Shout Out aan Joke Kaviaar, vluchtelingenactiviste en anti raciste, in de gevangenis voor haar inzet voor vluchtelingen

Image result for Joke Kaviaar/Schipholbrand

JOKE KAVIAAR, STRIJDSTER VOOR GERECHTIGHEID
VLUCHTELINGENACTIVISTE, ANTI RACISTE
Related image
JOKE KAVIAAR IN T SHIRT MET ANTI ZWARTE PIET SYMBOOL!
 
 
LAATSTE STUK VOOR HAAR ARRESTATIE
 
 
SHOUT OUT AAN JOKE KAVIAAR, VLUCHTELINGENACTIVISTE EN
ANTIRACISTE, IN DE GEVANGENIS VOOR HAAR INZET VOOR VLUCHTELINGEN
VOORAF:
Beste lezers,
Vandaag ga ik het met u hebben over Joke Kaviaar, dichteres,
schrijfster en vooral activiste, met hart en ziel, voor vluchtelingen en anti raciste,
die zich onder andere inzet voor de strijd tegen de racistische karikatuur
Zwarte Piet [1] en vrijwel bij iedere demonstratie tegen het Zwarte Piet
verschijnsel aanwezig is.

 

Zoals de opmerkzame lezer heeft kunnen zien, heb ik op mijn
website vaker artikelen van Joke, meestal over vluchtelingenrechten,
maar ook wel over racisme in het algemeen, geplaatst,
Zie onder noot 2
Voor die jarenlange activiteiten voor de rechten van vluchtelingen op bestaan,
hun recht om te vluchten, om in veiligheid in Nederland en welk ander Europees  [of ander] land te leven en een bestaan op te bouwen, zonder de angst, te worden  teruggestuurd naar armoede/oorlog/vervolging/uitzichtloosheid, zit zij nu in de gevangenis.
Vandaag is zij gearresteerd om twee en een halve maand cel uit te zitten.
HAAR ”MISDAAD”?

 

 

Haar kritische stukken over het misdadige vreemdelingenbeleid,
dat mensen terugstuurt naar landen en regio’s waar ze worden
vervolgd en vaak mishandeld [3], dat een niet werkend
”Kinderpardon” afkondigt [4], dat verantwoordelijk is voor een brandgevaarlijke
situatie, waardoor destijds 11 uit te zetten vluchtelingen levend
verbrand zijn [Schipholbrand] [5].
Het beleid, waarvan haar functionarissen tegen een negenjarig Iraaks
vluchtelingen kind, dat zijn zorgen deelt over zijn wellicht dodelijke
toekomst, zeggen ”Ja, dus?” [6]
Het beleid, waarbij haar handlangers, de Dienst Terugkeer en
Vertrek, uit te zetten vluchtelingen grof intimideren, zoals
de DT & V medewerker, die tegen een oude Armeense vrouw zei,
die nog een aantal operaties in Nederland te gaan had
””Nu weet ik, dat u met uw vaste contactpersoon vanuit DT & V hebt afgesproken,

een hele tijd geleden al, dat u aan uw knie geopereerd zou worden en dat u daarna zou terugkeren.
Nu blijft dat terugkeren van u, dat blijft een er een beetje bij he.
U woont hier al heel lang he, op deze locatie.
Er is telkens wel weer een nieuwe operatie, of een nieuwe medische ingreep,
die u doet besluiten om vooral niet terug te keren.
Daar wou ik het vandaag eens met u over hebben.” [7]

Een Beleid, dat uitgeprocedeerde vluchtelingen, die niet
terug kunnen naar hun land van herkomst vanwege de oorlogssituatie,
of omdat het land van herkomst ze weigert.
Anderen zijn eigenlijk nog niet helemaal uitgeprocedeerd en hebben
nog een kans op asiel, maar ergens is er iets misgegaan
van de kant van de Overheid.  [8]
Kort gezegd:
Ze vallen tussen wal en schip, het zogenaamde
”Asielgat”[9]
En zo kan ik nog wel even doorgaan
KORTOM
Nog los van alles dat fout gaat, deugt dit beleid, dat mensen het recht
op veiligheid, het recht op het opbouwen van een behoorlijk bestaan,
niet.
Toegegeven:
Niet iedereen is een vervolgde vluchteling, maar ook economische vluchtelingen, die hier in vrede en veiligheid een bestaan willen
opbouwen, moeten welkom zijn.
Dat vindt Joke en dat vind ik ook.
Maar hoe je ook denkt over economische vluchtelingen
[worden wel ”gelukszoekers” genoemd, alsof men het Geluk
niet mag zoeken….], de Staat gaat ronduit grof en onmenselijk
met vluchtelingen om, houdt er totaal geen rekening mee, dat
mensen vaak uit oorlogsgebieden komen of landen,
waar geen centraal Gezag is, zoals Libie
en Somalie en probeert zelfs organisaties, die de Middellandse
Zee vluchtelingen, die dreigen te verdrinken, redden, neer te
zetten als criminelen! [10]
JOKE’S STRIJD/JOKE’S VERVOLGING/JOKE’ S GEVANGENSCHAP
En voor een paar felle en kritische teksten, die Joke over
het beleid geschreven heeft, is zij vervolgd wegens ”opruiiing”
en nu dan ook gearresteerd en vastgezet.
Lees er alles over onder noot 11 en realiseert u ook wat er gebeurt,
als je hardop uitspreekt/schrijft, wat er al jaren aan onmenselijk
beleid gevoerd wordt! [12]
Joke heeft het in felle bewoordingen neergeschreven ja, maar het
is wel de bittere waarheid en die, ja wil men, zoals zo vaak,
niet horen……..
SHOUT OUT!!!!/LOUDLY!!!!!!
Voor iemand als Joke, die zich zo inzet en blijft inzetten, ondanks
vervolging en veroordeling, geef ik graag een shout out, zoals ik
dat al eerder gedaan heb. [13]
En het is me een eer, dat deze Shout out is gekomen
als reactie op haar laatste stuk voor haar arrestatie, waar zij
weer eens [en terecht] fel uithaalde naar het beleid van de vluchtelingen
beulen en de consequenties. [14]
Overdrijf ik nou:
Dan citeer ik uit haar artikel
”Kinderpardon?! Als het aan Harbers en zijn terroristenpartij VVD ligt komt het er niet. Wat er nu voor doorgaat is, voor alle duidelijkheid overigens, geen kinderpardon. Zelfs het uitspreken van het woord ziet Harbers al als een vloek. Hij sprak vandaag, 22 januari, liever van een ‘restregeling’. Het taalgebruik vanuit politiek Den Haag komt zoals altijd uit een bevroren ivoren toren.”
EN
”Hier is er nog zo eentje: Klaas Dijkhoff die, geconfronteerd met de dodelijke werkelijkheid door de negenjarige Nemr uit Irak, reageerde met: “Ja? Dus?”
IK GA DOOR
”Hier is er nog zo eentje van Mark Harbers, over de zes opvarenden van Sea Watch, die Neederland kort geleden o-zo-niet-barmhartig opnam: een “rottig besluit” meende hij en hij voegde daaraan toe dat “ze een volgende keer waarschijnlijk nog veel langer zullen ronddobberen, want dan doet Nederland níet mee”. [15]
GOED!
TO CUT A LONG STORY SHORT:
Naar aanleiding van dit artikel van Joke dus ”Pardon?! Een rottig besluit” [16], zo byzonder omdat het haar laatste artikel ”in vrijheid” was, heb ik aan haar, op Indymedia.nl, een Shout out geschreven, die u direct hieronder gaat lezen.
En daaronder het notenapparaat, waarin u meer kennis neemt
van de zaak Joke en de byzondere persoon, die Joke Kaviaar is.
VEEL LEESPLEZIER
GEEN MENS IS ILLEGAAL!
Astrid Essed
REACTIE OP ARTIKEL JOKE KAVIAAR
SHOUTOUT!
PARDON?!/EEN ROTTIG BESLUIT’
DISCUSSIE
MIJN SHOUTOUT NAAR JOKE KAVIAAR
LINK
TEKST

wo, 23/01/2019 – 18:35 — Astrid Essed

ADHESIE/VOOR VLUCHTELINGENRECHTEN!

