies aan eenheden dichtbij gevechtslocaties, maar namen zelf niet deel aan gevechtsacties.

F-16’s voor luchtcampagne

Nederlandse F-16’s waren sinds begin 2018 bijna dagelijks actief boven Irak en Oost-Syrië. Dit gebeurde samen met andere landen. Ze ondersteunden de troepen op de grond en zetten geregeld hun wapens in, vooral in Oost-Syrië. Ze vielen ISIS-doelen aan zoals voertuigen, logistieke opslagplaatsen en wapenopstellingen.

Het ondersteuningsdetachement bestond uit ongeveer 150 militairen. Een Belgische eenheid beveiligde de Nederlandse F-16’s en werklocaties. Omdat Nederland eenheden beschikbaar moet hebben voor diverse snel inzetbare eenheden en de NAVO, eindigde de F-16-missie op 31 december 2018. Dat geeft ook ruimte om de overgang naar de F-35 te maken.

Chirurgisch team

Defensie levert in 2018 een chirurgisch team voor het Amerikaanse role 2-hospitaal op Airbase Al Asad bij Bagdad. Dat gebeurt via het Instituut samenwerking Defensie en Relatieziekenhuizen. Een role 2-hospitaal is een ziekenhuis met chirurgische en beperkte intensive care-capaciteit. Het team van zo’n 10 personen is belangrijk voor de missie omdat er weinig medische capaciteit is binnen de coalitielanden.

Amerikaanse commandovoering

Omdat er veel landen meedoen met de missie, is goede afstemming nodig. Daarvoor worden op diplomatiek en militair niveau meerdere Nederlanders ingezet. De operatie loopt via Amerikaanse commandostructuren. Daarnaast werken Nederlandse staf- en liaisonofficieren op operationele hoofdkwartieren in de Verenigde Staten, Irak, Koeweit, de Verenigde Arabische Emiraten en Qatar. Via hen is Nederland betrokken bij de detailplanning. 

[22]

WIKIPEDIARAMBO (2008 FILM)

https://en.wikipedia.org/wiki/Rambo_(2008_film)

[23]

[23]

Het doel was IS uitschakelen, een missie waar hij volledig achter stond. Beelden van de massaslachtingen die de terreurgroep aanrichtte onder onschuldige burgers, onder vrouwen en kinderen, gaven genoeg motivatie om in actie te komen. “Het waren zulke vreselijke dingen, dat het voor mij en voor iedereen die daar heen ging vrij helder was.” 

EENVANDAAGNEDERLANDSE F’16 PILOOT SPREEKT OVER ZIJN ACTIE IN IRAK WAARBIJ BURGERDODEN VIELEN: ”EEN MISSELIJKMAKENDE GEDACHTE”5 NOVEMBER 2019
https://eenvandaag.avrotros.nl/item/nederlandse-f-16-piloot-spreekt-over-zijn-actie-waarbij-burgers-omkwamen-elk-slachtoffers-is-er-ee/

TEKST

De missie op 20 september 2015 was duidelijk: het bombarderen van een IS-hoofdkwartier in de Irakese stad Mosul. De missie leek een succes, maar gaandeweg kwam de piloot van de Nederlandse F-16 erachter dat hij geen IS-strijders maar burgers heeft gedood.

Het doel was IS uitschakelen, een missie waar hij volledig achter stond. Beelden van de massaslachtingen die de terreurgroep aanrichtte onder onschuldige burgers, onder vrouwen en kinderen, gaven genoeg motivatie om in actie te komen. “Het waren zulke vreselijke dingen, dat het voor mij en voor iedereen die daar heen ging vrij helder was.”

‘Dit gaan we stoppen’

“Dit gaan we stoppen en dan gaan we er alles aan doen om dat te bereiken”, was de gedachte en hij voerde talloze acties uit. Acties waarbij tegenstanders ‘uitgenomen’ werden. Uitgeschakeld, gedood. “Dat gaat zeker om honderden mensen uiteindelijk”, erkent hij.
De piloot, die uit veiligheidsoverwegingen niet bij naam genoemd wil worden, praat naar aanleiding van de bevestiging van het kabinet dat Nederland betrokken was bij de aanval in Mosul op 20 september 2015 en het nieuwe boek ‘Missie F-16‘ van Telegraaf-journalisten Silvan Schoonhoven en Olof van Joolen, dat verhaalt over deze mislukte missie.

70 burgers omgekomen

Minister Bijleveld bevestigde deze week de betrokkenheid van Nederland bij in elk geval twee luchtaanvallen in Irak in 2015, waarbij burgerslachtoffer zijn gevallen. Bij de eerste aanval, in juni, werd een bommenfabriek in de stad Hawija geraakt. Daarbij lagen meer explosieven dan gedacht, waardoor een wijk volledig werd verwoest en 70 burgers om het leven kwamen. In het andere geval werden in de nacht van 20 op 21 september twee huizen in de Iraakse stad Mosul geraakt. Gedacht werd dat het om een IS-hoofdkwartier ging.

Burgerslachtoffers

Bij de luchtaanval in Mosul zou het volgens inlichtingen gaan om een hoofdkwartier van IS. Dat er iets mis was, kon hij nog niet vermoeden. “Het leek een prima missie.” Tot hij een paar weken later een telefoontje kreeg vanuit Nederland dat er toch iets was misgegaan. En dat er in Amerika onderzoeken waren gestart naar het bombardement.

Het is het enige dat hij te horen kreeg. “Voor mij was toen nog niet duidelijk wat er aan de hand was. Alleen dat er eventueel iets fout was gegaan en er een onderzoek was gestart”, vertelt hij. In de maanden erna wordt langzaamaan duidelijk dat er een fout was gemaakt ‘in het selectieproces van het doel’ en er mogelijk burgerslachtoffers waren gevallen. Een jaar later werd duidelijk dat het echt mis was.

Jonge kinderen

Het is een interview in de New York Times met Basim Razzo dat hem voor het eerst confronteert met een van de slachtoffers van zijn actie. Bassim verliest meerdere familieleden bij het bombardement, onder wie zijn vrouw, dochter en broer. “Dat is heel confronterend, want je bent daar met het idee mensen te bevrijden.”Zo leest hij dat ook jonge kinderen bij het bombardement zijn omgekomen. “Dat is een misselijkmakende gedachte. Het druist zo in tegen waarom je daar bent. Aan de andere kant moet je realistisch zijn. Het is daar volop oorlog.” Toch zegt hij dat hij er dagen van wakker heeft gelegen.

Alles om burgerslachtoffers te voorkomen

De piloot benadrukt tegen EenVandaag dat de acties zorgvuldig worden voorbereid. “Je maakt een soort van choreografie, een ballet in de lucht dat van te voren minutieus tot op de seconde wordt voorbereid.Maar als het doelwit niet blijkt te kloppen heeft zo’n precieze voorbereiding weinig zin en staat de piloot machteloos. “We doen er alles, maar dan ook alles aan om burgerslachtoffers te voorkomen”, benadrukt hij. “We hebben meer dan 2000 keer wapens ingezet, waarbij vier gevallen zijn waarbij met grote waarschijnlijkheid burgerslachtoffers zijn gevallen. Maar elk slachtoffers is er een te veel.”

[24]
De missie op 20 september 2015 was duidelijk: het bombarderen van een IS-hoofdkwartier in de Irakese stad Mosul. De missie leek een succes, maar gaandeweg kwam de piloot van de Nederlandse F-16 erachter dat hij geen IS-strijders maar burgers heeft gedood.”
EENVANDAAGNEDERLANDSE F’16 PILOOT SPREEKT OVER ZIJN ACTIE IN IRAK WAARBIJ BURGERDODEN VIELEN: ”EEN MISSELIJKMAKENDE GEDACHTE”5 NOVEMBER 2019
https://eenvandaag.avrotros.nl/item/nederlandse-f-16-piloot-spreekt-over-zijn-actie-waarbij-burgers-omkwamen-elk-slachtoffers-is-er-ee/

[25]
“We hebben meer dan 2000 keer wapens ingezet, waarbij vier gevallen zijn waarbij met grote waarschijnlijkheid burgerslachtoffers zijn gevallen. Maar elk slachtoffers is er een te veel.” 
EENVANDAAGNEDERLANDSE F’16 PILOOT SPREEKT OVER ZIJN ACTIE IN IRAK WAARBIJ BURGERDODEN VIELEN: ”EEN MISSELIJKMAKENDE GEDACHTE”5 NOVEMBER 2019
https://eenvandaag.avrotros.nl/item/nederlandse-f-16-piloot-spreekt-over-zijn-actie-waarbij-burgers-omkwamen-elk-slachtoffers-is-er-ee/

[26]

PRECISIEBOMBARDEMENTEN/BETEKENIS

https://www.ensie.nl/neologismen/precisiebombardement

TEKST

PrecisiebombardementBETEKENIS & DEFINITIE

Precisiebombardement – nauwkeurig bombardement op niet-burgerlijke doelen. Een van de weinige termen die resten van de Golfoorlog uit 1991. → chirurgisch bombardement.

Dat wil zeggen dat iedere militaire actie gefiatteerd moet zijn door de Verenigde Naties en het Congres. Dat geldt voor de gedeeltelijke opheffing van het wapenembargo, de precisie-bombardementen en de bescherming van de veilige gebieden. de Volkskrant, 08-05-93

Dat zeker de helft van de Amerikaanse precisie-bombardementen op Bagdad en omstreken op de verkeerde plaatsen terechtkwam en dat een aanzienlijk percentage van het gewone soldatenvolk thuis zit met mysterieuze aandoeningen, komt niet aan de orde. Nieuwe Revu, 15-01-97

In de Golfoorlog van 1991 verloren duizenden Iraki’s het leven bij ‘precisiebombardementen’ die hun doel misten. De Morgen, 24-02-98  GEPUBLICEERD OP 16-06-2017

AMNESTY INTERNATIONALSYRIE:”PRECISIEBOMBARDEMENTEN” OP RAQQA EISTEN GROTE AANTALLEN SLACHTOFFERS5 JUNI 2018
https://www.amnesty.nl/actueel/syrie-precisiebombardementen-op-raqqa-eisten-grote-aantallen-slachtoffers

TEKST

Ook raakten tijdens de bombardementen in 2017 duizenden mensen gewond tijdens aanvallen die door de coalitie ten onrechte werden bestempeld als ‘de meest nauwkeurige bombardementen in de militaire geschiedenis’.

Dat blijkt uit het rapport ‘War of annihilation’: Devastating Toll on Civilians, Raqqa – Syria  Lees het rapport, waar Amnesty vandaag mee naar buiten komt. Het rapport gaat uitgebreid in op het lot van vier families die in totaal 90 familieleden en buren verloren, bijna alle als gevolg van de bombardementen. Bij een van de vier families vielen 39 doden te betreuren als gevolg van vier verschillende luchtaanvallen door de coalitie.  

Amnesty deed onderzoek op 42 locaties in Raqqa en sprak met 112 burgers die het extreme wapengeweld hadden overleefd. De inwoners zaten tijdens de vier maanden durende strijd om Raqqa als ratten in de val. Er woedden hevige straatgevechten tussen IS-strijders en de Syrian Democratic Forces. Laatstgenoemden werden ondersteund door de luchtaanvallen en de artillerie van de coalitie.

In Raqqa en daarbuiten maakte IS zich schuldig aan misdaden tegen de menselijkheid. Het legde mijnen op vluchtroutes en schoot op burgers die probeerden te vluchten. Honderden kwamen daarbij om het leven: sommigen in hun huizen, anderen in schuilplekken, en weer anderen op de vlucht.

Mogelijke oorlogsmisdaden

‘De coalitie beweert dat haar precisiebombardement, waardoor IS uit Raqqa is verdreven, heel weinig burgerslachtoffers heeft gemaakt, maar dat is niet waar,’ zegt Donatella Rovera, senior crisis response adviser bij Amnesty. ‘We hebben in Raqqa verwoestingen geconstateerd die vergelijkbaar zijn met alles wat we in de laatste decennia gezien hebben bij onze onderzoeken naar oorlogsgeweld.’

‘Tijdens hun wrede, vier jaar durende regime in Raqqa heeft IS vele oorlogsmisdaden gepleegd, waaronder het inzetten van menselijke schilden. Maar dat ontsloeg de coalitie niet van haar verplichting om alles in het werk te stellen om burgerslachtoffers te vermijden.’

Amnesty stelt in haar rapport dat de coalitie aanvallen heeft uitgevoerd die disproportioneel en willekeurig waren, en om die reden een schending betekenen van het internationale oorlogsrecht en mogelijk zelfs neerkomen op oorlogsmisdaden.

Door mijnen opgeblazen

Alle vier de families die Amnesty voor het rapport sprak hebben vreselijke dingen meegemaakt. Zo zegt Munira Hashish dat ‘degenen die achterbleven, stierven, en degenen probeerden weg te komen stierven ook. Wij konden het ons niet veroorloven om de smokkelaars te betalen [om te vluchten]; we zaten klem.’ Het lukte Hashish en haar kinderen uiteindelijk om te vluchten door een mijnenveld, ‘door te lopen over het bloed van degenen die vóór ons hadden proberen te vluchten en daarbij opgeblazen waren.’

Amnesty roept de leden van de coalitie op om een onafhankelijk onderzoek te starten naar de beschuldigingen van schendingen en het veroorzaken van burgerslachtoffers.
De onderzoeksmissie naar Syrië voor dit rapport is werk van onze Crisis Response Unit en wordt mede mogelijk gemaakt door de deelnemers aan de Nationale Postcode Loterij

RAPPORT AMNESTY INTERNATIONAL
WAR OF ANNIHILATIONDEVASTATING TOLL ON CIVILIANS/RAQQA-SYRIA17 MAY 2018

https://www.amnesty.nl/content/uploads/2018/06/%E2%80%9CWAR-OF-ANNIHILATION%E2%80%9C.-DEVASTATING-TOLL-ON-CIVILIANS-RAQQA-SYRIA-17.05.2018.pdf?x10542

YOUTUBE.COMPRECISIEBOMBARDEMENTEN IN SYRIEZONDAG MET LUBACH31 JANUARI 2016
https://www.youtube.com/watch?v=PsXaZFEctFw

TRANSCRIPTIE:
LUBACH:
”Ander nieuws, ander nieuws deze week.We gaan bombarderen in Syrie.Nederlandse F’16’s gooien al een tijdje bommen op Irak, maar deze week is besloten om ook Syrie mee te pakken.De PvdA was lang tegen, maar nu zijn ze ineens voor.Waarom?”[PvdA voorman Samsom]”We hebben altijd gezegd:Er moet een volkenrechtelijk mandaat zijn, er moet een politiek proces zijn richting een oplossing, er moet een meerwaarde hebben, als we daar een bijdrage gaan leveren en aan al die drie voorwaarden is nu voldaan”LUBACH:”Inderdaad, het volkenrechtelijk mandaat is binnen, de politieke oplossing is het vredesoverleg, dat vrijdag is begonnen in Geneve en daarom vond de PvdA het tijd om te gaan bombarderen”Want:Bombarderen helpt bij het vredesproces, zegt de PvdA”[Gelach in de zaal]LUBACH:’Ja, dat weten niet veel mensen, maar het platgooien van een land is een enorme stap richting vrede!De PvdA laat wel weten, dat ze sociaal-democratisch gaan bombarderen.De sterkste schouders krijgen de hardste klappen.[Gelach in de zaal]LUBACH:En……ik ben niet de enige, die hier weinig van snapt.[EMILE ROEMER, VOORMAN SP]”Echt onbegrijpelijk. Ze hebben in het verleden steeds gezegd: ”er moet een politieke strategie achter zitten, er moeten politieke oplossingen komen, nou, die liggen er niet…….”LUBACH:”Sorry Emile, ik was een beetje afgeleid[Lubach op lachende, half verontwaardigde  toon, met een iets luidere stem] ”door die gast achter je, die een banaan zat te eten, wat een bak””Weet je wel, dat het in Syrie een enorme belediging is, als je achter iemand een banaan staat te eten!”Dan nemen ze je dus echt niet meer serieus, dat is daar de allergrootste vernedering!Maar waarom willen ze Nederland er eigenlijk bij hebben, in Syrie?[VOICE OVER]”Nederland kreeg het verzoek omdat onze F’16’s goed zijn in precisebombardementen en daar worden ze dan ook voor ingezet.”LUBACH:Ja, precisiebombardementen.Die komen precies op de centimeter nauwkeurig, exact, zonder onschuldige mensen te benadelen, precies aan, waar je je vizier richt.”Kunnen we even kijken, hoe dat gaat.Laat het bombardement van het Journaal van net nog eens even zien.”Kijk, die witte auto daar midden, die willen we raken, staat er prachtig mooi voor, met een precisiebombardement kunnen we zo dat Mercedes logo van zijn voorklep knallen.Even kijken:En dan doen we dat zo zodat als er bijvoorbeeld onderin, rechts onderin, een groepje onschuldige burgers op de bus staat te wachten, dat die er geen last van hebben.Okay, drie twee een: FIRE![En op de beelden is te zien, dat de bominslag er falikant naast is]LUBACH:[Gegeneerd, met een blik van oei, oei, oei]”Dit geeft wel aan, dat er niet heel veel gaat veranderen nu, want waarschijnlijkkwamen die precisiebombardementen, die Nederland op Irak mikte sowieso al regelmatig in [serie?’] terecht.[Gelach in de zaal]LUBACH:Ja, waarschijnlijk wel.Nou, om mij bij te praten over de situatie in het Midden-Oosten zoeken we contact met verslaggever precisiebombardementen.[Op opgewonden toon] Dames en heren, Steye van Dam!”[Wat nu volgt is een ironisch commentaar en Steye van Dam is te zien tegen de achtergrond van verwoeste Syrische huizen en andere gebouwen]”Goedenavond Arjen”LUBACH”Goedenavond Steye.Steye, jij bent voor ons gaan kijken, wat de consequenties zijn van de toezegging, dat Nederland mee gaat bombarderen.STEYE VAN DAM”Klopt”LUBACH:”Ja, en hoe reageren de mensen op straat”STEYE VAN DAM:Nou ja, straat he…..Laat ik het zo zeggen, als je de gewone man in de ruine spreekt, krijg je toch voornamelijk reacties in de geest van ”HAAAA, mijn arm!of ehhh. haal die muur van mijn arm!”LUBACH”’Ja”STEYE VAN DAM”Maar als je dan even doorvraagt, dan blijken de mensen zich vooral zorgen te maken.”Ze maken zich heel erg zorgen over de waardevermindering van hun huis.Ze vragen zich af: heb ik straks nog wel een baan, of eeeh mijn armen”LUBACH”Ja, dat snap ik, Maar….en  politiek gezien dan, wat zijn de reacties daarop?STEYE VAN DAM:”Nou, ik sprak een man, wiens gezin vermoord was door IS en die zei ook:”Je kunt natuurlijk alleen gaan bombarderen, als er een volkenrechtelijk mandaat ligt he.De mensen zijn hier heel redelijk.LUBACH:”En zijn ze niet bang?”STEYE VAN DAM:”Nou neen, de mensen zeggen hier:”Dit is toch goed voor de stabiliteit van de Nederlandse coalitie.Het wordt gezien als een hoopvol teken, dat er eindelijk weer eens een Nederlands kabinet komt, dat de rit gaat uitzitten.”Je moet je voorstellen, dat is bijna in 18 jaar al niet meer gebeurd.”LUBACH:”Wacht even Steye, zeggen de Syriers dat allemaal?STEYE VAN DAM:”Nou, dat laatste was Lex Runderkamp in de hotelbar gisteren.”Maar ja, die loopt hier ook gewoon rond, dus waarom zou die mening dan minder waardevol zijn dan die van de locale bevolking hier.”LUBACH:”Ja, ja Okay”STEYE VAN DAM:”Ik bedoel, die man moet toch ook zijn verhaal kwijt kunnen.”LUBACH:”Ja”STEYE VAN DAM:”Ik vind het altijd zo’n onzin, dat je geen collega verslaggever zou mogen quoten.Die man, die werkt hier al jaren, die weet er ontzettend veel van”LUBACH:”Maar Steye, Steye, Steye, genoeg over Lex Runderkamp.Wat vind jij er zelf van?”STEYE VAN DAM:Nou, Lex Runderkap sprak mij vanmiddag op straat en daar hebben we een fragment van.Laten we er maar even naar kijken.”[LEX RUNDERKAMP, IRONISCH WEERGEGEVEN]”Ik maak me grote zorgen over de waardevermindering van mijn huis”LUBACH [zuchtend]”Steye, dit is precies wat jij net zei wat de mensen op straat zeiden….”STEYE VAN DAM:”Mmmmmm””Ik ben toch ook gewoon een mens op straat!Waarom zou mijn mening minder waard zijn dan de mening van een echte Syrier?LUBACH [grinnikkend];;Ja, Okay, wat vind je dan nog meer?”STEYE VAN DAM:”Kijk maar even mee”[STEYE VAN DAM TUSSEN DE RUINES]’Ja ‘weet je, je merkt toch dat westerlingen heel serieus genomen worden.Ze kijken tegen je op [achter Runderkamp staat een Syrier een banaan te eten….], ze gaan met respect met je om ze….vanuit het Westen…of het nu bommen, journalisten of politieke oplossingen zijn, het wordt met heel veel aandacht ontvangen”LUBACH:”Ik snap het. Maar is het niet ironisch, dat nu er zicht ligt op een politieke oplossing, misschien wel met het zicht op vrede, dat er nu Nederlandse bombardementen kunnen komen?”STEYE VAN DAM:”Ach ironisch…….Weet je Arjen, wat is ironisch?Een oude man, net 98 geworden, wint de loterij en gaat de volgende dag dood.Is dat niet ironisch?”LUBACH:”Ja, ook wel, Okay/…”STEYE VAN DAM:”Of regen op je trouwdag?”Een gratis ritje, als je net hebt betaald?Het is als tienduizend lepels, terwijl alles wat je nodig hebt, is een mes!”LUBACH:”Wacht, wacht even.Citeer je nu Alanis Morisette?”STEYE VAN DAM:Ach joh [er klinkt een doordringende fluittoon]”He, hoor je dat Arjen?LUBACH”Ja, wat gebeurt er [op alarmerende toon]!Wat is dat! Kijk je wel uit!STEYE VAN DAM:”Ja uiteraard, maar dat hoeft niet, want het zijn precisiebombardementen!Die mikken op een munitiedepot, een halve kilometer daar verderop.Komt wel goed.”LUBACH:”Nou Okay, gelukkig maar….[rookontwikkeling, alles wordt donker]O Steye!”STEYE VAN DAM:[Steye ziet alles donker worden, kijkt geschrokken, roept, verdwijnt in donker en rook]LUBACH:”Pas op!”
EINDE YOUTUBE FILMPJE

[27]

Internationale vrede en veiligheid in Nederlands buitenlandbeleid

Oorlog ontstaat meestal uit een combinatie van factoren. Bijvoorbeeld door strijd om grondstoffen, slecht bestuur en sociale ongelijkheid. Nederland kiest daarom voor een brede aanpak van internationale vrede en veiligheid. Hierin staan ontwikkeling, veiligheid en diplomatie centraal.

RIJKSOVERHEID

NEDERLAND DRAAGT BIJ AAN INTERNATIONALE VREDE EN VEILIGHEID

https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/internationale-vrede-en-veiligheid/internationale-aanpak-vrede-en-veiligheid

TEKST

Nederland kiest in het buitenlandbeleid voor het aanpakken van problemen die aan een oorlog voorafgaan. Om nieuwe conflicten te voorkomen, doet Nederland ook mee aan internationale missies.

Nederland is in 2018 tijdelijk lid van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Dit staat in de Rijksbegroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken 2018.

Internationale vrede en veiligheid in Nederlands buitenlandbeleid

Oorlog ontstaat meestal uit een combinatie van factoren. Bijvoorbeeld door strijd om grondstoffen, slecht bestuur en sociale ongelijkheid. Nederland kiest daarom voor een brede aanpak van internationale vrede en veiligheid. Hierin staan ontwikkeling, veiligheid en diplomatie centraal.

Investeren in diplomatie en krijgsmacht

Het kabinet investeert fors in diplomatie en krijgsmacht. Zo moeten militaire missies in overeenstemming zijn met het volkenrecht en bij voorkeur op grond van een duidelijk VN-mandaat. 

€ 250 miljoen voor 3D-aanpak

Nederland ontwikkelde de 3D-aanpak (development, defence, diplomacy). Het kabinet stelt € 250 miljoen per jaar beschikbaar voor activiteiten die passen binnen de 3D-aanpak. Zoals crisisbeheersingsoperaties. Het geld komt uit het budget voor internationale veiligheid (BIV). Daarnaast wil het kabinet militaire missies of delen daarvan betalen uit het budget voor ontwikkelingssamenwerking.

Nederland richt zich met de 3D-aanpak vooral op (voormalige) oorlogsgebieden. Zoals:

  • Afghanistan;
  • Congo;
  • Burundi;
  • Uganda;
  • Rwanda;
  • Sudan;
  • Westelijke Balkan.

Tweestatenoplossing Midden-Oosten

Nederland wil investeren in de goede banden met zowel Israël als de Palestijnse Autoriteit. Het kabinet steunt daarom het vredesproces in het Midden-Oosten. Uitgangspunt daarbij is een tweestatenoplossing.

Internationaal optreden tegen oorlogen

De internationale gemeenschap kan op verschillende manieren invloed uitoefenen op het voorkomen of beëindigen van een oorlog. Het gaat bijvoorbeeld om:

Internationale samenwerking Nederlandse leger

Het Nederlandse leger werkt op verschillende manieren samen met legers van andere landen. Zo is Nederland lid van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO). De NAVO-landen werken ook samen met 28 Midden- en Oost-Europese niet-NAVO-landen.

Een overzicht van de internationale samenwerkingsverbanden van het Nederlandse leger biedt de website van het ministerie van Defensie.

[28][28]

HUMAN RIGHTS WATCH’ROHINGYA CRISIS
https://www.hrw.org/tag/rohingya-crisis

TEXT

Since late August 2017, more than 671,000 Rohingya Muslims have fled Burma’s Rakhine State to escape the military’s large-scale campaign of ethnic cleansing. The atrocities committed by Burmese security forces, including mass killings, sexual violence, and widespread arson, amount to crimes against humanity. Military and civilian officials have repeatedly denied that security forces committed abuses during the operations, claims which are contradicted by extensive evidence and witness accounts.The Rohingya have faced decades of discrimination and repression under successive Burmese governments. Effectively denied citizenship under the 1982 Citizenship Law, they are one of the largest stateless populations in the world. Restrictions on movement and lack of access to basic health care have led to dire humanitarian conditions for those displaced by earlier waves of violence in 2012 and 2016

HUMAN RIGHTS WATCH”THE DARKNESS OF HUMANS”: INVESTIGATING MASS RAPE IN BURMA
https://www.hrw.org/news/2017/11/16/darkness-humans-investigating-mass-rape-burma

The Burmese military is carrying out a campaign of ethnic cleansing against Rohingya Muslims in northern Rakhine State. Scores of people have been murdered and hundreds of villages destroyed, and more than 600,000 Rohingya have fled to neighboring Bangladesh. One of the military’s most feared weapons is mass sexual violence, with untold numbers of women and girls brutally gang raped by government soldiers. Human Rights Watch’s emergencies women’s rights researcher, Skye Wheeler, tells Stephanie Hancock how she was able to investigate these disturbing crimes.

What was your plan when you arrived on the ground in Burma?

We’ve been documenting this crisis since the very beginning. We knew there had been sexual violence in some of the massacres we’d looked into, but we didn’t know how widespread it was. So my job was to find out. And what we found was that the rape has been widespread, and that rape was one of the ways that the Burmese military conducted their ethnic cleansing operations. This is very much a part of this military’s way of terrifying the Rohingya and making them feel worthless. One woman said: “They see us as nothing but leaves they can throw out,” and made a sweeping movement with her hand, like the way you would toss away dead leaves.

What do you mean by rape being part of ethnic cleansing?

Rape is obviously incredibly traumatizing. It’s a violation of someone’s most private sacred space and your basic sense of selfhood. But it also affects women’s memories, and their sense of being safe at home. If this has been destroyed, it’s much harder for them ever to be able to return home. So it’s an effective method of ethnic cleansing, to remove – by violent and terror-inspiring means – a certain ethnic or religious group from an area.

Was there any warning these mass rapes were about to happen?

Rape is not a new tactic for the Burmese army: we documented it during another brutal campaign against the Rohingya last year that forced tens of thousands to flee. This time, the rapes often followed many weeks and months of sexual harassment, sometimes by military forces stationed in or near Rohingya villages, sometimes by Rakhine Buddhist villagers who had been harassing Rohingya. But when the mass rapes by soldiers happened, it was sudden and it was terrifying.

How did the attacks unfold?

It was horrific. As described to me, in many of the villages it was total chaos and complete terror. People said their villages were surrounded, and then the shooting started, with soldiers launching what we think were some kind of rocket-propelled grenades and setting roofs on fire. Soldiers shot villagers as they fled. They pushed others into burning houses. In other villages, people were gathered together and then women were raped, and men were shot or beaten. Almost all the rapes I documented were gang rapes.  

Were any stories particularly hard to hear?

One woman who was gang raped told me that her house was burning down and she was able to grab one child, but not the other. She was in a complete panic, and now she doesn’t know where her child is. She feels so guilty even though there is nothing she could have done.

One girl, no more than 14 or 15, had this really bad scar on her shin and knee, which she said was from the rape. She said that soldiers dragged her out of the house, tied her to a tree and around 10 of them raped her from behind. She was really clear and well-spoken, and had such a presence about her, and it was awful to think this happened to such a young person.

Did soldiers do other cruel things?

Many women and girls told me the rapes were very violent: there was beating, slapping, kicking, and punching. Two women’s breasts were bitten during the rapes. Some of the women’s children had to watch the rapes, or were themselves beaten by soldiers. One woman begged for her kids to be allowed to leave while she was raped, but the soldiers did not allow it.

What do we know about who carried out the rapes?

All the women we spoke to were raped by men in uniform of the Burmese security forces, almost all soldiers. There were also some border police, who have a slightly different uniform. All of the rapes involved many soldiers, there was no attempt to hide it.

Well, I’ve never investigated ethnic cleansing before. In South Sudan the rape was part of the conflict, and in Burundi the rape was part of wider political attacks. In Burma it’s not just the rape, it’s that people have lost everything. It’s just mind-boggling that you would destroy hundreds of villages and force over half a million people to flee. And the devastation was so fast; it’s equivalent to the impact of a really long, terrible war in just two weeks. All of a sudden the world was watching thousands and thousands of people pour across a border every day having lost everything. It’s unbelievably tragic. 

There are so many efforts to stop rape in conflict, yet we see it happening again and again. We saw it with the Chibok girls in Nigeria, then the Yazidis in Iraq, now the Rohingya. Do we just have to accept wartime rape?

Absolutely not. In armies that have better command and control, there is less rape. In armies where there is punishment for soldiers who rape, there is less rape. It’s not like suddenly soldiers in the fog of war can’t help but rape. It’s all about the context – seeing some people as less human, and exercising power over people you see as the enemy. I don’t think it’s something inherent about conflict.

Does hearing these awful stories all day make you feel depressed?

No. Actually, that’s how I feel when I leave the UN Security Council! Yes, the stories are devastating, no question – my translator, me, we’re all affected. In the field, you see the horrific side, but you also see how people protect each other and fight to survive, and how people would do anything for their kids. It’s when you do the advocacy with governments and people say “OK, maybe we will do something, maybe we won’t.” That’s when you think ‘maybe I’m going crazy.’

When you’re in the field does it feel like just like an ordinary job?

No, it’s an incredible privilege to hear these important stories. These are not just stories of victimhood, these are people who have survived unbelievable cruelty and often you’re the first person to hear their story. After the interview, you feel that you’ve discussed something incredibly important about the darkness of humans, but also how amazing people are. For example, this one woman who walked for days with horrific injuries from being gang raped, but made sure she got her four children all safely to Bangladesh. It was so humbling.

Then there’s what drives you. Like the ridiculous statement from a Burmese military commander who said: “Look at these ugly Rohingya women, who would want to rape them?” That makes you determined to do justice to these stories, because the denial and rejection of their experience is another attack on them, it’s just so offensive.

What’s life like now for survivors?

It’s really hard for women and girls. The sun is burning and it’s incredibly hot, the camp is sprawling and a scene of desperation, there’s this pungent smell of excrement and rubbish, it is really far from the main roads, and some of the health services are really chaotic – they’re just in tents or someone under an umbrella. But I would say that everyone that I met was really struggling, not just those who had been raped. It is 600,000 women, men, and children who have been unearthed and thrown into another country, and they don’t even know if they’re welcome to stay or not. I still don’t understand how this could have happened.

HUMAN RIGHTS WATCH

REPORT

”ALL MY BODY WAS PAIN”

SEXUAL VIOLENCE AGAINST ROHINGYA WOMEN AND GIRLS IN BURMA

16 NOVEMBER 2017

https://www.hrw.org/report/2017/11/16/all-my-body-was-pain/sexual-violence-against-rohingya-women-and-girls-burma

[29]

used to show that you do not believe that something you have been told is true: 

DICTIONARY CAMBRIDGE

SUPPOSEDLY

https://dictionary.cambridge.org/dictionary/english/supposedly

[30] 

ZIE VOOR MENSENRECHTENSCHENDINGEN JEZIDI’S, NOOT 20ADCOALITIEPARTIJ CU WIL EINDE AAN UITZETTEN JEZIDIS27 APRIL 2019
https://www.ad.nl/politiek/coalitiepartij-cu-wil-einde-aan-uitzetten-jezidi-s~adfa9ab3/

TEKST
Regeringspartij ChristenUnie wil dat er een einde komt aan het terugsturen van Yezidi’s naar Irak. ,,Als vluchtelingenorganisaties zeggen dat het te onveilig is en er geen vestigingsalternatief is, moet Nederland het niet doen”, aldus Joël Voordewind.

