”De Richtlijn tijdelijke bescherming (2001/55), die tot stand kwam na de burgeroorlogen in het voormalig Joegoslavië, regelt dat de lidstaten aan ontheemden een tijdelijke verblijfsvergunning verlenen en dat zij de komst van ontheemden naar hun grondgebied, indien nodig, faciliteren door de vereiste visa te verlenen. In die periode mogen de betrokkenen werken en onderwijs genieten. Er moet een fatsoenlijk onderkomen worden verzorgd, de nodige hulp moet worden gegeven inzake sociale bijstand, levensonderhoud en medische zorg”
Er is al sinds 2001 een EU richtlijn die voorziet in speciale maatregelen in geval van “massale toestroom van ontheemden”. De richtlijn is bedoeld om buitengewone voorzieningen te treffen die onmiddellijk en tijdelijk bescherming bieden. De huidige toestroom van vluchtelingen naar Europa zou binnen de richtlijn kunnen vallen. Waarom wordt die niet gebruikt?
De Richtlijn tijdelijke bescherming (2001/55), die tot stand kwam na de burgeroorlogen in het voormalig Joegoslavië, regelt dat de lidstaten aan ontheemden een tijdelijke verblijfsvergunning verlenen en dat zij de komst van ontheemden naar hun grondgebied, indien nodig, faciliteren door de vereiste visa te verlenen. In die periode mogen de betrokkenen werken en onderwijs genieten. Er moet een fatsoenlijk onderkomen worden verzorgd, de nodige hulp moet worden gegeven inzake sociale bijstand, levensonderhoud en medische zorg. Er is ook voorzien in een recht op gezinshereniging. Zie over tijdelijkheid van asiel ook ons blog Hoe tijdelijk is een asielstatus?
Hoe werkt de richtlijn? Uitgangspunt van de richtlijn is het creëren van minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming en het bevorderen van een evenwicht tussen de inspanningen van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van ontheemden. Dit mechanisme treedt pas in werking als de Raad (de gezamenlijke ministers van de lidstaten) een besluit heeft genomen. De ministers moeten met gekwalificeerde (=twee derde) meerderheid vaststellen dat er sprake is van “massale toestroom van ontheemden”. Een voorstel daartoe moet worden ingediend door de Europese Commissie. Daarbij moet worden gespecificeerd welke specifieke groepen het betreft, om welke aantallen het ongeveer gaat en met ingang van welke datum de regeling van kracht zal zijn. Als het besluit is vastgesteld, hebben alle ontheemden in de lidstaten voor welke de richtlijn geldt een recht op tijdelijke bescherming. De richtlijn geldt niet voor Ierland en Denemarken. Als de regeling is vastgesteld geldt zij in beginsel voor één jaar en kan daarna nog maximaal twee keer met een half jaar worden verlengd. Indien er na die twee jaar nog steeds aanleiding is om tijdelijke bescherming te blijven verlenen, dan kan de Raad op voorstel van de Commissie besluiten om de tijdelijke bescherming met maximaal nog een jaar te verlengen.
Waarom wordt de richtlijn nu niet gebruikt? In het Europese Parlement is de vraag gesteld waarom deze richtlijn nog niet in gebruik is gesteld voor de vele Syriërs die in Europa om bescherming vragen. Eurocommissaris Avromopoulos heeft in januari 2015 geantwoord dat een voorstel om de richtlijn te activeren in de huidige omstandigheden niet gerechtvaardigd is. Het zou niet gaan om een massale toestroom in de zin van de richtlijn (100.000 asielaanvragen in de periode januari-oktober 2014) en bovendien waren de lidstaten prima in staat om deze asielaanvragen te behandelen. Nu de aantallen iedere dag toenemen en de asielautoriteiten in lidstaten grote moeite hebben om de vele asielaanvragen binnen een redelijke termijn te behandelen, is onduidelijk of de Europese Commissie deze mening nog steeds is toegedaan. Desalniettemin is het zeer de vraag, gezien de grote moeilijkheden die de Europese lidstaten in september 2015 ondervonden bij het bereiken van overeenstemming over de verdeling van 120.000 asielzoekers en de topontmoeting die nodig bleek, of een voorstel van de Commissie tot activering van het relatief ruimhartige systeem van de Richtlijn op veel steun had kunnen rekenen. Zo staat de in de richtlijn voorziene facilitering van visa voor de overkomst van ontheemden in sterk contrast met de hekken die aan de Oostgrens van Europa zijn opgericht om ontheemden tegen te houden. Ook de interne tegenstellingen over vluchtelingenopvang binnen lidstaten dragen niet bij tot een grote bereidheid om zich aan een voorstel tot activering van deze Richtlijn te binden. Volgens Commissaris Avramopoulos is het nodig de Richtlijn te evalueren en te bezien of herziening nodig is om er een “meer praktisch en flexibel” instrument van te maken.