ADHESIE/VOOR VLUCHTELINGENRECHTEN

SHOUT OUT AAN JOKE KAVIAAR!

Ik wil graag mijn adhesie uitspreken met het bovenstaande stuk
van activiste, dichteres en schrijfster Joke Kaviaar, die zich
sinds jaar en dag inzet in de strijd voor vluchtelingenrechten, tegen
racisme en tegen meer en meer onrecht.
Die er veroordeling en detentie voor over heeft en toch doorgaat met
die strijd.

https://13-september.nl/persbericht-advocaat-jebbink-activiste-alsnog-ce…

https://13-september.nl/de-veroordeling/samenvatting/
Iets wat lang niet iedereen zou doen, begrijpelijk uiteraard, maar daardoor
getuigt van grote moed.

Ook dit stukje getuigt hier weer van.

En wat mij er zo aan frappeert is de nietsontziendheid
waarmee ze de wrede [want dat is het in feite] vluchtelingen
politiek van de Nederlandse Staat, maar ook de EU, aan de kaak
stelt.

ALS politici tegen negenjarige kinderen zeggen ”Ja, dus” [ook al
beweer hij, dat hij het tegen Tim Hofman had, wat het niet minder
naar maakt]

https://www.ad.nl/breda/dijkhoff-over-ja-dus-opmerking-ik-had-het-alleen…

ALS

Harbers, onze Staatssecretaris van ”Justitie” en Veiligheid over het opnemen van de opvarenden van het reddingsschip Sea Watch door Nederland
zegt ”Een rottig besluit” en er aan toevoegt
”Een volgende keer zullen ze waarschijnlijk nog veel langer ronddobberen, want dan doet Nederland níet mee.”

https://www.nrc.nl/nieuws/2019/01/09/eu-besluit-tot-ad-hoc-verdeelsleute…

https://www.astridessed.nl/rescued-migrants-head-for-spain-after-italy-c…

ALS

Er gewelddadige deportaties plaatsvinden naar landen als Soedan,
waar uitgezette vluchtelingen hun leven en veiligheid niet zeker zijn
en zelfs de waarschuwingen van Amnesty International over
mishandeling en verdwijning worden genegeerd

https://www.amnesty.nl/actueel/sudanese-man-opgepakt-na-uitzetting-vanui…

https://www.astridessed.nl/tag/vluchtelingen/

ALS
Een medewerker van DT & V [Dienst Terugkeer en Vertrek] tegen
een oude Armeense vrouw, die een serie operaties moet ondergaan,
zegt, nadat ze heeft uitgelegd, hoe beroerd haar medische situatie is:

”Nu weet ik, dat u met uw vaste contactpersoon vanuit DT & V hebt afgesproken,
een hele tijd geleden al, dat u aan uw knie geopereerd zou worden en dat u daarna zou terugkeren.
Nu blijft dat terugkeren van u, dat blijft een er een beetje bij he.
U woont hier al heel lang he, op deze locatie.
Er is telkens wel weer een nieuwe operatie, of een nieuwe medische ingreep,
die u doet besluiten om vooral niet terug te keren.
Daar wou ik het vandaag eens met u over hebben.

2.50-3.17
HET IS UW LAND

https://www.youtube.com/watch?v=C94Wrx-fdOk

DAN IS ER SPRAKE VAN INHUMANITEIT EN EEN
WREDE EN ONMENSELIJKE BEHANDELING

JOKE KAVIAAR HEEFT GELIJK!

Het is niet voor niets, dat deportaties in de vroege ochtend plaatsvinden,
aan onze waarneming worden ontrokken, dat vreemdelingen
gevangenissen, gezinslocaties etc zich ver buiten de
bewoonde wereld bevinden!

Als men niets te verbergen had, dan had men dat niet zo besloten!

SHOUT OUT, JOKE!

Daarom is dit stukje van Joke zo sterk.

Om ons allemaal nogmaals keihard de ogen te
openen voor een inhumaan beleid, dat steeds ”gewoner” geworden wordt.

Ze roept op tot verzet tegen een beleid, dat steeds wreder en nietsontziender
wordt.

VLIEGTUIGVERZET

Ze noemt het vliegtuigverzet tegen deportaties als lichtend
voorbeeld en dat is het ook

Zie ook de moedige actie van de Zweedse vrouw, die de deportatie
van een Afghaanse man heeft verhinderd.

https://www.youtube.com/watch?v=6G7XhKeQbkE&t=183s

EN WIJ NU!

Joke roept ons allemaal op om net zo moedig te zijn, een vliegtuigprotest
te ondernemen, fysiek de deportatiemachine in de weg te staan.

Durven we dat allemaal?
Natuurlijk niet en dat hindert ook niet.

Ieder zijn ding, ieder zijn kracht, op zijn of
haar eigen manier’

RESPECT voor iedereen, die zich op welke wijze ook verzet.

Maar voor Joke’s moed en strijd heb IK bewondering en met
mij velen.

Want ondanks gevolgen voor haarzelf is zij bereid, risico’s te
nemen voor een betere wereld en meer menselijkheid.

Daarom heb ik deze SHOUT OUT geschreven

Daarom waardeer ik haar moed en die van anderen.

DOOR MET DE STRIJD!

Astrid Essed

NOTEN

[1]
AFSCHAFFING ZWARTE PIET EEN MUST/ZWARTE PIET
ALS RACISTISCH FENOMEEN
ASTRID ESSED
19 OCTOBER 2013
[2]
OP MIJN WEBSITE:
JOKE KAVIAAR
[3]
”Uit onderzoek van Amnesty International blijkt dat een vorig jaar naar Sudan uitgezette man na aankomst is gearresteerd. Er zijn sterke aanwijzingen, waaronder foto’s van verwondingen, dat hij dertien dagen in isolatie werd opgesloten, waar hij veelvuldig werd ondervraagd, mishandeld en vernederd. Hij leeft nu ondergedoken. ”
AMNESTY INTERNATIONAL
SUDANESE MAN OPGEPAKT NA UITZETTING VANUIT NEDERLAND
7 JANUARI 2019
[4]
DEFENCE FOR CHILDREN
NOG STEEDS GEEN RECHTVAARDIG KINDERPARDON;
REGERING LAAT VIERHONDERD KINDEREN IN ONZEKERHEID
12 SEPTEMBER 2018
 
 
STAATSSECRETARIS EN AFDELING REDUCEREN KINDERPARDON
TOT DODE LETTER
TERUG BIJ AF
MARTIN VEGTER EN MACHTELD VAN WERVEN
 
[5]
WIKIPEDIA
SCHIPHOLBRAND
TROUW
NASLEEP VAN DE SCHIPHOLBRAND
21 SEPTEMBER 2006
TEKST
DEN HAAG (ANP) – De fatale brand in het cellencomplex op Schiphol heeft in het afgelopen jaar geleid tot felle debatten over de schuldvraag, de bestuurlijke verantwoordelijkheden en de nazorg aan de overlevenden. Een overzicht van de nasleep:

BRAND: De brand die in de nacht van 26 op 27 oktober 2005 uitbreekt in het cellencomplex op Schiphol-Oost, kost aan elf mensen het leven. Vijftien anderen raken gewond. De slachtoffers zaten in vreemdelingenbewaring in afwachting van hun uitzetting. Een gedetineerde uit Libië wordt ervan verdacht in zijn cel brand te hebben gesticht. Vijf gedetineerden die na de brand waren ontsnapt, zijn nog spoorloos.

NAZORG: de ministers Donner en Verdonk krijgen veel kritiek op de opvang van overlevenden en de nazorg aan hen. De Tweede Kamer roept hen daarvoor ter verantwoording tijdens diverse (spoed)debatten, waarin de bewindslieden de kritiek proberen te weerleggen. Ook hulpverleners, onder wie psychologen en maatschappelijk werkers, stellen dat de medische en psychische begeleiding van getraumatiseerde overlevenden tekort schiet. Verdonk geeft uiteindelijk 39 getroffenen een verblijfsvergunning.