Ook de PvdA en GroenLinks willen opheldering van het kabinet, aldus de NOS. 

Dagblad Trouw meldde vanmorgen dat de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) Yezidi’s – een kleine etnische minderheid met een eigen geloof – terugstuurt naar tentenkampen in de Koerdische Autonome Regio (KAR) in het noorden van Irak. Ze vluchtten daar naartoe toen hun woongebied werd veroverd door terreurgroep Islamitische Staat. 

De krant baseerde zich op informatie van verschillende asieladvocaten met Yezidi-cliënten. Bij alle bij de advocaten bekende vluchtelingen gaat het om minderjarigen met familie in een kamp. Volgens de asieladvocaten is het nieuw dat yezidi’s die in Nederland asiel aanvragen terug moeten naar het vluchtelingenkamp waar ze vandaan komen. 

Onverantwoord

Ook Vluchtelingenwerk Nederland heeft volgens de krant het idee dat er sprake is van nieuw beleid. De mensenrechtenorganisatie vindt het niet verantwoord mensen terug te sturen naar de KAR, omdat niet duidelijk is of ze nog worden toegelaten tot het gebied en omdat de Koerden het aantal vluchtelingen in de regio niet meer aankunnen.

 Vluchtelingenorganisatie UNHCR liet in de krant weten het niet verantwoord te vinden om de Yezidi’s terug te sturen. Stichting Vluchteling reageerde ontzet op het nieuws. 

Directeur Tineke Ceelen verklaarde in januari tegenover deze site dat tienduizenden Yezidi’s bijna vijf jaar na de verovering door IS nog steeds in vluchtelingenkampen wonen. ,,Velen willen niet terug, ze voelen zich nog niet veilig”, zei Ceelen toen na een bezoek aan het gebied.

Genocide

Toen terreurbeweging IS in 2014 grote delen van Irak veroverde, werd ook de noordwestelijke regio Sinjar onder de voet gelopen. Daar woonden de Yezidi. IS-terroristen vermoorden vijfduizend Yezidi-mannen en kidnapten duizenden meisjes en vrouwen, die ze tot (seks)slavinnen maakten. Zo’n tweehonderdduizend andere Yezidi’s sloegen op de vlucht, een deel van hen kwam vast te zitten in de bergen en konden er pas weg nadat Koerdische strijders geholpen door Amerikaanse bombardementen een corridor vrij maakten. Ze kwamen uiteindelijk in opvangkampen terecht. De VN benoemde de aanval op de Yezidi’s als genocide.

JOOP.NLNEDERLAND STUURT JEZIDI’S TERUG NAAR ONVEILIG GEBIED
https://joop.bnnvara.nl/nieuws/nederland-stuurt-jezidis-terug-naar-onveilig-gebied

Terwijl de Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen van de VN Noord-Irak nog altijd als onveilig ziet, stuurt Nederland Jezidi’s die in Nederland asiel aanvragen terug naar vluchtelingenkampen in het gebied. Volgens de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is er in de kampen voldoende voedsel en onderdak. Maar de Koerden, die het gebied in handen hebben, zorgen nu al voor zo’n een miljoen vluchtelingen en zitten daarmee aan het maximum van hun capaciteit, blijkt uit informatie van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Ook al is IS uit het gebied verdreven, de Jezidi’s worden door de Koerden regelmatig naar andere delen van Noord-Irak gestuurd.

De jezidi’s werden een geliefd doelwit van IS, dat met het uitroepen van een kalifaat van iedereen die in dat gebied woonde eiste dat men zich hield aan de sharia. Omdat de jezidi’s een religie hebben die uiteenlopende elementen combineert, waaronder heidense, christelijke en islamitische, sloegen zij in 2014 op de vlucht voor de gruwelexpedities van IS. Bij de Noord-Irakese stad Sinjar vielen daarbij duizenden doden. Sinds die tijd zijn de meeste gevluchte jezidi’s aangewezen op Koerdische tentenkampen.Nobelprijswinnaar Nadia Murad, zelf slachtoffer van IS, bouwt van haar prijzengeld een ziekenhuis voor vrouwen die seksueel werden misbruikt door IS-strijders. Advocaten van jezidische vluchtelingen en Vluchtelingenwerk Nederland zeggen in Trouw dat het IND tegen overheidsbeleid ingaat door een kwetsbare groep die niet terug hoeft terug te sturen naar het land van herkomst.

[31]
” Nemesis was the goddess of divine retribution and revenge, who would show her wrath to any human being that would commit hubris, i.e. arrogance before the gods. She was considered a remorseless goddess. ”
GREEK MYTHOLOGYNEMESIS
https://www.greekmythology.com/Other_Gods/Nemesis/nemesis.html

ARTIKEL YESILGOZ”GEEN MEDELIJDEN MET JIHADISTEN” 
” Ik weiger te geloven, dat zij slechts slachtoffers waren van hun echtgenoten.Laten we luisteren naar de echte slachtoffers, in plaats van deze ”bruiden” nog langer de hand boven het hoofd te houden.Wat de VVD betreft, begint dat met het ontvangen van Nadia Murad en andere slachtoffers in de Tweede Kamer, zodat iedereen de gruwelijkheden, die de werkelijke slachtoffers zijn aangedaan, uit eerste hand kan horen.En wij hen kunnen beschermen, in plaats van vrouwelijke terroristen.”

ARTIKEL DILAN YESILGOZ, GEPUBLICEERD IN AD
GEEN MEDELIJDEN MET JIHADISTEN!STEUN DE SLACHTOFFERS IN PLAATS VAN IS VROUWEN

https://www.trendsmap.com/twitter/tweet/1191974414365184000
[Tekst kan vergroot worden door een klick op de computer]
Transcriptie tekst
ADGEEN MEDELIJDEN MET JIHADISTEN!STEUN DE SLACHTOFFERS IN PLAATS VAN IS VROUWENDilan YesilgozTweede Kamerlid VVD
Het bagatelliseren van de rol van IS vrouwen moet stoppen, stelt Dilan Yesilgoz-Zegerius. De lobby voor hun terugkeer en meer begrip is beschamend. Terwijl over de echte slachtoffers niet wordt gesproken.
”Ik bleef hem zeggen, dat het pijn deed-stop alstublieft, getuigt het 12 jarige meisje.Hij snoerde haar de mond en bond haar handen vast.Voordat hij zich aan het twaalfjarige meisje vergreep, ging hij aan de bedrand bidden.”Hij zei, dat hij volgens de Islam een ongelovige mag verkrachten.Hij zei, dat door mij te verkrachten, dichter bij God komt.De New York Times sprak met 21 vrouwen en meisjes, die uit de handen van IS strijders konden ontsnappen.De beschrijvingen van een goed georganiseerde slavenhandel en het systematisch verkrachten van Jezidi meisjes is confronterend en misselijkmakend.In ons land lijkt vooral aandacht te zijn voor de vrouwen en mannen, die willens en wetens naar het Kalifaat zijn afgereisd om zich bij IS aan te sluiten.De vraag is, wat er moet gebeuren met de IS’ers, die ”spijt” hebben gekregen van hun deelname aan de strijd.”IS bruiden” worden de vrouwen eufemistisch genoemd.Waar over de echte slachtoffers van IS, zoals de Jezidi gemeenschapn, nauwelijks wordt gesproken, lijkt iedereen zich zorgen te maken over de vraag hoe deze vrouwen moeten worden teruggehaald naar Nederland.Laten we ophouden met het bagatelliseren van de rol van IS-vrouwen.Ze zijn bewust afgereisd naar Syrie en Irak uit sympathie voor een verderfelijk gedachtegoed.Het zijn geen huisvrouwen en moeders, die slechts voor hun kinderen zorgden.Getuigenissen van verschillende Jezidi vrouwen, zoals Nadia Murad en Parween Alhinto, liegen er niet om.
‘[Tekst in artikel]
ONBEGRIJPELIJK, DAT ZIJ WILLEN TERUGKEREN NAAR HET LAND, DAT ZIJ ZO VERACHTEN
[EINDE TEKST IN ARTIKEL. ARTIKEL VERVOLGT”:]
Ze werden jarenlang gemarteld en mishandeld door IS vrouwen.Zij rekruteerden nieuwe IS’ers, hielpen hun mannen om gevangenen te verkrachten en verheerlijkten deze vreselijke misdaden nog.Voor de VVD is er geen enkele reden om deze vrouwen een tweede kans in Nederland geven.De lobby voor repatriering en meer begrip voor IS vrouwen is wat de VVD betreft beschamend en naief.Dit zijn oorlogsmisdadigers, die alle mensenrechten, die zijzelf grof hebben geschonden, nu ineens zelf willen gebruiken om terug te kunnen keren naar Nederland.Die de rechtsstaat, die zij niet erkennen, nu doodleuk willen gebruiken.Onbegrijpelijk, dat zij zo graag willen terugkeren naar het land, dat zij bij hun volle verstand en vanuit diepgewortelde verachting hebben verlaten.Ik weiger te geloven, dat zij slechts slachtoffers waren van hun echtgenoten.Laten we luisteren naar de echte slachtoffers, in plaats van deze ”bruiden” nog langer de hand boven het hoofd te houden.Wat de VVD betreft, begint dat met het ontvangen van Nadia Murad en andere slachtoffers in de Tweede Kamer, zodat iedereen de gruwelijkheden, die de werkelijke slachtoffers zijn aangedaan, uit eerste hand kan horen.En wij hen kunnen beschermen, in plaats van vrouwelijke terroristen.
DILAN YESILGOZTWEEDE KAMERLID VOOR DE VVD, WOORDVOERDER TERRORISME EN  VEILIGHEID

EINDE ARTIKEL YESILGOZ

KRITIEK OP YESILGOZ

GEEN MEDELIJDEN MET JIHADISTEN/OVER IS VROUWEN, JEZIDI’S EN MENSENRECHTEN/QUOTE ATTACK OP DILAN YESILGOZ

ASTRID ESSED

2 DECEMBER 2019

https://www.astridessed.nl/geen-medelijden-met-jihadisten-over-is-vrouwen-jezidis-en-mensenrechten-quote-attack-op-dilan-yesilgoz/  
OF
https://www.dewereldmorgen.be/community/geen-medelijden-met-jihadisten-over-is-vrouwen-jezidis-en-mensenrechten-quote-attack-op-dilan-yesilgoz/

[32]

1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.


BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

[33]

‘The airstrike triggered multiple secondary explosions in the factory, devastating the surrounding area and killing dozens.’ 
HUMAN RIGHTS WATCHNEW REVELATIONS ON DUTCH ROLE ON DEADLY IRAQ ATTACKNetherlands Remained Silent Over Role in 2015 Airstrike For Four Years 13 NOVEMBER 2019
https://www.hrw.org/news/2019/11/13/new-revelations-dutch-role-deadly-iraq-attack

Recent news reports have exposed Dutch involvement in an airstrike in Iraq in June 2015 that killed at least 70 civilians, with the Minister of Defense finally admitting on November 5, 2019 that the ministry had known about the deaths after years of denial.

Two Dutch news outlets, NRC and NOS, reported on October 18 that a Dutch F-16 pilot staged the attack on the town of Hawija, 20 kilometers southeast of Mosul, which ISIS had captured in June 2014. At the time, the Netherlands were part of a coalition conducting operations against the Islamic State (ISIS) in Iraq and Syria.

The target was a factory in which ISIS was reportedly manufacturing improvised explosive devices. The airstrike triggered multiple secondary explosions in the factory, devastating the surrounding area and killing dozens.

New reports also linked the Dutch military to another attack, this one on Mosul in September 2015, that killed four family members of Bassim Razzo. The Razzo case featured in a major New York Times investigation in 2017, which in turn led to a shakeup of how the US Pentagon assessed civilian harm, but at that time the Dutch connection was not known. The Dutch government has admitted to conducting an airstrike on that day in Mosul but has yet to admit that it killed four civilians.

When the coalition against ISIS was created in 2014, it was decided to leave it up to individual coalition members when and how to handle incidents of possible laws of war abuses, and to report on any civilian casualties. Unfortunately, that allowed many coalition members to simply remain silent. In April 2017, the US military decided to go on the record about non-US coalition members having killed at least 80 civilians since August 2014, but did not identify the Netherlands as responsible for the June 2015 attack. For the past four years, the Dutch have justified their lack of transparency through claims of “operational security.” But the Dutch F-16 mission ended in December 2018 and since then, Razzo and the families of the 70 dead in Hawija have been owed answers on who targeted their families and why. Now that this information is out, the Dutch government needs to provide prompt and equitable condolence payments. They should also provide a full explanation and assessment of whether the attack was lawful under the laws of war, including whether the Netherlands took all feasible precautions to protect civilian life in the attack. 

[34]

”Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest.” 
NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN18 OCTOBER 2019
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.

Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.

Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september.

[35]

”’Het kabinet erkent dat er bij een luchtmachtaanval op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija in de nacht van 2 op 3 juni 2015 zeker 70 slachtoffers zijn gevallen. Het gaat zowel om IS-strijders als om onschuldige burgers. Door de explosie van de fabriek vloog een deel van de omliggende woonwijk mee de lucht in.”

AD

DEFENSIE BEVESTIGT BURGERDODEN BIJ AANVALLEN NEDERLANDSE F’16, KABINET ONDERZOEKT SCHADEVERGOEDING

4 NOVEMBER 2019

https://www.ad.nl/politiek/defensie-bevestigt-burgerdoden-bij-aanvallen-nederlandse-f-16-kabinet-onderzoekt-schadevergoeding~a1e70339/

Bij zeker twee aanvallen van Nederlandse F-16’s op IS-doelen zijn burgerslachtoffers gevallen. Dat schrijft minister Ank Bijleveld (Defensie) in een brief aan de Tweede Kamer. Het is voor het eerst dat het ministerie hier openheid over geeft. Het kabinet onderzoekt of de nabestaanden een schadevergoeding krijgen.

Het kabinet erkent dat er bij een luchtmachtaanval op een bommenfabriek in het Iraakse Hawija in de nacht van 2 op 3 juni 2015 zeker 70 slachtoffers zijn gevallen. Het gaat zowel om IS-strijders als om onschuldige burgers. Door de explosie van de fabriek vloog een deel van de omliggende woonwijk mee de lucht in.

Een tweede keer dat er burgerslachtoffers vielen was in de nacht van 20 op 21 september 2015. Toen werd een aanval uitgevoerd op een vermeend hoofdkwartier van IS in de Iraakse stad Mosul. Dat bleek achteraf een complex met twee woonhuizen te zijn. Bij die aanval kwamen vier mensen uit één familie om. Deze site schreef begin dit jaar al dat Nederland waarschijnlijk verantwoordelijk was voor die aanval, op het huis van Basim Razzo en zijn gezin . Defensie wilde dat toen niet bevestigen. 

Defensieminister Bijleveld zegt de slachtoffers ‘ten zeerste te betreuren’. ,,Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen. Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.’’

Schadevergoeding

Het kabinet onderzoekt of er schadevergoeding kan worden uitgekeerd aan de nabestaanden, schrijft Bijleveld. ,,Op dit moment worden de mogelijkheden daartoe richting de gemeenschappen in kwestie onderzocht.’’ Basim Razzo, de Irakees die zijn vrouw, dochter, broer, neef en zijn huis verloor door een Nederlandse bom, becijferde zijn materiële schade eerder al eens op 500.000 dollar. De Amerikanen, die ook betrokken waren bij de aanval, boden hem 15.000 dollar aan. Dat weigerde hij.

Wel benadrukt de minister dat Nederland daar niet toe verplicht is. De Nederlandse F-16’s streden op verzoek van Irak mee tegen IS. De Iraakse autoriteiten moesten toestemming geven om doelwitten aan te vallen. Op grond van het internationaal recht moeten nabestaanden zich dan ook ‘in eerste instantie’ tot de Iraakse overheid wenden, schrijft de bewindsvrouw. Dat laat onverlet dat Nederland ‘op vrijwillige basis’ toch gaat kijken of het iets kan doen.

De twee bewuste luchtmachtaanvallen zijn (net als twee andere aanvallen waarbij werd gedacht dat er burgerslachtoffers waren gevallen) onderzocht door het Openbaar Ministerie. Bijleveld benadrukt dat er daarbij geen strafbare feiten zijn geconstateerd.

Inschatting

Bij de aanval op de fabriek in Hawija was een verkeerde inschatting gemaakt over het gevaar voor omwonenden, stelt Bijleveld. Voorafgaand aan de aanval was op basis van de bij Nederland beschikbare inlichtingen geen indicatie dat er burgerslachtoffers zouden vallen.  De dichtstbijzijnde woonhuizen stonden buiten het vooraf voorziene schadegebied. De explosie was echter vele malen groter dan gedacht omdat er veel meer explosieven bleken te liggen dan vooraf was ingeschat. Daardoor werd een veel groter gebied vernietigd.

Bij de aanval op het vermeende IS-hoofdkwartier in Mosul kreeg Nederland pas achteraf van de Amerikanen te horen dat het om een woonhuis ging waar burgers woonden. Daarnaast heeft het OM nog twee andere aanvallen onderzocht. Een waarbij een gebouw werd aangevallen terwijl er onverwacht een auto langsreed. Het vierde geval betrof een fout van een F16 waarbij het verkeerde gebouw werd gebombardeerd. Dat bleek een onbewoond gebouw te zijn dat naast het eigenlijke doelwit stond. 

Verkeerd geïnformeerd

Pijnlijk is dat de voorgaande minister van Defensie, Jeanine Hennis, de Tweede Kamer daar destijds verkeerd over heeft geïnformeerd. Op 23 juni 2015 stelde zij in antwoord op Kamervragen dat ‘voor zover op dat moment bekend, er geen sprake was geweest van Nederlandse betrokkenheid bij burgerslachtoffers door luchtaanvallen in Irak’. Bijleveld schrijft nu dat het ministerie op dat moment al van de Amerikanen had gehoord dat bij de aanval op Hawija waarschijnlijk wel degelijk burgers waren omgekomen.

Bijleveld stelt in een toelichting dat dit destijds door haar voorganger ‘niet zo geformuleerd had moeten worden’.  Ook als Defensie wel wist dat er burgerdoden waren, had het die informatie toen niet kunnen geven. Het antwoord op de Kamervragen had moeten zijn dat het ministerie er niets over kon zeggen. 

De Nederlandse luchtmacht was in twee periodes actief in de strijd tegen terreurorganisatie IS. De eerste keer van oktober 2014 tot en met juni 2016 en de tweede keer van januari 2018 tot en met december 2018. Er werd gevochten in zowel Irak als Syrië. In totaal hebben Nederlandse gevechtsvliegtuigen zo’n 3000 missies uitgevoerd, waarbij meer dan 2100 keer wapens zijn ingezet.

Volgens Bijleveld was het niet mogelijk om tijdens de periode dat onze vliegers actief waren al openheid te geven over de burgerslachtoffers. Het ‘vrijgeven van de exacte locatie, datum en het vermoedelijke aantal burgerslachtoffers ten gevolge van Nederlandse wapeninzet’zou een te groot risico vormen. Ten eerste voor de Nederlandse F-16-piloten zelf en hun thuisfront die doelwit zouden kunnen worden van wraakacties. Ten tweede zou het ook onze partners in gevaar kunnen brengen omdat dit soort informatie ‘inzicht had kunnen geven in de operationele afwegingen, procedures en andere operationele details’.

[36]

‘De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. 

NOS

NEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

18 OCTOBER 2019

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

[37][37]
”Maar er was vooral laagbouw: kleine panden waar winkeltjes, een naaiatelier en een theehuis voor een levendige sfeer zorgden.” 
NOSIN HAWIJA IS NIEMAND DE NEDERLANDSE BOMAANVAL VERGETEN18 OCTOBER 2019
https://nos.nl/artikel/2306655-in-hawija-is-niemand-de-nederlandse-bomaanval-vergeten.html

Een Nederlands bombardement in Irak vier jaar geleden is gruwelijk misgegaan, zo blijkt uit onderzoek van NOS en NRC. Tientallen burgers kwamen bij een luchtaanval op een bommenfabriek in Hawija om het leven. Hoe dat precies heeft kunnen gebeuren, is onduidelijk. Inwoners van het stadje vinden de schuldvraag niet zo interessant. Zij vragen zich vooral af wanneer ze eindelijk een schadevergoeding krijgen.

Het is voor het eerst dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.

De enorme ravage die het bombardement op 3 juni 2015 aanricht blijft bij de internationale media niet onopgemerkt. Op beelden van die nacht is te zien hoe het ziekenhuis in Hawija overspoeld wordt met gewonden. Inwoners spreken van “een atoombom die insloeg” en die vijftig kilometer verderop, in Kirkuk, nog te horen was. “Een complete woonwijk is verwoest”, schrijft persbureau Reuters.Vier jaar later ligt de wijk aan de oostkant van de stad er nog precies hetzelfde bij. Overal liggen brokstukken van ingestorte gebouwen. Tientallen autowrakken liggen verspreid langs de weg. Alleen de meelfabriek is weer opgebouwd.

De inwoners van de wijk kunnen zich 3 juni 2015 nog goed herinneren. Sommigen laten de littekens zien van de verwondingen die ze door de aanval opliepen. Anderen vertellen over de chaos van die nacht.

Midden in de wijk stond ooit een grote opslagloods van de gemeente. Die was het doelwit van de coalitie. De loods was door terreurgroep IS in gebruik genomen om munitie in op te slaan. Volgens de Amerikanen werden er autobommen gefabriceerd. Toen de precisiebom het gebouw raakte, zorgde de enorme hoeveelheid munitie die in de loods lag opgeslagen voor een tweede explosie, waardoor ook gebouwen in de wijde omgeving geraakt werden.

De wijk werd door de Amerikaanse generaal John Hesterman op een persconferentie na de luchtaanval omschreven als een “industriegebied”. Dat is wat overdreven als je oude foto’s van de wijk bekijkt. Er stonden inderdaad grote gebouwen: een elektriciteitscentrale, een brandweerkazerne en een ijsfabriek. Maar er was vooral laagbouw: kleine panden waar winkeltjes, een naaiatelier en een theehuis voor een levendige sfeer zorgden.

Soennitische vluchtelingen

“Er woonden op dat moment vooral vluchtelingen hier,” zegt de eigenaar van een kleine garage iets verderop in de wijk. Naast hem woonde een familie met zes kinderen. Bij de explosie zijn de muren omgevallen. “Allemaal zijn ze gedood, op de moeder na. Die heb ik later in Kirkuk nog eens gezien. Zij was zwaar gehandicapt geraakt.”

Toen IS Hawija een jaar eerder had ingenomen zijn veel inwoners op de vlucht geslagen. Daarvoor in de plaats kwamen veel soennitische vluchtelingen uit de omliggende dorpen naar de stad toe omdat sjiitische milities weinig genade kenden bij hun strijd tegen IS. Zij trokken in de gebouwen en winkeltjes rondom munitieloods. De waren leeg komen te staan toen IS het gebied veroverde.

‘Dood achtergebleven’

Volgens Osama Suleman, directeur van het ziekenhuis, zijn veel vluchtelingen dood achtergebleven onder het puin van de ingestorte gebouwen. “We weten niet waar ze vandaan kwamen. Die hebben we niet als dodelijke slachtoffers kunnen registreren.”

Het ziekenhuis kreeg die nacht ruim tweehonderd doden en gewonden binnen. “Het was een hele bloedige dag. Sommigen waren ernstig gewond, anderen stierven hier.” Suleman denkt dat het aantal slachtoffers bij elkaar opgeteld “boven de tweehonderd” ligt.

Informant van het leger

Een Irakees, die op verzoek van de gemeente een rondleiding geeft door de wijk, vertelt dat hij degene was die in opdracht van het Iraakse leger informatie over IS moest doorspelen aan het hoofdkwartier in Bagdad. Op 2 juni belde hij met Bagdad om door te geven dat er vier vrachtwagens met TNT, een zwaar explosieve stof, de loods binnenreden. Hij zou ook hebben verteld dat er vluchtelingen rondom de fabriek verbleven.

De informant kreeg van Bagdad te horen dat men in eerste instantie die dag nog wilde aanvallen, maar dat later werd besloten de aanval uit te stellen tot na middernacht om de de nevenschade te beperken.

Of de informatie over de vluchtelingen de Nederlandse luchtmacht die dag heeft bereikt, is onduidelijk. Het Amerikaanse Pentagon wil het onderzoek dat ze na de aanval gedaan hebben niet openbaar maken en het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij de aanval.

Schadevergoedingen

Veel mensen die nu in de wijk wonen hebben geen dierbaren verloren, maar klagen vooral over het uitblijven van schadevergoedingen voor de verwoesting van hun huis of winkel. Het zijn de oorspronkelijke bewoners die zijn teruggekeerd toen IS in 2017 werd verjaagd.

“We weten niet van alle gebouwen waar de eigenaren zijn gebleven”, zegt Mohamed, die als schrijver van brieven en formulieren zijn diensten aanbiedt bij een bouwvallig theehuis. Aan herbouw komt bijna niemand toe want schadevergoedingen zijn nog niet uitbetaald. “We hebben allemaal onze formulieren ingevuld”, zegt de schrijver met wijde armgebaren. “Het enige dat we als antwoord krijgen, is dat we moeten wachten. Dat doen we nu al twee jaar.”

De locoburgemeester van Hawija, Khalaf Najim Alabadi, bevestigt dat niemand uit de buurt een schadevergoeding heeft gekregen. Hij beschrijft een uiterst omslachtige procedure die iemand met schade aan zijn huis, auto of bedrijf moet doorlopen om zijn dossier via Kirkuk in Bagdad te krijgen. “En uit Bagdad hebben we niets meer gehoord in de afgelopen twee jaar.”

Pas als met de herbouw wordt begonnen, zal duidelijk worden hoeveel mensen er zijn omgekomen. “We hebben de gemeente gevraagd om te komen kijken of er nog mensen onder liggen”, vertelt Mohamed. Maar in het weer opkrabbelende Hawija heeft dat voorlopig geen prioriteit.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september.

 [38]

‘Men ging ervan uit dat er geen mensen verbleven in het gebied rondom de bommenfabriek.”

NOSTWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK4 NOVEMBER 2020
https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

Tweede Kamerleden willen snel uitleg van het kabinet over de luchtaanval in 2015 in Irak waarbij zeker zeventig doden vielen, onder wie veel burgers. Ook willen ze weten waarom de Kamer hierover niet goed geïnformeerd is.

Het kabinet erkende vandaag dat Nederland verantwoordelijk is voor de luchtaanval. Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat bij de aanval op een munitiefabriek van IS in Hawija een wijk volledig werd verwoest. Nederland was ook betrokken bij een aanval op een woonhuis in de Iraakse stad Mosul, waarbij vier burgerdoden vielen.

Het ministerie van Defensie wist dat er in beide gevallen burgerslachtoffers waren, maar verzweeg dit aanvankelijk voor de Kamer, erkent het kabinet in een brief. Het argument om geen concrete mededelingen te doen over de Nederlandse betrokkenheid was dat de veiligheid van de militairen niet in gevaar mocht worden gebracht.

Heel ernstig

GroenLinks-Kamerlid Diks noemt de kwestie heel ernstig. Volgens haar heeft de Kamer meerdere malen om de informatie gevraagd. “Dat schaadt het vertrouwen van de Tweede Kamer. GroenLinks wil morgen uitleg van de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken.”

D66-Kamerlid Belhaij spreekt van een slechte zaak, waarover ze op de kortst mogelijke termijn in debat met de minister wil.

SP-Kamerlid Karabulut schrijft dat ze “de waarheid” eist. “Iets anders past een democratie niet”. “Duidelijk is wederom dat zonder onderzoeksjournalisten en andere critici deze waarheid waarschijnlijk nooit aan het licht was gekomen”.

Complex

PvdA-Kamerlid Kerstens benadrukt dat de situatie ter plekke complex was en dat de veiligheid van militairen ter plaatse altijd moet worden gewaarborgd. Toch vindt de PvdA ook dat openheid had moeten worden gegeven, zeker na herhaaldelijk aandringen van de Kamer.

“Defensie blinkt nu niet uit zichzelf uit in openheid, zo hebben we vaker moeten ervaren”.

Ook VVD-Kamerlid Bosman wil snel een debat. “Het is goed dat de minister, met respect voor de veiligheid van onze militairen, nu maximale transparantie geeft over de missie in Irak. Daarbij roept ze wel veel vragen op over twee specifieke missies, over de burgerslachtoffers die daar vielen en de communicatie daarover achteraf. Ik wil daar snel met de minister over in debat.”

Ook CDA en ChristenUnie willen snel een debat.

Onvolledige informatie

Minister Bijleveld erkent dat de Kamer verkeerd is geïnformeerd. Volgens haar had destijds beter niets gezegd kunnen worden. “Je zit in een operationele tijd, dan moet je niet communiceren. In verband met de operationele veiligheid, de persoonlijke veiligheid en de nationale veiligheid”. Volgens Bijleveld kan er nu de missie voorbij is wel openheid gegeven worden.

Ze schrijft in haar brief dat het in de toekomst anders moet. Kamerleden willen graag van haar horen hoe het kabinet dat ziet.

Bijleveld schrijft ook in de brief aan de Kamer dat de informatie waar de aanval op gebaseerd was niet volledig bleek.

“Men ging ervan uit dat er geen mensen verbleven in het gebied rondom de bommenfabriek. Maar vooral was men verrast door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde”.

De minister zegt de dood van de burgerslachtoffers “ten zeerste te betreuren”.

“Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen”, schrijft ze. “Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.”

Eerdere verklaringen over de aanval

Na de aanval op Hawija op 3 juni 2015 wist Defensie vrij snel dat er iets mis was gegaan en dat er onbedoelde nevenschade was.

Amerikanen zouden al kort na de aanval gemeld hebben dat er zowel burgerslachtoffers als IS-strijders waren omgekomen.

In antwoord op schriftelijke vragen schreef toenmalig minister Hennis op 22 juni 2015 dat er door Nederlands handelen geen burgers waren omgekomen.

Op 30 juni zegt zij in een Kamerdebat dat alle meldingen over burgerslachtoffers zijn onderzocht en dat het “tot nu toe niet het geval is geweest”.

In 2018 zegt André Steur -hoofd Operaties bij Defensie- tegen RTLnieuws dat de slachtoffers allemaal IS-strijders waren.In juni 2018 zegt minister Bijleveld in antwoord op vragen van de SP dat het om het belang van de veiligheid van de individuele vlieger en de eenheid, maar ook om de veiligheid van hun thuisfront en van de Nederlandse samenleving gaat. “Het kabinet is daarom ook niet bereid om in te gaan op verzoeken om meer informatie over deze gevallen.” 

[39]

NOSTWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK4 NOVEMBER 2020
https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

[40]

NOSTWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK4 NOVEMBER 2020
https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

[41]

WIKIPEDIAJEANINE HENNIS-PLASSCHAERT

https://nl.wikipedia.org/wiki/Jeanine_Hennis-Plasschaert

[42]

7 – Parties to a conflict shall at all times distinguish between the civilian population and combatants in order to

spare civilian population and property. Neither the civilian population as such nor civilian persons shall be the

object of attack. Attacks shall be directed solely against military objectives.

BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

[43]


 1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.

ASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

[44]

Hawija (Arabic: الحويجة, Al-Ḥawīja‎) is the centre of Al-Hawija District in the Kirkuk province of Iraq, 45 km west of Kirkuk, and north of Baghdad. The town has a population of about 100,000 inhabitants.

WIKIPEDIA

HAWIJA

https://en.wikipedia.org/wiki/Hawija

BBC

IS CONFLICT: DUTCH AIRSTRIKE KILLED ABOUT 70 PEOPLE IN IRAQ IN 2015

https://www.bbc.com/news/world-europe-50286829

A Dutch F-16 jet serving with the US-led coalition in Iraq killed about 70 people – Islamic State (IS) militants and civilians – in an air strike in 2015, the Dutch defence ministry says.

It is the first time the ministry has given details of the raid that targeted an alleged IS bomb factory in Hawija.

Large, unexpected secondary explosions meant the death toll was higher than anticipated, a ministry statement said.

Monitoring group Airwars maintains that at least 70 civilians died.

The IS facility hit in Hawija on the night of 2 June 2015 was believed to be producing vehicle-borne improvised explosive devices (IEDs) used to attack coalition forces, the Dutch defence ministry said.

Defence Minister Anna Bijleveld said “the relationship between perished [IS] fighters and civilian casualties could not be determined afterwards”.

She said the intelligence before the strike had indicated that “there were no civilians in the immediate vicinity of the target”.

“The closest residences were outside the damage area… After the attack, however, more and larger secondary explosions took place than could have been expected from previous experience with the elimination of this type of target, resulting in a larger damage area,” she added.

“It turned out that there were far more explosives in the IED factory than was known or could be estimated by the Netherlands on the basis of the information available… This also destroyed a large number of other buildings in the area.”

The day after the Hawija bombing, US Air Force Lt Gen John Hesterman told a news conference that a “fairly small weapon” had been dropped on “a known IED building in an industrial area”.

“The secondary explosion, which was caused from a massive amount of [IS] high explosives, was very large, and it destroyed much of that industrial area,” he said, adding that the coalition had seen no evidence of civilian casualties.