De Europese Commissie heeft naar aanleiding van de recente ervaringen echter een andere koers gekozen en een ontwerpverordening ingediend voor een “crisis relocatie mechanisme” , dat voorziet in de vaststelling van aantallen asielzoekers die in bepaalde omstandigheden door de lidstaten moeten worden opgenomen. Hoe gevoelig deze verdeling ligt kan onder meer blijken uit de gecompliceerde formule die zal worden gehanteerd om het aandeel per lidstaat te berekenen.
Kan er een nationale ontheemdenstatus worden ingevoerd? Op zich is het mogelijk dat afzonderlijke lidstaten behalve internationale vormen van bescherming ook nationale vormen van bescherming hanteren, zoals bijvoorbeeld een nationale ontheemdenstatus. Het is echter zeer de vraag of het juridisch geoorloofd is om Syriërs die voldoen aan de definitie van een vluchteling dan wel een subsidiair beschermde een nationale ontheemdenstatus te verlenen met beduidend minder rechten. In 1992 kende Nederland nog wel zo’n ontheemdenstatus in verband met de toestroom van ontheemden uit het voormalige Joegoslavië: de Tijdelijke Regeling Opvang Ontheemden (TROO). Het ging ook toen om grote aantallen.
EINDE ARTIKEL VERBLIJFBLOG
[72]
”De Richtlijn tijdelijke bescherming (2001/55), die tot stand kwam na de burgeroorlogen in het voormalig Joegoslavië, regelt dat de lidstaten aan ontheemden een tijdelijke verblijfsvergunning verlenen en dat zij de komst van ontheemden naar hun grondgebied, indien nodig, faciliteren door de vereiste visa te verlenen. In die periode mogen de betrokkenen werken en onderwijs genieten. Er moet een fatsoenlijk onderkomen worden verzorgd, de nodige hulp moet worden gegeven inzake sociale bijstand, levensonderhoud en medische zorg. Er is ook voorzien in een recht op gezinshereniging.”
Vluchtelingen uit Oekraïne kunnen tijdelijk bescherming krijgen in Nederland door de Richtlijn Tijdelijke Bescherming van de Europese Unie. Lees wanneer u onder deze richtlijn valt. En wat u moet doen als u onder de richtlijn valt.
De Richtlijn Tijdelijke Bescherming (2001/55 EG) geeft in Nederland recht op opvang en medische zorg. En onderwijs voor minderjarige kinderen. Het geeft ook de mogelijkheid om te werken. Als u onder de richtlijn valt, mag u tot 4 maart 2023 in Nederland blijven. U valt onder de richtlijn in Nederland als een van de volgende situaties voor u geldt.
U HEBT DE OEKRAIENSE NATIONALITEIT
U bent na 26 november 2021 uit Oekraïne gereisd.
U bent voor 27 november 2021 uit Oekraïne gereisd. En u was toen voor langere tijd in Nederland, omdat u een verblijfsvergunning had of asiel had aangevraagd. U kunt bewijzen dat u voor 27 november 2021 in Nederland was en niet in een ander EU-land.
U HEBT NIET DE OEKRAIENSE NATIONALITEIT
U was op 23 februari 2022 een door Oekraïne erkende vluchteling.
U had op 23 februari 2022 een geldige Oekraïense verblijfsvergunning.
U WOONDE IN OEKRAINE ALS GEZINSLID VAN IEMAND, DIE ONDER DE RICHTLIJN VALT
U bent een partner (getrouwd of ongetrouwd) en u hebt een duurzame relatie.
U bent een kind jonger dan 18 en u bent niet getrouwd.
U bent een familielid en u woonde samen met het gezin. U bent (grotendeels) afhankelijk van dit gezin.
…….. UW RECHTEN
Uw rechten
Geldigheid bewijs van verblijf
De sticker of het pasje is 1 jaar geldig, van 4 maart 2022 tot 4 maart 2023. Uw sticker of pasje is alleen geldig in Nederland. Vraagt u bescherming aan in een ander EU-land? Dan stopt uw bescherming in Nederland.