ONENIGHEID: de gemeente Haarlemmermeer en het ministerie van Justitie raken met elkaar in de clinch over het cellencomplex. De commissaris van de koningin van Noord-Holland, H. Borghouts, doet een bemiddelingspoging. De gemeente wil het detentiecentrum op korte termijn sluiten. Uiteindelijk haalt minister Donner via een koninklijk besluit een streep door die eis. Door zijn actie ontstaat nieuwe ophef. De bestuurlijke ruzie leidt tot een kort geding, dat de gemeente tegen de Staat aanspant. De gemeente verliest de zaak.

VERANTWOORDELIJKHEDEN: de ministeries van Justitie (Donner en Verdonk) en VROM (Dekker) en de gemeente Haarlemmermeer zouden zich volgens het conceptrapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid niet aan de regels hebben gehouden. Daardoor zouden onnodig veel doden zijn gevallen.

JUSTITIE/VROM: Justitie is de gebruiker van het cellencomplex, dat eigendom is van de Rijksgebouwendienst (VROM). Het gevangenispersoneel valt onder de verantwoordelijkheid van Donner.

In de afgebrande vleugel hadden twee nachtbewakers moeten zitten, maar er zat niemand. Het ministerie van Justitie stelt altijd te hebben voldaan aan alle brandveiligheidseisen die de gemeente Haarlemmermeer heeft gesteld aan het cellencomplex.

GEMEENTE: De afdeling bouw- en woningtoezicht van de gemeente zou de bouwvergunning voor de getroffen vleugels onterecht hebben verleend. Ook de brandweer, die onder de gemeente valt, zou slecht hebben gecontroleerd.

AANKLACHTEN: De Stichting Een Royaal Gebaar doet aangifte tegen de ministers Donner en Verdonk en klaagt hen onder meer aan wegens dood door nalatigheid. Oud-minister Jan Pronk steunt deze actie.

Het comité Rechtsherstel, waarin zich diverse organisaties hebben verenigd, doet ook aangifte tegen de twee bewindslieden. Volgens het comité hebben ze zich schuldig gemaakt aan een wrede en onmenselijke behandeling van de slachtoffers van de Schipholbrand.

ONDERZOEKSRAAD VOOR VEILIGHEID
ONDERZOEKSRAAD VOOR VEILIGHEID ONDERZOCHT BRAND
CELLENCOMPLEX SCHIPHOL
TEKST

Tekortschieten drie instanties oorzaak fatale afloop Schipholbrand

De Onderzoeksraad voor Veiligheid onder voorzitterschap van prof. mr. Pieter van Vollenhoven, heeft zijn onderzoek naar de brand die in de nacht van 26 op 27 oktober 2005 woedde in het Detentie- en Uitzendcentrum Schiphol-Oost afgerond met een rapport dat op 21 september 2006 is gepubliceerd. Het onderzoek was gericht op twee onderzoeksvragen:

* Waarom zijn bij de brand elf celbewoners om het leven gekomen?
* Hoe is de opvang en nazorg van de overige betrokkenen verlopen?

De Raad concludeert in zijn rapport onder meer dat drie overheidsinstanties tekort zijn geschoten. Bij deze overheidsinstanties heeft veiligheid en in het bijzonder brandveiligheid te weinig aandacht gehad. Het gaat allereerst om de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) als opsteller van het Programma van Eisen voor de bouwer, als uiteindelijke gebruiker van het cellencomplex Schiphol-Oost en als verantwoordelijke voor de veiligheid van de gedetineerden. Vervolgens noemt de Raad de Rijksgebouwendienst (RGD), opdrachtgever voor de bouw en eigenaar van het cellencomplex Schiphol-Oost. Ten slotte draagt de gemeente Haarlemmermeer verantwoordelijkheid, als vergunningverlener voor de bouw en het gebruik, als toezichthouder en handhaver en als verantwoordelijke voor de brandweerzorg. De Raad beschouwt de DJI als de primair verantwoordelijke partij ten aanzien van de brandveiligheid.

Deze drie instanties hebben op diverse punten verzuimd inhoud te geven aan de geldende wet- en regelgeving met betrekking tot brandveiligheid alsmede aan de informele regelgeving (waaronder het ‘Brandbeveiligingsconcept Cellen en Celgebouwen’). Dat vindt de Raad ‘een teleurstellende conclusie aangezien het waarborgen van de veiligheid van burgers een onomstreden kerntaak is van de overheid’. Ook de instanties die toezicht moeten houden op de toepassing van deze wet- en regelgeving (de gemeente en rijksinspecties) hebben onvoldoende als een correctiemechanisme kunnen functioneren.

De Raad acht de veronderstelling gerechtvaardigd dat er minder of geen slachtoffers te betreuren waren geweest als de brandveiligheid de aandacht van de betrokken instanties zou hebben gekregen. Meer precies:

* De bedrijfshulpverleningsorganisatie van de DJI had beter doordacht, voorbereid en getraind moeten zijn, inclusief de samenwerking en afstemming met de brandweer. * De vleugels J en K van het cellencomplex hadden door de RGD gebouwd dienen te worden volgens het Bouwbesluit. * De gemeente Haarlemmermeer had haar verantwoordelijkheid als vergunningverlener, toezichthouder en handhaver meer inhoud moeten geven.

Het onderzoek toont naar de mening van de Raad aan dat de betrokken instanties onvoldoende kritisch zijn geweest ten aanzien van hun eigen verantwoordelijkheden. Tevens zijn deze verantwoordelijkheden onvoldoende gecommuniceerd en afgestemd ten opzichte van de verantwoordelijkheden van overige betrokkenen. In dit kader heeft de Raad eveneens geconstateerd dat men van mening is dat men kan vertrouwen en leunen op de deskundigheid van de andere betrokkenen, die helaas hetzelfde doen. Het gevolg hiervan is dat betrokkenen hun eigen verantwoordelijkheid niet nemen of die minimaliseren, waardoor ten aanzien van brandveiligheid risico’s onvoldoende worden onderkend en gekozen alternatieve oplossingen onvoldoende kritisch worden beoordeeld.

Ten onrechte heerste bij de leiding van het cellencomplex de overtuiging dat in geval van brand de brandweer Haarlemmermeer dichtbij zou zijn. De brandweer kon volgens de normen echter pas na 15 minuten ter plaatse en inzetbaar zijn, terwijl in dit geval door allerlei oorzaken, grotendeels buiten de brandweer zelf gelegen, de werkelijke opkomst- en inzettijd ongeveer 25 minuten bedroeg. Al na enkele minuten waren de brand en de rookontwikkeling zo hevig, dat de onbeschermde bewaarders, die niet beschikten over perslucht, hun reddingspogingen moesten staken.

Dat accentueert, vindt de Raad, de noodzaak van een betrouwbaar gebouw, zonder de bouwkundige tekortkomingen die de brandontwikkeling hebben versneld en het redden hebben bemoeilijkt. Eveneens had het cellencomplex moeten beschikken over een voldoende toegeruste, getrainde en met de brandweer afgestemde Bedrijfshulpverlening.

Over de feitelijke oorzaak van de ramp stelt de Raad, na uitgebreide brandproeven, dat de brand heeft kunnen ontstaan door een weggeworpen sigarettenpeuk. Een technische oorzaak is vrijwel uitgesloten.