Airwars, which tracks civilian deaths in Iraq and Syria, concluded that at least 70 civilians were killed, including at least 26 children and 22 women, as well as a large number of militants.

The Dutch defence ministry also said on Monday that an air strike in the Iraqi city of Mosul on 20 September 2015 killed four civilians. A family home was bombed after faulty intelligence identified it as an IS headquarters, the ministry said.

The coalition task force fighting IS in Iraq and Syria reported on 26 September that it had conducted 34,573 air strikes between August 2014 and August 2019, and that at least 1,335 civilians had been unintentionally killed.

But Airwars believes between 8,214 and 13,125 non-combatants are likely to have been killed as a result of coalition actions over the same period.

[45][45]
”„Je moet het mogelijk verlies van levens van burgers in de buurt van zo’n fabriek afwegen tegen misschien wel dat van honderden burgers die om gaan komen als IS de bommen uit die fabriek gaat inzetten in de strijd.”

NRCAANVAL OP IS DEPOT WAS VAKMANSCHAP
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/21/aanval-op-is-depot-was-vakmanschap-a3977449

Bij oorlogvoeren horen harde en zelfs wrede afwegingen”, zegt oud-luchtmachtofficier Peter Wijninga. „Je moet soms vreselijke keuzes maken, bijvoorbeeld bij de voorbereiding van een aanval op een bommenfabriek van IS.”

Wijninga leidde de luchtverdedigingseenheid op luchtmachtbasis De Peel, was actief in Afghanistan en werkt voor nu de Haagse denktank The Hague Centre for Strategic Studies. „Je moet het mogelijk verlies van levens van burgers in de buurt van zo’n fabriek afwegen tegen misschien wel dat van honderden burgers die om gaan komen als IS de bommen uit die fabriek gaat inzetten in de strijd.”

Wijninga heeft „met gemengde gevoelens” kennisgenomen van de berichtgeving van NRC en NOS vrijdag en de daarop volgende politieke commotie. Beide media berichtten over de dood van 70 burgers bij een bombardement door een Nederlandse F-16 van een bommenfabriek van IS in de Noord-Iraakse stad Hawija in juni 2015. Wijninga: „Potverdorie, dacht ik even met mijn luchtmacht-verleden. Moet dat?”

Hij was niet de enige. In Facebook-groepen van veteranen werd grotendeels met onbegrip gereageerd. Een bezoeker van de pagina van de stichting Dutch Military Veterans schrijft: „Een munitiedepot van IS kreeg een voltreffer van een Nederlandse F-16. Dat is vakmanschap. De doden zijn een gevolg van de exploderende opgeslagen munitie dus absoluut NIET de schuld van de nl-piloot.”

Oud-luchtmachtofficier Wijninga miste in het nieuws en de vele reacties begrip voor de oorlogsvoering. „In feite was het uitschakelen van een belangrijke bommenfabriek van IS met vier vrachtwagens TNT erin een unieke kans. We durven dat nauwelijks hardop te zeggen, omdat we alleen in eufemismen praten, zoals vredesmissies. Maar de prijs voor vrede en veiligheid wordt vaak met bloed betaald. Dat gold 75 jaar geleden al, en dat geldt nog steeds.”

Toch begrijpt Wijninga ook het verlangen van de Tweede Kamer naar meer openheid over de gevolgen van Nederlandse bombardementen. „Ook ik ben voor meer transparantie. Zo vind ik het vreemd dat, toen er al na de aanval vermoedens waren over tientallen slachtoffers, Defensie dat niet meteen heeft uitgezocht en bekend heeft gemaakt. IS had dat weinig kunnen schelen. Het ging immers om burgers, niet om IS-strijders. Dus de kans op wraakacties acht ik klein.”

Ondergewaardeerd

Tom de Bok werkte decennialang in de luchtmacht, eveneens bij de luchtverdediging. Nu is hij voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Vereniging ‘Onze Luchtmacht’, een ‘ambassadeursvereniging’ voor de luchtmacht met vijfduizend leden. Hij vindt „de berichtgeving te veel de indruk wekken alsof we daar in Irak een oorlogsmisdaad hebben gepleegd”. Het gaat om één incident, zegt De Bok: „Dat wordt eruit gepikt en er wordt uitgebreid over bericht. Dat terwijl we daar 2.100 keer gebombardeerd hebben.”

Sinds vrijdag bleef het vrij rustig in zijn achterban, zegt hij. Maar militairen voelen zich nogal eens ondergewaardeerd door publiek en politiek en uiten dat lang niet altijd, zegt hij. „Dat gevoel zal deze dagen zeker niet minder geworden zijn.”

Ook in vakbondskringen bleef het rustig, zegt Annemarie Snels van de Algemene Federatie van Militair en Burger Personeel. „Al sluit ik daarbij niet uit dat men van hogerhand opdracht heeft gekregen zich rustig te houden.” Ze is positief over het streven van minister Bijleveld (Defensie, CDA) naar meer transparantie. „Voorwaarde is wel dat vliegers en andere betrokkenen bij de strijd beschermd worden. Anders krijg je niemand meer die zulk gevaarlijk werk wil doen.”

Snels noch Tom de Bok verwacht dat de ophef invloed zal hebben op de motivatie van vliegers mee te doen aan toekomstige missies. Snels: „Mensen vinden het over het algemeen leuk om op missie te gaan. Bovendien: vliegers hebben geen keus. Ze moeten de opdracht uitvoeren die de politiek hen geeft.”Wat het enthousiasme zal bevorderen, denkt De Bok, is de komst van de JSF, die de F-16 aflost. Net als precisiewapens bieden de technische snufjes van de JSF de belofte van (nog) schonere oorlogsvoering, misschien met (nog) minder burgerslachtoffers. Immers, de JSF heeft hypermoderne communicatiesystemen. Die kunnen gevoed worden met de meest actuele gegevens op de grond (over de aanwezigheid van burgers). De Bok: „De F-16’s en de JSF verhouden zich tot elkaar zoals een oude Nokia tot de allernieuwste iPhone.” Of de JSF ‘Hawija’ had kunnen voorkomen, is de vraag, zegt De Bok. Goede inlichtingen geven over de omgeving van het doelwit blijft mensenwerk

[46]
”„Bij oorlogvoeren horen harde en zelfs wrede afwegingen”
NRCAANVAL OP IS DEPOT WAS VAKMANSCHAP
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/21/aanval-op-is-depot-was-vakmanschap-a3977449
[ZIE VOOR TEKST ONDER NOOT 45]

[47]

1 – Persons hors de combat and those who do not take a direct part in hostilities are entitled to respect for their

lives and their moral and physical integrity. They shall in all circumstances be protected and treated humanely

without any adverse distinction.


BASIC RULES OF INTERNATIONAL HUMANITARIAN LAW IN ARMED CONFLICTShttps://www.icrc.org/en/doc/resources/documents/misc/basic-rules-ihl-311288.htm

[48]

”vliegers hebben geen keus. Ze moeten de opdracht uitvoeren die de politiek hen geeft’ 
NRCAANVAL OP IS DEPOT WAS VAKMANSCHAP
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/21/aanval-op-is-depot-was-vakmanschap-a3977449
[ZIE VOOR TEKST ONDER NOOT 45]

[49]

” The fact that a person acted pursuant to order of his Government or of a superior does not relieve him from responsibility under international law, provided a moral choice was in fact possible to him 
PRINCIPLES OF INTERNATIONAL LAW RECOGNIZED IN THE CHARTER OF THE NURNBERG TRIBUNAL AND IN THE JUDGMENT OF THE TRIBUNAL
https://legal.un.org/ilc/texts/instruments/english/draft_articles/7_1_1950.pdf

ZIE OOK WIKIPEDIA: 

“The fact that a person acted pursuant to order of his Government or of a superior does not relieve him from responsibility under international law, provided a moral choice was in fact possible to him”.This principle could be paraphrased as follows: “It is not an acceptable excuse to say ‘I was just following my superior’s orders’”.
WIKIPEDIANUREMBERG PRINCIPLESPRINCIPLE IV

https://en.wikipedia.org/wiki/Nuremberg_principles#Principle_IV

ORIGINELE BRON
WIKIPEDIANUREMBERG PRINCIPLES
https://en.wikipedia.org/wiki/Nuremberg_principles

[50]

”Het voorkomen van burgerslachtoffers en nevenschade heeft te allen tijde de hoogste prioriteit voor Nederland en de coalitie. Eerder is uw Kamer geïnformeerd over het uiterst zorgvuldige targeting proces van de coalitie en dus ook van Nederland. Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelenBLADZIJDE 11
MEDEDELING AAN DE TWEEDE KAMER OVER DE BOMAANVAL OP HAWIJA EN DE ONTWIKKELINGEN ROND DE ANTI ISIS COALITIE

http://content1b.omroep.nl/urishieldv2/l27m677e797b0a39d024005e63ac48000000.df389e427806cc57454a8a856b1f7358/nos/docs/181019_kamerbrief.pdf

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Datum 13 april 2018 
Betreft Voortgangsrapportage Nederlandse bijdrage in de strijd tegen ISIS Pagina 1 van 13 Rijnstraat 8 2515XP Den Haag Postbus 20061 Nederland
www.rijksoverheid.nl

Onze Referentie DVB/CV-024/18 Uw Referentie Bijlage(n) In deze brief informeren wij u, met verwijzing naar de artikel 100-brief van 11 september jl. (Kamerstuk 27 925 nr. 615), over de voortgang van de Nederlandse inzet in de strijd tegen ISIS. Ook gaat deze brief in op een aantal toezeggingen dat aan uw Kamer is gedaan:
 1) Het informeren van uw Kamer over een eventuele wijziging van het mandaat voor de Nederlandse militaire inzet in Irak en Oost-Syrië; 
2) Aandacht te vragen in de internationale coalitie tegen ISIS voor het voorkomen van burgerslachtoffers en het instellen van een centraal meldpunt voor burgerslachtoffers door toedoen van de coalitie; 
3) Om in de anti-ISIS coalitie aandacht te vragen voor de discrepantie tussen enerzijds het door de coalitie erkende aantal burgerslachtoffers en anderzijds het aantal dat wordt genoemd in een onderzoek van de New York Times; 
4) Uw Kamer te informeren over de uitkomsten van de onderzoeken van het Openbaar Ministerie naar mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse militaire inzet;
 5) Uw Kamer te informeren over de overgang naar fase vier (normalisatie) van het campagne plan van de anti-ISIS coalitie. 
Het kabinet geeft in deze brief tevens antwoord op de vragen die zijn gesteld door de SP-fractieleden van de Eerste Kamer naar aanleiding van de artikel 100-brief van 11 september jl. 
Ontwikkelingen in de strijd tegen ISIS in Irak en Syrië De strijd tegen ISIS vindt plaats binnen een zeer complexe en fluïde context waar veel ontwikkelingen gevolgen hebben voor de voortgang van de strijd. 
Sinds de brief van 24 november jl. (Kamerstuk 27 925 nr. 616) is de gevechtskracht van ISIS verder afgenomen. Inmiddels lijkt ISIS lokaal echter weer aan kracht te winnen. In Irak verklaarde premier Abadi op 9 december jl. dat het Iraakse grondgebied was bevrijd, hoewel de strijd tegen terrorisme voortduurt. Sinds de start van de internationale strijd tegen ISIS in 2014 zijn zeven miljoen mensen uithanden van ISIS bevrijd waarvan maar liefst vijf miljoen in het afgelopen jaar. Drie miljoen mensen zijn teruggekeerd en pakken hun dagelijks leven weer op. Ondanks deze successen is de dreiging van ISIS nog niet verdwenen en is de groepering nog actief in Irak en Syrië en vormt nog altijd een aanzienlijke factor van instabiliteit in Irak en Syrië. ISIS blijft veerkracht tonen. Waar de groepering in het najaar van 2017 nog beschikte over grofweg twaalfduizend strijders, is dat aantal de afgelopen periode teruggelopen naar enkele duizenden. Het aantal strijders is de afgelopen maand echter toegenomen. Zoals gesteld in het Dreigingsbeeld Terrorisme in Nederland (DTN) (Kamerstuk 2018 Z0 5372) beschikt de groepering in Syrië over zogenoemde pockets in de Eufraatvallei en in het gebied grenzend aan Irak. Er is nog altijd sprake van intensief grensoverschrijdend transport tussen de ISIS-pockets in Syrië en de netwerken in Irak. In Irak bestaat ISIS uit vele kleinere terroristische netwerken verspreid over het land. Het is de verwachting dat ISIS dit ondergrondse netwerk in Irak de komende maanden verder zal uitbreiden. Mede met het oog op de aanstaande Iraakse verkiezingen in mei van dit jaar zal ISIS meer destabiliserende acties uitvoeren. Door de ontwikkelingen in Afrin, waarover uw Kamer op 14 maart jl. is geïnformeerd (Kamerstuk 326 23 nr. 200), zijn verschillende elementen van de Syrian Democratic Forces (SDF) weggetrokken uit de Eufraatvallei, waar zij tegen ISIS streden, naar Afrin. Daardoor is de voortgang in de strijd tegen ISIS in OostSyrië nagenoeg tot stilstand gekomen. Indien dit aanhoudt, kan dit ISIS de mogelijkheid geven om zich te herstellen en mogelijk zelfs terrein te heroveren. Op korte termijn kan dit gevolgen hebben voor het militaire campagneplan van de coalitie. Conform de motie Becker c.s. (Kamerstuk 21 501-02 nr. 1843) heeft Nederland de gevolgen van de Turkse operatie in Afrin, zoals het bemoeilijken van de strijd tegen ISIS, veroordeeld. Nederland zal in de anti-ISIS coalitie, in NAVOverband en ook in de VN-Veiligheidsraad, Turkije blijven aanspreken op negatieve effecten van het offensief op de strijd tegen ISIS. Een geïntegreerde inzet op zowel het politieke, militaire als stabilisatiespoor is blijvend van belang om de behaalde successen te bestendigen en te voorkomen dat ISIS of een soortgelijke organisatie zich opnieuw kan manifesteren. Ontwikkelingen in Irak Politiek Hoewel in mindere mate, zijn de relaties tussen de autoriteiten in Bagdad en Erbil sinds het onafhankelijkheidsreferendum in de Koerdische Autonome Regio (KAR) van 25 september jl. en de daaropvolgende overname door de Iraakse strijdkrachten van een deel van de betwiste gebieden, nog altijd gespannen. In januari 2018 hebben premier Abadi en premier Nichervan Barzani voor het eerst met elkaar gesproken. Er zijn nog onopgeloste punten, maar ook eerste positieve stappen. Zo is het vliegverbod voor internationale vluchten op Koerdische vliegvelden opgeheven na een decreet waarmee de Koerdische vliegvelden verder onder federale controle komen te staan. De eerste internationale vlucht is op 19 maart op Erbil geland. Ook heeft Irak 317 miljard dinar overgemaakt aan de Koerdische autoriteiten voor het uitbetalen van salarissen. Volgens de Koerdische autoriteiten is dit echter onvoldoende om de kosten te dekken. Er is nog geen overeenstemming over de uitvoer van olie en 

  het gebruik door federaal Irak van pijpleidingen die door de KAR lopen. De begroting voor 2018 die recent werd aangenomen geeft de Koerden daarnaast recht op een begrotingsaandeel van ongeveer 12,7 procent, in tegenstelling tot de eerder gehanteerde 17 procent. Tot slot is er nog niet gesproken over de status van de betwiste gebieden. Het is niet de verwachting dat deze problemen tussen Bagdad en Erbil worden opgelost voor de nationale parlementsverkiezingen van 12 mei 2018. Politieke strijd, waarbij partijen elkaar op ideologisch gedachtengoed bestrijden, ontbreekt, evenals publiek debat. Onderwerpen zoals corruptiebestrijding, de noodzaak van politieke en economische hervormingen, nationale verzoening, veiligheid en de crisis rond de levering van basisdiensten, komen nauwelijks aan bod. Ook is het politieke landschap erg gefragmenteerd. Premier Abadi blijft populair, vooral onder de sjiitische bevolking, vanwege zijn kordate optreden na het Koerdisch referendum en door het uitroepen van de bevrijding van Irak. Waarschijnlijk zullen na de verkiezing lange coalitieonderhandelingen nodig zijn. De provinciale verkiezingen, die ook op 12 mei plaats zouden vinden, zijn uitgesteld naar december 2018. Stabilisatie en humanitair In het licht van bovenstaande uitdagingen blijft de inzet van de internationale gemeenschap op het gebied van stabilisatie en humanitaire hulp in Irak van groot belang. Als gevolg van het offensief om Mosul zijn meer dan een miljoen mensen in Irak gevlucht. De humanitaire noden in Irak nemen langzamerhand af, maar nog altijd heeft een deel van de bevolking, voornamelijk ontheemden en andere kwetsbare groepen, behoefte aan levensreddende hulp. Nederland blijft in 2018 doorgaan met bijdragen via de Dutch Relief Alliance en het Iraq Humanitarian Pooled Fund voor een totaal van 10 miljoen euro. Ten aanzien van stabilisatiesteun heeft Nederland in december eenmalig een extra bijdrage van 12 miljoen euro geleverd aan het Funding Facility voor Stabilisation van de UNDP. Dit fonds draagt bij aan de eerste stabilisatienoden in op ISIS bevrijde gebieden. Momenteel zijn er meer dan 1200 projecten geïmplementeerd, zijn meer dan 800.000 mensen weer voorzien van watertoevoer en hebben meer dan 500.000 mensen weer toegang tot elektriciteit. Er zijn scholen herbouwd waardoor meer dan 120.000 kinderen weer naar school kunnen en er zijn 52 gezondheidsklinieken gebouwd die meer dan 1,2 miljoen mensen voorzien van zorg. Tegelijkertijd presenteerde de Iraakse regering tijdens de internationale Koeweitconferentie voor de wederopbouw van Irak in februari het nieuwe Resilience and Response Plan (RRP) voor wederopbouw. Veel bedrijven en organisaties namen deel aan de conferentie, waaronder het IMF, de Wereldbank en de ICRC. De Golfstaten hebben beloofd om bijna vier miljard dollar direct te investeren of in de vorm van een lening aan te bieden. Daarnaast hebben verschillende landen bijna negen miljard dollar aan exportkredieten toegezegd. EU Afgelopen december is de EU Advisory Mission (EUAM) in Irak van start gegaan die zich richt op capaciteitsopbouw van de veiligheidssector. De missie adviseert Irak bij de implementatie van de nationale veiligheidsstrategie. Nederland levert een civiel expert op het gebied van veiligheidsbeleid. Ook heeft de EU, mede op Nederlands aandringen, een nieuwe Irakstrategie gepubliceerd. Deze strategie 

richt zich op het behoud van de eenheid van Irak; een evenwichtig en democratisch bestuurssysteem; ondersteuning aan humanitaire hulp, herstel, stabilisering, ontwikkeling en wederopbouw; duurzame en inclusieve economische groei; versterken nationale identiteit en verzoening; effectief en onafhankelijk justitieel stelsel; instellen migratiedialoog; ondersteunen goede betrekking van Irak met haar buurlanden; en een sterk partnerschap tussen de EU en Irak. NAVO Op 15 februari jl. gaf de Noord Atlantische Raad van de NAVO, op verzoek van de anti-ISIS coalitie en Irak, opdracht om het huidige NAVO Training and Capacity Building programma in Irak (NTCB-I) te transformeren naar een volwaardige NAVO-missie. Uw Kamer werd hierover eerder geïnformeerd via het verslag van de NAVO defensie ministeriële bijeenkomst van 14 en 15 februari (Kamerstuk 28 676 nr. 285). Het zal gaan om een non-combat missie die, net zoals het huidige programma en EUAM, gericht is op capaciteitsopbouw van de veiligheidssector. Hiermee zal de missie een bijdrage leveren aan stabilisatie en hervorming van de veiligheidssector in post-ISIS Irak. De missie zal complementair zijn aan de activiteiten van andere internationale actoren zoals de VN, de EU en de anti-ISIS coalitie. Waar de focus van EUAM ligt op civiele aspecten en met name ondersteuning biedt aan het Iraakse ministerie van Binnenlandse Zaken zal de NAVO-missie voornamelijk ondersteuning bieden aan het ministerie van Defensie. Het kabinet onderzoekt de mogelijkheid om op termijn een bijdrage te leveren. Ontwikkelingen in Syrië De strijd tegen ISIS in Syrië speelt zich af tegen de achtergrond van een complexe en voortslepende burgeroorlog. De humanitaire situatie in Syrië blijft onverminderd schrijnend en naar verwachting zal het conflict de komende tijd voortduren. Over de situatie in Oost-Ghouta en Idlib is uw Kamer op 14 maart jl. geïnformeerd Deze brief bevatte eveneens een nadere appreciatie van de Turkse inval in Afrin. Verschillende bronnen melden dat sinds de start van het offensief een aanzienlijk aantal burgerslachtoffers is gevallen. Het kabinet kan deze verschillende cijfers niet verifiëren. Ook heeft het offensief een vluchtelingenstroom op gang gebracht. De VN (OCHA) schat dat in totaal 232.000 mensen uit Afrin zijn vertrokken sinds november 2017. Ook zou er sprake zijn van plunderingen. Nederland blijft hiervoor voortdurend aandacht vragen, zoals de minister van Buitenlandse Zaken ook stelde tijdens het algemeen overleg Raad Buitenlandse Zaken van 11 april jl. Sinds het begin van de burgeroorlog heeft Nederland 382,15 miljoen euro bijgedragen aan humanitaire hulp in Syrië. Nederland gaat in 2018 door met het bieden van humanitaire hulp, in totaal is er 20,1 miljoen euro begroot, zowel via grote ongeoormerkte bijdragen aan VN-organisaties en het Rode Kruis als via de crisis-specifieke Humanitarian Pooled Fund en de Dutch Relief Alliance. Deze bieden, daar waar humanitaire toegang mogelijk is, humanitaire hulp binnen heel Syrië. De stabilisatieprogrammering wordt momenteel herzien vanwege de veranderingen in Noord-Syrië. Hierover is uw Kamer geïnformeerd in de Kamerbrief van 14 maart jl. 

In reactie op de extreme geweldstoename heeft de VN Veiligheidsraad op 24 februari jl. unaniem resolutie 2401 aangenomen, waarin wordt opgeroepen tot een humanitair staakt-het-vuren van ten minste 30 dagen voor heel Syrië, met uitzondering van de strijd tegen door de Veiligheidsraad erkende terroristische organisaties. De minister van Buitenlandse Zaken heeft op 27 maart jl. in de VN veiligheidsraad alle strijdende partijen in het Syrische conflict, inclusief het Syrische regime, Rusland, Iran, Turkije en gewapende groepen, opgeroepen om zich te houden aan VN-Veiligheidsraad resolutie 2401. Ook heeft de minister gepleit voor het versterken van resolutie 2401 door middel van internationale monitoring van het staakt het vuren. Het kabinet betreurt ten zeerste het gebrek aan voortgang sinds de aanname van resolutie 2401. De minister heeft ook opgeroepen tot accountability en de vervolging en berechting van misdadigers, waaronder ISIS, dat mogelijk genocide heeft gepleegd. Uw Kamer werd via de Kamerbrief van 11 april (Kamerstuk 32 623 nr. 202) geïnformeerd over de gebeurtenissen in Douma. Een verontrustende ontwikkeling zijn de luchtaanvallen die het Syrische regime sinds 12 maart jl. weer uitvoert in de zuidelijke provincie Dera’a, ten oosten van Dera’a stad. In dit gebied was het geweldsniveau sinds de afspraken over deescalatiezones van mei jl. tussen Rusland, Turkije en Iran juist gedaald. Het is onduidelijk of dit een voorbode is van een grootschaliger offensief in het zuiden. In februari 2018 heeft een onderhandelingsronde van het Geneve-proces plaatsgevonden. Net als eerder bleven resultaten uit, mede door de onwil van het regime om serieus deel te nemen in het proces. Enkele dagen later volgde een Syrië-conferentie die Rusland in Sochi georganiseerd had, waar is afgesproken een grondwettelijke commissie samen te stellen onder auspiciën van VN-gezant De Mistura. Nederland blijft zich inzetten voor een politieke oplossing van het conflict in Syrië, alleen hiermee kan duurzame vrede worden bereikt. Nederland steunt het VN geleide vredesproces onder leiding van De Mistura. Ontwikkelingen in de regio Landen in de regio spelen een belangrijke rol in Irak en Syrië. De invloed van Iran in Irak blijft groot, terwijl Irak de relaties verbetert met Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Libanon en Jordanië. In Syrië hebben Rusland, Iran en Turkije de grootste invloed op het conflict. Ondanks dat hun belangen verschillen hebben deze landen het afgelopen jaar met elkaar samengewerkt in het kader van de ‘Astana-besprekingen’. De effectiviteit van de in Astana afgesproken de-escalatiezones laat evenwel zeer te wensen over. Rusland toont zich onverminderd een steunpilaar voor het Syrische regime, zowel politiek als militair. Parallel aan intensivering van militaire inspanningen in OostGhouta en Idlib, heeft Rusland haar politieke gewicht ingezet in de VNveiligheidsraad. Zo was een veto van Rusland aanleiding voor het uitblijven van mandaatverlenging voor het onderzoekmechanisme naar het gebruik van chemische wapens in Syrië. Rusland heeft ook de onderhandelingen voor resolutie   

  2401 bemoeilijkt en verspreidt actief desinformatie, zowel in VNveiligheidsraadverband als daarbuiten. Turkije was met militaire steun aan rebellengroepen en haar militaire aanwezigheid in Noord-Syrië reeds een belangrijke actor in het Syrische conflict. Met de inval van het Turkse leger in de noordwestelijke regio Afrin is deze rol verder uitgebreid. Spanningen tussen Turkije en de VS, dat Koerdische militiestrijders in het noordoosten steunt, liepen hierbij op. De frontale aanval op de Koerdische YPG leidde eveneens tot spanning en onrust onder de Koerdische bevolking in buurlanden Turkije en Irak, alsook onder de Koerdische diaspora in de rest van de wereld. Ontwikkelingen in de anti-ISIS coalitie Op 13 februari jl. vond in Koeweit de ministeriële bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de anti-ISIS coalitie plaats en kwamen in Rome de ministers van Defensie bijeen. Tijdens deze bijeenkomsten werd wederom duidelijk dat, ondanks de geboekte successen en het uitroepen van de bevrijding van Irak, de strijd nog niet is gestreden. Net als Nederland spraken andere landen hun blijvende steun uit, niet alleen voor militaire inzet, maar ook voor inspanningen op het gebied van stabilisatie en wederopbouw. De militaire campagne bevindt zich thans ongewijzigd in fase drie van het campagneplan, gericht op het verslaan van ISIS. Tijdens de bijeenkomsten in Rome en in Koeweit is, zoals aan uw Kamer toegezegd in het algemeen overleg van 14 december jl., aandacht gevraagd voor zorgvuldigheid bij – en transparantie over – de inzet van het luchtwapen. Ook vroeg Nederland aandacht voor de discrepantie tussen meldingen van aantallen mogelijke burgerslachtoffers door enerzijds de coalitie en anderzijds door bronnen als de New York Times en onderzoekscollectief Airwars. De coalitie onderstreepte dat het voorkomen van burgerslachtoffers ten allen tijde de hoogste prioriteit heeft. ISIS blijft mensenrechtenschendigen begaan en gebruikt burgers als menselijk schild. Vooral in verstedelijkt gebied bemoeilijkt dit het coalitieoptreden. Het Amerikaanse hoofdkwartier Central Command (CENTCOM) onderzoekt elke melding van mogelijke burgerslachtoffers. Voor veel van de meldingen aan het adres van de coalitie ontbreekt echter voldoende bewijs om ze te kunnen verifiëren. Conform de toezegging aan uw Kamer, bracht Nederland het voorstel in voor een centraal coalitiemeldpunt voor mogelijke burgerslachtoffers of hun nabestaanden. In eerste instantie moeten Iraakse burgers hiervoor terecht kunnen bij de Iraakse autoriteiten. Daarnaast houdt een team in CENTCOM zich fulltime bezig met (het onderzoeken van) meldingen van mogelijke burgerslachtoffers. Dit team werkt nauw samen met onder andere Airwars. Maandelijks publiceert de coalitie een openbaar overzicht dat in gaat op meldingen van mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van coalitieoptreden. Tijdens de ministeriële bijeenkomst in Koeweit werden tevens de Guiding Principles over de toekomst van de coalitie aangenomen. In deze Guiding Principles is vastgelegd dat de inzet van de coalitie is gericht op het volledig wegnemen van de territoriale dreiging van ISIS in Irak en Syrië, het stabiliseren van bevrijde gebieden en het verstoren van ISIS-netwerken wereldwijd. De huidige inspanningen op het terrein van Foreign Terrorist Fighters (FTF), het 

verstoren van ISIS-financiering en het tegengaan van de ISIS-ideologie worden voortgezet en waar nodig aangepast aan de veranderende omstandigheden en ingebed in bredere diplomatieke (waaronder VN), militaire en contra-terrorisme inspanningen. Op 21 februari jl. kwam de Foreign Terrorist Fighter-werkgroep bijeen in Den Haag onder co-voorzitterschap van Nederland, Koeweit en Turkije. De bijeenkomst stond vooral in het teken van vraagstukken rond terugkerende buitenlandse ISIS-strijders uit Syrië en Irak. Landen en organisaties, zoals de VN en Interpol, deelden voortgang en nieuwe inzichten over informatie-uitwisseling voor detectie en bewijsvergaring, waarbij onder meer het belang van biometrische gegevens werd benadrukt. Nederland bood expertise aan om landen te ondersteunen in het verzamelen en analyseren van passagiersgegevens. VN Veiligheidsraadsresolutie 2396 (2017) verplicht landen om hiervoor een technische voorziening te ontwikkelen. De VS bracht de situatie van in Syrië gevangengenomen ISIS-strijders onder de aandacht en riep landen op waar mogelijk eigen onderdanen te repatriëren. Vervolging en berechting ISIS-strijders Nederland zet zich binnen alle relevante fora, waaronder de VN-Veiligheidsraad en de anti-ISIS coalitie, in om vervolging en berechting van ISIS-strijders te bevorderen. In het licht van de motie van Helvert c.s. (Kamerstuk 34775-V nr. 20), de motie Voordewind (Kamerstuk 21501-20-1108) en de motie Karabulut/Ploumen (34775-V nr. 60), heeft Nederland op 19 maart in de VNVeiligheidsraad de wens geuit dat de Veiligheidsraad genocide door ISIS erkent. Ook in de FTF-werkgroep heeft Nederland hiervoor aandacht gevraagd. De VS is vooralsnog het enige lid van de VN-Veiligheidsraad dat genocide door ISIS heeft erkend en is daarom een belangrijke partner om verdere steun te verwerven in de VNVR. Om tot de erkenning te komen wil het kabinet onder andere voortbouwen op VNVR resolutie 2379 (2017) die Nederland steunde om een VN onderzoeksteam op te richten dat ISIS-misdrijven in Irak onderzoekt. Deze resolutie stelt dat de daden van ISIS neer kunnen komen op genocide. Nederland pleit voor een snelle start van de werkzaamheden van het onderzoeksteam, maar heeft zorgen over het uitblijven van garanties dat het werk van het onderzoeksteam niet zal leiden tot veroordelingen tot de doodstraf. Als deze zorgen niet worden weggenomen kan Nederland het onderzoeksteam niet steunen, zowel financieel als met het delen van informatie. Ook heeft Nederland de VN aangemoedigd Irak te steunen met het instellen van een gespecialiseerde rechtbank voor internationale misdrijven, indachtig de motie Van Helvert (Kamerstuk 34775-V nr. 63). Ter ondersteuning van (internationale) opsporing en vervolging van misdrijven gepleegd in Syrië geeft Nederland logistieke en financiële steun aan het door de VN opgerichte International, Impartial and Independent Mechanism on international crimes committed in the Syrian Arab Republic (IIIM). Dit onderzoeksmechanisme zal bewijs van schendingen van humanitair oorlogsrecht en mensenrechten verzamelen, analyseren en bewaren. Nederland werkt hierbij samen met NGO’s. Ook worden dossiers voorbereid voor mogelijke strafrechtelijke vervolging. Tot heden zijn in Nederland geen personen vervolgd voor het plegen van genocide of medeplichtigheid aan genocide in relatie tot ISIS, maar wel voor andere, ook 

terroristische, misdrijven. Als er aanwijzingen zijn dat leden van ISIS zich schuldig hebben gemaakt aan (medeplichtigheid aan) genocide en Nederland heeft rechtsmacht (omdat het bijvoorbeeld gaat om Nederlandse verdachten en/of verdachten die zich in Nederland bevinden), biedt de Wet Internationale Misdrijven grondslag voor een eventuele vervolging door het Openbaar Ministerie. Op dit moment zijn die aanwijzingen er niet. Genocide is bovendien een complex misdrijf met een hoge bewijslast. Het is dan ook geen gegeven dat er voldoende bewijs voorhanden is om Nederlandse ISIS-strijders veroordeeld te krijgen voor genocide. Militaire inspanningen Mandaat Met de brief van 24 november jl. is uw Kamer geïnformeerd over de voortgang in de strijd tegen ISIS. Hierin zijn ontwikkelingen beschreven die gevolgen kunnen hebben voor de Nederlandse militaire inzet. Het kabinet blijft de situatie in Irak en Syrië voortdurend nauwlettend volgen. Mandaat voor optreden in Irak De rechtsgrond voor optreden van Nederlandse militairen in Irak is het verzoek tot militaire steun van Irak bij het verslaan van ISIS. Hoewel premier Abadi de overwinning op ISIS heeft uitgeroepen is het verzoek tot militaire steun niet ingetrokken of gewijzigd. ISIS voert nog steeds aanslagen uit in Irak. De rechtsgrond is daarmee onveranderd. Mandaat voor optreden boven Syrië De rechtsgrond voor het gebruik van geweld tegen ISIS in Syrië wordt gevormd door het recht op collectieve zelfverdediging op basis van artikel 51 van het VNHandvest, ten behoeve van de verdediging van Irak tegen ISIS-aanvallen vanuit Syrië. Om vast te stellen of een beroep kan worden gedaan op deze rechtsgrond gelden juridische beoordelingscriteria. Van deze beoordelingscriteria zijn feitelijke elementen afgeleid die van belang zijn voor het Nederlandse mandaat voor optreden in Oost-Syrië. Op 14 december jl. is met uw Kamer gesproken over die feitelijke elementen. De situatie is fluïde en de strijd speelt zich af in een complexe (internationale) context. Sinds eind 2017 is het aantal ISIS-strijders gedaald en de omvang van de gewapende ISIS-aanvallen in Irak afgenomen. Tegelijkertijd is de intentie van ISIS om een eigen kalifaat te stichten nog volop aanwezig. De laatste maand stijgt het aantal ISIS-strijders weer. Ontwikkelingen zoals die in Afrin compliceren de situatie verder. Soortgelijke ontwikkelingen, en de negatieve effecten hiervan op de strijd tegen ISIS, zijn van invloed op de Nederlandse inzet en de volkenrechtelijke rechtsgrond. Hieronder worden de vier elementen toegelicht die van belang zijn voor het mandaat: 1) “Doorlopende aanvallen van ISIS vanuit Syrië naar Irak.” Een beroep op het recht op collectieve zelfverdediging vereist dat sprake is van een doorlopende gewapende aanval. Met behulp van aanvoerlijnen vanuit Syrië worden nog bijna dagelijks aanvallen in Irak uitgevoerd. Er is een direct verband tussen de juridische eis van een gewapende aanval en het beginsel van proportionaliteit. Die houdt in dat de acties van de anti-ISIS coalitie in Syrië naar aard, omvang en intensiteit in verhouding moeten staan tot de gewapende aanval 