Reizen als Oekraïner
Hebt u de Oekraïense nationaliteit? Dan mag u binnen de Europese Unie reizen. Ook mag u op en neer naar Oekraïne reizen. U hebt dan een geldig biometrisch paspoort nodig met een bewijs van verblijf. Dit bewijs kunt u nu nog niet ophalen. Krijgt u een pasje als bewijs van verblijf? U kunt hiermee niet reizen, dit pasje is geen reisdocument.
Reizen naar EU-landen kan ook als u nog in uw vrije termijn zit. U mag dan maximaal 90 dagen binnen een periode van 180 dagen in de Europese Unie zijn. U kunt dan bijvoorbeeld in een ander EU-land bescherming zoeken. Is uw vrije termijn afgelopen en hebt u nog geen bewijs van verblijf? Dan reist u op eigen risico. De IND geeft u geen visum om terug te reizen naar Nederland (terugkeervisum, TKV). U kunt geen afspraak maken voor een TKV bij het loket van de IND. Buiten de EU reizen is ook op eigen risico. Hiervoor krijgt u ook geen TKV. Ook niet als u straks een bewijs van verblijf hebt.
Reizen als niet-Oekraïner
Hebt u niet de Oekraïense nationaliteit? Dan is reizen binnen en buiten de EU op eigen risico. De IND geeft u geen terugkeervisum. U kunt geen afspraak maken voor een TKV bij het loket van de IND. Ook niet als u straks een bewijs van verblijf hebt.
Werken in Nederland
Iedereen die valt onder de Richtlijn Tijdelijke Bescherming mag in Nederland werken zonder een tewerkstellingsvergunning (twv). Dit betekent dat een werkgever geen werkvergunning voor u hoeft aan te vragen. Hierdoor kunt u makkelijker een baan zoeken, als u dat wilt. De vrijstelling van de twv geldt voor al het werk in loondienst. U hebt hiervoor een arbeidscontract met een werkgever nodig. U moet ook voldoen aan de volgende voorwaarden:
U staat ingeschreven in de BRP.
U hebt een bewijs van verblijf nodig waarmee u laat zien dat u in Nederland mag zijn. U krijgt een sticker of pasje als bewijs. U kunt dit bewijs nu nog niet ophalen bij de IND. Tot 1 september 2022 is een bewijs van verblijf daarom niet verplicht. U kunt tot die dag op de volgende manier laten zien dat u in Nederland mag zijn:
Bent u Oekraïens? Een bewijs van uw nationaliteit is voldoende. Bijvoorbeeld een paspoort of een bewijs van de Oekraïense ambassade.
Bent u niet Oekraïens? Dan hebt u een Oekraïense verblijfsvergunning of erkenning als vluchteling nodig die geldig was op 23 februari 2022.
Deze voorwaarden gelden ook als u vrijwilligerswerk wilt doen of stage wilt lopen. Werken als zelfstandig ondernemer mag (nog) niet.
Tijdelijke bescherming aan mensen uit Oekraïne die zich in de Europese Unie bevinden of naar de EU reizen, daarmee is de Raad van de Europese Unie akkoord gegaan. Dit naar aanleiding van het voorstel van de Europese Commissie voor een implementatiebesluit naar aanleiding van de situatie in Oekraïne.
De Commissie is van mening dat de waarschijnlijke grote toestroom van mensen uit Oekraïne een impact heeft op de gehele EU, niet alleen op de lidstaten die aan Oekraïne grenzen. Een snelle en gezamenlijke reactie vanuit de lidstaten is daarom volgens de Commissie noodzakelijk om te zorgen voor een effectieve reactie op de toestroom van mensen en om dezelfde standaarden en rechten aan mensen uit Oekraïne te kunnen garanderen in alle EU-lidstaten. Daarom stelde de Commissie voor om de Richtlijn Tijdelijke Bescherming te activeren. Het voorstel maakt onderdeel uit van het EU-maatregelenpakket, waaronder sancties, als reactie op de situatie in Oekraïne.
De Commissie past hierbij artikel 5 van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming (Richtlijn 2001/55/EC) toe. Deze Richtlijn stelt minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in het geval van massale toestroom van mensen van buiten de EU. Op basis van artikel 5 van de Richtlijn kan de Commissie een voorstel doen om bepaalde groepen personen tijdelijke bescherming te bieden. De Raad beslist dan of sprake is van een massale stroom van ontheemden. Het besluit van de Raad heeft tot gevolg dat de ontheemden waarop de beslissing betrekking heeft in alle lidstaten tijdelijke bescherming moeten krijgen.