Aanbevelingen

Aan de minister van Justitie beveelt de Raad aan: * Alle penitentiaire inrichtingen binnen één jaar te laten doorlichten naar de staat van de brandveiligheid (waaronder de afspraken met de brandweer) en de bedrijfshulpverleningsorganisatie, deze zonodig op orde te brengen en de resultaten daarvan aan de Tweede Kamer te rapporteren. * In het beheer van de instellingen die onder zijn verantwoordelijkheid werken de (brand)veiligheid een expliciet punt van beleid te laten zijn en de recent ingestelde Inspectie voor de Sanctietoepassing een integrale toezichttaak te geven (met benutting van de deskundigheid van andere inspecties, commissies van toezicht, etc.) en over de staat van de (brand)veiligheid periodiek te rapporteren. * De verantwoordelijkheidstoedeling binnen het Ministerie van Justitie, in het bijzonder binnen de DJI tussen de centrale en lokale leiding, aan een kritisch onderzoek en herziening te onderwerpen met name gericht op de verantwoordelijkheid van de locatiedirectie en de conclusies van een dergelijk onderzoek helder vast te leggen. * De calamiteitenplannen van de opvangcentra en penitentiaire inrichtingen aan een kritische toets op realiteitsgehalte te onderwerpen en tevens bijzondere aandacht te schenken aan de opvang van en nazorg aan gedetineerden en de bovenlokale coördinatie daarvan expliciet bij de DJI te beleggen.

Aan de minister van VROM beveelt de Raad aan: * De bouwregelgeving voor bijzondere gebouwencomplexen toegankelijker te maken. Daarnaast vraagt de Raad aandacht voor voorlichting, instructie, periodieke scholing etc. ter ondersteuning van de juiste toepassing van de bouwregelgeving en de opbouw van nationale expertise. * Gezien de gesignaleerde tekortkomingen van het cellencomplex als gebouw, de rol en verantwoordelijkheid van de Rijksgebouwendienst aan een nadere precisering te onderwerpen zodat te allen tijde de kwaliteit van de bouw wordt geborgd en het invullen van de dienstverlenende taak niet ten koste gaat van de geleverde kwaliteit. * In geval van tijdelijke bouw, waarbij in het Bouwbesluit 2003 lagere eisen worden gesteld aan bouwplannen voor gebouwen met risicovolle functies aanvullende voorwaarden te (laten) stellen, opdat het veiligheidsniveau per saldo gelijkwaardig is aan permanente bouw.

Aan de Gemeente Haarlemmermeer beveelt de Raad aan: * Te zorgen voor voldoende expertise zodat bouwaanvragen, die afwijken van het Bouwbesluit maar wel aantoonbaar gelijkwaardige bouwkundige alternatieven voorstellen, aan een inhoudelijke toetsing (kunnen) worden onderworpen. * Te vermijden dat zij optreedt als adviseur voor de vergunningaanvrager, zodat de onafhankelijkheid die nodig is voor de uitvoering van de eigen toezichthoudende taak, niet in gevaar komt. * De bedrijfshulpverlening en brandweerzorg bij risicovolle objecten zorgvuldig op elkaar af te stemmen en gezamenlijk te oefenen.

Aan de minister van BZK beveelt de Raad aan: * In overleg met de minister van Justitie, als verantwoordelijke voor wet- en regelgeving, te heroverwegen of de status van informele regelgeving, zoals het Brandveiligheidsconcept Cellen en Celgebouwen, voor veiligheidsrisico’s adequaat is. * Deze informele regelgeving ten aanzien van de inhoud te actualiseren. * Met de VNG na te gaan hoe de gemeenten daadwerkelijk professioneel invulling kunnen geven aan hun taak als toezichthouder in geval van gebouwen met een risicovolle functie, zoals een cellencomplex. Hierbij dient in overweging genomen te worden expertise over en ervaringen met specifieke gebouwen te bundelen. Overwogen zou moeten worden analoog aan de veiligheidspraktijk in andere sectoren de ‘bewijslast’ om te keren, en van vergunningaanvragende organisaties te verwachten dat zij aantonen zo veilig als mogelijk te functioneren.

De Onderzoeksraad voor Veiligheid is sinds 1 februari 2005 bij Rijkswet belast met onderzoek naar de oorzaken en achtergronden van rampen en ongevallen, met het doel aanbevelingen te formuleren die kunnen helpen herhaling te voorkomen. De samenstelling van de Raad: prof. mr. Pieter van Vollenhoven (voorzitter), Ans van den Berg, mr. Joost Hulsenbek, prof. dr. ing. Ferdinand Mertens, dr. ir. Koos Visser.

PARLEMENT.COM

MINISTERS DONNER EN DEKKER AFGETREDEN OM
SCHIPHOLBRAND
21 SEPTEMBER 2006
TEKST
donderdag 21 september 2006, 13:52

De ministers Piet Hein Donner (Justitie) en Sybilla Dekker (VROM) hebben hun ontslag aangeboden aan koningin Beatrix. Aanleiding is het vandaag verschenen rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid over de brand in het cellencomplex op Schiphol. Dat bevat onder meer harde kritiek op de ministeries van VROM en Justitie. Volgens de Raad waren er minder of geen slachtoffers gevallen als de instanties meer aandacht hadden besteed aan brandveiligheid.

Na het verschijnen van het rapport vond er overleg plaats op het Catshuis tussen de genoemde ministers, minister-president Balkenende, vicepremier Zalm, CDA-fractieleider Verhagen en VVD-leider Rutte. Daarop besloten de twee bewindslieden hun ontslag aan te bieden.

Zij hebben vanmiddag in een verklaring in de Tweede Kamer hun besluit toegelicht. Beiden wezen erop dat zij politiek verantwoordelijk zijn voor fouten van diensten die onder hun ministerie vallen, los van de vraag of zij daar ook persoonlijk iets aan hadden kunnen veranderen, bijvoorbeeld omdat zij ten tijde van de gemaakte fouten nog geen minister waren.

Met name Donner maakte duidelijk dat hij het niet op alle punten eens is met de conclusies van het rapport. Maar een inhoudelijk debat over de kwestie zou worden belemmerd als hij was aangebleven: dan had het debat zich toegespitst op zijn positie in plaats van het onderwerp zelf.

Tweede Kamerleden noemden de verklaringen onder meer “waardig” en “indrukwekkend”.

Eind oktober vorig jaar kwamen bij de brand in het Detentie- en Uitzendcentrum Schiphol-Oost elf mensen om het leven. De Onderzoeksraad voor Veiligheid (onder voorzitterschap van Pieter van Vollenhoven) heeft onderzoek gedaan naar de gang van zaken rond de brand en de nazorg aan betrokkenen. De raad concludeert dat drie overheidsinstanties tekort zijn geschoten:

  • de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) als gebruiker van het cellencomplex Schiphol-Oost en als verantwoordelijke voor de veiligheid van de gedetineerden. Deze dienst valt onder de minister van Justitie.
  • de Rijksgebouwendienst (RGD), opdrachtgever voor de bouw en eigenaar van het cellencomplex Schiphol-Oost. De RGD valt onder verantwoordelijkheid van de minister van VROM.
  • de gemeente Haarlemmermeer, als vergunningverlener voor de bouw en het gebruik, als toezichthouder en handhaver en als verantwoordelijke voor de brandweerzorg.

TROUW

TROUW
DRIE JAAR NA DE BRAND IN VLEUGEL K
25 OCTOBER 2008
Drie jaar na de desastreuze brand in het cellencomplex op Schiphol-Oost zocht verslaggever Bart Zuidervaart de overlevenden op. Zwaar getraumatiseerd werken ze, verspreid over heel Nederland, aan een toekomst. Waar de een slaagt, verzuipt de ander. Een verhaal over schuldgevoelens, nieuwe kansen en het verlangen naar thuis

 Bekijk hier de interactieve kaart van het cellencomplex

Boubakeur Cherrak maakt een vermoeide, wat verwarde indruk. Tijdens de autorit naar Groningen is hij zichtbaar zenuwachtig. In die stad wacht een opname in een ontwenningskliniek. Hij wil niet.

Maar Cherrak heeft geen keuze, vindt hij zelf. Zijn gezicht is ingevallen, tanden laten los. Zittend op de achterbank vertelt hij over zijn overmatig gebruik van medicijnen en drank. „Met mijn pillen worden beren in slaap gebracht.” Op dinsdag 23 september, tien uur ’s ochtends, stapt de 37-jarige Algerijn toch de detoxificatiekliniek aan de Vondellaan binnen.