2) “Centrale aansturing van de gewapende aanval.” Hoewel er geen sprake meer lijkt van een fysiek ISIS-hoofdkwartier in Syrië, laat de wijze waarop ISIS optreedt zien dat er nog steeds sprake is van een vorm van centrale aansturing van de aanvallen die vanuit Syrië op Irak worden uitgevoerd. Waar die zich bevindt is op dit moment onduidelijk. 3) “Aanvoerlijnen van personeel en materieel vanuit Syrië naar Irak.” De grens tussen Irak en Syrië is poreus. Vooral in het noordelijk grensgebied is de controle zwak en makkelijk te omzeilen. Dagelijks worden strijders en wapens vanuit Syrië naar Irak verplaatst om te worden ingezet in de gewapende strijd in Irak. Hoewel deze bewegingen in omvang zijn afgenomen vormen zij een belangrijke ondersteuning voor het uitbreiden en versterken van het ondergrondse netwerk in Irak. Andersom trekken strijders van Irak naar Syrië, waar zij relatief ongestoord kunnen herstellen. 4) “Het Syrische regime is niet bereid of in staat om de aanvallen vanuit Syrië op Irak te stoppen.” Dit element komt voort uit het juridische criterium van noodzakelijkheid. De inzet en middelen moeten noodzakelijk zijn om de gewapende aanvallen af te slaan. Onderdeel van dit criterium in het geval de gewapende aanval wordt uitgevoerd door een nietstatelijke actor, is dat de staat niet in staat of bereid is zelf de aanval te stoppen. Hierbij gaat het erom of de staat effectief is in het stoppen van de aanval. Het Syrische regime is nog steeds niet in staat gebleken om de ISIS-aanvallen vanuit Syrië op Irak te stoppen. De minister van Buitenlandse Zaken stelde in het debat op 14 december jl. dat we opereerden aan de randen van het mandaat. Het kabinet concludeert op basis van bovenstaande dat er nog steeds een rechtsgrond is voor Nederlandse militaire inzet in Oost-Syrië. De inzet van de Nederlandse F-16’s staat nog in verhouding tot de schaal en omvang van de gewapende ISIS-aanvallen op Irak vanuit Syrië, er is nog steeds sprake van centrale aansturing en er is nog sprake van aanvoerlijnen van personeel en materieel. Ten slotte is het Syrische regime nog niet in staat gebleken de aanvallen van ISIS op Irak vanuit Syrië te stoppen. Het mandaat blijft derhalve vooralsnog ongewijzigd. De situatie op de grond blijft fluïde en veranderlijk, en ontwikkelingen kunnen gevolgen hebben voor het mandaat. Het kabinet houdt de situatie daarom voortdurend nauwlettend in de gaten. Uw Kamer zal worden geïnformeerd wanneer daar aanleiding voor is. Voortgang Nederlandse inzet De Nederlandse militaire bijdrage tracht zo flexibel mogelijk aan te sluiten bij de behoefte van de coalitie. Ook in het licht van militair-strategische ontwikkelingen kan worden besloten de inzet aan te passen. In de brief over de beschouwing van de Nederlandse militaire inzet van 24 november jl. werd aan uw Kamer gemeld dat, gezien de verandering in de trainingsbehoefte, één mobiel trainingsteam uit Noord-Irak terug werd gehaald. Vanwege de wijzigende behoeften en veranderingen op de grond sinds november heeft het kabinet besloten de Nederlandse militaire inzet verder aan te passen. Hiertoe zal nog een trainingsteam en ook de Nederlandse Special Operations Forces (SOF-)bijdrage worden teruggetrokken uit Noord-Irak. De Nederlandse SOF-bijdrage in Bagdad en een resterend trainingsteam in Noord-Irak zullen vooralsnog worden gehandhaafd. 
Trainingsmissie 

  In het afgelopen halfjaar heeft de Capacity Building Mission Iraq (CBMI), in samenwerking met partnerlanden, trainingen verzorgd aan Koerdische strijdkrachten. De voortgang in de strijd tegen ISIS sinds november en de ontwikkelingen rondom het onafhankelijkheidsreferendum en de daaropvolgende overname door de Iraakse strijdkrachten van de betwiste gebieden hebben gevolgen voor de Nederlandse trainingen. Na de herovering van Mosul en de verklaring van de bevrijding van Irak zijn de Peshmerga niet meer betrokken geweest bij direct optreden tegen ISIS. Hierdoor is de trainingsbehoefte afgenomen. Dit effect is versterkt door de opgelopen intra-Koerdische spanningen en het uitblijven van salarisbetalingen door de regering in Bagdad aan de Peshmerga. De Nederlandse trainingen werden uitgevoerd op verzoek van het Ministry of Peshmerga (MOP) en gecoördineerd door het Kurdish Training and Coordination Centre (KTCC) in Erbil. Het betrof vooral Wide Area Security (WAS) trainingen, Counter Improvised Explosive Devices (C-IED)-cursussen, cursussen voor bataljonsstaven en leiderschapstraining. Deze trainingen werden verzorgd op trainingscentra in Atrush, Beneslava, Menilla en Erbil. Na de terugtrekking van een van de trainingsteams blijft nog een Nederlands trainingsteam aanwezig om deze trainingen te verzorgen. In maart jl. maakte het nieuwe Duitse kabinet bekend dat de bijdrage aan de trainingsmissie tegen ISIS wordt beëindigd. Duitsland speelt een leidende rol binnen het KTCC en draagt die medio 2018 over aan Italië. Duitsland zal de trainers terugtrekken terwijl een kleine bijdrage, waaronder een geneeskundig element, achterblijft. Desondanks zal de Duitse terugtrekking waarschijnlijk gevolgen hebben voor de Nederlandse inzet in Noord-Irak. Deze gevolgen worden thans onderzocht. Advise & Assist De brief van 24 november jl. stelt dat waar de Iraakse strijdkrachten nog vechten tegen ISIS, zij behoefte blijven houden aan advisering en assistentie (A&A). In Noord-Irak, waar de Nederlands-Belgische A&A-taakgroep zit, is dit op het moment niet meer het geval. Overleg met de coalitie over een Iraakse partnereenheid of een andere invulling van de SOF-bijdrage heeft geen resultaat opgeleverd. Daarom is besloten de Nederlandse SOF-bijdrage vanuit Noord-Irak te beëindigen. Dit gebeurt in nauw overleg met België, waarmee de afgelopen periode naar volle tevredenheid is samengewerkt. Twee Nederlandse inlichtingenanalisten zullen het Belgische A&A-team in 2018 blijven ondersteunen. Ook in Bagdad verzorgt een klein aantal Special Forces trainingen aan Iraakse militairen. Deze bijdrage wordt gezien de blijvende behoefte aldaar voortgezet. Chirurgisch team Sinds januari 2018 is een Nederlands chirurgisch team van ongeveer tien personen ontplooid op de Al-Assad Air Base. Samen met chirurgische teams uit onder andere Denemarken, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk wordt dit team ingezet in een ziekenhuis geleid door de Verenigde Staten. Met deze schaarse capaciteit levert Nederland een waardevolle bijdrage aan de missie. 

  Luchtcampagne Sinds januari zijn vier F-16’s en het ondersteunende detachement van ongeveer 150 personen conform de planning volledig inzetbaar. De Nederlandse F-16’s worden bijna dagelijks ingezet boven Irak en Oost-Syrië waarbij zij voornamelijk opereren ter ondersteuning van grondtroepen (Close Air Support). Tijdens de ruim 100 missies is meerdere malen gewapende inzet gepleegd tegen ISIS-doelen, waaronder voertuigen, logistieke opslagplaatsen en wapenopstellingen. Het merendeel van de inzet vond plaats in Oost-Syrië. Gevolgen voor de gereedheid en geoefendheid De gevolgen voor de gereedstelling zoals verwoord in de artikel 100-brief van 11 september jl. blijven onveranderd van kracht. De aanpassing van de bijdrage in Noord-Irak levert geen significante verlichting op voor het herstel van de basisgereedheid. Dezelfde schaarse (logistieke) capaciteit blijft nodig om de Nederlandse bijdrage in stand te houden. De inzet van het C-130 transportvliegtuig was eenzijdiger dan verwacht. Dit heeft geleid tot een beperking van de operationele gereedheid. Burgerslachtoffers Defensie is door de minister van Justitie en Veiligheid geïnformeerd over de uitkomsten van de vier onderzoeken van het Openbaar Ministerie (OM) naar mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse wapeninzet in de strijd tegen ISIS. Het OM ziet in geen van de vier gevallen aanleiding voor een vervolgonderzoek. De vier gevallen hebben zich in Irak voorgedaan tijdens de eerste inzetperiode van de F-16’s van oktober 2014 tot en met juni 2016. Het voorkomen van burgerslachtoffers en nevenschade heeft te allen tijde de hoogste prioriteit voor Nederland en de coalitie. Eerder is uw Kamer geïnformeerd over het uiterst zorgvuldige targeting proces van de coalitie en dus ook van Nederland. Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelen. Luchtacties worden alleen uitgevoerd als het targeting proces volledig is doorlopen en het risico van nevenschade minimaal is. Voordat een doel wordt aangevallen, toetst de Red Card Holder (RCH), de senior militair in het Combined Air Operations Center (CAOC) in Qatar, de inzet aan het Nederlandse mandaat. De RCH, die wordt bijgestaan door een juridisch adviseur, toetst aan de hand van de Nederlandse Rules of Engagement en het politieke mandaat of de inzet binnen de Nederlandse kaders en het humanitair oorlogsrecht valt. Hierbij is belangrijk dat het risico op de verwachte nevenschade en burgerslachtoffers minimaal is. Ook tijdens wapeninzet doet Nederland er alles aan om burgerslachtoffers en nevenschade te voorkomen. Dit is een continu proces van checks and balances, ook in de cockpit. Na een aanval voeren de Nederlandse F-16 ’s, indien mogelijk, met hun eigen sensoren een Battle Damage Assessment (BDA) uit. Ze kijken naar het doel en bepalen of met de aanval het gewenste effect is bereikt. Ook kijken ze of er eventueel nevenschade is ontstaan. Het is moeilijk, soms zelfs onmogelijk, om een gedetailleerde BDA op de grond uit te (laten) voeren. De eenheid analyseert de beelden na de landing nauwgezet. Vervolgens maakt de commandant na deze analyse en debriefing een After Action Report (AAR) op. Hierin wordt de actie nauwkeurig beschreven, inclusief de exacte locaties en tijden van de aanval. Zodra sprake is van mogelijke burgerslachtoffers start Defensie direct een 

aanvullend onderzoek. Dit onderzoek richt zich op de rechtmatigheid van de inzet en op eventuele procedurele fouten. Ondanks de zorgvuldige processen die daarvoor zijn ingericht, kan het risico op burgerslachtoffers helaas nooit volledig worden uitgesloten. Sinds het begin van de inzet in oktober 2014 hebben Nederlandse F-16’s 2.100 missies uitgevoerd, waarbij meer dan 1.800 keer wapens zijn ingezet. Naar aanleiding van de After Action Reports heeft Defensie drie gevallen onderzocht waarbij mogelijk burgerslachtoffers zijn gevallen. De commandant stelt het OM door tussenkomst van de Koninklijke Marechaussee op de hoogte van iedere wapeninzet van Nederlandse eenheden. Het OM heeft eigenstandig besloten feitenonderzoeken in te stellen naar vier gevallen, inclusief de drie door Defensie onderzochte gevallen. Hierover is uw Kamer openbaar en vertrouwelijk geïnformeerd. Zoals met uw Kamer gedeeld, hecht het kabinet aan open en transparante communicatie over inzet, ook wanneer dit slecht nieuws is. Dat geldt bij uitstek ook voor de uitzonderlijke gevallen waar mogelijk sprake is van burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet. Daarom hecht het kabinet er aan uw Kamer over deze specifieke gevallen te informeren. In algemene zin blijft de afweging tussen transparantie en nationale en operationele veiligheid leidend. Het OM onderzocht de volgende vier gevallen, waarbij zoals gezegd in geen geval aanleiding was voor een vervolgonderzoek. 1) Het eerste geval betrof een aanval van Nederlandse F-16’s op een faciliteit waar zogenoemde vehicle borne IEDs werden gefabriceerd. Na de aanval vonden secundaire explosies plaats waardoor een aantal andere gebouwen in de omgeving werden vernietigd. In de IED-fabriek bleken later veel meer explosieven te hebben gelegen dan vooraf bekend was of kon worden ingeschat. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerslachtoffers zijn gevallen. 2) In het tweede geval is een vermeend hoofdkwartier van ISIS aangevallen. Achteraf bleek het een woonhuis te zijn. Nadien is vastgesteld dat de coalitie inlichtingen die hebben geleid tot het identificeren van het doel onjuist waren. Voorafgaand en tijdens de inzet waren er voor de F-16- vliegers geen indicaties dat de informatie onjuist was. Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen. 3) Het derde geval ging om een aanval op een gebouw. Uit beelden van de cockpit blijkt dat onverwachts een passerende auto in de blast range van een bom is gereden. Hierbij zijn mogelijk burgerslachtoffers gevallen. 4) Bij het vierde geval is de targeting pod van een F-16 verkeerd afgesteld. Bij de inzet van het wapen is een onbewoond gebouw geraakt dat naast het eigenlijke doelwit stond. Hierbij zijn geen burgerslachtoffers gevallen. 

Financiën De Nederlandse bijdrage aan de strijd tegen ISIS in 2017, bestaande uit deelname aan de Air Taskforce Middle East (ATFME) en de Capacity Building Mission in Iraq (CBMI), heeft in totaal 39,1 miljoen euro gekost. De additionele uitgaven voor de missie ter bestrijding van ISIS, opnieuw bestaande uit deelname aan de ATFME en de CBMI, zijn in 2018 geraamd op 97 miljoen euro. In de eerste twee maanden van 2018 is ongeveer 6,2 miljoen euro gerealiseerd. Deze additionele uitgaven worden geheel gefinancierd uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) voor crisisbeheersingsoperaties. 

De Minister van Buitenlandse Zaken, 
De Minister van Defensie, 
Stef Blok 
Ank Bijleveld-Schouten 
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, 
Sigrid A.M. Kaag    

EINDE BRIEF AAN TWEEDE KAMER

[51]

WIKIPEDIARUSSISCHE ROULETTE

https://nl.wikipedia.org/wiki/Russische_roulette

[52]

ZIE VOOR GENOEMDE NEDERLANDSE BOMBARDEMENTEN MET DODELIJKE SLACHTOFFERSNOTEN 12, 13, 23 EN 24
ZIE OOK ARTIKEL:
21 september 2015, Mosul, Irak, na middernacht: Bassim Razzo (56), accountmanager bij een telecommunicatiebedrijf, schrikt wakker in zijn bed in een vrijstaand huis in een buitenwijk. Zijn woning trilt, hij voelt de smaak van bloed in zijn mond. Als hij naar boven kijkt, ziet hij niet het plafond van zijn slaapkamer, maar de sterrenhemel. Bewegen kan hij niet meer en als hij de naam roept van zijn vrouw Mayada en die van zijn dochter Tuqa, komt er geen antwoord. Daarna verliest hij het bewustzijn. Als Bassim weer bijkomt, ligt hij in een ziekenhuis. Zijn vrouw en zijn dochter zijn dood, zijn huis is verwoest. Net zoals het huis ernaast: waar zijn broer met zijn gezin woonde. De panden zijn geraakt door twee westerse bommen. De coalitie dacht een hoofdkwartier van IS te raken, het bleken twee gewone woonhuizen.”ADNEDERLANDSE BOMBARDEMENTEN IRAK EN SYRIE: ONSCHULDIGEN STIERVEN BIJ 2500 MISSIES8 JANUARI 2019https://www.ad.nl/buitenland/nederlandse-bombardementen-irak-en-syrie-onschuldigen-stierven-bij-2500-missies~ae4ecd8c/ De missie tegen IS was een succes, maar de Nederlandse bommen op Irak en Syrië maakten ook onschuldige slachtoffers. Verslag van een nog onvoltooide zoektocht naar de ‘collateral damage’.21 september 2015, Mosul, Irak, na middernacht: Bassim Razzo (56), accountmanager bij een telecommunicatiebedrijf, schrikt wakker in zijn bed in een vrijstaand huis in een buitenwijk. Zijn woning trilt, hij voelt de smaak van bloed in zijn mond. Als hij naar boven kijkt, ziet hij niet het plafond van zijn slaapkamer, maar de sterrenhemel. Bewegen kan hij niet meer en als hij de naam roept van zijn vrouw Mayada en die van zijn dochter Tuqa, komt er geen antwoord. Daarna verliest hij het bewustzijn. Als Bassim weer bijkomt, ligt hij in een ziekenhuis. Zijn vrouw en zijn dochter zijn dood, zijn huis is verwoest. Net zoals het huis ernaast: waar zijn broer met zijn gezin woonde. De panden zijn geraakt door twee westerse bommen. De coalitie dacht een hoofdkwartier van IS te raken, het bleken twee gewone woonhuizen.

Dit is een verhaal over de zoektocht naar de collateral damage van de Nederlandse bombardementen op Irak en Syrië. Die militaire missie tegen terreurgroep IS eindigde op 31 december, de vier Nederlandse F-16’s zijn weer thuis. De missie was een succes, stelt het ministerie van Defensie. IS is teruggedrongen. ,,Nu moeten we de Iraakse overheid helpen om hun overwinning op IS vast te houden en te steunen in de wederopbouw”, zei minister Bijleveld van Defensie dit najaar.

Maar hoe hoog was de prijs van dat succes? Hebben Nederlandse bommen burgerslachtoffers gemaakt? En zo ja, wie waren het en heeft Nederland iets gedaan om ze te compenseren voor hun leed?

Vrij weinig

Vanaf september 2014 maakte Nederland, samen met onder meer Amerika en Groot-Brittannië, deel uit van de internationale coalitie tegen IS. Nederland vloog 2500 missies boven het strijdgebied, de vliegers gebruikten meer dan 1900 keer hun wapens. Alle coalitielanden samen gooiden ruim 100.000 bommen af. Er vielen, volgens de coalitie zelf, 1000 burgerdoden bij. Organisaties als Amnesty International en Airwars schatten dat aantal op zeker 7000.

Wat vertelt Nederland over die collateral damage? Vrij weinig. Ja, er zijn burgerslachtoffers gevallen, waarschijnlijk meerdere keren, blijkt uit openbare documenten van Defensie. Maar waar en wanneer dat gebeurde, wil het ministerie niet vertellen. Ook geeft ze geen schatting hoeveel burgers er zijn omgekomen door Nederlandse bombardementen.

In een brief aan de Tweede Kamer van april dit jaar schrijft Defensie dat het Openbaar Ministerie onderzoek heeft gedaan naar vier bombardementen waarbij mogelijk fouten zouden zijn gemaakt. Bij drie daarvan zijn mogelijk of zeker burgerslachtoffers gevallen.In een geval rijdt er plotseling een auto in de ‘blast range van de bom’. In de twee andere gevallen gaat er meer mis. Een Nederlandse F-16 gooit een bom op een gebouw dat door IS gebruikt wordt als fabriek voor autobommen. Een legitiem doel, maar er blijken veel meer explosieven te liggen dan verwacht. ,,Door secundaire explosies wordt een aantal andere gebouwen in de omgeving vernietigd. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerdoden zijn gevallen”, schrijft het ministerie. Bij het tweede incident blijkt een verondersteld hoofdkwartier van IS een gewoon woonhuis te zijn. De inlichtingen waren ‘onjuist’. ,,Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen.” Het OM sluit het onderzoek: dat het fout ging, was niet aan Nederland te wijten.

Wat ging er mis?

Waar precies en wanneer hebben die incidenten plaatsgevonden? Wat ging er mis in de planning? Hoeveel slachtoffers waren er? Defensie wil er geen antwoord op geven.

Daarom doen we een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur (WOB). We vragen om de after action reports van de genoemde incidenten, die plaats hebben gevonden tussen oktober 2014 en juni 2016 in Irak. Ons WOB-verzoek wordt afgewezen vanwege ‘nationale en operationele veiligheid’. ,,Verstrekking zou het risico voor de veiligheid van de militairen en de Nederlandse samenleving kunnen vergroten”, stelt Defensie.

Ook het Openbaar Ministerie, dat de incidenten onderzocht, wijst ons verzoek om documenten af. We vragen het OM ook of het onderzocht heeft hoe het kwam dat de inlichtingen die Nederland kreeg, niet klopten. Dat is niet onze taak, meldt een woordvoerder.Het Amerikaanse hoofdkwartier Centcom in Florida dan? Zij doen de woordvoering over de acties van de coalitie. De Amerikaanse reactie: ,,We doen nooit uitspraken over bijdrages van individuele landen.” Ons beroep op de Freedom of Information Act staat momenteel op plek 624 in de wachtrij.

Gewoon woonhuis

We zoeken contact met journaliste Azmat Khan die voor The New York Times in Irak zelf onderzoek deed naar burgerslachtoffers. Samen zetten we alle bekende incidenten op een rij waarbij de coalitie dacht dat het een IS-hoofdkwartier bombardeerde, maar waar het doel uiteindelijk een gewoon woonhuis bleek. Het soort incident waarvan Nederland in de Kamerbrief erkent dat het erbij betrokken is geweest. We vinden één match in de betreffende periode: de dodelijke aanval op twee vrijstaande woningen bij Mosul op 21 september 2015, waarbij Bassim Razzo zijn familie verloor. ,,Er gaat geen dag voorbij dat ik niet aan ze denk”, zei Razzo, die zelf studeerde in de VS, erover in The New York Times.

Had Nederland een aandeel in die gruwelijke vergissing? Uit een Amerikaans document blijkt dat ‘de VS direct betrokken was bij deze aanval’. ,,Het doel was opgezet en goedgekeurd door het hoofdkwartier en de VS leverde airframes en munitie voor de aanval.‘’

Dat is een ‘zeer cryptische omschrijving’, stelt Peter Wijninga, een voormalige luchtmachtofficier die nu verbonden is aan het Haagse Centrum voor Strategische Studies. ,,Airframes is luchtmachtjargon voor vliegtuigen, letterlijk ‘casco’, zonder bemanning dus. Het kan erop wijzen dat de vliegtuigen werden bemand door vliegers van een andere nationaliteit. Kortom: wordt hier een coalitiepartner uit de wind gehouden of probeert men de eigen rol te verdoezelen?‘’

Als we Defensie vragen of Nederlandse piloten in toestellen van andere landen hebben gevlogen, antwoordt het ministerie dat dat boven Irak inderdaad is gebeurd. ,,In het kader van een uitwisselingsproject.‘’BURGERSLACHTOFFERSHet weekbericht van Defensie meldt in de betreffende week van 2015: ,,Bij een van de coalitiemissies had een Nederlandse F-16-vlieger de leiding over een luchtaanval op verschillende ISIS-doelwitten. Er namen verschillende vliegtuigen van de coalitie hieraan deel.” Meer informatie geeft niemand.

We maken ook een lijst van bombardementen die voldoen aan het tweede incident waarbij Nederland betrokken is geweest: aanvallen waarbij een bommenfabriek is getroffen, maar waarbij door ‘secondary explosions’ onbedoeld ook burgerslachtoffers zijn gevallen. We komen tot vijf aanvallen die enigszins overeenkomen, bij elk van die aanvallen vielen tussen de vijf en tien burgerdoden. Van die aanvallen is niet bekend wie ze heeft uitgevoerd.
De grootste tragedie vond plaats op 3 juni 2015 bij de stad Hawija, Irak: de coalitie bestookt daar een IS-bommenfabriek op een industrieterrein, maar omdat er veel meer explosieven liggen dan gedacht, ontstaat een ravage. Omwonenden melden aan internationale persbureaus 70 doden, onder wie veel burgers én 26 kinderen. De coalitie bevestigt de aanval, maar zegt niets over burgerdoden.

Op social media zijn geen beelden van de resten van de bom te vinden die kunnen helpen bij identificatie. De nabestaanden van de burgerdoden in Hawija hebben geen idee door welk land hun geliefden zijn gebombardeerd. 
OORLOGSRECHT,,Bij luchtaanvallen mogen, volgens het oorlogsrecht, burgerslachtoffers vallen. Als er maar zo veel mogelijk wordt gedaan om het te voorkomen”, stelt advocate Liesbeth Zegveld, gespecialiseerd in mensenrechtenschendingen. ,,Maar we zijn ook verplicht de doden te registreren en we weten niets over de slachtoffers die we met onze bombardementen in Irak en Syrië maken.”

Zegveld vertegenwoordigt Mohammed Ahmed, een Irakese student die op 26 januari 2015 van Mosul met een taxi naar Bagdad probeerde te komen. De bom die de taxi raakte, doodde zijn moeder. Mohammed heeft geen idee welk land de bom heeft afgeworpen. Zegveld vroeg het de Nederlandse overheid, maar kreeg de informatie niet. Begin 2019 start ze in Nederland een rechtszaak namens Ahmed, in de hoop dat er dan gegevens boven tafel komen. ,,Het is bizar dat deze mensen nu in het duister tasten.‘’

Als de herkomst van de bom bekend is, kan Ahmed om verantwoording en eventueel om compensatie vragen. Dat laatste is nu een ondoorzichtig traject. Nabestaanden en andere slachtoffers moeten bij de Irakese overheid aankloppen voor schadevergoeding. Het systeem dat daarvoor is opgezet, werkt amper, stellen deskundigen. Nederland heeft dit voorjaar bij de coalitie geopperd een centraal coalitiemeldpunt op te zetten waar burgerslachtoffers zich kunnen melden. De andere leden zagen er niets in.

Zegveld: ,,Het zou goed zijn als dat meldpunt er wel komt. Mijn cliënt heeft op zich niets tegen de rol van de coalitie in de oorlog in zijn land, maar dan moet die coalitie wel haar verantwoordelijkheid nemen. Het geldt ook voor Nederland: we willen meedoen met de grote jongens, maar dan moet je na A ook B zeggen.”

Immense verdriet

Maart, 2017. Bassim Razzo is de eerste Irakees die tijdens de oorlog tegen IS door het Amerikaanse leger wordt ontvangen om te praten over een schadevergoeding. Razzo heeft zijn materiële schade berekend: bijna 550.000 dollar, voor de verwoeste huizen, inventaris, auto’s en medische kosten. Het staat nog los van het immense verdriet over het verlies van zijn familie. ,,We willen ons medeleven uitspreken”, zegt een vertegenwoordiger van het Amerikaanse leger tijdens de bijeenkomst in Erbil, Irak. ,,Als excuses voor uw verlies bieden we u 15.000 dollar.” Razzo kijkt de militair vol ongeloof aan. ,,Sorry, dat kan ik niet aannemen. Dat is een belediging.”

Voor dit verhaal is onder meer gebruikgemaakt van de productie The Uncounted van The New York Times. Heeft u meer informatie over de Nederlandse bombardementen op Syrië en Irak? Anoniem en veilig delen kan via 
ad.publeaks.nlNederlandse F-16’s vertrokken in januari 2018 van vliegbasis Volkel naar het Midden-Oosten om daar mee te doen aan de strijd tegen terreurorganisatie Islamitische Staat. De toestellen zullen opereren vanuit Jordanië. 

[53]

WIKIPEDIAKABINET RUTTE II

https://nl.wikipedia.org/wiki/Kabinet-Rutte_II

[54] 

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden. 

NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN18 OCTOBER 2019
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september. 

[55]

[55]

”Tweede Kamerleden willen snel uitleg van het kabinet over de luchtaanval in 2015 in Irak waarbij zeker zeventig doden vielen, onder wie veel burgers. Ook willen ze weten waarom de Kamer hierover niet goed geïnformeerd is.

Het kabinet erkende vandaag dat Nederland verantwoordelijk is voor de luchtaanval. Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat bij de aanval op een munitiefabriek van IS in Hawija een wijk volledig werd verwoest. Nederland was ook betrokken bij een aanval op een woonhuis in de Iraakse stad Mosul, waarbij vier burgerdoden vielen.

Het ministerie van Defensie wist dat er in beide gevallen burgerslachtoffers waren, maar verzweeg dit aanvankelijk voor de Kamer, erkent het kabinet in een brief.”
NOSTWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK4 NOVEMBER 2020
https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

Tweede Kamerleden willen snel uitleg van het kabinet over de luchtaanval in 2015 in Irak waarbij zeker zeventig doden vielen, onder wie veel burgers. Ook willen ze weten waarom de Kamer hierover niet goed geïnformeerd is.

Het kabinet erkende vandaag dat Nederland verantwoordelijk is voor de luchtaanval. Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat bij de aanval op een munitiefabriek van IS in Hawija een wijk volledig werd verwoest. Nederland was ook betrokken bij een aanval op een woonhuis in de Iraakse stad Mosul, waarbij vier burgerdoden vielen.

Het ministerie van Defensie wist dat er in beide gevallen burgerslachtoffers waren, maar verzweeg dit aanvankelijk voor de Kamer, erkent het kabinet in een brief. Het argument om geen concrete mededelingen te doen over de Nederlandse betrokkenheid was dat de veiligheid van de militairen niet in gevaar mocht worden gebracht.

Heel ernstig

GroenLinks-Kamerlid Diks noemt de kwestie heel ernstig. Volgens haar heeft de Kamer meerdere malen om de informatie gevraagd. “Dat schaadt het vertrouwen van de Tweede Kamer. GroenLinks wil morgen uitleg van de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken.”

D66-Kamerlid Belhaij spreekt van een slechte zaak, waarover ze op de kortst mogelijke termijn in debat met de minister wil.

SP-Kamerlid Karabulut schrijft dat ze “de waarheid” eist. “Iets anders past een democratie niet”. “Duidelijk is wederom dat zonder onderzoeksjournalisten en andere critici deze waarheid waarschijnlijk nooit aan het licht was gekomen”.

Complex

PvdA-Kamerlid Kerstens benadrukt dat de situatie ter plekke complex was en dat de veiligheid van militairen ter plaatse altijd moet worden gewaarborgd. Toch vindt de PvdA ook dat openheid had moeten worden gegeven, zeker na herhaaldelijk aandringen van de Kamer.

“Defensie blinkt nu niet uit zichzelf uit in openheid, zo hebben we vaker moeten ervaren”.

Ook VVD-Kamerlid Bosman wil snel een debat. “Het is goed dat de minister, met respect voor de veiligheid van onze militairen, nu maximale transparantie geeft over de missie in Irak. Daarbij roept ze wel veel vragen op over twee specifieke missies, over de burgerslachtoffers die daar vielen en de communicatie daarover achteraf. Ik wil daar snel met de minister over in debat.”

Ook CDA en ChristenUnie willen snel een debat.

Onvolledige informatie

Minister Bijleveld erkent dat de Kamer verkeerd is geïnformeerd. Volgens haar had destijds beter niets gezegd kunnen worden. “Je zit in een operationele tijd, dan moet je niet communiceren. In verband met de operationele veiligheid, de persoonlijke veiligheid en de nationale veiligheid”. Volgens Bijleveld kan er nu de missie voorbij is wel openheid gegeven worden.

Ze schrijft in haar brief dat het in de toekomst anders moet. Kamerleden willen graag van haar horen hoe het kabinet dat ziet.

Bijleveld schrijft ook in de brief aan de Kamer dat de informatie waar de aanval op gebaseerd was niet volledig bleek.