Boubakeur Cherrakkwam in 1994 als een gezonde, sterke jongeman naar Nederland. Dat jaar werd hij in Frankrijk verliefd op een Nederlands meisje en reisde haar achterna. Die relatie werd niets, maar hij verkoos in Nederland te blijven.

Cherrak hield het illegale leven elf jaar vol. Toen pakte de vreemdelingenpolitie hem op. Hij belandde uiteindelijk in cel 15 van Vleugel K, in het detentiecentrum op Schiphol-Oost. Cherrak zou spoedig worden teruggestuurd naar Algerije.

Van uitzetting is het nooit gekomen. Op 26 oktober 2005, enkele dagen voor zijn gedwongen vertrek, brak er brand uit in het cellencomplex. Elf opgesloten vreemdelingen vonden die nacht die dood. Cherrak overleefde ternauwernood. Hij mocht, als getraumatiseerd slachtoffer van de Schipholbrand, in Nederland blijven.

Cherrak begon in de stad Groningen hoopvol aan een legaal bestaan. Toch ging het mis. Cherrak kan de gebeurtenissen van die nacht niet loslaten. Hij lijdt aan slapeloosheid en angstaanvallen. Hij heeft visioenen over twee vrouwen, een Oekraïense en een Dominicaanse. Zij verbleven tijdens de brand in cel 14, Cherrak in 15. Hij werd als laatste uit zijn cel bevrijd. Cherrak belandde in een gang vol rook. Links waren de celdeuren geopend. Rechts niet. Hij opende het luikje van cel 14 en zag de vrouwen, met doodsangst in de ogen. Het vuur was onderweg. Cherrak: „Ze sprongen als katten in de lucht.” Dat beeld laat hem niet los. Die vrouwen stierven in hun cel.

In Groningen gaf de Algerijn zich over aan verkeerde verleidingen. Hij betaalde geen huur meer en werd zijn woning uitgezet. Cherrak zwierf enige tijd op straat en was onvindbaar. Terugkijkend zegt hij nu: „Alcohol is mijn grootste vijand. Er zijn perioden geweest dat ik veel drugs gebruikte. Maar de laatste tijd is het bier, bier, bier. Daarna wijn, en sterke drank.”

Begin vorige maand dook Cherrak onverwachts op in Amsterdam, op de stoep van de Senegalees Cheikh Sakho (48). Cherrak had dringend hulp nodig.

Dat de Algerijn bij Sakho aanklopte, is niet verwonderlijk. Sakho is een bijzondere, innemende man. Toen de brand uitbrak op Schiphol, zat de Senegalees er al twee maanden opgesloten. Iedereen noemde hem ’Papa’ Sakho. Niet alleen omdat hij vader is van zeven kinderen, Sakho suste ruzies en bewaarde de rust op de vleugel.

In Senegal was Sakho vooral een bekend schilder. Het werd tijd om geld te verdienen voor de familie. In 2000 verkocht Sakho het huis van zijn overleden vader en stapte met een aantal schilderijen onder de arm op het vliegtuig naar Schiphol. Zijn vrouw en kinderen liet hij achter. Hij zou spoedig terugkeren, met geld.

Hier was de beroemde kunstenaar een gewone illegaal. Van exposeren kwam het niet. Vijf jaar later bouwde hij kramen op het Amsterdamse Waterloopplein. Totdat de politie hem na een verkeersongeval oppakte.

’This is Radio Teranga!’, roept Sakho in de microfoon. Sinds enkele maanden maakt hij elke vrijdagavond het webradioprogramma M2M Radio (Migrant to Migrant), vanuit Het Blauwe Huis op de Amsterdamse wijk IJburg. Zo ook vandaag, 3 oktober. In de uitzending belt Sakho met Afrikanen die berichten over hun reis naar Europa. ’Teranga’ betekent ’welkom’ in zijn moedertaal, het Wolof. Later zegt hij: „Nederland is niet het paradijs waar ik over heb gedroomd. Heel Europa trouwens niet. Als Afrikanen mij om advies vragen, zeg ik: blijf daar. Weet waar je aan begint.”

Cherrak en Sakho zijn twee van de 39 mensen die, doordat zij de Schipholbrand overleefden, van toenmalig minister Verdonk (vreemdelingenzaken) een verblijfsvergunning kregen. Verdonk vond dat zij ’iets dermate exceptioneels hadden meegemaakt, dat ik deze als versterkende overweging van humanitaire aard in mijn afweging heb meegenomen’, schreef ze de Tweede Kamer. Dat was augustus 2006.

Een maand later volgde een vernietigend rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid over de brand. Belangrijkste conclusie: er waren geen of minder slachtoffers gevallen als de overheid de brandveiligheid in het cellencomplex op orde zou hebben. De verantwoordelijke ministers Donner (Justitie) en Dekker (Vrom) traden af. De kwestie was, politiek gezien, afgedaan. De discussie verplaatste zich naar de brandveiligheid van andere overheidsgebouwen. De aandacht voor de overlevenden verslapte. Zij waaierden uit over het land en maakten een nieuwe start. Morgen is het exact drie jaar na de brand. Hoe vergaat het de overlevenden nu?

Een van de overlevenden is Ibrahim Benai (cel 2), een 41-jarige ambitieuze Algerijn. Hij heeft nog steeds geen werk en verveelt zich. Benai solliciteert wel, maar wordt nergens aangenomen. Bij de universiteitsbibliotheek wilde men liever ’een jonkie’. Daar baalt hij van. In 2007 rondde hij zijn inburgeringscursus met succes af. Benai probeert lachend wat spreekwoorden: „Je moet niet zeven sloten inlopen. Of in je sop doorkoken. Zoiets, toch?”

Vorig jaar december heeft Benai na bijna tien jaar zijn moeder weer gezien, in zijn geboortestad Ostaganem. Het was een emotioneel weerzien. Hij wil vaker terug, maar alleen voor zijn moeder. Benai herkende zijn stad niet meer. Een nieuwe generatie is er opgegroeid. Vroegere vrienden zijn vertrokken of overleden. Dan nog liever Groningen, vertelt Benai.

In Groningen woont ook de Libiër Murad Agury (26). Hij kreeg zijn verblijfsvergunning ruim een jaar later dan de anderen. Dat zit zo: Agury was na de brand psychisch in de war. Hij raakte betrokken bij enkele vechtpartijen. Daar doet hij zelf wat geheimzinnig over. „De mensen vertellen me nu dat ik gekke dingen deed”, zegt Agury.

Toen in augustus 2006 de vergunningen werden verstrekt, was zijn zaak nog onder de strafrechter. Pas in de loop van 2007 werd hij door het gerechtshof vrijgesproken. De vergunning volgde alsnog.

In zijn flat in Groningen vertelt de Libiër dat hij de dag en nacht heeft omgedraaid. In het donker kan hij niet slapen. Hij controleert deursloten en het gas doorlopend. Onlangs gooide Agury een sigarettenpeuk uit het raam. Zo is de gevangenisbrand waarschijnlijk ook ontstaan, bedacht hij zich. Hij heeft beneden gecontroleerd of deze wel gedoofd was. De peuk hield hem de hele nacht bezig.

„Ik vind geen rust”, zegt Murad Agury. „Dat probleem hoor ik ook van anderen. We kunnen lachen naar de mensen, maar als we alleen zijn, huilen we.”

Agury zit met een onopgelost vraagstuk in zijn hoofd. De Libiër zat tijdens de brand namelijk in cel 5. Redelijk ver van de brandhaard in cel 11. Agury werd op tijd bevrijd. Toch overleefde zijn celgenoot, de Oekraïner Taras Bilyk (30), de brand niet.

Wat er die nacht precies is gebeurd in cel 5, is onduidelijk. Een bewaarder opende de deur en bevrijdde Agury. Bilyk werd later die nacht dood gevonden op de grond, met de deur nog op een kier. Gek genoeg zijn de spullen in de cel intact. Bilyk had geen brandletsel. Heeft de bewaarder de man weer ingesloten? Is de deur dichtgeslagen en later door de brandweer geopend? Niemand weet het antwoord, ook de onderzoeksraad niet. Agury noemt dat ’zijn trauma’.

Wie met de overlevenden teruggaat naar die bewuste dag, woensdag 26 oktober 2005, merkt dat leven en dood dicht bij elkaar lagen. De mannen vertellen veel over de twee dode vrouwen. Over de gesprekken die ze voerden, de spelletjes die ze deden en over het noodlot dat hen trof.

De Oekraïense Oksana Nynych (29) werd aanvankelijk in cel 4 geplaatst. Ze was alleen in de tweepersoonscel. De Dominicaanse Maribel Martinez Rodriguez in cel 14 ook. Zij wilden, te midden van allemaal mannen op de vleugel, liever samen op cel. Dat mocht. Het werd cel 14.

’Papa Sakho’ zat tijdens de brand in de ’veilige’ cel 20, maar kort daarvoor nog in 13. Sakho kon niet opschieten met zijn celgenoot, de Surinamer Naiva Apensa (43). Hij ruilde van plek met een andere Surinamer, Robert Arah (34). De Surinamers stierven in cel 13 een kansloze dood. Sakho kan de schuldgevoelens moeilijk verdragen. Hij riep een jaar lang ’sorry’ en ’schuldig’. Toen ontmoette hij de moeder van Arah. Zij vergaf hem en dat luchtte op.

In cel 8 verbleef de Afghaan Momand Nouri. Zijn deur ging nog open, die van zijn Turkse buurmannen in 9 niet. Voordat Nouri door bewaarders werd afgevoerd, keek hij door het luikje van de cel van de Turken. Hun lichamen stonden in brand. Sindsdien heeft Nouri ’schuldige ogen’. De dood voltrok zich voor zijn ogen en hij kon er niets aan doen.

Momand Nouri (23) woont sinds twee jaar in Nijmegen. Om zijn zorgen te verduidelijken, zegt hij: „Er zijn dagen dat ik niet eet en weken dat ik geen geld heb.” Waar het blijft? „Huur, energie, telefoon, internet. Je weet wel.”

Nouri heeft moeite met ’het systeem’, zoals hij dat noemt. De instanties waar hij moet aankloppen voor hulp. De gemeente, Vluchtelingenwerk, de GGZ. „Eigenlijk hadden we het in het asielzoekerscentrum veel beter”, vindt Nouri. „Er werd veel voor ons geregeld en de dokter was altijd in de buurt.” Nouri dacht dat hij in Nijmegen zijn geluk zou vinden. Hij streek er neer met een verblijfsvergunning en een zak medicijnen onder de arm. Maar hij kan het ritme niet vinden. „Als de regering muziek draait, moeten wij dansen. The system is killing me.

Momand Nouri heeft vorig jaar, na lang zoeken, zijn moeder weer gevonden. Ze reist tussen Pakistan en Afghanistan, tussen haar ene en andere kind. Nouri belde en hoorde haar stem weer, voor het eerst in bijna tien jaar. Zijn telefoonrekening bedroeg die maand 700 euro, dat had Nouri zich niet gerealiseerd.

Veel overlevenden vertellen ongevraagd over hun moeder. Het blijkt een gevoelig onderwerp. De gelukkige die geld heeft, reist zo snel mogelijk af voor een bezoek. De rest droomt erover. Je gaat naar je moeder ’om rust te vinden’, zegt Ibrahim Benai (cel 2). Daar kan je op adem komen.

Op 7 oktober belt Benai om te vertellen dat hij een dag later via Bremen naar Algiers zal afreizen. Hij kreeg onverwachts geld terug van het energiebedrijf. De rest heeft Benai gespaard en geleend. Hij blijft vier weken. „Als ik terug ben, ga ik gas geven!”

Vlak voor vertrek volgt nog een sms-bericht: ’Geduld is een bittere boom die één zoete vrucht geeft’.

De Tunesiër Hichem Ben Sboui (36) is ook teruggeweest, eind vorig jaar. Hij voelde er zich na acht jaar Nederland een vreemdeling. Maar hij moest zijn moeder dringend zien. Zij heeft haar eigen trauma.

Voordat Ben Sboui in september 2005 door de vreemdelingenpolitie werd opgepakt, woonde hij al vijf jaar met zijn vrouw en dochtertje in Kerkrade. Omdat hij toen niet terug kon naar Tunesië, regelde zijn moeder een toeristenvisum en vertrok naar Kerkrade.

Op 15 september 2005, om 10 uur ’s ochtends, kwam Hichem Ben Sboui thuis van boodschappen doen. „Ik opende de voordeur en zag drie agenten in de woonkamer. Daar achter zat mijn moeder op de bank. Ze trilde. De agenten arresteerden mij onmiddellijk. Ik kon geen woord met mijn moeder wisselen. We waren allebei in shock.”

De moeder ging gedesillusioneerd terug naar Tunesië, de zoon belandde uiteindelijk in cel 18 van vleugel K op Schiphol-Oost.

Zijn vrouw Carolien zag de vuurzee donderdagochtend 27 oktober, op het nieuws van 7 uur. In een reflex belde ze 112. De nieuwslezer sprak over elf doden. Carolien zag mannen in witte pakken op tv. Toen raakte ze in paniek.

Justitie kon haar die dag geen duidelijkheid geven over het lot van haar man. Pas in de loop van de middag belde hij zelf, vanaf de bajesboot in Rotterdam. De gedetineerden waren daar na de brand naartoe gebracht. Met een telefoonkaart mochten ze even bellen.

Zijn moeder in Tunesië weet niet precies wat Ben Sboui heeft doorgemaakt. „Ze is ziek”, zegt hij. „Dat komt door wat ze bij mij thuis heeft gezien. Als ik haar vertel over de brand, wordt ze nog zieker.”

De Libiër Murad Agury (cel 5) zegt: „Your mother is going to feel your pain. Zij denkt dan dat jij gekke dingen doet. Waarom zat mijn zoon in de gevangenis?”

De Algerijn Ibrahim Benai (cel 2): „Mijn moeder gaat mij niet geloven. Ze denkt dan dat ik niet goed bij mij hoofd ben. Ik moet aan haar gezondheid denken.”

Zijn landgenoot Boubakeur Cherrak (cel 15): „Zie je het voor je? Haar zieke zoon die met een tasje medicijnen op de stoep staat? Wat denk je zelf?”

Mohammed Tahir (cel 2) is een 43-jarige landgenoot van Cherrak. Hij is wel teruggeweest naar zijn geboorteplaats. Gedwongen, welteverstaan. De man heeft als een van de weinigen uit vleugel K een strafblad, een vergunning kon hij daarom vergeten. Na wat zoekwerk blijkt hij niet meer in Algerije te wonen. Na twee maanden vertrok hij weer naar Europa. Vanuit België vertelt Tahir over de telefoon dat hij dicht bij zijn dochtertje wil zijn. „Dat is voor mij het belangrijkste.” Hij zegt dat haar moeder, inmiddels zijn ex-vriendin, ervoor zorgt dat hij zijn kind af en toe kan zien.

De Marokkaan Miloud Fritass (31) viel ook buiten de boot. Hij verbleef aanvankelijk in cel 1, maar werd de dag van de brand overgeplaatst naar een andere vleugel. Volgens zijn advocaat voldeed hij aanvankelijk aan alle voorwaarden om een status te krijgen als slachtoffer van de brand. Totdat zijn toenmalige vriendin aangifte tegen hem deed.

’Mishandeling’, luidde de aanklacht. De advocaat probeerde hem minder toerekeningsvatbaar te laten verklaren vanwege psychische problemen, ontstaan door de Schipholbrand. De rechter ging daar niet in mee.