“Men ging ervan uit dat er geen mensen verbleven in het gebied rondom de bommenfabriek. Maar vooral was men verrast door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde”.

De minister zegt de dood van de burgerslachtoffers “ten zeerste te betreuren”.

“Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen”, schrijft ze. “Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.”

Eerdere verklaringen over de aanval

Na de aanval op Hawija op 3 juni 2015 wist Defensie vrij snel dat er iets mis was gegaan en dat er onbedoelde nevenschade was.

Amerikanen zouden al kort na de aanval gemeld hebben dat er zowel burgerslachtoffers als IS-strijders waren omgekomen.

In antwoord op schriftelijke vragen schreef toenmalig minister Hennis op 22 juni 2015 dat er door Nederlands handelen geen burgers waren omgekomen.

Op 30 juni zegt zij in een Kamerdebat dat alle meldingen over burgerslachtoffers zijn onderzocht en dat het “tot nu toe niet het geval is geweest”.

In 2018 zegt André Steur -hoofd Operaties bij Defensie- tegen RTLnieuws dat de slachtoffers allemaal IS-strijders waren.In juni 2018 zegt minister Bijleveld in antwoord op vragen van de SP dat het om het belang van de veiligheid van de individuele vlieger en de eenheid, maar ook om de veiligheid van hun thuisfront en van de Nederlandse samenleving gaat. “Het kabinet is daarom ook niet bereid om in te gaan op verzoeken om meer informatie over deze gevallen.”

[56]

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN18 OCTOBER 2019
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.

Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.

Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija in september.

EINDE NOS BERICHT

ZIE BRIEF AAN TWEEDE KAMERZIE OVER AANVAL MUNITIEFABRIEK ONDER 1)ZIE OVER AANVAL OP MOSUL, OP EEN WOONHUIS, ONDER 2)

  De commandant stelt het OM door tussenkomst van de Koninklijke Marechaussee op de hoogte van iedere wapeninzet van Nederlandse eenheden. Het OM heeft eigenstandig besloten feitenonderzoeken in te stellen naar vier gevallen, inclusief de drie door Defensie onderzochte gevallen. 
Hierover is uw Kamer openbaar en vertrouwelijk geïnformeerd. Zoals met uw Kamer gedeeld, hecht het kabinet aan open en transparante communicatie over inzet, ook wanneer dit slecht nieuws is. Dat geldt bij uitstek ook voor de uitzonderlijke gevallen waar mogelijk sprake is van burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet. Daarom hecht het kabinet er aan uw Kamer over deze specifieke gevallen te informeren. In algemene zin blijft de afweging tussen transparantie en nationale en operationele veiligheid leidend. Het OM onderzocht de volgende vier gevallen, waarbij zoals gezegd in geen geval aanleiding was voor een vervolgonderzoek
. 1) Het eerste geval betrof een aanval van Nederlandse F-16’s op een faciliteit waar zogenoemde vehicle borne IEDs werden gefabriceerd. Na de aanval vonden secundaire explosies plaats waardoor een aantal andere gebouwen in de omgeving werden vernietigd. In de IED-fabriek bleken later veel meer explosieven te hebben gelegen dan vooraf bekend was of kon worden ingeschat. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerslachtoffers zijn gevallen. 
  2) In het tweede geval is een vermeend hoofdkwartier van ISIS aangevallen. Achteraf bleek het een woonhuis te zijn. Nadien is vastgesteld dat de coalitie inlichtingen die hebben geleid tot het identificeren van het doel onjuist waren. Voorafgaand en tijdens de inzet waren er voor de F-16- vliegers geen indicaties dat de informatie onjuist was. Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen. 

BLADZIJDE 12 VAN:
MEDEDELING AAN DE TWEEDE KAMER OVER DE BOMAANVAL OP HAWIJA EN DE ONTWIKKELINGEN ROND DE ANTI ISIS COALITIE

http://content1b.omroep.nl/urishieldv2/l27m677e797b0a39d024005e63ac48000000.df389e427806cc57454a8a856b1f7358/nos/docs/181019_kamerbrief.pdf

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Datum 13 april 2018 
Betreft Voortgangsrapportage Nederlandse bijdrage in de strijd tegen ISIS Pagina 1 van 13 Rijnstraat 8 2515XP Den Haag Postbus 20061 Nederland
www.rijksoverheid.nl

Onze Referentie DVB/CV-024/18 Uw Referentie Bijlage(n) In deze brief informeren wij u, met verwijzing naar de artikel 100-brief van 11 september jl. (Kamerstuk 27 925 nr. 615), over de voortgang van de Nederlandse inzet in de strijd tegen ISIS. Ook gaat deze brief in op een aantal toezeggingen dat aan uw Kamer is gedaan:
 1) Het informeren van uw Kamer over een eventuele wijziging van het mandaat voor de Nederlandse militaire inzet in Irak en Oost-Syrië; 
2) Aandacht te vragen in de internationale coalitie tegen ISIS voor het voorkomen van burgerslachtoffers en het instellen van een centraal meldpunt voor burgerslachtoffers door toedoen van de coalitie; 
3) Om in de anti-ISIS coalitie aandacht te vragen voor de discrepantie tussen enerzijds het door de coalitie erkende aantal burgerslachtoffers en anderzijds het aantal dat wordt genoemd in een onderzoek van de New York Times; 
4) Uw Kamer te informeren over de uitkomsten van de onderzoeken van het Openbaar Ministerie naar mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse militaire inzet;
 5) Uw Kamer te informeren over de overgang naar fase vier (normalisatie) van het campagne plan van de anti-ISIS coalitie. 
Het kabinet geeft in deze brief tevens antwoord op de vragen die zijn gesteld door de SP-fractieleden van de Eerste Kamer naar aanleiding van de artikel 100-brief van 11 september jl. 
Ontwikkelingen in de strijd tegen ISIS in Irak en Syrië De strijd tegen ISIS vindt plaats binnen een zeer complexe en fluïde context waar veel ontwikkelingen gevolgen hebben voor de voortgang van de strijd. 
Sinds de brief van 24 november jl. (Kamerstuk 27 925 nr. 616) is de gevechtskracht van ISIS verder afgenomen. Inmiddels lijkt ISIS lokaal echter weer aan kracht te winnen. In Irak verklaarde premier Abadi op 9 december jl. dat het Iraakse grondgebied was bevrijd, hoewel de strijd tegen terrorisme voortduurt. Sinds de start van de internationale strijd tegen ISIS in 2014 zijn zeven miljoen mensen uithanden van ISIS bevrijd waarvan maar liefst vijf miljoen in het afgelopen jaar. Drie miljoen mensen zijn teruggekeerd en pakken hun dagelijks leven weer op. Ondanks deze successen is de dreiging van ISIS nog niet verdwenen en is de groepering nog actief in Irak en Syrië en vormt nog altijd een aanzienlijke factor van instabiliteit in Irak en Syrië. ISIS blijft veerkracht tonen. Waar de groepering in het najaar van 2017 nog beschikte over grofweg twaalfduizend strijders, is dat aantal de afgelopen periode teruggelopen naar enkele duizenden. Het aantal strijders is de afgelopen maand echter toegenomen. Zoals gesteld in het Dreigingsbeeld Terrorisme in Nederland (DTN) (Kamerstuk 2018 Z0 5372) beschikt de groepering in Syrië over zogenoemde pockets in de Eufraatvallei en in het gebied grenzend aan Irak. Er is nog altijd sprake van intensief grensoverschrijdend transport tussen de ISIS-pockets in Syrië en de netwerken in Irak. In Irak bestaat ISIS uit vele kleinere terroristische netwerken verspreid over het land. Het is de verwachting dat ISIS dit ondergrondse netwerk in Irak de komende maanden verder zal uitbreiden. Mede met het oog op de aanstaande Iraakse verkiezingen in mei van dit jaar zal ISIS meer destabiliserende acties uitvoeren. Door de ontwikkelingen in Afrin, waarover uw Kamer op 14 maart jl. is geïnformeerd (Kamerstuk 326 23 nr. 200), zijn verschillende elementen van de Syrian Democratic Forces (SDF) weggetrokken uit de Eufraatvallei, waar zij tegen ISIS streden, naar Afrin. Daardoor is de voortgang in de strijd tegen ISIS in OostSyrië nagenoeg tot stilstand gekomen. Indien dit aanhoudt, kan dit ISIS de mogelijkheid geven om zich te herstellen en mogelijk zelfs terrein te heroveren. Op korte termijn kan dit gevolgen hebben voor het militaire campagneplan van de coalitie. Conform de motie Becker c.s. (Kamerstuk 21 501-02 nr. 1843) heeft Nederland de gevolgen van de Turkse operatie in Afrin, zoals het bemoeilijken van de strijd tegen ISIS, veroordeeld. Nederland zal in de anti-ISIS coalitie, in NAVOverband en ook in de VN-Veiligheidsraad, Turkije blijven aanspreken op negatieve effecten van het offensief op de strijd tegen ISIS. Een geïntegreerde inzet op zowel het politieke, militaire als stabilisatiespoor is blijvend van belang om de behaalde successen te bestendigen en te voorkomen dat ISIS of een soortgelijke organisatie zich opnieuw kan manifesteren. Ontwikkelingen in Irak Politiek Hoewel in mindere mate, zijn de relaties tussen de autoriteiten in Bagdad en Erbil sinds het onafhankelijkheidsreferendum in de Koerdische Autonome Regio (KAR) van 25 september jl. en de daaropvolgende overname door de Iraakse strijdkrachten van een deel van de betwiste gebieden, nog altijd gespannen. In januari 2018 hebben premier Abadi en premier Nichervan Barzani voor het eerst met elkaar gesproken. Er zijn nog onopgeloste punten, maar ook eerste positieve stappen. Zo is het vliegverbod voor internationale vluchten op Koerdische vliegvelden opgeheven na een decreet waarmee de Koerdische vliegvelden verder onder federale controle komen te staan. De eerste internationale vlucht is op 19 maart op Erbil geland. Ook heeft Irak 317 miljard dinar overgemaakt aan de Koerdische autoriteiten voor het uitbetalen van salarissen. Volgens de Koerdische autoriteiten is dit echter onvoldoende om de kosten te dekken. Er is nog geen overeenstemming over de uitvoer van olie en 

  het gebruik door federaal Irak van pijpleidingen die door de KAR lopen. De begroting voor 2018 die recent werd aangenomen geeft de Koerden daarnaast recht op een begrotingsaandeel van ongeveer 12,7 procent, in tegenstelling tot de eerder gehanteerde 17 procent. Tot slot is er nog niet gesproken over de status van de betwiste gebieden. Het is niet de verwachting dat deze problemen tussen Bagdad en Erbil worden opgelost voor de nationale parlementsverkiezingen van 12 mei 2018. Politieke strijd, waarbij partijen elkaar op ideologisch gedachtengoed bestrijden, ontbreekt, evenals publiek debat. Onderwerpen zoals corruptiebestrijding, de noodzaak van politieke en economische hervormingen, nationale verzoening, veiligheid en de crisis rond de levering van basisdiensten, komen nauwelijks aan bod. Ook is het politieke landschap erg gefragmenteerd. Premier Abadi blijft populair, vooral onder de sjiitische bevolking, vanwege zijn kordate optreden na het Koerdisch referendum en door het uitroepen van de bevrijding van Irak. Waarschijnlijk zullen na de verkiezing lange coalitieonderhandelingen nodig zijn. De provinciale verkiezingen, die ook op 12 mei plaats zouden vinden, zijn uitgesteld naar december 2018. Stabilisatie en humanitair In het licht van bovenstaande uitdagingen blijft de inzet van de internationale gemeenschap op het gebied van stabilisatie en humanitaire hulp in Irak van groot belang. Als gevolg van het offensief om Mosul zijn meer dan een miljoen mensen in Irak gevlucht. De humanitaire noden in Irak nemen langzamerhand af, maar nog altijd heeft een deel van de bevolking, voornamelijk ontheemden en andere kwetsbare groepen, behoefte aan levensreddende hulp. Nederland blijft in 2018 doorgaan met bijdragen via de Dutch Relief Alliance en het Iraq Humanitarian Pooled Fund voor een totaal van 10 miljoen euro. Ten aanzien van stabilisatiesteun heeft Nederland in december eenmalig een extra bijdrage van 12 miljoen euro geleverd aan het Funding Facility voor Stabilisation van de UNDP. Dit fonds draagt bij aan de eerste stabilisatienoden in op ISIS bevrijde gebieden. Momenteel zijn er meer dan 1200 projecten geïmplementeerd, zijn meer dan 800.000 mensen weer voorzien van watertoevoer en hebben meer dan 500.000 mensen weer toegang tot elektriciteit. Er zijn scholen herbouwd waardoor meer dan 120.000 kinderen weer naar school kunnen en er zijn 52 gezondheidsklinieken gebouwd die meer dan 1,2 miljoen mensen voorzien van zorg. Tegelijkertijd presenteerde de Iraakse regering tijdens de internationale Koeweitconferentie voor de wederopbouw van Irak in februari het nieuwe Resilience and Response Plan (RRP) voor wederopbouw. Veel bedrijven en organisaties namen deel aan de conferentie, waaronder het IMF, de Wereldbank en de ICRC. De Golfstaten hebben beloofd om bijna vier miljard dollar direct te investeren of in de vorm van een lening aan te bieden. Daarnaast hebben verschillende landen bijna negen miljard dollar aan exportkredieten toegezegd. EU Afgelopen december is de EU Advisory Mission (EUAM) in Irak van start gegaan die zich richt op capaciteitsopbouw van de veiligheidssector. De missie adviseert Irak bij de implementatie van de nationale veiligheidsstrategie. Nederland levert een civiel expert op het gebied van veiligheidsbeleid. Ook heeft de EU, mede op Nederlands aandringen, een nieuwe Irakstrategie gepubliceerd. Deze strategie 

richt zich op het behoud van de eenheid van Irak; een evenwichtig en democratisch bestuurssysteem; ondersteuning aan humanitaire hulp, herstel, stabilisering, ontwikkeling en wederopbouw; duurzame en inclusieve economische groei; versterken nationale identiteit en verzoening; effectief en onafhankelijk justitieel stelsel; instellen migratiedialoog; ondersteunen goede betrekking van Irak met haar buurlanden; en een sterk partnerschap tussen de EU en Irak. NAVO Op 15 februari jl. gaf de Noord Atlantische Raad van de NAVO, op verzoek van de anti-ISIS coalitie en Irak, opdracht om het huidige NAVO Training and Capacity Building programma in Irak (NTCB-I) te transformeren naar een volwaardige NAVO-missie. Uw Kamer werd hierover eerder geïnformeerd via het verslag van de NAVO defensie ministeriële bijeenkomst van 14 en 15 februari (Kamerstuk 28 676 nr. 285). Het zal gaan om een non-combat missie die, net zoals het huidige programma en EUAM, gericht is op capaciteitsopbouw van de veiligheidssector. Hiermee zal de missie een bijdrage leveren aan stabilisatie en hervorming van de veiligheidssector in post-ISIS Irak. De missie zal complementair zijn aan de activiteiten van andere internationale actoren zoals de VN, de EU en de anti-ISIS coalitie. Waar de focus van EUAM ligt op civiele aspecten en met name ondersteuning biedt aan het Iraakse ministerie van Binnenlandse Zaken zal de NAVO-missie voornamelijk ondersteuning bieden aan het ministerie van Defensie. Het kabinet onderzoekt de mogelijkheid om op termijn een bijdrage te leveren. Ontwikkelingen in Syrië De strijd tegen ISIS in Syrië speelt zich af tegen de achtergrond van een complexe en voortslepende burgeroorlog. De humanitaire situatie in Syrië blijft onverminderd schrijnend en naar verwachting zal het conflict de komende tijd voortduren. Over de situatie in Oost-Ghouta en Idlib is uw Kamer op 14 maart jl. geïnformeerd Deze brief bevatte eveneens een nadere appreciatie van de Turkse inval in Afrin. Verschillende bronnen melden dat sinds de start van het offensief een aanzienlijk aantal burgerslachtoffers is gevallen. Het kabinet kan deze verschillende cijfers niet verifiëren. Ook heeft het offensief een vluchtelingenstroom op gang gebracht. De VN (OCHA) schat dat in totaal 232.000 mensen uit Afrin zijn vertrokken sinds november 2017. Ook zou er sprake zijn van plunderingen. Nederland blijft hiervoor voortdurend aandacht vragen, zoals de minister van Buitenlandse Zaken ook stelde tijdens het algemeen overleg Raad Buitenlandse Zaken van 11 april jl. Sinds het begin van de burgeroorlog heeft Nederland 382,15 miljoen euro bijgedragen aan humanitaire hulp in Syrië. Nederland gaat in 2018 door met het bieden van humanitaire hulp, in totaal is er 20,1 miljoen euro begroot, zowel via grote ongeoormerkte bijdragen aan VN-organisaties en het Rode Kruis als via de crisis-specifieke Humanitarian Pooled Fund en de Dutch Relief Alliance. Deze bieden, daar waar humanitaire toegang mogelijk is, humanitaire hulp binnen heel Syrië. De stabilisatieprogrammering wordt momenteel herzien vanwege de veranderingen in Noord-Syrië. Hierover is uw Kamer geïnformeerd in de Kamerbrief van 14 maart jl. 

In reactie op de extreme geweldstoename heeft de VN Veiligheidsraad op 24 februari jl. unaniem resolutie 2401 aangenomen, waarin wordt opgeroepen tot een humanitair staakt-het-vuren van ten minste 30 dagen voor heel Syrië, met uitzondering van de strijd tegen door de Veiligheidsraad erkende terroristische organisaties. De minister van Buitenlandse Zaken heeft op 27 maart jl. in de VN veiligheidsraad alle strijdende partijen in het Syrische conflict, inclusief het Syrische regime, Rusland, Iran, Turkije en gewapende groepen, opgeroepen om zich te houden aan VN-Veiligheidsraad resolutie 2401. Ook heeft de minister gepleit voor het versterken van resolutie 2401 door middel van internationale monitoring van het staakt het vuren. Het kabinet betreurt ten zeerste het gebrek aan voortgang sinds de aanname van resolutie 2401. De minister heeft ook opgeroepen tot accountability en de vervolging en berechting van misdadigers, waaronder ISIS, dat mogelijk genocide heeft gepleegd. Uw Kamer werd via de Kamerbrief van 11 april (Kamerstuk 32 623 nr. 202) geïnformeerd over de gebeurtenissen in Douma. Een verontrustende ontwikkeling zijn de luchtaanvallen die het Syrische regime sinds 12 maart jl. weer uitvoert in de zuidelijke provincie Dera’a, ten oosten van Dera’a stad. In dit gebied was het geweldsniveau sinds de afspraken over deescalatiezones van mei jl. tussen Rusland, Turkije en Iran juist gedaald. Het is onduidelijk of dit een voorbode is van een grootschaliger offensief in het zuiden. In februari 2018 heeft een onderhandelingsronde van het Geneve-proces plaatsgevonden. Net als eerder bleven resultaten uit, mede door de onwil van het regime om serieus deel te nemen in het proces. Enkele dagen later volgde een Syrië-conferentie die Rusland in Sochi georganiseerd had, waar is afgesproken een grondwettelijke commissie samen te stellen onder auspiciën van VN-gezant De Mistura. Nederland blijft zich inzetten voor een politieke oplossing van het conflict in Syrië, alleen hiermee kan duurzame vrede worden bereikt. Nederland steunt het VN geleide vredesproces onder leiding van De Mistura. Ontwikkelingen in de regio Landen in de regio spelen een belangrijke rol in Irak en Syrië. De invloed van Iran in Irak blijft groot, terwijl Irak de relaties verbetert met Saoedi-Arabië, de Verenigde Arabische Emiraten, Libanon en Jordanië. In Syrië hebben Rusland, Iran en Turkije de grootste invloed op het conflict. Ondanks dat hun belangen verschillen hebben deze landen het afgelopen jaar met elkaar samengewerkt in het kader van de ‘Astana-besprekingen’. De effectiviteit van de in Astana afgesproken de-escalatiezones laat evenwel zeer te wensen over. Rusland toont zich onverminderd een steunpilaar voor het Syrische regime, zowel politiek als militair. Parallel aan intensivering van militaire inspanningen in OostGhouta en Idlib, heeft Rusland haar politieke gewicht ingezet in de VNveiligheidsraad. Zo was een veto van Rusland aanleiding voor het uitblijven van mandaatverlenging voor het onderzoekmechanisme naar het gebruik van chemische wapens in Syrië. Rusland heeft ook de onderhandelingen voor resolutie   

  2401 bemoeilijkt en verspreidt actief desinformatie, zowel in VNveiligheidsraadverband als daarbuiten. Turkije was met militaire steun aan rebellengroepen en haar militaire aanwezigheid in Noord-Syrië reeds een belangrijke actor in het Syrische conflict. Met de inval van het Turkse leger in de noordwestelijke regio Afrin is deze rol verder uitgebreid. Spanningen tussen Turkije en de VS, dat Koerdische militiestrijders in het noordoosten steunt, liepen hierbij op. De frontale aanval op de Koerdische YPG leidde eveneens tot spanning en onrust onder de Koerdische bevolking in buurlanden Turkije en Irak, alsook onder de Koerdische diaspora in de rest van de wereld. Ontwikkelingen in de anti-ISIS coalitie Op 13 februari jl. vond in Koeweit de ministeriële bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de anti-ISIS coalitie plaats en kwamen in Rome de ministers van Defensie bijeen. Tijdens deze bijeenkomsten werd wederom duidelijk dat, ondanks de geboekte successen en het uitroepen van de bevrijding van Irak, de strijd nog niet is gestreden. Net als Nederland spraken andere landen hun blijvende steun uit, niet alleen voor militaire inzet, maar ook voor inspanningen op het gebied van stabilisatie en wederopbouw. De militaire campagne bevindt zich thans ongewijzigd in fase drie van het campagneplan, gericht op het verslaan van ISIS. Tijdens de bijeenkomsten in Rome en in Koeweit is, zoals aan uw Kamer toegezegd in het algemeen overleg van 14 december jl., aandacht gevraagd voor zorgvuldigheid bij – en transparantie over – de inzet van het luchtwapen. Ook vroeg Nederland aandacht voor de discrepantie tussen meldingen van aantallen mogelijke burgerslachtoffers door enerzijds de coalitie en anderzijds door bronnen als de New York Times en onderzoekscollectief Airwars. De coalitie onderstreepte dat het voorkomen van burgerslachtoffers ten allen tijde de hoogste prioriteit heeft. ISIS blijft mensenrechtenschendigen begaan en gebruikt burgers als menselijk schild. Vooral in verstedelijkt gebied bemoeilijkt dit het coalitieoptreden. Het Amerikaanse hoofdkwartier Central Command (CENTCOM) onderzoekt elke melding van mogelijke burgerslachtoffers. Voor veel van de meldingen aan het adres van de coalitie ontbreekt echter voldoende bewijs om ze te kunnen verifiëren. Conform de toezegging aan uw Kamer, bracht Nederland het voorstel in voor een centraal coalitiemeldpunt voor mogelijke burgerslachtoffers of hun nabestaanden. In eerste instantie moeten Iraakse burgers hiervoor terecht kunnen bij de Iraakse autoriteiten. Daarnaast houdt een team in CENTCOM zich fulltime bezig met (het onderzoeken van) meldingen van mogelijke burgerslachtoffers. Dit team werkt nauw samen met onder andere Airwars. Maandelijks publiceert de coalitie een openbaar overzicht dat in gaat op meldingen van mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van coalitieoptreden. Tijdens de ministeriële bijeenkomst in Koeweit werden tevens de Guiding Principles over de toekomst van de coalitie aangenomen. In deze Guiding Principles is vastgelegd dat de inzet van de coalitie is gericht op het volledig wegnemen van de territoriale dreiging van ISIS in Irak en Syrië, het stabiliseren van bevrijde gebieden en het verstoren van ISIS-netwerken wereldwijd. De huidige inspanningen op het terrein van Foreign Terrorist Fighters (FTF), het 

verstoren van ISIS-financiering en het tegengaan van de ISIS-ideologie worden voortgezet en waar nodig aangepast aan de veranderende omstandigheden en ingebed in bredere diplomatieke (waaronder VN), militaire en contra-terrorisme inspanningen. Op 21 februari jl. kwam de Foreign Terrorist Fighter-werkgroep bijeen in Den Haag onder co-voorzitterschap van Nederland, Koeweit en Turkije. De bijeenkomst stond vooral in het teken van vraagstukken rond terugkerende buitenlandse ISIS-strijders uit Syrië en Irak. Landen en organisaties, zoals de VN en Interpol, deelden voortgang en nieuwe inzichten over informatie-uitwisseling voor detectie en bewijsvergaring, waarbij onder meer het belang van biometrische gegevens werd benadrukt. Nederland bood expertise aan om landen te ondersteunen in het verzamelen en analyseren van passagiersgegevens. VN Veiligheidsraadsresolutie 2396 (2017) verplicht landen om hiervoor een technische voorziening te ontwikkelen. De VS bracht de situatie van in Syrië gevangengenomen ISIS-strijders onder de aandacht en riep landen op waar mogelijk eigen onderdanen te repatriëren. Vervolging en berechting ISIS-strijders Nederland zet zich binnen alle relevante fora, waaronder de VN-Veiligheidsraad en de anti-ISIS coalitie, in om vervolging en berechting van ISIS-strijders te bevorderen. In het licht van de motie van Helvert c.s. (Kamerstuk 34775-V nr. 20), de motie Voordewind (Kamerstuk 21501-20-1108) en de motie Karabulut/Ploumen (34775-V nr. 60), heeft Nederland op 19 maart in de VNVeiligheidsraad de wens geuit dat de Veiligheidsraad genocide door ISIS erkent. Ook in de FTF-werkgroep heeft Nederland hiervoor aandacht gevraagd. De VS is vooralsnog het enige lid van de VN-Veiligheidsraad dat genocide door ISIS heeft erkend en is daarom een belangrijke partner om verdere steun te verwerven in de VNVR. Om tot de erkenning te komen wil het kabinet onder andere voortbouwen op VNVR resolutie 2379 (2017) die Nederland steunde om een VN onderzoeksteam op te richten dat ISIS-misdrijven in Irak onderzoekt. Deze resolutie stelt dat de daden van ISIS neer kunnen komen op genocide. Nederland pleit voor een snelle start van de werkzaamheden van het onderzoeksteam, maar heeft zorgen over het uitblijven van garanties dat het werk van het onderzoeksteam niet zal leiden tot veroordelingen tot de doodstraf. Als deze zorgen niet worden weggenomen kan Nederland het onderzoeksteam niet steunen, zowel financieel als met het delen van informatie. Ook heeft Nederland de VN aangemoedigd Irak te steunen met het instellen van een gespecialiseerde rechtbank voor internationale misdrijven, indachtig de motie Van Helvert (Kamerstuk 34775-V nr. 63). Ter ondersteuning van (internationale) opsporing en vervolging van misdrijven gepleegd in Syrië geeft Nederland logistieke en financiële steun aan het door de VN opgerichte International, Impartial and Independent Mechanism on international crimes committed in the Syrian Arab Republic (IIIM). Dit onderzoeksmechanisme zal bewijs van schendingen van humanitair oorlogsrecht en mensenrechten verzamelen, analyseren en bewaren. Nederland werkt hierbij samen met NGO’s. Ook worden dossiers voorbereid voor mogelijke strafrechtelijke vervolging. Tot heden zijn in Nederland geen personen vervolgd voor het plegen van genocide of medeplichtigheid aan genocide in relatie tot ISIS, maar wel voor andere, ook 

terroristische, misdrijven. Als er aanwijzingen zijn dat leden van ISIS zich schuldig hebben gemaakt aan (medeplichtigheid aan) genocide en Nederland heeft rechtsmacht (omdat het bijvoorbeeld gaat om Nederlandse verdachten en/of verdachten die zich in Nederland bevinden), biedt de Wet Internationale Misdrijven grondslag voor een eventuele vervolging door het Openbaar Ministerie. Op dit moment zijn die aanwijzingen er niet. Genocide is bovendien een complex misdrijf met een hoge bewijslast. Het is dan ook geen gegeven dat er voldoende bewijs voorhanden is om Nederlandse ISIS-strijders veroordeeld te krijgen voor genocide. Militaire inspanningen Mandaat Met de brief van 24 november jl. is uw Kamer geïnformeerd over de voortgang in de strijd tegen ISIS. Hierin zijn ontwikkelingen beschreven die gevolgen kunnen hebben voor de Nederlandse militaire inzet. Het kabinet blijft de situatie in Irak en Syrië voortdurend nauwlettend volgen. Mandaat voor optreden in Irak De rechtsgrond voor optreden van Nederlandse militairen in Irak is het verzoek tot militaire steun van Irak bij het verslaan van ISIS. Hoewel premier Abadi de overwinning op ISIS heeft uitgeroepen is het verzoek tot militaire steun niet ingetrokken of gewijzigd. ISIS voert nog steeds aanslagen uit in Irak. De rechtsgrond is daarmee onveranderd. Mandaat voor optreden boven Syrië De rechtsgrond voor het gebruik van geweld tegen ISIS in Syrië wordt gevormd door het recht op collectieve zelfverdediging op basis van artikel 51 van het VNHandvest, ten behoeve van de verdediging van Irak tegen ISIS-aanvallen vanuit Syrië. Om vast te stellen of een beroep kan worden gedaan op deze rechtsgrond gelden juridische beoordelingscriteria. Van deze beoordelingscriteria zijn feitelijke elementen afgeleid die van belang zijn voor het Nederlandse mandaat voor optreden in Oost-Syrië. Op 14 december jl. is met uw Kamer gesproken over die feitelijke elementen. De situatie is fluïde en de strijd speelt zich af in een complexe (internationale) context. Sinds eind 2017 is het aantal ISIS-strijders gedaald en de omvang van de gewapende ISIS-aanvallen in Irak afgenomen. Tegelijkertijd is de intentie van ISIS om een eigen kalifaat te stichten nog volop aanwezig. De laatste maand stijgt het aantal ISIS-strijders weer. Ontwikkelingen zoals die in Afrin compliceren de situatie verder. Soortgelijke ontwikkelingen, en de negatieve effecten hiervan op de strijd tegen ISIS, zijn van invloed op de Nederlandse inzet en de volkenrechtelijke rechtsgrond. Hieronder worden de vier elementen toegelicht die van belang zijn voor het mandaat: 1) “Doorlopende aanvallen van ISIS vanuit Syrië naar Irak.” Een beroep op het recht op collectieve zelfverdediging vereist dat sprake is van een doorlopende gewapende aanval. Met behulp van aanvoerlijnen vanuit Syrië worden nog bijna dagelijks aanvallen in Irak uitgevoerd. Er is een direct verband tussen de juridische eis van een gewapende aanval en het beginsel van proportionaliteit. Die houdt in dat de acties van de anti-ISIS coalitie in Syrië naar aard, omvang en intensiteit in verhouding moeten staan tot de gewapende aanval 

2) “Centrale aansturing van de gewapende aanval.” Hoewel er geen sprake meer lijkt van een fysiek ISIS-hoofdkwartier in Syrië, laat de wijze waarop ISIS optreedt zien dat er nog steeds sprake is van een vorm van centrale aansturing van de aanvallen die vanuit Syrië op Irak worden uitgevoerd. Waar die zich bevindt is op dit moment onduidelijk. 3) “Aanvoerlijnen van personeel en materieel vanuit Syrië naar Irak.” De grens tussen Irak en Syrië is poreus. Vooral in het noordelijk grensgebied is de controle zwak en makkelijk te omzeilen. Dagelijks worden strijders en wapens vanuit Syrië naar Irak verplaatst om te worden ingezet in de gewapende strijd in Irak. Hoewel deze bewegingen in omvang zijn afgenomen vormen zij een belangrijke ondersteuning voor het uitbreiden en versterken van het ondergrondse netwerk in Irak. Andersom trekken strijders van Irak naar Syrië, waar zij relatief ongestoord kunnen herstellen. 4) “Het Syrische regime is niet bereid of in staat om de aanvallen vanuit Syrië op Irak te stoppen.” Dit element komt voort uit het juridische criterium van noodzakelijkheid. De inzet en middelen moeten noodzakelijk zijn om de gewapende aanvallen af te slaan. Onderdeel van dit criterium in het geval de gewapende aanval wordt uitgevoerd door een nietstatelijke actor, is dat de staat niet in staat of bereid is zelf de aanval te stoppen. Hierbij gaat het erom of de staat effectief is in het stoppen van de aanval. Het Syrische regime is nog steeds niet in staat gebleken om de ISIS-aanvallen vanuit Syrië op Irak te stoppen. De minister van Buitenlandse Zaken stelde in het debat op 14 december jl. dat we opereerden aan de randen van het mandaat. Het kabinet concludeert op basis van bovenstaande dat er nog steeds een rechtsgrond is voor Nederlandse militaire inzet in Oost-Syrië. De inzet van de Nederlandse F-16’s staat nog in verhouding tot de schaal en omvang van de gewapende ISIS-aanvallen op Irak vanuit Syrië, er is nog steeds sprake van centrale aansturing en er is nog sprake van aanvoerlijnen van personeel en materieel. Ten slotte is het Syrische regime nog niet in staat gebleken de aanvallen van ISIS op Irak vanuit Syrië te stoppen. Het mandaat blijft derhalve vooralsnog ongewijzigd. De situatie op de grond blijft fluïde en veranderlijk, en ontwikkelingen kunnen gevolgen hebben voor het mandaat. Het kabinet houdt de situatie daarom voortdurend nauwlettend in de gaten. Uw Kamer zal worden geïnformeerd wanneer daar aanleiding voor is. Voortgang Nederlandse inzet De Nederlandse militaire bijdrage tracht zo flexibel mogelijk aan te sluiten bij de behoefte van de coalitie. Ook in het licht van militair-strategische ontwikkelingen kan worden besloten de inzet aan te passen. In de brief over de beschouwing van de Nederlandse militaire inzet van 24 november jl. werd aan uw Kamer gemeld dat, gezien de verandering in de trainingsbehoefte, één mobiel trainingsteam uit Noord-Irak terug werd gehaald. Vanwege de wijzigende behoeften en veranderingen op de grond sinds november heeft het kabinet besloten de Nederlandse militaire inzet verder aan te passen. Hiertoe zal nog een trainingsteam en ook de Nederlandse Special Operations Forces (SOF-)bijdrage worden teruggetrokken uit Noord-Irak. De Nederlandse SOF-bijdrage in Bagdad en een resterend trainingsteam in Noord-Irak zullen vooralsnog worden gehandhaafd. 
Trainingsmissie 

  In het afgelopen halfjaar heeft de Capacity Building Mission Iraq (CBMI), in samenwerking met partnerlanden, trainingen verzorgd aan Koerdische strijdkrachten. De voortgang in de strijd tegen ISIS sinds november en de ontwikkelingen rondom het onafhankelijkheidsreferendum en de daaropvolgende overname door de Iraakse strijdkrachten van de betwiste gebieden hebben gevolgen voor de Nederlandse trainingen. Na de herovering van Mosul en de verklaring van de bevrijding van Irak zijn de Peshmerga niet meer betrokken geweest bij direct optreden tegen ISIS. Hierdoor is de trainingsbehoefte afgenomen. Dit effect is versterkt door de opgelopen intra-Koerdische spanningen en het uitblijven van salarisbetalingen door de regering in Bagdad aan de Peshmerga. De Nederlandse trainingen werden uitgevoerd op verzoek van het Ministry of Peshmerga (MOP) en gecoördineerd door het Kurdish Training and Coordination Centre (KTCC) in Erbil. Het betrof vooral Wide Area Security (WAS) trainingen, Counter Improvised Explosive Devices (C-IED)-cursussen, cursussen voor bataljonsstaven en leiderschapstraining. Deze trainingen werden verzorgd op trainingscentra in Atrush, Beneslava, Menilla en Erbil. Na de terugtrekking van een van de trainingsteams blijft nog een Nederlands trainingsteam aanwezig om deze trainingen te verzorgen. In maart jl. maakte het nieuwe Duitse kabinet bekend dat de bijdrage aan de trainingsmissie tegen ISIS wordt beëindigd. Duitsland speelt een leidende rol binnen het KTCC en draagt die medio 2018 over aan Italië. Duitsland zal de trainers terugtrekken terwijl een kleine bijdrage, waaronder een geneeskundig element, achterblijft. Desondanks zal de Duitse terugtrekking waarschijnlijk gevolgen hebben voor de Nederlandse inzet in Noord-Irak. Deze gevolgen worden thans onderzocht. Advise & Assist De brief van 24 november jl. stelt dat waar de Iraakse strijdkrachten nog vechten tegen ISIS, zij behoefte blijven houden aan advisering en assistentie (A&A). In Noord-Irak, waar de Nederlands-Belgische A&A-taakgroep zit, is dit op het moment niet meer het geval. Overleg met de coalitie over een Iraakse partnereenheid of een andere invulling van de SOF-bijdrage heeft geen resultaat opgeleverd. Daarom is besloten de Nederlandse SOF-bijdrage vanuit Noord-Irak te beëindigen. Dit gebeurt in nauw overleg met België, waarmee de afgelopen periode naar volle tevredenheid is samengewerkt. Twee Nederlandse inlichtingenanalisten zullen het Belgische A&A-team in 2018 blijven ondersteunen. Ook in Bagdad verzorgt een klein aantal Special Forces trainingen aan Iraakse militairen. Deze bijdrage wordt gezien de blijvende behoefte aldaar voortgezet. Chirurgisch team Sinds januari 2018 is een Nederlands chirurgisch team van ongeveer tien personen ontplooid op de Al-Assad Air Base. Samen met chirurgische teams uit onder andere Denemarken, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk wordt dit team ingezet in een ziekenhuis geleid door de Verenigde Staten. Met deze schaarse capaciteit levert Nederland een waardevolle bijdrage aan de missie. 