Eind september wordt Fritass gezien in een islamitische slagerij in Den Haag. Hij zou er illegaal werken. Op 8 oktober meldt zijn advocaat dat Fritass is opgepakt door de politie. Er stond nog een straf open vanwege de mishandeling van zijn – toen inmiddels – ex-vriendin. Sindsdien zit Fritass in de penitentiaire inrichting in Lelystad. De kans is groot dat hij daarna in vreemdelingenbewaring komt. Over de telefoon vanuit de gevangenis vertelt Fritass dat hij zich nooit zal laten terugsturen naar Marokko.

Het asielzoekerscentrum van Leersum ligt prachtig verscholen tussen de bomen van de Utrechtse Heuvelrug. De Georgiër George Kvantrashvili (35) woont er met zijn vrouw en twee kinderen. Hij zat aanvankelijk vast in cel 7 van cellenblok K, maar op de middag voor de brand belandde hij na een mislukte uitzetpoging in een andere cel. Hij denkt in vleugel K, in cel 4. Die nacht hoorde hij mensen schreeuwen en plastic smelten. „De lichten gingen uit, alleen mijn tv deed het nog”, herinnert hij zich. Hij kwam op tijd vrij. In de luchtkooi wachtte Kvantrashvili tevergeefs op zijn landgenoot en vriend Dato Kasojev, uit cel 10. Daar denkt de Georgiër constant aan, in het azc Leersum. Hoewel Kvantrashvili een vergunning heeft gekregen en dus recht heeft op een woning, verblijft het gezin al drie jaar in het opvangcentrum. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (Coa) wacht eerst af wat er met zijn vrouw en kinderen gebeurt, zegt zijn advocaat. Zij zitten nog in de asielprocedure.

Kvantrashvili heeft nog een ander probleem: zijn vergunning staat op de tocht. Hij is onlangs aangehouden in verband met een diefstal. De Georgiër stal een paar schoenen voor zijn zoon, die naar school moest. De boete bedroeg 250 euro. Hij zegt dat hij te weinig geld kreeg van het Coa en geen andere uitweg zag. „Ik schaam me er voor”, zegt hij.

Boubakeur Cherrak (cel 15) wordt na ruim een week ontslagen uit de Groningse afkickkliniek. Het werd geen succes. Daar waren de leiding en Cherrak zelf het over eens. „Ik ben geestelijk nog steeds een wrak. Het was niet de juiste plek voor mij. Ik heb daar eigenlijk niets gedaan, en dat doet heel veel pijn.”

Denk niet dat alle overlevenden in hun trauma’s verdrinken. Radiomaker Sakho uit Senegal (cel 20) schildert weer fanatiek. Zijn gedroomde expositie is er gekomen, eind 2006, in een galerie in Groningen.

De Afghaan Mukhtar (cel 25) is druk met een studie bestuurskunde. Hij ambieert een baan bij de Verenigde Naties of Amnesty International. Mukhtar is niet zijn echte naam, want niemand op de universiteit hoeft te weten wat hij heeft meegemaakt. „Ik heb geen behoefte aan medelijden.” Mukhtar wil vooruit kijken, niet terugdenken. Maar elke oktober, wanneer de datum dichterbij komt, gaan zijn gedachten ongewild terug naar de brand. „Ik moet me nu heel erg op mijn studie focussen, maar het komt goed.”

De Marokkaan Chafik Chnachi (30 jaar, cel 23) wil het liefst afspreken in een hotel in Zwolle. Dat is van zijn broer, zegt hij ter plekke. Chnachi heeft er na de brand gewerkt. „Maar ik kan me na alle gebeurtenissen niet goed meer concentreren. Daardoor maakte ik fouten.” Chnachi werkt inmiddels niet meer voor zijn broer, maar bij een pizzeria, en niet meer fulltime.

Zijn gedachten brengen Chnachi steeds terug naar de gang van vleugel J. Daar werden de bevrijdde mannen uit K naartoe geëvacueerd. Ze verschenen een voor een, maar sommigen kwamen niet. Zoals de twee vrouwen, de twee Surinamers, de Turken, de Oekraïner uit cel 5, de Libiër en Georgiër uit cel 10 en de Roemeen en Bulgaar uit 12.

Toen werd Chnachi boos. Hij wilde terug naar K, terug de gang in, terug naar de dichte deuren. Een marechaussee trok zijn pistool en richtte het op de Marokkaan. Hij zei: ’Als je niet achteruit gaat, schiet ik door jouw kop heen’.

Wat gebeurde er eigenlijk precies, die nacht? Na het ontstaan van de brand, rond middernacht, werden de gedetineerden uit de cellen gehaald en overgebracht naar de aangrenzende J-vleugel. Daar ontstond chaos. Mensen wilden uitbreken. Met veel moeite lukte het de marechaussee iedereen in de luchtkooi te krijgen. Door de hernieuwde opsluiting brak er nog meer angst uit. Sommigen dachten dat ze in die luchtkooi alsnog zouden sterven.

Na een uur werden ze geboeid overgebracht naar een andere luchtkooi, verder van de brand. Buiten was het dertien graden, sommigen waren slechts gekleed in een onderbroek. Bewaarders deelden dekens uit, maar onvoldoende. Leden van de Mobiele Eenheid stelden zich buiten de luchtkooi op, met wapenstok en schild. Veel celbewoners vonden dat beangstigend, verklaarden ze achteraf. Na drie uur ’s nachts begon de evacuatie van de gedetineerden. De overlevenden werden in het donker van de nacht weggevoerd.

De Tunesiër Hichem Ben Sboui (cel 18) dacht dat ze naar het ziekenhuis reden. Het werd de bajesboot in Rotterdam. Anderen kwamen in het detentiecentrum Kamp Zeist terecht. Van de ene gevangenis naar de andere.

Toen barstte de kritiek los. De daar geboden medische en psychologische hulp was ondermaats, vonden Kamerleden en advocaten. De verantwoordelijk ministers noemden de nazorg aanvankelijk ’goed’ en wilden verdergaan met het uitzetten van deze mensen. Ruim twee maanden na de brand besloot Verdonk enkele tientallen mensen ’waarmee iets medisch aan de hand was’ in een asielzoekerscentrum in Ulrum te plaatsen.

Later schreef de Onderzoeksraad over het verblijf in Rotterdam en Zeist: ’Er is daar geen extra aandacht besteed aan de celbewoners van vleugels J en K. Hierdoor is het verwerken van eventuele traumagerelateerde klachten mogelijk bemoeilijkt’.

De Afghaan Amir Arifi (24 jaar, cel 16) zat drie weken op de bajesboot, toen hij bezoek kreeg van IND-medewerkers. „Ze wilden me uitzetten omdat ik uitgeprocedeerd was”, zegt hij. Ze maakten me bang.” Arifi werd niet het land uitgezet, maar belandde op straat, met een brief van Justitie dat hij binnen 28 dagen zelfstandig het land moest verlaten. Hij bleef in Nederland en zwierf kort over straat, totdat zijn advocaat voor hem een plek in een azc wist te regelen.

Arifi heeft als overlevende van de brand een vergunning gekregen. Hij werkt nu in een stomerij in Rotterdam. In de winkel vertelt hij dat hij nog ’problemen heeft met zijn hersens’. „Ik pieker me rot en kan me slecht concentreren. Het eerste jaar na de brand durfde ik niet alleen de straat op.” Dan, plotseling, begint de Afghaan hevig te transpireren en barst in huilen uit. „Die nacht, die brand. Ik zat in een cel en er kwam rook binnen. Ik bonkte op de deur en schreeuwde, maar er gebeurde niets. Ik moest wachten totdat de dood me kwam halen.” Hij werd als een van de laatsten bevrijd.

Boubakeur Cherrak heeft onlangs contact gezocht met maatschappelijk werk. „Weet je wat ik echt nodig heb?”, zegt hij. „Dat iemand ’sorry’ zegt. En een hand van Verdonk en Donner.”

[6]

VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff heeft zich allesbehalve populair gemaakt met zijn optreden in BNNVARA-documentaire ‘Terug naar Je Eige Land’. De Bredase politicus reageerde volgens honderden kijkers ‘schaamteloos’ en ‘onmenselijk’ op een 9-jarige jongen die vreest een uitzetting naar Irak niet te overleven. ,,Ja, dus?”