  Luchtcampagne Sinds januari zijn vier F-16’s en het ondersteunende detachement van ongeveer 150 personen conform de planning volledig inzetbaar. De Nederlandse F-16’s worden bijna dagelijks ingezet boven Irak en Oost-Syrië waarbij zij voornamelijk opereren ter ondersteuning van grondtroepen (Close Air Support). Tijdens de ruim 100 missies is meerdere malen gewapende inzet gepleegd tegen ISIS-doelen, waaronder voertuigen, logistieke opslagplaatsen en wapenopstellingen. Het merendeel van de inzet vond plaats in Oost-Syrië. Gevolgen voor de gereedheid en geoefendheid De gevolgen voor de gereedstelling zoals verwoord in de artikel 100-brief van 11 september jl. blijven onveranderd van kracht. De aanpassing van de bijdrage in Noord-Irak levert geen significante verlichting op voor het herstel van de basisgereedheid. Dezelfde schaarse (logistieke) capaciteit blijft nodig om de Nederlandse bijdrage in stand te houden. De inzet van het C-130 transportvliegtuig was eenzijdiger dan verwacht. Dit heeft geleid tot een beperking van de operationele gereedheid. Burgerslachtoffers Defensie is door de minister van Justitie en Veiligheid geïnformeerd over de uitkomsten van de vier onderzoeken van het Openbaar Ministerie (OM) naar mogelijke burgerslachtoffers als gevolg van Nederlandse wapeninzet in de strijd tegen ISIS. Het OM ziet in geen van de vier gevallen aanleiding voor een vervolgonderzoek. De vier gevallen hebben zich in Irak voorgedaan tijdens de eerste inzetperiode van de F-16’s van oktober 2014 tot en met juni 2016. Het voorkomen van burgerslachtoffers en nevenschade heeft te allen tijde de hoogste prioriteit voor Nederland en de coalitie. Eerder is uw Kamer geïnformeerd over het uiterst zorgvuldige targeting proces van de coalitie en dus ook van Nederland. Mogelijke doelen worden eerst lange tijd geobserveerd om het risico van burgerslachtoffers te kunnen beoordelen. Luchtacties worden alleen uitgevoerd als het targeting proces volledig is doorlopen en het risico van nevenschade minimaal is. Voordat een doel wordt aangevallen, toetst de Red Card Holder (RCH), de senior militair in het Combined Air Operations Center (CAOC) in Qatar, de inzet aan het Nederlandse mandaat. De RCH, die wordt bijgestaan door een juridisch adviseur, toetst aan de hand van de Nederlandse Rules of Engagement en het politieke mandaat of de inzet binnen de Nederlandse kaders en het humanitair oorlogsrecht valt. Hierbij is belangrijk dat het risico op de verwachte nevenschade en burgerslachtoffers minimaal is. Ook tijdens wapeninzet doet Nederland er alles aan om burgerslachtoffers en nevenschade te voorkomen. Dit is een continu proces van checks and balances, ook in de cockpit. Na een aanval voeren de Nederlandse F-16 ’s, indien mogelijk, met hun eigen sensoren een Battle Damage Assessment (BDA) uit. Ze kijken naar het doel en bepalen of met de aanval het gewenste effect is bereikt. Ook kijken ze of er eventueel nevenschade is ontstaan. Het is moeilijk, soms zelfs onmogelijk, om een gedetailleerde BDA op de grond uit te (laten) voeren. De eenheid analyseert de beelden na de landing nauwgezet. Vervolgens maakt de commandant na deze analyse en debriefing een After Action Report (AAR) op. Hierin wordt de actie nauwkeurig beschreven, inclusief de exacte locaties en tijden van de aanval. Zodra sprake is van mogelijke burgerslachtoffers start Defensie direct een 

aanvullend onderzoek. Dit onderzoek richt zich op de rechtmatigheid van de inzet en op eventuele procedurele fouten. Ondanks de zorgvuldige processen die daarvoor zijn ingericht, kan het risico op burgerslachtoffers helaas nooit volledig worden uitgesloten. Sinds het begin van de inzet in oktober 2014 hebben Nederlandse F-16’s 2.100 missies uitgevoerd, waarbij meer dan 1.800 keer wapens zijn ingezet. Naar aanleiding van de After Action Reports heeft Defensie drie gevallen onderzocht waarbij mogelijk burgerslachtoffers zijn gevallen. De commandant stelt het OM door tussenkomst van de Koninklijke Marechaussee op de hoogte van iedere wapeninzet van Nederlandse eenheden. Het OM heeft eigenstandig besloten feitenonderzoeken in te stellen naar vier gevallen, inclusief de drie door Defensie onderzochte gevallen. Hierover is uw Kamer openbaar en vertrouwelijk geïnformeerd. Zoals met uw Kamer gedeeld, hecht het kabinet aan open en transparante communicatie over inzet, ook wanneer dit slecht nieuws is. Dat geldt bij uitstek ook voor de uitzonderlijke gevallen waar mogelijk sprake is van burgerslachtoffers door Nederlandse wapeninzet. Daarom hecht het kabinet er aan uw Kamer over deze specifieke gevallen te informeren. In algemene zin blijft de afweging tussen transparantie en nationale en operationele veiligheid leidend. Het OM onderzocht de volgende vier gevallen, waarbij zoals gezegd in geen geval aanleiding was voor een vervolgonderzoek. 1) Het eerste geval betrof een aanval van Nederlandse F-16’s op een faciliteit waar zogenoemde vehicle borne IEDs werden gefabriceerd. Na de aanval vonden secundaire explosies plaats waardoor een aantal andere gebouwen in de omgeving werden vernietigd. In de IED-fabriek bleken later veel meer explosieven te hebben gelegen dan vooraf bekend was of kon worden ingeschat. Het is zeer waarschijnlijk dat bij deze aanval burgerslachtoffers zijn gevallen. 2) In het tweede geval is een vermeend hoofdkwartier van ISIS aangevallen. Achteraf bleek het een woonhuis te zijn. Nadien is vastgesteld dat de coalitie inlichtingen die hebben geleid tot het identificeren van het doel onjuist waren. Voorafgaand en tijdens de inzet waren er voor de F-16- vliegers geen indicaties dat de informatie onjuist was. Bij deze aanval zijn burgerslachtoffers gevallen. 3) Het derde geval ging om een aanval op een gebouw. Uit beelden van de cockpit blijkt dat onverwachts een passerende auto in de blast range van een bom is gereden. Hierbij zijn mogelijk burgerslachtoffers gevallen. 4) Bij het vierde geval is de targeting pod van een F-16 verkeerd afgesteld. Bij de inzet van het wapen is een onbewoond gebouw geraakt dat naast het eigenlijke doelwit stond. Hierbij zijn geen burgerslachtoffers gevallen. 

Financiën De Nederlandse bijdrage aan de strijd tegen ISIS in 2017, bestaande uit deelname aan de Air Taskforce Middle East (ATFME) en de Capacity Building Mission in Iraq (CBMI), heeft in totaal 39,1 miljoen euro gekost. De additionele uitgaven voor de missie ter bestrijding van ISIS, opnieuw bestaande uit deelname aan de ATFME en de CBMI, zijn in 2018 geraamd op 97 miljoen euro. In de eerste twee maanden van 2018 is ongeveer 6,2 miljoen euro gerealiseerd. Deze additionele uitgaven worden geheel gefinancierd uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) voor crisisbeheersingsoperaties. 

De Minister van Buitenlandse Zaken, 
De Minister van Defensie, 
Stef Blok 
Ank Bijleveld-Schouten 
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, 
Sigrid A.M. Kaag    

EINDE BRIEF AAN TWEEDE KAMER  

[57]

Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, is hun niet meegedeeld. NEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN18 OCTOBER 2019
https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html [58]

”Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS…………”Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.”
NOSNEDERLANDSE LUCHTAANVAL OP IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

[59]

PARLEMENT.COMVERHOUDING TWEEDE KAMER EN KABINET

https://www.parlement.com/id/vkdyd8r900zl/verhouding_tweede_kamer_en_kabinet

Verhouding Tweede Kamer en kabinet

Tweede Kamer en kabinet hebben een eigen plaats in het staatsbestel, maar er bestaan ook relaties tussen beide. Een kabinet wordt gevormd op basis van de politieke krachtsverhoudingen in de Tweede Kamer. Het is gebruikelijk dat tijdens de vorming van het kabinet (de kabinetsformatie) afspraken worden gemaakt over het door het kabinet te voeren beleid. Zulke afspraken worden vastgelegd in een regeerakkoord.

De rol in het wetgevingsproces is dat de Tweede Kamer door de regering ingediende wetsvoorstellen moet goedkeuren. Maar de Kamer mag deze wetsvoorstellen ook wijzigen. Daarnaast heeft de Tweede Kamer het recht van initiatief: zij mag zelf wetsvoorstellen indienen.

De Tweede Kamer heeft verder een controlerende taak. Ernstige kritiek op een bewindspersoon of op het gehele kabinet kan tot afkeuring leiden en daarmee tot een gedwongen vertrek. Kabinet en bewindspersonen kunnen alleen aanblijven als zij het vertrouwen van een Kamermeerderheid hebben.

Inhoud


  1. Vertrouwensregel
  2. Dualisme en monisme
  3. Conflicten Tweede Kamer-kabinet
  4. Het inlichtingenrecht
  5. De rol van het enquêterecht
  6. Andere conflicten Tweede Kamer-bewindspersonen

1.

Vertrouwensregel

Het kabinet legt verantwoording af aan de Tweede Kamer op basis van de vertrouwensregel. Ministers en staatssecretarissen dienen het vertrouwen te genieten van een meerderheid van de Tweede Kamer. Daarbij geldt dat er vertrouwen bestaat totdat het tegendeel blijkt. De vertrouwensregel houdt in dat een minister, staatssecretaris of het kabinet als geheel moet aftreden als zij niet langer het vertrouwen genieten van het parlement (lees: de Tweede Kamer). De vertrouwensregel zegt dus niet dat bewindspersonen per se moeten aftreden als ze een fout hebben gemaakt.

Bij de beoordeling van de vertrouwensvraag is van belang dat verschillend kan worden gedacht over de reikwijdte van de ministeriële verantwoordelijkheid. Tevens speelt de vraag mee of een bewindspersoon redelijkerwijs iets had kunnen weten (wat hij of zij niet wist), of redelijkerwijs maatregelen had kunnen nemen (die hij of zij niet heeft genomen).

Aangezien het parlement zich bij zijn werkzaamheden voor een groot deel baseert op informatie die door het kabinet wordt verstrekt, wordt het vertrouwen van de Kamer in ieder geval geschaad als deze ontdekt dat de juistheid en de volledigheid van de verstrekte informatie te wensen overlaat.

Het kan ook gebeuren dat een bewindspersoon of het kabinet naar aanleiding van de ontwikkelingen in het debat zelf meent geen of onvoldoende vertrouwen te genieten, zonder dat de Kamer dit expliciet aangeeft. Het is ook mogelijk dat een motie van afkeuring (waarin het gevoerde of te voeren beleid wordt afgekeurd) wordt opgevat als een motie van wantrouwen.

2.

Dualisme en monisme

In Nederland mogen ministers en staatssecretarissen, behalve tijdelijk tijdens de vorming van een nieuw kabinet na de verkiezingen, geen lid van de Tweede of Eerste Kamer zijn. De achtergrond hiervan is dat het parlement een onafhankelijke positie heeft ten opzichte van het kabinet. Met de onafhankelijkheid wordt beoogd de controle van het parlement op het kabinet(sbeleid) te bevorderen. Zo wordt voorkomen dat kabinetsleden zichzelf moeten controleren. Een dergelijk stelsel wordt dualistisch genoemd.

In de praktijk is het gedrag van de Tweede Kamer echter minder dualistisch. Hierop bestaat veel kritiek, omdat de weinig onafhankelijke houding van de Tweede Kamer ten koste gaat van de controle op en bijsturing van het kabinet. Vooral kabinetsformaties staan op gespannen voet met het dualisme.

Sinds de jaren tachtig zijn regeerakkoorden steeds gedetailleerder. Hierdoor heeft het kabinet aan speelruimte moeten inleveren. Het Torentje, de werkkamer van de minister-president waar veelal afspraken tussen kabinet en coalitiefracties uit de Tweede Kamer worden gemaakt, staat symbool voor het gebrek aan dualisme.

De Tweede Kamer lijkt bovendien steeds vaker op de stoel van de regering plaats te nemen. Zo slagen Kamerleden er vaker in moties aan te laten nemen en maken zij regelmatig gebruik van hun initiatiefrecht.

Er bestaan ook landen met een monistisch stelsel, waar de kabinetsleden tevens parlementslid zijn. Dit geldt bijvoorbeeld voor het Verenigd Koninkrijk.

3.

Conflicten Tweede Kamer-kabinet

In de geschiedenis van het parlementaire stelsel zijn er meerdere keren conflicten ontstaan tussen het kabinet en de Tweede Kamer die tot een crisis leidden. Op 11 december 1958 kwam er een einde aan de Rooms-rode-coalitie onder leiding van minister-president Drees. De Tweede Kamer nam een door de KVP’er Lucas ingediend amendement aan waardoor enkele tijdelijke belastingverhogingen niet met twee, maar slechts met één jaar werden verlengd. Minister Hofstra (PvdA) van Financiën had het aannemen daarvan onaanvaardbaar verklaard.

Het slot van de algemene beschouwingen over de begroting voor 1967 in de nacht van 13 op 14 oktober 1966 staat bekend als de Nacht van Schmelzer. Het debat eindigde namelijk met de aanneming van een door KVP-fractievoorzitter Schmelzer ingediende motie, die door het kabinet-Cals als motie van wantrouwen werd uitgelegd en die leidde tot zijn val.

Op 3 mei 1989 kwam er een einde aan bijna zeven jaar samenwerking tussen CDA en VVD onder minister-president Lubbers. De VVD-fractie kon zich niet vinden in het door het kabinet genomen besluit over afschaffing van het reiskostenforfait.

4.

Het inlichtingenrecht

Een belangrijke taak van de Tweede Kamer is het beoordelen van besluiten van het kabinet (en van individuele bewindspersonen). Bij die controlerende taak wordt gebruikgemaakt van het recht op inlichtingen, een recht dat ieder individueel Tweede Kamerlid heeft en dat is vastgelegd in de Grondwet. Een minister is verplicht gehoor te geven aan een verzoek van inlichting door de Tweede Kamer, tenzij er een beroep kan worden gedaan op strijdigheid met het belang van de staat.

5.

De rol van het enquêterecht

De Tweede Kamer heeft een grondwettelijk recht van enquête. Dat betekent dat de Kamer een onderzoek kan instellen naar een specifiek onderwerp om op die manier de regering te controleren. Ministers zijn verplicht zich te verantwoorden als de Tweede Kamer haar enquêterecht gebruikt.

Een enkele enquête had directe politieke gevolgen. Zo traden naar aanleiding van de paspoortenquête minister Van Eekelen en staatssecretaris Van der Linden af. Noodzakelijk is dat echter niet. Belangrijker zijn waarheidsvinding en aanbevelingen over toekomstig beleid en wetgeving. Zo leidde de enquête over de sociale zekerheid tot een andere organisatie van toezicht op en uitvoering van de sociale zekerheid.

De harde conclusies van het rapport van de enquêtecommissie Fyra waren op 28 oktober 2015 voor staatssecretaris Wilma Mansveld reden om af te treden. Zij was van 5 november 2012 tot en met 28 oktober 2015 staatssecretaris voor Infrastructuur en Milieu in het kabinet-Rutte II.

Op 5 februari 2002 besloot de Tweede Kamer een parlementaire enquête in stellen naar de aard en omvang van de fraude in de bouw. Verder zou worden bekeken of Justitie voldoende in staat was hiertegen op te treden. De enquêtecommissie stond onder voorzitterschap van Marijke Vos. De openbare verhoren vonden plaats van augustus tot en met september 2002. Op 12 december 2002 presenteerde de enquêtecommissie haar eindrapport. Minister Korthals, toenmalig demissionair minister van Defensie, trad naar aanleiding van één van de conclusies af.

De bekendste minister die ondanks het niet verstrekken van informatie mocht aanblijven, was Gijs van Aardenne. Als minister van Economische Zaken verzweeg hij informatie over financiële garanties aan het RSV-concern, omdat hij vreesde dat die wetenschap tot hogere schadeclaims van schuldeisers zou leiden. Een Tweede Kamermeerderheid verbond in december 1984 geen consequenties aan het negatieve oordeel dat de enquêtecommissie RSV daarover had uitgesproken. Van Aardenne gold sindsdien wel als ‘aangeschoten wild’.

6.

Andere conflicten Tweede Kamer-bewindspersonen

De geschiedenis kent ook conflicten tussen individuele bewindspersonen en de Tweede Kamer. Aangezien het parlement zich bij zijn werkzaamheden voor een groot deel baseert op informatie die door het kabinet wordt verstrekt, wordt het vertrouwen van de Kamer geschaad als deze ontdekt dat de juistheid en de volledigheid van de verstrekte informatie te wensen overlaat.

Er zijn een aantal voorbeelden te noemen waarbij er door onjuiste of onvolledige inlichting door het kabinet een onrustige situatie ontstond in de Tweede Kamer. Voormalig minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie en staatssecretaris Fred Teeven traden in 2015 af. Aanleiding was de afwikkeling van en informatievoorziening over een deal met topcrimineel Cees H. in 2000, de zogenoemde Teevendeal. Hoewel hun ontslag niet leidde tot de val van het kabinet, kwam het voorval de sfeer in de Tweede Kamer niet ten goede.

[60]

Heel ernstig

GroenLinks-Kamerlid Diks noemt de kwestie heel ernstig. Volgens haar heeft de Kamer meerdere malen om de informatie gevraagd. “Dat schaadt het vertrouwen van de Tweede Kamer. GroenLinks wil morgen uitleg van de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken.”

D66-Kamerlid Belhaij spreekt van een slechte zaak, waarover ze op de kortst mogelijke termijn in debat met de minister wil.

SP-Kamerlid Karabulut schrijft dat ze “de waarheid” eist. “Iets anders past een democratie niet”. “Duidelijk is wederom dat zonder onderzoeksjournalisten en andere critici deze waarheid waarschijnlijk nooit aan het licht was gekomen”.

NOS

TWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK

https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

Tweede Kamerleden willen snel uitleg van het kabinet over de luchtaanval in 2015 in Irak waarbij zeker zeventig doden vielen, onder wie veel burgers. Ook willen ze weten waarom de Kamer hierover niet goed geïnformeerd is.

Het kabinet erkende vandaag dat Nederland verantwoordelijk is voor de luchtaanval. Uit onderzoek van de NOS en NRC bleek twee weken geleden dat bij de aanval op een munitiefabriek van IS in Hawija een wijk volledig werd verwoest. Nederland was ook betrokken bij een aanval op een woonhuis in de Iraakse stad Mosul, waarbij vier burgerdoden vielen.

Het ministerie van Defensie wist dat er in beide gevallen burgerslachtoffers waren, maar verzweeg dit aanvankelijk voor de Kamer, erkent het kabinet in een brief. Het argument om geen concrete mededelingen te doen over de Nederlandse betrokkenheid was dat de veiligheid van de militairen niet in gevaar mocht worden gebracht.

Heel ernstig

GroenLinks-Kamerlid Diks noemt de kwestie heel ernstig. Volgens haar heeft de Kamer meerdere malen om de informatie gevraagd. “Dat schaadt het vertrouwen van de Tweede Kamer. GroenLinks wil morgen uitleg van de ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken.”

D66-Kamerlid Belhaij spreekt van een slechte zaak, waarover ze op de kortst mogelijke termijn in debat met de minister wil.

SP-Kamerlid Karabulut schrijft dat ze “de waarheid” eist. “Iets anders past een democratie niet”. “Duidelijk is wederom dat zonder onderzoeksjournalisten en andere critici deze waarheid waarschijnlijk nooit aan het licht was gekomen”.

Complex

PvdA-Kamerlid Kerstens benadrukt dat de situatie ter plekke complex was en dat de veiligheid van militairen ter plaatse altijd moet worden gewaarborgd. Toch vindt de PvdA ook dat openheid had moeten worden gegeven, zeker na herhaaldelijk aandringen van de Kamer.

“Defensie blinkt nu niet uit zichzelf uit in openheid, zo hebben we vaker moeten ervaren”.

Ook VVD-Kamerlid Bosman wil snel een debat. “Het is goed dat de minister, met respect voor de veiligheid van onze militairen, nu maximale transparantie geeft over de missie in Irak. Daarbij roept ze wel veel vragen op over twee specifieke missies, over de burgerslachtoffers die daar vielen en de communicatie daarover achteraf. Ik wil daar snel met de minister over in debat.”

Ook CDA en ChristenUnie willen snel een debat.

Onvolledige informatie

Minister Bijleveld erkent dat de Kamer verkeerd is geïnformeerd. Volgens haar had destijds beter niets gezegd kunnen worden. “Je zit in een operationele tijd, dan moet je niet communiceren. In verband met de operationele veiligheid, de persoonlijke veiligheid en de nationale veiligheid”. Volgens Bijleveld kan er nu de missie voorbij is wel openheid gegeven worden.

Ze schrijft in haar brief dat het in de toekomst anders moet. Kamerleden willen graag van haar horen hoe het kabinet dat ziet.

Bijleveld schrijft ook in de brief aan de Kamer dat de informatie waar de aanval op gebaseerd was niet volledig bleek.

“Men ging ervan uit dat er geen mensen verbleven in het gebied rondom de bommenfabriek. Maar vooral was men verrast door de grote hoeveelheid munitie in de fabriek, die voor een enorme tweede explosie zorgde”.

De minister zegt de dood van de burgerslachtoffers “ten zeerste te betreuren”.

“Dit is extra wrang wanneer ons handelen erop gericht was om zo veel mogelijk nevenschade, en bij uitstek burgerslachtoffers, te voorkomen”, schrijft ze. “Het betrof hier echter een oorlogssituatie waarbij deze risico’s nooit volledig kunnen worden uitgesloten.”

Eerdere verklaringen over de aanval

Na de aanval op Hawija op 3 juni 2015 wist Defensie vrij snel dat er iets mis was gegaan en dat er onbedoelde nevenschade was.

Amerikanen zouden al kort na de aanval gemeld hebben dat er zowel burgerslachtoffers als IS-strijders waren omgekomen.

In antwoord op schriftelijke vragen schreef toenmalig minister Hennis op 22 juni 2015 dat er door Nederlands handelen geen burgers waren omgekomen.

Op 30 juni zegt zij in een Kamerdebat dat alle meldingen over burgerslachtoffers zijn onderzocht en dat het “tot nu toe niet het geval is geweest”.

In 2018 zegt André Steur -hoofd Operaties bij Defensie- tegen RTLnieuws dat de slachtoffers allemaal IS-strijders waren.

In juni 2018 zegt minister Bijleveld in antwoord op vragen van de SP dat het om het belang van de veiligheid van de individuele vlieger en de eenheid, maar ook om de veiligheid van hun thuisfront en van de Nederlandse samenleving gaat. “Het kabinet is daarom ook niet bereid om in te gaan op verzoeken om meer informatie over deze gevallen.”

[61]

Complex

PvdA-Kamerlid Kerstens benadrukt dat de situatie ter plekke complex was en dat de veiligheid van militairen ter plaatse altijd moet worden gewaarborgd. Toch vindt de PvdA ook dat openheid had moeten worden gegeven, zeker na herhaaldelijk aandringen van de Kamer.

NOS

TWEEDE KAMER WIL OPHELDERING OVER BURGERDODEN IRAK

https://nos.nl/artikel/2309046-tweede-kamer-wil-opheldering-over-burgerdoden-irak.html

NOS

NEDERLANDSE LUCHTAANVAL IN IRAK VEROORZAAKTE ZEKER ZEVENTIG BURGERDODEN

https://nos.nl/artikel/2306652-nederlandse-luchtaanval-in-irak-veroorzaakte-zeker-zeventig-burgerdoden.html

Bij een aanval van een Nederlandse F-16 op een autobommenfabriek van IS in Irak zijn in 2015 zeker zeventig burgers gedood. Dat zeggen bronnen tegen de NOS en NRC. Door het bombardement werd een complete wijk in Hawija verwoest. Het was een van de bloedigste aanvallen van de internationale coalitie in de strijd tegen IS.

Het is de eerste keer dat duidelijk wordt waar Nederland heeft gebombardeerd in Syrië en Irak en hoeveel burgerslachtoffers daarbij zijn gevallen. Het kabinet zegt al jaren geen mededelingen te willen doen over concrete aanvallen en burgerslachtoffers vanwege de veiligheid.

Het Amerikaanse Pentagon bevestigt desgevraagd dat bij de aanval in de nacht van 3 juni 2015 zeventig burgers om het leven zijn gekomen. Ooggetuigen spreken van een veel hoger aantal doden, honderden gewonden en zeker 23 kinderen die zijn gestorven. Het ministerie van Defensie wil niet bevestigen dat Nederland betrokken was bij het bombardement.

Hoe de Nederlandse aanval zo gruwelijk mis kon gaan, is onduidelijk. De NOS en NRC hebben afgelopen zomer in Irak onderzoek gedaan naar het incident, en spraken daar met nabestaanden en autoriteiten. Daaruit blijkt dat bij de inwoners van Hawija algemeen bekend was dat er vluchtelingenfamilies verbleven rondom de fabriek. Toch is er gebombardeerd. Hawija was destijds in handen van IS.

De NOS sprak onder meer een Irakees die zegt dat hij als informant deze informatie wel heeft doorgegeven aan het Iraakse leger. Of die kennis de Nederlandse luchtmacht heeft bereikt, is onduidelijk.

Kon de Nederlandse Luchtmacht de aanval afblazen?

Nederlandse F-16’s werden tussen 2014 en 2016 en in 2018 ingezet in Irak en Syrië als onderdeel van een grote internationale coalitie. Daarbij werden vanuit Jordanië 2100 luchtaanvallen uitgevoerd. Doel van de missie was om IS te bestrijden.

Waar gebombardeerd zou worden werd bepaald in het internationale hoofdkwartier van de operatie in Bagdad. Op een tweede hoofdkwartier in Qatar werd alle beschikbare informatie nogmaals bestudeerd en uiteindelijk groen licht gegeven voor een aanval. Een Nederlandse jurist van Defensie controleerde de beschikbare informatie en had nee mogen zeggen. Ook de Nederlandse piloot had de aanval mogen afblazen, als hij het risico op burgerslachtoffers te groot achtte.

Volgens het Pentagon is het incident zo groot geworden door de enorme hoeveelheid munitie die in de fabriek lag opgeslagen. Die veroorzaakte een tweede explosie, zei de Amerikaanse luchtmachtgeneraal John Hesterman na de aanval op een persconferentie van de coalitie. Volgens Hesterman was het “targetingproces” zeer zorgvuldig, en is er gebruikgemaakt van een vrij kleine bom. Over vluchtelingen ter plaatse heeft hij het niet.

Tweede Kamer

Aan Kamerleden is vorig jaar alleen verteld (.pdf) dat bij een aanval op een autobommenfabriek “zeer waarschijnlijk” burgerslachtoffers zijn gevallen. Over de ernst van het incident is de Tweede Kamer nooit geïnformeerd, ook niet toen er door Kamerleden specifiek naar is gevraagd. Dat het om het incident bij Hawija gaat, dat het zeker is dat er tientallen burgers bij zijn omgekomen, en dat er vluchtelingen verbleven is hun niet meegedeeld.

Het Openbaar Ministerie onderzocht vorig jaar de zaak en concludeerde dat er geen aanleiding is om over te gaan tot vervolgonderzoek. Het Pentagon kwam tot dezelfde conclusie. Het OM heeft geen onderzoek gedaan in Hawija.

Geen schadevergoeding

Uit de gesprekken met slachtoffers in Hawija blijkt ook dat schadevergoedingen niet tot nauwelijks worden uitgekeerd. Volgens minister Bijleveld van Defensie kunnen nabestaanden, bij nevenschade door Nederlandse vliegtuigen veroorzaakt, zich melden. “In eerste instantie moeten de Iraakse burgers terechtkomen bij de Iraakse autoriteiten”, zei ze in mei in de Tweede Kamer.

Daarnaast bestaat er volgens de minister de mogelijkheid dat Nederland zelf schadevergoedingen uitkeert. “Mocht een Nederlandse inzet onverhoopt toch tot burgerslachtoffers leiden, dan zal per geval worden beoordeeld of er aanleiding is tot het betalen van schadevergoeding.”

Verschillende nabestaanden en gedupeerden in Irak zeggen dat ze bij de Iraakse overheid hebben aangeklopt voor een schadevergoeding. Velen hebben nooit meer iets uit Bagdad gehoord. De autoriteiten van Hawija bevestigen dit. Andere slachtoffers zeggen dat ze smeergeld moesten betalen, voordat ze een vergoeding kregen uitgekeerd.

Het onderzoek

Samen met Kees Versteegh en Jannie Schipper van NRC deed de NOS geruime tijd onderzoek naar de rol van Nederland bij het incident in Hawija. We spraken betrokkenen in Nederland, de Verenigde Staten en Irak.