AD
DIJKHOFF HAALT WOEDE OP HALS NA ”SCHAAMTELOZE”
REACTIE OP VRAAG ASIELKIND: ”Ja, dus?”
 
 
 
[7]
”Nu weet ik, dat u met uw vaste contactpersoon vanuit DT & V hebt afgesproken,

een hele tijd geleden al, dat u aan uw knie geopereerd zou worden en dat u daarna zou terugkeren.
Nu blijft dat terugkeren van u, dat blijft een er een beetje bij he.
U woont hier al heel lang he, op deze locatie.
Er is telkens wel weer een nieuwe operatie, of een nieuwe medische ingreep,
die u doet besluiten om vooral niet terug te keren.
Daar wou ik het vandaag eens met u over hebben.’

2.50-3.17
YOUTUBE.COM
HET IS UW LAND
[8]
ZIJ ZIJN HIER
AT5
WAAROM WORDT DE WE ARE HERE GROEP NIET UITGEZET?
10 APRIL 2018
TEKST

We Are Here beheerst weer het nieuws door het kraken van woningen in Oost. Al ruim vijf jaar zwerft de groep door de stad en kraakt panden om zo een dak boven het hoofd te hebben. Toch kunnen zij ondanks hun status niet zomaar worden uitgezet, zegt advocaat Pim Fischer die een deel van de groep bijstaat.

De groep wordt vaak aangemerkt als ‘uitgeprocedeerd’, maar volgens Fischer is dat verkeerd woordgebruik. Het gaat volgens hem om mensen die buiten de huidige regels vallen.

Niet één reden
Vanwege de complexiteit van de verhalen van de vluchtelingen is er niet één reden waarom ze niet worden uitgezet. Wel is er vaak een overeenkomst: Regelmatig wil het land van herkomst de vreemdeling niet terug omdat hij of zij niet als onderdaan wordt erkend.

Ook zet Nederland niet naar alle landen uit, of bestaat het land van herkomst niet meer. Soms is de administratie in rook opgegaan, waardoor iemand slachtoffer wordt van een administratieve vergissing en daardoor in de illegaliteit terechtkomt.

Bed-bad-brood
De gemeente biedt, tegen het beleid van de overheid in, wel onderdak voor de We Are Here-groep in de vorm van een bed-bad-brood-regeling. Die is bedoeld voor asielzoekers van wie de aanvraag is afgewezen. Toch pleiten mensenrechtenorganisaties zoals Amnesty International voor betere opvang voor de We Are Here-groep.

Langetermijnoplossing
De nieuwe coalitie die momenteel in Amsterdam gevormd wordt, komt mogelijk met een langetermijnoplossing. De grootste partij in de stad GroenLinks zei al eerder de bed-bad-brood-regeling uit te willen breiden van twaalf- naar vierentwintiguursopvang.

Het Openbaar Ministerie (OM) heeft besloten dat de woningen in Oost, waar de groep momenteel bivakkeert, over acht weken ontruimd worden. Eigenaar Ymere stuurde aan op een spoedontruiming, maar dat kon volgens het OM niet omdat de openbare orde niet in gevaar was.

[9]
WIJ ZIJN HIER
OVER HET ASIELGAT
WE ARE HERE VLUCHTELINGEN RUDOLF DIESELSTRAAT/
VERVOLG VAN EEN TRAGEDIE/STRIJD GAAT DOOR
ASTRID ESSED
29 MEI 2018
[10]
‘In December 2018, MSF and its partner SOS Méditerranée were forced to terminate the lifesaving operations carried out by the Aquarius—the last dedicated rescue boat operating in the Central Mediterranean.

“This is a dark day,” said Nelke Manders, MSF’s general director. “Not only has Europe failed to provide search and rescue capacity, it has also actively sabotaged others’ attempts to save lives. The end of Aquarius means more deaths at sea, and more needless deaths that will go unwitnessed.”

DOCTORS WITHOUT BORDERS

SEARCH AND RESCUE IN THE MEDITERRANEAN

https://www.doctorswithoutborders.org/search-and-rescue-mediterranean

WHY NGO”S HAVE STOPPED SEARCH AND RESCUE OPERATIONS
15 NOVEMBER 2018
RESCUED MIGRANTS HEAD FOR SPAIN AFTER ITALY CLOSES
PORTS/LETTER OF SOLIDARITY TO NGO OPEN
ARMS
ASTRID ESSED
24 DECEMBER 2018
[11]
VOOR DEZE TEKSTEN ZIT JOKE KAVIAAR NU VAST
A
”WAAR BLIJFT DE HOLLANDSE OPSTAND”
[GESCHREVEN OP 25 JUNI 2008]
OF
B
”RARA, WIENS RECHTSORDE IS HET?”
[GESCHREVEN OP 20 NOVEMBER 2011]
OF
VOOR DEZE TEKSTEN IS JOKE AANVANKELIJK OOK VERVOLGD,
MAAR VRIJGESPROKEN IN HOGER BEROEP
”LEERS, HET VUUR EN DE DOOD”
[GESCHREVEN OP 8 APRIL 2011]
OF
NEEDERLAND WORDT SCHOONGEVEEGD
[GESCHREVEN OP 16 JULI 2011]
OF
ACTIVISTE JOKE KAVIAAR GEARRESTEERD, STEUNGROEP 13
SEPTEMBER ROEPT OP TOT VERZET
24 JANUARI 2019
CASSATIE IN STRAFZAAK TEGEN JOKE KAVIAAR VERWORPEN,
GEVANGENSCHAP ZEER NABIJ
8 JANUARI 2019
WAT HIERAAN VOORAFGING
SAMENVATTING
DE STAAT DER NEEDERLANDEN TEGEN JOKE K:
KORTE GESCHIEDENIS VAN HET VOORAFGAANDE
10 JANUARI 2019
[12]
VOOR DEZE ”OPRUIENDE” TEKSTEN ZIT JOKE KAVIAAR NU VAST
A
”WAAR BLIJFT DE HOLLANDSE OPSTAND”
[GESCHREVEN OP 25 JUNI 2008]
OF
B
”RARA, WIENS RECHTSORDE IS HET?”
[GESCHREVEN OP 20 NOVEMBER 2011]
OF
VOOR DEZE TEKSTEN IS JOKE AANVANKELIJK OOK VERVOLGD,
MAAR VRIJGESPROKEN IN HOGER BEROEP
”LEERS, HET VUUR EN DE DOOD”
[GESCHREVEN OP 8 APRIL 2011]
OF
NEEDERLAND WORDT SCHOONGEVEEGD
[GESCHREVEN OP 16 JULI 2011]
OF
[13]
URK EERT COEN EN DE RUYTER MET STRAATNAMEN/ADHESIEBETUIGING
AAN JOKE KAVIAAR VANWEGE KRITISCH STUK
ASTRID ESSED

4 MAART 2018

DAG DAG ZWARTE PIET, LUISTER NAAR DIT AFSCHEIDSLIED/ARTIKEL
JOKE KAVIAAR/ADHESIEBETUIGING
ASTRID ESSED
1 NOVEMBER 2013
HEKSENJACHT TEGEN A7 BLOKKEERDERS/JENNY D’ARC IN
ACTIE/POPULISTISCH GEJAMMER VERSUS STRIJD JOKE KAVIAAR
ASTRID ESSED
15 OCTOBER 2018
[14]
PARDON?! EEN ROTTIG BESLUIT
JOKE KAVIAAR
22 JANUARI 2019
[15]
PARDON?! EEN ROTTIG BESLUIT
JOKE KAVIAAR
22 JANUARI 2019
[16]
PARDON?! EEN ROTTIG BESLUIT
JOKE KAVIAAR
22 JANUARI 2019

Reacties uitgeschakeld voor Shout Out aan Joke Kaviaar, vluchtelingenactiviste en anti raciste, in de gevangenis voor haar inzet voor vluchtelingen

Opgeslagen onder Divers

Reacties zijn gesloten.