Om meer duidelijkheid te krijgen over door Nederland uitgevoerde luchtaanvallen deed de NOS met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur tweemaal een verzoek bij het Openbaar Ministerie in Arnhem (in 2018) en eenmaal bij het ministerie van Defensie in Den Haag (in 2016). Alle verzoeken zijn afgewezen. Ook is er een Freedom of Information-verzoek gedaan in bij het Central Command in de Verenigde Staten. Dat verzoek loopt nog.

Jannie Schipper (NRC) bezocht in juli het Iraakse Kirkuk om daar met nabestaanden te praten. NOS-verslaggever Lex Runderkamp bezocht Hawija

Reacties uitgeschakeld voor Noten 1 t/m 61 bij artikel ”De verzwegen Nederlandse oorlogsmisdaden in Irak. Over ”onze waarden”, heimelijk bedrog en hypocrisie

Opgeslagen onder Divers

Ter kennisname aan de oppositiepartijen/Brief aan regeringspartijen over de VS liquidatie van Soleimani

TER KENNISNAME, AAN DE OPPOSITIEPARTIJEN/BRIEF AAN DE REGERINGSPARTIJEN OVER DE VS LIQUIDATIE VAN SOLEIMANI

DOCHTER VAN DE GELIQUIDEERDE GENERAAL SOLEIMANI https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/buitenland/artikel/4975886/qassem-soleimani-dochter-conflict-iran-verenigde-staten
https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html


Ter toelichting:
Zoals u weet heb ik de Tweede Kamerleden van de regeringspartijen een kritische brief gestuurd over het regerings ” begrip.. voor de VS liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani
Zie
AAN CHRISTEN-UNIE
https://www.astridessed.nl/nederlands-kabinet-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-brief-aan-christen-unie-regeringspartij-die-zich-graag-beroept-op-het-christelijke-geloof/
AAN D’66
https://www.astridessed.nl/nederlands-kabinet-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-brief-aan-d66-regeringspartij/

AAN VVD
https://www.astridessed.nl/nederlands-kabinet-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-brief-aan-vvd-regeringspartij/

AAN CDA

Deze brief [en wel die, gericht aan de VVD] heb ik toegestuurd aan alle Tweede Kamerleden van de oppositiepartijen, behalve de fascistische partijen PVV en Forum voor Democratie.Ook de christen-fundamentalistische SGP heeft deze brief niet ontvangen.
Zie hieronder de brief, hier gericht aan de Tweede Kamerleden van de PvdA

KENNISNAMEBRIEF AAN PVDA TWEEDE KAMERLEDEN: 

AANKAMERLEDEN VAN DE PvdA
Onderwerp:Brief aan regeringspartijen over de VS liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani
Geachte dames en heren,
Van hieruit een Gezond 2020 toegewenst
Zoals u uiteraard weet, heeft de Nederlandse regering ”begrip” getoond voor de VS liquidatie van de Iraanse generaal SoleimaniOmdat ik dat verwerpelijk en ONbegrijpelijk vind, zowel vanuit het oogpunt van gevaarlijk VS avonturisme als moreel [buitengerechtelijke executies zijn in strijd met het Internationaal Recht] heb ik de onder P/S vermelde brief naar de regeringspartijen VVD, CDA, D’66 en Christen-Unie gestuurd, met iets afwijkende teksten naar CDA en Christen-Unie, omdat deze partijen en met name het CDA, zich beroepen op hun ”christelijke” moraal
Maar deze brief krijgt u NIET alleen ter kennisname”:
Ook verwacht ik van u, dat u, voor zover nog niet gedaan, kritische Kamervragen aan het kabinet stelt over dit ”begrip”  voor een politiek-militaire daad, die als liquidatie in strijd is met het Internationaal Recht.En dan bedoel ik nadrukkelijk NIET kritiek ”omdat zo Nederlandse militairen in Irak in gevaar komen”, want a horen die militairen daar mi niet thuis en b, kan ik dergelijke kritiek weinig principieel noemen.
Doe dus uw best en toon, dat u, in tegenstelling tot de regering, WEL respect hebt voor het Internationaal Recht.
Ik reken op u

Vriendelijke groetenAstrid EssedAmsterdam
P/S

ZIEHIER DE BRIEF AAN DE REGERINGSPARTIJEN, HIER AAN DE VVD TWEEDE KAMERLEDEN

Astrid Essed To:a.bosman@tweedekamer.nl,h.lodders@tweedekamer.nl,anne.mulder@tweedekamer.nl,e.ziengs@tweedekamer.nl,m.harbers@tweedekamer.nland 27 more…Jan 24 at 7:43 AMAANDE TWEEDE KAMERLEDEN VAN de VVD
Vooraf:
Deze brief is eveneens gezonden aan uw collegae Tweede Kamerleden van de andere regeringspartijen met een iets afwijkende tekst aan het CDA en ter kennisneming aan uw andere collegae in de Tweede Kamer van de oppositiepartijen.
Onderwerp:Liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani in opdracht van de Amerikaanse president TrumpReactie van de Nederlandse regering
”Everyone has the right to life, liberty and security of person.”
ARTICLE 3, UNIVERSAL DECLARATION OF HUMAN RIGHTS
http://hrlibrary.umn.edu/instree/b1udhr.htm

Geachte dames en heren,
Allereerst vanuit hier een Gezond Nieuw Jaar toegewenst met respect voor het Internationaal Recht.
Want aan dat respect voor het Internationaal Recht ontbreekt het soms ten enenmale, in dit geval van de kant van de regering, waartoe uw partij behoort.Onze regering, en daarmee uw partij, is het Nieuwe Jaar namelijk op de meest foute manier begonnen.
Gaat u een belletje rinkelen?Zo niet, dan bij dezen:
Namelijk de reactie van de regering op de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani, in opdracht van de Amerikaanse president Trump. [1]
Alsof het al niet ernstig genoeg was, dat de VS meende zich het recht te mogen aanmeten, een generaal uit een land, waarmee zij niet in oorlog is, zomaar uit de lucht te schieten, wat niet meer of minder dan een buitengerechtelijke executie was [2], ging de Nederlandse regering zover, dat zij bij monde van CDA  minister Bijleveld van Defensie, verklaarde, wel ”begrip” te hebben voor deze liquidatie. [3]Ik citeer Bijleveld, die werd geinterviewd in het actualiteitenprogramma ”Op 1:”[TRANSCRIPTIE DEEL INTERVIEW”'[INTERVIEWER]”Staat Nederland, staat het kabinet achter deze liquidatie?”[BIJLEVELD]”Wij staan wel achter het feit, dat eh, ja, wij hebben begrip voor het feit, dat het is gebeurd.””Omdat, als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en als je kijkt naar wat Soleimani is, dat is denk ik ook wel goed om te zeggen, dat is natuurlijk geen heilig Boontje.”[INTERVIEWER]”Dat was een boef”[BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.Wat Iran sowiewo doet is echt heel verkeerd in dat land.Dus daar hebben wij begrip voor, ook voor beroep op het feit, dat het zelfverdediging is.Maar tegelijkertijd en dat hebben we ook aan de orde gesteld Nederland en dat zal mijn collega Blok ook aanstaande vrijdag in de Europese Raad aan de orde stellen-tegelijkertijd kom je daarmee in een situatie die het voor het land en de mensen daar nog veel ingewikkelder maakt en dat mag eigenlijk niet.” [4]
Wat, Geachte dames en heren, VVD Tweede Kamerleden, bezielt deze regering eigenlijk?Niet alleen leidt dit cowboy VS avonturisme tot escalatie in een toch al explosieve regio, met een dergelijk ”begrip” legitimeert dit kabinet een ordinaire moordaanslag, want dat zijn deze buitengerechtelijke executies! [5]De VS is niet met Iran in oorlog [al doen zij er met dergelijke Rambo [6] acties wel erg hun best voor], noch lanceerde generaal Soleimani een aanval op Amerikaanse  bodem, wat een militaire handeling tegen hem gerechtvaardigd zou hebben. [7]Tenzij de Verenigde Staten, Irak, Syrie en die landen in het Midden-Oosten en Voor Azie als hun achtertuin beschouwen, waarop IK zeg:De Verenigde Staten zijn wel ver van huis, he.Trouwens, wat wel te verwachten was:Irak heeft deze liquidatie, waarbij ook een hoge Iraakse militair om het leven kwam en nog een aantal anderen [8], scherp veroordeeld.[9]Logisch:Zij willen de vete tussen de VS en Iran niet zien uitgevochten op hun grondgebied!Irak is immers een soevereine Staat [10], geen achterstaartje van de VS!
SPECIALE VN RAPPORTEUR VOOR BUITENGERECHTELIJKE EXECUTIES
In mijn felle veroordeling van deze VS liquidatie, die een flagrante schending is van het Recht op Leven [11], sta ik bepaald niet alleen, maar verkeer ik in goed gezelschap van Agnes Callamard, Speciale VN rapporteur van Buitengerechtelijke Executies, die deze liquidatie heeft veroordeeld als ”illegaal” [12]
Is het dan niet triest te bedenken, dat de Nederlandse regering, waarvan uw partij deel uitmaakt en volgens artikel 90, Nederlandse Grondwet, de ontwikkeling van de Internationale Rechtsorde dient te bevorderen [13], het bestaat, voor politieke liquidaties als deze ”’begrip” te hebben? [14]
Waarin verschilt een Staatsliquidatie als deze  van liquidaties a la de Bende van Redouan Taghi? [15]In een opzicht slechts:Staatsliquidaties zijn een groter risico voor de wereldvrede.
Voor de rest:
In beide gevallen, ordinaire moordaanslagen.
Onkent u dat?
Wie en wat geeft dan een land, zonder dat er sprake is van een directe militaire aanval op dat land, of een aantoonbaar levensgroot risico daarop [16], het recht, politieke tegenstanders, die ze niet welgevallig zijn, de lucht uit te schieten?
En dan is het NOG erger, als andere landen roepen, daarvoor ”begrip” te hebben! [17]
Uw partij moet zich daarvoor diep schamen!

EPILOOG
Ik kan mij vergissen, maar ik heb VVD Kamerleden niet hard horen protesteren tegen het ”begrip” dat de Nederlandse regering heeft getoond voor Trump’s liquidatie politiek.
Het wordt hoog tijd, dat dat wel gebeurt!
Wilt u serieus genomen worden in de Grondwettelijke plicht, de ontwikkeling van de Internationale Rechtsorde te bevorderen?

TOON DAT DAN en stel Kamervragen over deze weerzinwekkende VS liquidatiepolitiek!
Want Soleimani mag dan, volgens minister Bijleveld ”een echte boef” geweest zijn [18], dat betekent niet, dat mensenrechten en Internationaal Recht op hem niet van toepassing zijn.
Want mensenrechten gelden iedereen.Toch?
Niet alleen de Westerse bondgenoten?
Neem uw verantwoordelijkheid en stel kritische Kamervragen.
Anders bent u, politiek en moreel, medeverantwoordelijk voor het gedogen van executies zonder vorm van proces.
Ik verwacht, dat u uw verantwoordelijkheid neemt.
Begin het Jaar goed.Respecteer het Internationaal Recht!
Respecteer het Recht op Leven!
Vriendelijke groeten
Astrid EssedAmsterdam 

NOTEN

[1]

NOSVS DOODT IRAANSE GENERAAL MET RAKETAANVALLEN OP VLIEGVELD BAGDAD

https://nos.nl/artikel/2317138-vs-doodt-iraanse-generaal-met-raketaanvallen-op-vliegveld-bagdad.html

TEKST

Het Amerikaanse leger heeft een hoge Iraanse militair gedood met raketaanvallen in Irak. De dood van generaal Soleimani van de Iraanse Revolutionaire Garde wordt bevestigd door Iran en het Amerikaanse ministerie van Defensie.

Volgens het Pentagon is de liquidatie bij de internationale luchthaven van Bagdad uitgevoerd op bevel van president Trump. Een drone vuurde raketten af op auto’s bij een vrachtterminal.De Amerikaanse president heeft op Twitter een afbeelding van een Amerikaanse vlag geplaatst.

Soleimani was leider van de Quds-brigade, een elite-eenheid binnen de Revolutionaire Garde. De Iraanse minister van Buitenlandse Zaken noemt de moord “uitzonderlijk gevaarlijk en een domme escalatie”. Hij zegt dat de VS verantwoordelijk is voor alle gevolgen van dit “schurkachtige avonturisme”.

VS-correspondent Arjen van der Horst noemt het een “enorme escalatie” van de spanningen tussen de VS en Iran, die de afgelopen weken al waren opgelopen. Het Pentagon hield Soleimani verantwoordelijk voor een aanval in Kirkuk in het noorden van Irak, waarbij een Amerikaanse militair om het leven kwam. Naar aanleiding daarvan zei de minister van Defensie donderdag “the game has changed“. “Nu weten we dat die woorden geen loze dreiging waren.”

In een verklaring zeggen het Witte Huis en het Pentagon dat Soleimani “actief plannen ontwikkelde om Amerikaanse diplomaten en mensen van het leger in Irak en in de regio aan te vallen”. Er wordt daarom gesproken van een defensieve actie.Hij wordt door de Amerikanen verantwoordelijk gehouden voor de dood van honderden Amerikanen en leden van de internationale coalitie. De afgelopen maanden zou hij aanvallen op bases in Irak hebben georkestreerd. Ook zou hij zijn goedkeuring hebben gegeven aan de aanval op de Amerikaanse ambassade in Irak afgelopen woensdag.

Er vielen meer doden. Volgens een door Iran gesteunde Iraakse paramilitaire groep zijn vijf van hun leden omgekomen, onder wie de Iraakse hooggeplaatste commandant Abu Mahdi al-Muhandis. Zijn militie zei snel na de aanvallen dat “Amerikanen en Israëliërs” erachter zaten.

Muhandis heeft nauw samengewerkt met de Iraanse Revolutionaire Garde. Hij leidde een paramilitaire Iraanse groep in Irak en was een van de oprichters van de pro-Iraanse sjiitische militie Kataib Hezbollah.

De aanval komt twee dagen nadat pro-Iraanse demonstranten de Amerikaanse ambassade in Bagdad hadden belaagd. Betogers probeerden het gebouw te bestormen en de Amerikaanse ambassadeur en het personeel werden geëvacueerd. 

Er werd gedemonstreerd naar aanleiding van Amerikaanse luchtaanvallen op bases in Irak van een door Iran gesteunde militie. Bij die aanvallen vielen zeker 25 doden en tientallen mensen raakten gewond. De bombardementen waren een vergelding voor de aanval van die militie op een militaire basis in Kirkuk.

Gisteren kwamen circa 700 Amerikaanse militairen aan in Koeweit, buurland van Irak. Ze dienen als versterking vanwege de verhoogde spanning in de regio.

[2]

WIKIPEDIA

EXTRAJUDICIAL KILLING

https://en.wikipedia.org/wiki/Extrajudicial_killing

[3]

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

TEKST

Minister Bijleveld van Defensie zegt dat Nederland begrip heeft voor de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani. “Als je kijkt wat Iran daar heeft gedaan, is dat ook verschrikkelijk”, zei Bijleveld in de eerste aflevering van het tv-programma Op1.

Soleimani was “een echte boef”, zei de minister:Bijleveld: wij hebben er begrip voor dat de liquidatie is gebeurd

Bijleveld verwees onder meer naar de rol die Soleimani speelde in de oorlog in Syrië, als de leider van sjiitische milities. Ze voegde eraan toe dat er door de liquidatie “een heel fragiele situatie is ontstaan” en dat sprake is van escalatie. Ze noemde dat een gevaar, ook voor de Nederlandse militairen in Irak.

“We moeten tot deëscalatie komen”, zei de minister. Ze refereerde in de uitzending ook aan uitspraken van NAVO-chef Stoltenberg, die specifiek Iran opriep tot kalmte. “Wij doen een beroep op alle landen, ook op de Verenigde Staten. Alle inzet van Nederland is gericht op deëscaleren.”

Toelichting gevraagd

In een Kamerbrief die Bijleveld met haar collega’s Blok (Buitenlandse Zaken) en Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) maandagavond verstuurde, staat dat Iran “instabiliteit in de regio in de hand werkt” en dat Soleimani daarbij een belangrijke rol speelde.

Nederland heeft de VS als NAVO-partner wel om een toelichting gevraagd “op de aangevoerde juridische basis”. Washington zei eerder dat de liquidatie neerkomt op zelfverdediging omdat er een acute dreiging was voor de Amerikanen.

De ministers kijken in de Kamerbrief ook vooruit naar een ingelaste bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU, aanstaande vrijdag. “Daarbij zal Nederland de negatieve invloed van Iran op de regionale stabiliteit onderstrepen en wijzen op het belang van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Irak.”

Later deze maand vertrekt een Nederlands fregat naar de Straat van Hormuz, met als doel het beschermen van de zeevaart. Bijleveld zei in Op1 dat die missie gewoon doorgaat. Het werk van Nederlandse militairen in Irak, in Bagdad en in de Koerdische stad Erbil, is om veiligheidsredenen stilgelegd.

[4]TRANSCRIPTIE DEEL INTERVIEW”'[INTERVIEWER]”Staat Nederland, staat het kabinet achter deze liquidatie?”[BIJLEVELD]”Wij staan wel achter het feit, dat eh, ja, wij hebben begrip voor het feit, dat het is gebeurd.””Omdat, als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en als je kijkt naar wat Soleimani is, dat is denk ik ook wel goed om te zeggen, dat is natuurlijk geen heilig Boontje.”[INTERVIEWER]”Dat was een boef”[BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.Wat Iran sowiewo doet is echt heel verkeerd in dat land.Dus daar hebben wij begrip voor, ook voor beroep op het feit, dat het zelfverdediging is.Maar tegelijkertijd en dat hebben we ook aan de orde gesteld Nederland en dat zal mijn collega Blok ook aanstaande vrijdag in de Europese Raad aan de orde stellen-tegelijkertijd kom je daarmee in een situatie die het voor het land en de mensen daar nog veel ingewikkelder maakt en dat mag eigenlijk niet.
AFKOMSTIG UIT LINK  NOS BERICHT

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

[5]


WIKIPEDIA

EXTRAJUDICIAL KILLING

https://en.wikipedia.org/wiki/Extrajudicial_killing

[6]

WIKIPEDIA

RAMBO

https://en.wikipedia.org/wiki/Rambo_(franchise)

[7]

”The relevant law in the UN Charter allows for a state to act in self-defence “if an armed attack occurs”.

But this definition tends to be interpreted by governments, say legal experts.

“In the Soleimani case, the US is claiming it acted in self-defence to prevent imminent attacks, a category of action which, if in fact true, is generally seen as being permissible under the UN Charter,” says Dapo Akande, professor of public international law at Oxford University and co-director of the Oxford Institute for Ethics, Law and Armed Conflict (ELAC).

But Agnes Callamard, UN special rapporteur on extra-judicial killings. has tweeted about the strike saying “this test is unlikely to be met”.

BBC

SOLEIMANI ATTACK: WHAT DOES INTERNATIONAL LAW SAY?

https://www.bbc.com/news/world-51007961

TEXT

US President Donald Trump ordered the drone strike that killed Iranian military commander Qasem Soleimani in Iraq but what are the legal grounds for this course of action?

The US said: “This strike was aimed at deterring future Iranian attack plans.”

So, what are the key issues when considering its legality, according to international law?

What does the law say?

The relevant law in the UN Charter allows for a state to act in self-defence “if an armed attack occurs”.

But this definition tends to be interpreted by governments, say legal experts.

“In the Soleimani case, the US is claiming it acted in self-defence to prevent imminent attacks, a category of action which, if in fact true, is generally seen as being permissible under the UN Charter,” says Dapo Akande, professor of public international law at Oxford University and co-director of the Oxford Institute for Ethics, Law and Armed Conflict (ELAC).

But Agnes Callamard, UN special rapporteur on extra-judicial killings. has tweeted about the strike saying “this test is unlikely to be met”.

2010 UN report on “targeted killings” said there was a weighty body of scholarship that viewed the self-defence argument as having the right to use force “against a real and imminent threat when the necessity of that self-defence is instant, overwhelming, and leaving no choice of means, and no moment of deliberation.” 

The initial US Department of Defense statement omitted the word “imminent” and said the strike was aimed at deterring future Iranian attacks and that Iran’s top military leader Soleimani was “actively developing plans to attack American diplomats and service members in Iraq and throughout the region”.

In later statements, US officials including President Trump said Soleimani had been plotting “imminent attacks”.

Elizabeth Warren, a Democratic Party candidate for the US presidency, said: “The administration cannot keep its story straight.”

So what evidence is there of planned attacks by Iran?

The legality of the strike under international law may well depend on the US providing evidence of those future attacks, according to Mr Akande.

The US government has not yet shared details publicly, but the administration has said intelligence has been shared with key figures in the US Congress.

Asked by a journalist on 7 January for more details about imminent threats, US Secretary of State Mike Pompeo noted the incidents leading up to the strike, but did not provide any evidence of impending attacks.

There are other justifications it has used in the past, according to Dr Ralph Wilde, an expert in public international law at University College London.

“Since 9/11 the US has taken a view that self-defence can be justified to prevent more longer-term attacks. When the attack is being planned, but is not imminent. The Obama administration used this argument to justify drone strikes.

And what about the issue of consent?

The other issue is whether the US had consent from Iraq to carry out the strike there.

Iraqi MPs reacted angrily and passed a non-binding resolution calling for US troops to leave the country. The Iraqi government has called it a “brazen violation of Iraq’s sovereignty”.

US forces had been invited into Iraq to fight the Islamic State group and to train Iraqi forces.

The US might argue this invitation constituted some form of consent, giving them a right to protect their interests and personnel inside Iraq.

But Mr Akande argues that, in practice, the terms of the agreement to host US forces would not stretch to carrying out an attack like this.

Can you target cultural sites?

On Sunday, Mr Trump tweeted, warning the US would target sites that were “important to Iran and the Iranian culture” if American assets were hit.

The Iran Foreign Minister, Javad Zarif said an attack on a cultural site would amount to a war crime.

Trump’s threat “shows callous disregard for the global rule of law”, said Andrea Prasow of Human Rights Watch.

The US government insisted it would behave lawfully.

But an attack on a cultural site would violate several international treaties.

The 1954 Hague Convention for the Protection of Cultural Property safeguarded cultural sites in the wake of the destruction of cultural heritage sites during World War Two, and was signed by the US.

In 2017, the UN passed a resolution in response to the Islamic State attacks which condemned “the unlawful destruction of cultural heritage, including the destruction of religious sites and artefacts”.

The US was among the harshest critics of the IS destruction of historic site of Palmyra in Syria in 2015, as well as the Taliban’s demolition of the Bamiyan Buddhas in Afghanistan in 2001.

In 2016, the International Criminal Court (ICC) convicted someone for the destruction of cultural heritage for the first time, after an extremist linked to Al-Qaeda destroyed religious artefacts in Mali.

The US is not part of the ICC but it is a signatory of other agreements to protect cultural property and any attack would represent a significant reversal.

[8]

”Er vielen meer doden. Volgens een door Iran gesteunde Iraakse paramilitaire groep zijn vijf van hun leden omgekomen, onder wie de Iraakse hooggeplaatste commandant Abu Mahdi al-Muhandis”NOSVS DOODT IRAANSE GENERAAL MET RAKETAANVALLEN OP VLIEGVELD BAGDAD

https://nos.nl/artikel/2317138-vs-doodt-iraanse-generaal-met-raketaanvallen-op-vliegveld-bagdad.html

[9]

Schending van voorwaarden

Ook de Iraakse premier Adil Abdul-Mahdi heeft de aanval door de VS op de luchthaven van Bagdad veroordeeld. Hij noemde het een grove schending van de voorwaarden voor de aanwezigheid van Amerikaanse militairen in zijn land en sprak van moord.

TROUW

IRAK VEROORDEELT DE AMERIKAANSE LUCHTAANVAL, HEZBOLLAH ROEPT OP TOT WRAAKACTIES

3 JANUARI 2020

https://www.trouw.nl/buitenland/irak-veroordeelt-de-amerikaanse-luchtaanval-hezbollah-roept-op-tot-wraakacties~b1ff122d/

TEKST

Op verschillende plekken in de wereld is geschokt gereageerd op de raketaanval van de VS op de luchthaven van Bagdad. Hezbollah roept op tot wraakacties.  

De Libanese sjiitische beweging Hezbollah heeft opgeroepen waar ook ter wereld de “grote Amerikaanse misdaad” te wreken. De beweging doelt op de moordaanslag waarmee de VS met drones onder anderen de Iraanse generaal Qassem Soleimani uit weg ruimden op het terrein van het vliegveld van Bagdad. Soleimani was naar verluidt net met een vliegtuig uit Syrië of Libanon aangekomen.

Soleimani was een van de bekendste militairen die voor Teheran meer invloed in het Midden-Oosten moesten zien te krijgen. Hij begon met steun aan de Libanese sjiïeten in hun strijd tegen Israël en later in hun strijd tegen soennitische extremisten in Syrië. Hezbollah-leider Sayyed Hassan Nasrallah zei dat zijn beweging doorgaat op de met Soleimani ingeslagen weg. De VS bereiken volgens hem met de moorden niets en zij moeten gestraft worden, berichtte de omroep al-Manar.

Schending van voorwaarden

Ook de Iraakse premier Adil Abdul-Mahdi heeft de aanval door de VS op de luchthaven van Bagdad veroordeeld. Hij noemde het een grove schending van de voorwaarden voor de aanwezigheid van Amerikaanse militairen in zijn land en sprak van moord.

Abdul-Mahdi riep het parlement in spoedzitting bijeen. Volgens de premier zal het parlement met wetgeving moeten komen waarmee de Iraakse waardigheid, veiligheid en soevereiniteit moeten worden gewaarborgd.

Risico op escalatie

Ook in eigen land klinkt er kritiek op president Trump.  De leider van de Democraten in het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden ziet in de aanval een risico op escalatie. Dat kunnen de VS en de wereld zich niet permitteren, schrijft Nancy Pelosi in een verklaring. Ze riep de president op om zo snel mogelijk parlementsleden in te lichten over de aanval.

“De luchtaanval van vanavond riskeert een gevaarlijke escalatie van geweld te provoceren”, aldus Pelosi. “Amerika, en de wereld kunnen zich niet permitteren dat de spanning escaleert tot een punt waarop we niet meer terug kunnen.”

Angst voor represailles 

In Israël is het leger in verhoogde staat van paraatheid gebracht naar aanleiding van de Amerikaanse aanval op de luchthaven van Bagdad en de dood van een Iraanse generaal. Gevreesd wordt dat Iran via zijn bondgenoten in de regio wraak zal proberen te nemen door Israël te bestoken. Israël is een trouwe bondgenoot van de VS.

Onder andere Hezbollah in het aangrenzende Libanon en de Palestijnse militante groepering Hamas in Gaza worden door Iran gesteund. De Israëlische minister van Defensie riep de chefs van het leger en veiligheidsdiensten bijeen om de situatie te bespreken.

Bij de opening van de AEX vrijdag was olie- en gasconcern Shell  de enige stijger bij de hoofdfondsen. Het bedrijf profiteert  van de oplopende olieprijzen door de spanningen in het Midden-Oosten 

[10]

”Abdul-Mahdi riep het parlement in spoedzitting bijeen. Volgens de premier zal het parlement met wetgeving moeten komen waarmee de Iraakse waardigheid, veiligheid en soevereiniteit moeten worden gewaarborgd.  ”

TROUW

IRAK VEROORDEELT DE AMERIKAANSE LUCHTAANVAL, HEZBOLLAH ROEPT OP TOT WRAAKACTIES

3 JANUARI 2020

https://www.trouw.nl/buitenland/irak-veroordeelt-de-amerikaanse-luchtaanval-hezbollah-roept-op-tot-wraakacties~b1ff122d/

[11]Everyone has the right to life, liberty and security of person.”
ARTICLE 3, UNIVERSAL DECLARATION OF HUMAN RIGHTS
http://hrlibrary.umn.edu/instree/b1udhr.htm

[12]

Agnès Callamard, the United Nations special rapporteur on extrajudicial, summary or arbitrary executions, maintained that the airstrike “most likely violate[d] international law incl[uding] human rights law“, adding that killing of other individuals alongside Soleimani was “absolutely unlawful””
WIKIPEDIA2020 BAGHDAD INTERNATIONAL AIRPORT AIRSTRIKEALLEGED VIOLATION OF INTERNATIONAL LAW
https://en.wikipedia.org/wiki/2020_Baghdad_International_Airport_airstrike#Alleged_violation_of_international_law
ORIGINELE BRON

WIKIPEDIA2020 BAGHDAD INTERNATIONAL AIRPORT AIRSTRIKEALLEGED VIOLATION OF INTERNATIONAL LA
https://en.wikipedia.org/wiki/2020_Baghdad_International_Airport_airstrike

AGNES CALLAMARD ON TWITTER

https://twitter.com/AgnesCallamard/status/1212918159096864768

Agnes Callamard‏Geverifieerd account @AgnesCallamardVolgen@AgnesCallamard volgenMeer

#Iraq: The targeted killings of Qasem Soleiman and Abu Mahdi Al-Muhandis are most lokely unlawful and violate international human rights law: Outside the context of active hostilities, the use of drones or other means for targeted killing is almost never likely to be legal (1)

WIKIPEDIA

AGNES CALLAMARD

https://en.wikipedia.org/wiki/Agn%C3%A8s_Callamard

[13]ARTIKEL 90: INTERNATIONALE RECHTSORDEDe regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.

https://www.denederlandsegrondwet.nl/id/via0d81dpfwb/artikel_90_internationale_rechtsorde

[14]

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html [15]

WIKIPEDIAREDOUAN TAGHI

https://en.wikipedia.org/wiki/Ridouan_Taghi

WIKIPEDIAMARENGO PROCES
https://nl.wikipedia.org/wiki/Marengo-proces

OMSTRAFPROCES MARENGO
https://www.om.nl/onderwerpen/strafzaken/strafzaken/strafproces-marengo/

Criminele organisatie

In de zaak ‘Marengo’ staan 16 verdachten terecht voor verschillende moorden en pogingen tot moord. In het strafdossier komt een beeld naar voren van een geoliede moordmachine. Verschillende verdachten zijn volgens het openbaar ministerie (OM) ingezet om zo efficiënt mogelijk moorden te plegen. Daarbij gold een vaste rolverdeling van chauffeurs, spotters en schutters. Een mensenleven was niets waard, gelet ook op tenminste twee zogenoemde vergismoorden

De drempel om een liquidatie te plegen lijkt vandaag de dag lager te liggen dan voorheen. De daders zijn meestal jonge mannen, gewapend met volautomatische vuurwapens en de daarbij behorende zware munitie. Liquidaties vinden de afgelopen jaren steeds vaker plaats in de openbare ruimten, op straat en midden in woonwijken. Dat omstanders risico lopen en soms geraakt worden, wordt voor lief genomen.  Helaas is vandaag de dag de term  ‘vergismoord’ een gangbaar begrip geworden.

De Moorden – Chronologisch Overzicht

  • Moord op Ronald Bakker op 9 september 2015 in Huizen. Bakker was medewerker van de spyshop in Nieuwegein. Deze spyshop kwam in beeld in het onderzoek 26Koper. Hij is vermoord in zijn auto, voor de deur van zijn woning. Uitspraak Gerechtshof  26Koper
  • Moord op Samir Erraghib op 17 april 2016 in IJsselstein. Erraghib is vermoord terwijl zijn 7-jarig dochtertje bij hem in de auto zat. Zij heeft de aanslag overleefd.
  • Moord op Ranko Scekic op 22 juni 2016 in Utrecht. Scekic liep met een vriend op straat voor zijn woning toen hij werd doodgeschoten. Zijn vrouw en kinderen waren op dat moment thuis.
  • Voorbereiding voor de moord op twee contacten van Scekic.
  • Poging moord op Abdelkarim Ahabad op 11 oktober 2016. Er is iemand op Ahabad afgelopen met een automatisch vuurwapen en daarna is hij klemgereden. Ahabad wist te ontkomen.
  • Moord op Hakim Changachi op 12 januari 2017. Changachi is in zijn portaal van zijn flat doodgeschoten, bij vergissing. Het beoogde doelwit was Khalid Hmidat.
  • Voorbereiding voor de moord op Khalid Hmidat. In de maand januari 2017 is Hmidat gevolgd en in de gaten gehouden. De moord op Hmidat is niet gelukt, de daders die gewapend bij zijn woning klaarstonden zijn overlopen.

Kroongetuige

Lange tijd lukte het niet om de geweldsspiraal te doorbreken. Er was wel TCI-informatie beschikbaar over mogelijke opdrachtgevers van liquidaties, maar onvoldoende om hen met succes te vervolgen.

[16]

The relevant law in the UN Charter allows for a state to act in self-defence “if an armed attack occurs”.

But this definition tends to be interpreted by governments, say legal experts.

“In the Soleimani case, the US is claiming it acted in self-defence to prevent imminent attacks, a category of action which, if in fact true, is generally seen as being permissible under the UN Charter,” says Dapo Akande, professor of public international law at Oxford University and co-director of the Oxford Institute for Ethics, Law and Armed Conflict (ELAC).

BBC

SOLEIMANI ATTACK: WHAT DOES INTERNATIONAL LAW SAY?

https://www.bbc.com/news/world-51007961

[17]

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

[18][BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.
AFKOMSTIG UIT LINK  NAAR INTERVIEW OP NOS BERICHT

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

Bijleveld heeft begrip voor liquidatie Soleimani, maar wil wel toelichting VS 
Bijleveld heeft begrip voor liquidatie Soleimani, maar wil wel toelichti…In talkshow Op1 zei de minister van Defensie dat Soleimani “een echte boef” is.

TRANSCRIPTIE DEEL INTERVIEW”'[INTERVIEWER]”Staat Nederland, staat het kabinet achter deze liquidatie?”[BIJLEVELD]”Wij staan wel achter het feit, dat eh, ja, wij hebben begrip voor het feit, dat het is gebeurd.””Omdat, als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en als je kijkt naar wat Soleimani is, dat is denk ik ook wel goed om te zeggen, dat is natuurlijk geen heilig Boontje.”[INTERVIEWER]”Dat was een boef”[BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.Wat Iran sowiewo doet is echt heel verkeerd in dat land.Dus daar hebben wij begrip voor, ook voor beroep op het feit, dat het zelfverdediging is.
Maar tegelijkertijd en dat hebben we ook aan de orde gesteld Nederland en dat zal mijn collega Blok ook aanstaande vrijdag in de Europese Raad aan de orde stellen-tegelijkertijd kom je daarmee in een situatie die het voor het land en de mensen daar nog veel ingewikkelder maakt en dat mag eigenlijk niet. 

Reacties uitgeschakeld voor Ter kennisname aan de oppositiepartijen/Brief aan regeringspartijen over de VS liquidatie van Soleimani

Opgeslagen onder Divers

Nederlands kabinet heeft begrip voor liquidatie Soleimani/Brief aan Christen-Unie, regeringspartij, die zich graag beroept op het christelijke geloof

NEDERLANDS KABINET HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEIMANI/BRIEF AAN CHRISTEN-UNIE, REGERINGSPARTIJ, DIE ZICH ZO GRAAG BEROEPT OP HET CHRISTELIJKE GELOOF

DOCHTER VAN DE GELIQUIDEERDE GENERAAL SOLEIMANI 

https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/buitenland/artikel/4975886/qassem-soleimani-dochter-conflict-iran-verenigde-staten
https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

AANDE TWEEDE KAMERLEDEN VAN DE CHRISTEN-UNIEVooraf:
Deze brief is eveneens gezonden aan uw collegae Tweede Kamerleden van de andere regeringspartijen met een iets afwijkende tekst aan het CDA en ter kennisneming aan uw andere collegae in de Tweede Kamer van de oppositiepartijen.
Onderwerp:Liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani in opdracht van de Amerikaanse president TrumpReactie van de Nederlandse regering
”Everyone has the right to life, liberty and security of person.”
ARTICLE 3, UNIVERSAL DECLARATION OF HUMAN RIGHTS
http://hrlibrary.umn.edu/instree/b1udhr.htm

Geachte dames en heren,
Allereerst vanuit hier een Gezond Nieuw Jaar toegewenst met respect voor het Internationaal Recht.
Want aan dat respect voor het Internationaal Recht ontbreekt het soms ten enenmale, in dit geval van de kant van de regering, waartoe uw partij behoort.Onze regering, en daarmee uw partij, is het Nieuwe Jaar namelijk op de meest foute manier begonnen.
Gaat u een belletje rinkelen?Zo niet, dan bij dezen:
Namelijk de reactie van de regering op de liquidatie van de Iraanse generaal Soleimani, in opdracht van de Amerikaanse president Trump. [1]
Alsof het al niet ernstig genoeg was, dat de VS meende zich het recht te mogen aanmeten, een generaal uit een land, waarmee zij niet in oorlog is, zomaar uit de lucht te schieten, wat niet meer of minder dan een buitengerechtelijke executie was [2], ging de Nederlandse regering zover, dat zij bij monde van CDA  minister Bijleveld van Defensie, verklaarde, wel ”begrip” te hebben voor deze liquidatie. [3]Ik citeer Bijleveld, die werd geinterviewd in het actualiteitenprogramma ”Op 1:”[TRANSCRIPTIE DEEL INTERVIEW”'[INTERVIEWER]”Staat Nederland, staat het kabinet achter deze liquidatie?”[BIJLEVELD]”Wij staan wel achter het feit, dat eh, ja, wij hebben begrip voor het feit, dat het is gebeurd.””Omdat, als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en als je kijkt naar wat Soleimani is, dat is denk ik ook wel goed om te zeggen, dat is natuurlijk geen heilig Boontje.”[INTERVIEWER]”Dat was een boef”[BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.Wat Iran sowiewo doet is echt heel verkeerd in dat land.Dus daar hebben wij begrip voor, ook voor beroep op het feit, dat het zelfverdediging is.Maar tegelijkertijd en dat hebben we ook aan de orde gesteld Nederland en dat zal mijn collega Blok ook aanstaande vrijdag in de Europese Raad aan de orde stellen-tegelijkertijd kom je daarmee in een situatie die het voor het land en de mensen daar nog veel ingewikkelder maakt en dat mag eigenlijk niet.” [4]
Wat, Geachte dames en heren, Christen-Unie Tweede Kamerleden, bezielt deze regering eigenlijk?Niet alleen leidt dit cowboy VS avonturisme tot escalatie in een toch al explosieve regio, met een dergelijk ”begrip” legitimeert dit kabinet een ordinaire moordaanslag, want dat zijn deze buitengerechtelijke executies! [5]De VS is niet met Iran in oorlog [al doen zij er met dergelijke Rambo [6] acties wel erg hun best voor], noch lanceerde generaal Soleimani een aanval op Amerikaanse  bodem, wat een militaire handeling tegen hem gerechtvaardigd zou hebben. [7]Tenzij de Verenigde Staten, Irak, Syrie en die landen in het Midden-Oosten en Voor Azie als hun achtertuin beschouwen, waarop IK zeg:De Verenigde Staten zijn wel ver van huis, he.Trouwens, wat wel te verwachten was:Irak heeft deze liquidatie, waarbij ook een hoge Iraakse militair om het leven kwam en nog een aantal anderen [8], scherp veroordeeld.[9]Logisch:Zij willen de vete tussen de VS en Iran niet zien uitgevochten op hun grondgebied!Irak is immers een soevereine Staat [10], geen achterstaartje van de VS!
SPECIALE VN RAPPORTEUR VOOR BUITENGERECHTELIJKE EXECUTIES
In mijn felle veroordeling van deze VS liquidatie, die een flagrante schending is van het Recht op Leven [11], sta ik bepaald niet alleen, maar verkeer ik in goed gezelschap van Agnes Callamard, Speciale VN rapporteur van Buitengerechtelijke Executies, die deze liquidatie heeft veroordeeld als ”illegaal” [12]
Is het dan niet triest te bedenken, dat de Nederlandse regering, waarvan uw partij deel uitmaakt en volgens artikel 90, Nederlandse Grondwet, de ontwikkeling van de Internationale Rechtsorde dient te bevorderen [13], het bestaat, voor politieke liquidaties als deze ”’begrip” te hebben? [14]
Waarin verschilt een Staatsliquidatie als deze  van liquidaties a la de Bende van Redouan Taghi? [15]In een opzicht slechts:Staatsliquidaties zijn een groter risico voor de wereldvrede.
Voor de rest:
In beide gevallen, ordinaire moordaanslagen.
Onkent u dat?
Wie en wat geeft dan een land, zonder dat er sprake is van een directe militaire aanval op dat land, of een aantoonbaar levensgroot risico daarop [16], het recht, politieke tegenstanders, die ze niet welgevallig zijn, de lucht uit te schieten?
En dan is het NOG erger, als andere landen roepen, daarvoor ”begrip” te hebben! [17]
Uw partij moet zich daarvoor diep schamen!Van een Christelijke Partij [en dat heb ik het CDA ook laten weten in woorden van vergelijkbare strekking] mag sowieso verwacht worden, dat het Recht op Leven in het byzonder verdedigd zal wordenWeet u het nog?”Dan zal Hij hun antwoorden en zeggen: Voorwaar ik zeg U: Voor zover gij dit een van deze minsten niet gedaan hebt, zo hebt gij het Mij ook niet gedaan.” [18]

EPILOOG
Ik kan mij vergissen, maar ik heb Christen-Unie  Kamerleden niet hard horen protesteren tegen het ”begrip” dat de Nederlandse regering heeft getoond voor Trump’s liquidatie politiek.
Het wordt hoog tijd, dat dat wel gebeurt!
Wilt u serieus genomen worden in de Grondwettelijke plicht, de ontwikkeling van de Internationale Rechtsorde te bevorderen?

TOON DAT DAN en stel Kamervragen over deze weerzinwekkende VS liquidatiepolitiek!
Want Soleimani mag dan, volgens minister Bijleveld ”een echte boef” geweest zijn [19], dat betekent niet, dat mensenrechten en Internationaal Recht op hem niet van toepassing zijn.
Want mensenrechten gelden iedereen.Toch?
Niet alleen de Westerse bondgenoten?
Neem uw verantwoordelijkheid en stel kritische Kamervragen.
Anders bent u, politiek en moreel, medeverantwoordelijk voor het gedogen van executies zonder vorm van proces.
Ik verwacht, dat u uw verantwoordelijkheid neemt.
Begin het Jaar goed.Respecteer het Internationaal Recht!
Respecteer het Recht op Leven!
Vriendelijke groeten
Astrid EssedAmsterdam 

NOTEN

[1]

NOSVS DOODT IRAANSE GENERAAL MET RAKETAANVALLEN OP VLIEGVELD BAGDAD

https://nos.nl/artikel/2317138-vs-doodt-iraanse-generaal-met-raketaanvallen-op-vliegveld-bagdad.html

TEKST

Het Amerikaanse leger heeft een hoge Iraanse militair gedood met raketaanvallen in Irak. De dood van generaal Soleimani van de Iraanse Revolutionaire Garde wordt bevestigd door Iran en het Amerikaanse ministerie van Defensie.

Volgens het Pentagon is de liquidatie bij de internationale luchthaven van Bagdad uitgevoerd op bevel van president Trump. Een drone vuurde raketten af op auto’s bij een vrachtterminal.De Amerikaanse president heeft op Twitter een afbeelding van een Amerikaanse vlag geplaatst.

Soleimani was leider van de Quds-brigade, een elite-eenheid binnen de Revolutionaire Garde. De Iraanse minister van Buitenlandse Zaken noemt de moord “uitzonderlijk gevaarlijk en een domme escalatie”. Hij zegt dat de VS verantwoordelijk is voor alle gevolgen van dit “schurkachtige avonturisme”.

VS-correspondent Arjen van der Horst noemt het een “enorme escalatie” van de spanningen tussen de VS en Iran, die de afgelopen weken al waren opgelopen. Het Pentagon hield Soleimani verantwoordelijk voor een aanval in Kirkuk in het noorden van Irak, waarbij een Amerikaanse militair om het leven kwam. Naar aanleiding daarvan zei de minister van Defensie donderdag “the game has changed“. “Nu weten we dat die woorden geen loze dreiging waren.”

In een verklaring zeggen het Witte Huis en het Pentagon dat Soleimani “actief plannen ontwikkelde om Amerikaanse diplomaten en mensen van het leger in Irak en in de regio aan te vallen”. Er wordt daarom gesproken van een defensieve actie.Hij wordt door de Amerikanen verantwoordelijk gehouden voor de dood van honderden Amerikanen en leden van de internationale coalitie. De afgelopen maanden zou hij aanvallen op bases in Irak hebben georkestreerd. Ook zou hij zijn goedkeuring hebben gegeven aan de aanval op de Amerikaanse ambassade in Irak afgelopen woensdag.

Er vielen meer doden. Volgens een door Iran gesteunde Iraakse paramilitaire groep zijn vijf van hun leden omgekomen, onder wie de Iraakse hooggeplaatste commandant Abu Mahdi al-Muhandis. Zijn militie zei snel na de aanvallen dat “Amerikanen en Israëliërs” erachter zaten.

Muhandis heeft nauw samengewerkt met de Iraanse Revolutionaire Garde. Hij leidde een paramilitaire Iraanse groep in Irak en was een van de oprichters van de pro-Iraanse sjiitische militie Kataib Hezbollah.

De aanval komt twee dagen nadat pro-Iraanse demonstranten de Amerikaanse ambassade in Bagdad hadden belaagd. Betogers probeerden het gebouw te bestormen en de Amerikaanse ambassadeur en het personeel werden geëvacueerd. 

Er werd gedemonstreerd naar aanleiding van Amerikaanse luchtaanvallen op bases in Irak van een door Iran gesteunde militie. Bij die aanvallen vielen zeker 25 doden en tientallen mensen raakten gewond. De bombardementen waren een vergelding voor de aanval van die militie op een militaire basis in Kirkuk.

Gisteren kwamen circa 700 Amerikaanse militairen aan in Koeweit, buurland van Irak. Ze dienen als versterking vanwege de verhoogde spanning in de regio.

[2]

WIKIPEDIA

EXTRAJUDICIAL KILLING

https://en.wikipedia.org/wiki/Extrajudicial_killing

[3]

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

TEKST

Minister Bijleveld van Defensie zegt dat Nederland begrip heeft voor de Amerikaanse liquidatie van de Iraanse generaal Qassem Soleimani. “Als je kijkt wat Iran daar heeft gedaan, is dat ook verschrikkelijk”, zei Bijleveld in de eerste aflevering van het tv-programma Op1.

Soleimani was “een echte boef”, zei de minister:Bijleveld: wij hebben er begrip voor dat de liquidatie is gebeurd

Bijleveld verwees onder meer naar de rol die Soleimani speelde in de oorlog in Syrië, als de leider van sjiitische milities. Ze voegde eraan toe dat er door de liquidatie “een heel fragiele situatie is ontstaan” en dat sprake is van escalatie. Ze noemde dat een gevaar, ook voor de Nederlandse militairen in Irak.

“We moeten tot deëscalatie komen”, zei de minister. Ze refereerde in de uitzending ook aan uitspraken van NAVO-chef Stoltenberg, die specifiek Iran opriep tot kalmte. “Wij doen een beroep op alle landen, ook op de Verenigde Staten. Alle inzet van Nederland is gericht op deëscaleren.”

Toelichting gevraagd

In een Kamerbrief die Bijleveld met haar collega’s Blok (Buitenlandse Zaken) en Kaag (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) maandagavond verstuurde, staat dat Iran “instabiliteit in de regio in de hand werkt” en dat Soleimani daarbij een belangrijke rol speelde.

Nederland heeft de VS als NAVO-partner wel om een toelichting gevraagd “op de aangevoerde juridische basis”. Washington zei eerder dat de liquidatie neerkomt op zelfverdediging omdat er een acute dreiging was voor de Amerikanen.

De ministers kijken in de Kamerbrief ook vooruit naar een ingelaste bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van de EU, aanstaande vrijdag. “Daarbij zal Nederland de negatieve invloed van Iran op de regionale stabiliteit onderstrepen en wijzen op het belang van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Irak.”

Later deze maand vertrekt een Nederlands fregat naar de Straat van Hormuz, met als doel het beschermen van de zeevaart. Bijleveld zei in Op1 dat die missie gewoon doorgaat. Het werk van Nederlandse militairen in Irak, in Bagdad en in de Koerdische stad Erbil, is om veiligheidsredenen stilgelegd.

[4]TRANSCRIPTIE DEEL INTERVIEW”'[INTERVIEWER]”Staat Nederland, staat het kabinet achter deze liquidatie?”[BIJLEVELD]”Wij staan wel achter het feit, dat eh, ja, wij hebben begrip voor het feit, dat het is gebeurd.””Omdat, als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en als je kijkt naar wat Soleimani is, dat is denk ik ook wel goed om te zeggen, dat is natuurlijk geen heilig Boontje.”[INTERVIEWER]”Dat was een boef”[BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.Wat Iran sowiewo doet is echt heel verkeerd in dat land.Dus daar hebben wij begrip voor, ook voor beroep op het feit, dat het zelfverdediging is.Maar tegelijkertijd en dat hebben we ook aan de orde gesteld Nederland en dat zal mijn collega Blok ook aanstaande vrijdag in de Europese Raad aan de orde stellen-tegelijkertijd kom je daarmee in een situatie die het voor het land en de mensen daar nog veel ingewikkelder maakt en dat mag eigenlijk niet.
AFKOMSTIG UIT LINK  NOS BERICHT

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

[5]


WIKIPEDIA

EXTRAJUDICIAL KILLING

https://en.wikipedia.org/wiki/Extrajudicial_killing

[6]

WIKIPEDIA

RAMBO

https://en.wikipedia.org/wiki/Rambo_(franchise)

[7]

”The relevant law in the UN Charter allows for a state to act in self-defence “if an armed attack occurs”.

But this definition tends to be interpreted by governments, say legal experts.

“In the Soleimani case, the US is claiming it acted in self-defence to prevent imminent attacks, a category of action which, if in fact true, is generally seen as being permissible under the UN Charter,” says Dapo Akande, professor of public international law at Oxford University and co-director of the Oxford Institute for Ethics, Law and Armed Conflict (ELAC).

But Agnes Callamard, UN special rapporteur on extra-judicial killings. has tweeted about the strike saying “this test is unlikely to be met”.

BBC

SOLEIMANI ATTACK: WHAT DOES INTERNATIONAL LAW SAY?

https://www.bbc.com/news/world-51007961

TEXT

US President Donald Trump ordered the drone strike that killed Iranian military commander Qasem Soleimani in Iraq but what are the legal grounds for this course of action?

The US said: “This strike was aimed at deterring future Iranian attack plans.”

So, what are the key issues when considering its legality, according to international law?

What does the law say?

The relevant law in the UN Charter allows for a state to act in self-defence “if an armed attack occurs”.

But this definition tends to be interpreted by governments, say legal experts.

“In the Soleimani case, the US is claiming it acted in self-defence to prevent imminent attacks, a category of action which, if in fact true, is generally seen as being permissible under the UN Charter,” says Dapo Akande, professor of public international law at Oxford University and co-director of the Oxford Institute for Ethics, Law and Armed Conflict (ELAC).

But Agnes Callamard, UN special rapporteur on extra-judicial killings. has tweeted about the strike saying “this test is unlikely to be met”.

2010 UN report on “targeted killings” said there was a weighty body of scholarship that viewed the self-defence argument as having the right to use force “against a real and imminent threat when the necessity of that self-defence is instant, overwhelming, and leaving no choice of means, and no moment of deliberation.” 

The initial US Department of Defense statement omitted the word “imminent” and said the strike was aimed at deterring future Iranian attacks and that Iran’s top military leader Soleimani was “actively developing plans to attack American diplomats and service members in Iraq and throughout the region”.

In later statements, US officials including President Trump said Soleimani had been plotting “imminent attacks”.

Elizabeth Warren, a Democratic Party candidate for the US presidency, said: “The administration cannot keep its story straight.”

So what evidence is there of planned attacks by Iran?

The legality of the strike under international law may well depend on the US providing evidence of those future attacks, according to Mr Akande.

The US government has not yet shared details publicly, but the administration has said intelligence has been shared with key figures in the US Congress.

Asked by a journalist on 7 January for more details about imminent threats, US Secretary of State Mike Pompeo noted the incidents leading up to the strike, but did not provide any evidence of impending attacks.

There are other justifications it has used in the past, according to Dr Ralph Wilde, an expert in public international law at University College London.

“Since 9/11 the US has taken a view that self-defence can be justified to prevent more longer-term attacks. When the attack is being planned, but is not imminent. The Obama administration used this argument to justify drone strikes.

And what about the issue of consent?

The other issue is whether the US had consent from Iraq to carry out the strike there.

Iraqi MPs reacted angrily and passed a non-binding resolution calling for US troops to leave the country. The Iraqi government has called it a “brazen violation of Iraq’s sovereignty”.

US forces had been invited into Iraq to fight the Islamic State group and to train Iraqi forces.

The US might argue this invitation constituted some form of consent, giving them a right to protect their interests and personnel inside Iraq.

But Mr Akande argues that, in practice, the terms of the agreement to host US forces would not stretch to carrying out an attack like this.

Can you target cultural sites?

On Sunday, Mr Trump tweeted, warning the US would target sites that were “important to Iran and the Iranian culture” if American assets were hit.

The Iran Foreign Minister, Javad Zarif said an attack on a cultural site would amount to a war crime.

Trump’s threat “shows callous disregard for the global rule of law”, said Andrea Prasow of Human Rights Watch.

The US government insisted it would behave lawfully.

But an attack on a cultural site would violate several international treaties.

The 1954 Hague Convention for the Protection of Cultural Property safeguarded cultural sites in the wake of the destruction of cultural heritage sites during World War Two, and was signed by the US.

In 2017, the UN passed a resolution in response to the Islamic State attacks which condemned “the unlawful destruction of cultural heritage, including the destruction of religious sites and artefacts”.

The US was among the harshest critics of the IS destruction of historic site of Palmyra in Syria in 2015, as well as the Taliban’s demolition of the Bamiyan Buddhas in Afghanistan in 2001.

In 2016, the International Criminal Court (ICC) convicted someone for the destruction of cultural heritage for the first time, after an extremist linked to Al-Qaeda destroyed religious artefacts in Mali.

The US is not part of the ICC but it is a signatory of other agreements to protect cultural property and any attack would represent a significant reversal.

[8]

”Er vielen meer doden. Volgens een door Iran gesteunde Iraakse paramilitaire groep zijn vijf van hun leden omgekomen, onder wie de Iraakse hooggeplaatste commandant Abu Mahdi al-Muhandis”NOSVS DOODT IRAANSE GENERAAL MET RAKETAANVALLEN OP VLIEGVELD BAGDAD

https://nos.nl/artikel/2317138-vs-doodt-iraanse-generaal-met-raketaanvallen-op-vliegveld-bagdad.html

[9]

Schending van voorwaarden

Ook de Iraakse premier Adil Abdul-Mahdi heeft de aanval door de VS op de luchthaven van Bagdad veroordeeld. Hij noemde het een grove schending van de voorwaarden voor de aanwezigheid van Amerikaanse militairen in zijn land en sprak van moord.

TROUW

IRAK VEROORDEELT DE AMERIKAANSE LUCHTAANVAL, HEZBOLLAH ROEPT OP TOT WRAAKACTIES

3 JANUARI 2020

https://www.trouw.nl/buitenland/irak-veroordeelt-de-amerikaanse-luchtaanval-hezbollah-roept-op-tot-wraakacties~b1ff122d/

TEKST

Op verschillende plekken in de wereld is geschokt gereageerd op de raketaanval van de VS op de luchthaven van Bagdad. Hezbollah roept op tot wraakacties.  

De Libanese sjiitische beweging Hezbollah heeft opgeroepen waar ook ter wereld de “grote Amerikaanse misdaad” te wreken. De beweging doelt op de moordaanslag waarmee de VS met drones onder anderen de Iraanse generaal Qassem Soleimani uit weg ruimden op het terrein van het vliegveld van Bagdad. Soleimani was naar verluidt net met een vliegtuig uit Syrië of Libanon aangekomen.

Soleimani was een van de bekendste militairen die voor Teheran meer invloed in het Midden-Oosten moesten zien te krijgen. Hij begon met steun aan de Libanese sjiïeten in hun strijd tegen Israël en later in hun strijd tegen soennitische extremisten in Syrië. Hezbollah-leider Sayyed Hassan Nasrallah zei dat zijn beweging doorgaat op de met Soleimani ingeslagen weg. De VS bereiken volgens hem met de moorden niets en zij moeten gestraft worden, berichtte de omroep al-Manar.

Schending van voorwaarden

Ook de Iraakse premier Adil Abdul-Mahdi heeft de aanval door de VS op de luchthaven van Bagdad veroordeeld. Hij noemde het een grove schending van de voorwaarden voor de aanwezigheid van Amerikaanse militairen in zijn land en sprak van moord.

Abdul-Mahdi riep het parlement in spoedzitting bijeen. Volgens de premier zal het parlement met wetgeving moeten komen waarmee de Iraakse waardigheid, veiligheid en soevereiniteit moeten worden gewaarborgd.

Risico op escalatie

Ook in eigen land klinkt er kritiek op president Trump.  De leider van de Democraten in het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden ziet in de aanval een risico op escalatie. Dat kunnen de VS en de wereld zich niet permitteren, schrijft Nancy Pelosi in een verklaring. Ze riep de president op om zo snel mogelijk parlementsleden in te lichten over de aanval.

“De luchtaanval van vanavond riskeert een gevaarlijke escalatie van geweld te provoceren”, aldus Pelosi. “Amerika, en de wereld kunnen zich niet permitteren dat de spanning escaleert tot een punt waarop we niet meer terug kunnen.”

Angst voor represailles 

In Israël is het leger in verhoogde staat van paraatheid gebracht naar aanleiding van de Amerikaanse aanval op de luchthaven van Bagdad en de dood van een Iraanse generaal. Gevreesd wordt dat Iran via zijn bondgenoten in de regio wraak zal proberen te nemen door Israël te bestoken. Israël is een trouwe bondgenoot van de VS.

Onder andere Hezbollah in het aangrenzende Libanon en de Palestijnse militante groepering Hamas in Gaza worden door Iran gesteund. De Israëlische minister van Defensie riep de chefs van het leger en veiligheidsdiensten bijeen om de situatie te bespreken.

Bij de opening van de AEX vrijdag was olie- en gasconcern Shell  de enige stijger bij de hoofdfondsen. Het bedrijf profiteert  van de oplopende olieprijzen door de spanningen in het Midden-Oosten 

[10]

”Abdul-Mahdi riep het parlement in spoedzitting bijeen. Volgens de premier zal het parlement met wetgeving moeten komen waarmee de Iraakse waardigheid, veiligheid en soevereiniteit moeten worden gewaarborgd.  ”

TROUW

IRAK VEROORDEELT DE AMERIKAANSE LUCHTAANVAL, HEZBOLLAH ROEPT OP TOT WRAAKACTIES

3 JANUARI 2020

https://www.trouw.nl/buitenland/irak-veroordeelt-de-amerikaanse-luchtaanval-hezbollah-roept-op-tot-wraakacties~b1ff122d/

[11]Everyone has the right to life, liberty and security of person.”
ARTICLE 3, UNIVERSAL DECLARATION OF HUMAN RIGHTS
http://hrlibrary.umn.edu/instree/b1udhr.htm

[12]

Agnès Callamard, the United Nations special rapporteur on extrajudicial, summary or arbitrary executions, maintained that the airstrike “most likely violate[d] international law incl[uding] human rights law“, adding that killing of other individuals alongside Soleimani was “absolutely unlawful””
WIKIPEDIA2020 BAGHDAD INTERNATIONAL AIRPORT AIRSTRIKEALLEGED VIOLATION OF INTERNATIONAL LAW
https://en.wikipedia.org/wiki/2020_Baghdad_International_Airport_airstrike#Alleged_violation_of_international_law
ORIGINELE BRON

WIKIPEDIA2020 BAGHDAD INTERNATIONAL AIRPORT AIRSTRIKEALLEGED VIOLATION OF INTERNATIONAL LA
https://en.wikipedia.org/wiki/2020_Baghdad_International_Airport_airstrike

AGNES CALLAMARD ON TWITTER

https://twitter.com/AgnesCallamard/status/1212918159096864768

Agnes Callamard‏Geverifieerd account @AgnesCallamardVolgen@AgnesCallamard volgenMeer

#Iraq: The targeted killings of Qasem Soleiman and Abu Mahdi Al-Muhandis are most lokely unlawful and violate international human rights law: Outside the context of active hostilities, the use of drones or other means for targeted killing is almost never likely to be legal (1)

WIKIPEDIA

AGNES CALLAMARD

https://en.wikipedia.org/wiki/Agn%C3%A8s_Callamard

[13]ARTIKEL 90: INTERNATIONALE RECHTSORDEDe regering bevordert de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.

https://www.denederlandsegrondwet.nl/id/via0d81dpfwb/artikel_90_internationale_rechtsorde

[14]

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html [15]

WIKIPEDIAREDOUAN TAGHI

https://en.wikipedia.org/wiki/Ridouan_Taghi

WIKIPEDIAMARENGO PROCES
https://nl.wikipedia.org/wiki/Marengo-proces

OMSTRAFPROCES MARENGO
https://www.om.nl/onderwerpen/strafzaken/strafzaken/strafproces-marengo/

Criminele organisatie

In de zaak ‘Marengo’ staan 16 verdachten terecht voor verschillende moorden en pogingen tot moord. In het strafdossier komt een beeld naar voren van een geoliede moordmachine. Verschillende verdachten zijn volgens het openbaar ministerie (OM) ingezet om zo efficiënt mogelijk moorden te plegen. Daarbij gold een vaste rolverdeling van chauffeurs, spotters en schutters. Een mensenleven was niets waard, gelet ook op tenminste twee zogenoemde vergismoorden

De drempel om een liquidatie te plegen lijkt vandaag de dag lager te liggen dan voorheen. De daders zijn meestal jonge mannen, gewapend met volautomatische vuurwapens en de daarbij behorende zware munitie. Liquidaties vinden de afgelopen jaren steeds vaker plaats in de openbare ruimten, op straat en midden in woonwijken. Dat omstanders risico lopen en soms geraakt worden, wordt voor lief genomen.  Helaas is vandaag de dag de term  ‘vergismoord’ een gangbaar begrip geworden.

De Moorden – Chronologisch Overzicht

  • Moord op Ronald Bakker op 9 september 2015 in Huizen. Bakker was medewerker van de spyshop in Nieuwegein. Deze spyshop kwam in beeld in het onderzoek 26Koper. Hij is vermoord in zijn auto, voor de deur van zijn woning. Uitspraak Gerechtshof  26Koper
  • Moord op Samir Erraghib op 17 april 2016 in IJsselstein. Erraghib is vermoord terwijl zijn 7-jarig dochtertje bij hem in de auto zat. Zij heeft de aanslag overleefd.
  • Moord op Ranko Scekic op 22 juni 2016 in Utrecht. Scekic liep met een vriend op straat voor zijn woning toen hij werd doodgeschoten. Zijn vrouw en kinderen waren op dat moment thuis.
  • Voorbereiding voor de moord op twee contacten van Scekic.
  • Poging moord op Abdelkarim Ahabad op 11 oktober 2016. Er is iemand op Ahabad afgelopen met een automatisch vuurwapen en daarna is hij klemgereden. Ahabad wist te ontkomen.
  • Moord op Hakim Changachi op 12 januari 2017. Changachi is in zijn portaal van zijn flat doodgeschoten, bij vergissing. Het beoogde doelwit was Khalid Hmidat.
  • Voorbereiding voor de moord op Khalid Hmidat. In de maand januari 2017 is Hmidat gevolgd en in de gaten gehouden. De moord op Hmidat is niet gelukt, de daders die gewapend bij zijn woning klaarstonden zijn overlopen.

Kroongetuige

Lange tijd lukte het niet om de geweldsspiraal te doorbreken. Er was wel TCI-informatie beschikbaar over mogelijke opdrachtgevers van liquidaties, maar onvoldoende om hen met succes te vervolgen.

[16]

The relevant law in the UN Charter allows for a state to act in self-defence “if an armed attack occurs”.

But this definition tends to be interpreted by governments, say legal experts.

“In the Soleimani case, the US is claiming it acted in self-defence to prevent imminent attacks, a category of action which, if in fact true, is generally seen as being permissible under the UN Charter,” says Dapo Akande, professor of public international law at Oxford University and co-director of the Oxford Institute for Ethics, Law and Armed Conflict (ELAC).

BBC

SOLEIMANI ATTACK: WHAT DOES INTERNATIONAL LAW SAY?

https://www.bbc.com/news/world-51007961

[17]

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html

[18]

Dan zal Hij hun antwoorden en zeggen: Voorwaar zeg Ik u: Voor zoveel gij dit een van deze minsten niet gedaan hebt, zo hebt gij het Mij ook niet gedaan.  

MATTHEUS 25, VERS 45

https://www.online-bijbel.nl/bijbelboek/Mattheus/25/31-46

[19][BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.
AFKOMSTIG UIT LINK  NAAR INTERVIEW OP NOS BERICHT

NOS

BIJLEVELD HEEFT BEGRIP VOOR LIQUIDATIE SOLEDIMANI, MAAR WIL WEL TOELICHTING VS

7 JANUARI 2020

https://nos.nl/artikel/2317598-bijleveld-heeft-begrip-voor-liquidatie-soleimani-maar-wil-wel-toelichting-vs.html TRANSCRIPTIE DEEL INTERVIEW”'[INTERVIEWER]”Staat Nederland, staat het kabinet achter deze liquidatie?”[BIJLEVELD]”Wij staan wel achter het feit, dat eh, ja, wij hebben begrip voor het feit, dat het is gebeurd.””Omdat, als je kijkt naar wat Iran heeft gedaan en als je kijkt naar wat Soleimani is, dat is denk ik ook wel goed om te zeggen, dat is natuurlijk geen heilig Boontje.”[INTERVIEWER]”Dat was een boef”[BIJLEVELD]:”Dat is een echte boef he, die echt sjiitische milities voor een deel daar heeft geleid, hij heeft …er zijn vreselijke dingen gebeurd in Syrie en daar is hij voor verantwoordelijk.Wat Iran sowiewo doet is echt heel verkeerd in dat land.Dus daar hebben wij begrip voor, ook voor beroep op het feit, dat het zelfverdediging is.Maar tegelijkertijd en dat hebben we ook aan de orde gesteld Nederland en dat zal mijn collega Blok ook aanstaande vrijdag in de Europese Raad aan de orde stellen-tegelijkertijd kom je daarmee in een situatie die het voor het land en de mensen daar nog veel ingewikkelder maakt en dat mag eigenlijk niet.

Reacties uitgeschakeld voor Nederlands kabinet heeft begrip voor liquidatie Soleimani/Brief aan Christen-Unie, regeringspartij, die zich graag beroept op het christelijke geloof

Opgeslagen onder Divers