Mensen met de Oekraïense nationaliteit die vanaf 24 februari 2022 zijn ontheemd;
Mensen met een nationaliteit van een ander land dan een lidstaat van de EU of mensen zonder nationaliteit, die legaal in Oekraïne verbleven en die vanaf 24 februari 2022 zijn ontheemd komen onder voorwaarden in aanmerking voor bescherming;
Onder voorwaarden: familieleden van de twee voorgaande categorieën mensen. Het gaat hierbij om familieleden die ten tijde van de massale toestroom van mensen uit Oekraïne onderdeel uitmaakten van het gezin, ongeacht of zij veilig naar hun land van herkomst kunnen terugkeren. Lidstaten bepalen op grond van de Richtlijn wie onder deze categorie mensen vallen. Daarbij gaat het met name om partners, minderjarige ongehuwde (stief)kinderen en andere afhankelijke familieleden.
Iedereen die onder bovenstaande categorieën personen valt en voldoet aan de voorwaarden van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming, behoort de status van tijdelijk beschermde te krijgen. De lidstaten dienen ervoor te zorgen dat tijdelijk beschermden de benodigde verblijfsdocumenten krijgen voor de volledige duur van hun verblijf. Zie de paragrafen hierna voor verdere rechten die beschermden genieten.
Personen die onder de Richtlijn vallen kunnen voor een periode van één jaar tijdelijke bescherming krijgen. Deze periode kan tweemaal verlengd worden met zes maanden. De Commissie kan op elk moment, na monitoring van de situatie, aan de Raad voorstellen om de tijdelijke bescherming van de hierboven genoemde personen te beëindigen of de periode met nog één jaar verlengen.
ASSOCIATIEVERDRAG: 90 DAGEN VRIJ VERBLIJF
Mensen met de Oekraïense nationaliteit en die in het bezit zijn van een biometrisch paspoort (een paspoort met een ingebouwde chip die informatie bevat om de identiteit van een persoon te verifiëren) kunnen overigens momenteel al op grond van het Associatieverdrag tussen Oekraïne en de EU zonder visumverplichting de EU (en daarmee dus ook Nederland) inreizen. Dit volgt uit Verordening 2018/1806, die bepaalt welk inwoners van landen buiten de EU visumvrij de EU kunnen inreizen. Hiermee kunnen zij voor een periode van 90 dagen in de EU verblijven.
De Commissie verwacht dat tussen de 2,5 en 6,5 miljoen mensen als gevolg van het conflict met Rusland ontneemt zullen raken. Van deze personen zal naar verwachting tussen de 1,2 miljoen en 3,2 miljoen een aanvraag voor internationale bescherming doen. Dit betekent met andere woorden dat zij asiel zullen gaan aanvragen.
WELKE RECHTEN VLOEIEN VOORT UIT DE RICHTLIJN TIJDELIJKE BESCHERMING?
De Richtlijn bepaalt onder meer dat personen die tijdelijke bescherming genieten in staat moeten worden gesteld om:
In loondienst of als zelfstandige te werken;
Toegang te krijgen tot volwassenenonderwijs, beroepsopleiding en werkervaring;
Fatsoenlijk onderkomen te krijgen of middelen om huisvesting te vinden;
Sociale bijstand, financiële ondersteuning en medische zorg in het geval van onvoldoende eigen middelen te krijgen;
Jongeren jonger dan 18 jaar moeten toegang krijgen tot tenminste openbaar onderwijs.
Lidstaten dienen er zorg voor te dragen dat tijdelijk beschermden deze rechten effectief kunnen uitoefenen.
OVEREENSTEMMING MET BESTAANDE EUROPEES BELEID
Dit besluit komt op bepaalde onderdelen overeen met het Pact inzake migratie en asiel van september 2020 en de daarin ingediende wetsvoorstellen. De Commissie heeft destijds voorgesteld om de Richtlijn in te trekken en deze te vervangen door een verordening, waarbij het nog steeds gebruik kan maken van de optie om tijdelijke bescherming te verlenen aan ontheemden. Omdat er momenteel nog onderhandeld wordt over de voorgestelde verordening en deze niet op korte termijn zal worden aangenomen, is de Richtlijn Tijdelijke Bescherming nog steeds het aangewezen instrument om maatregelen te nemen om Oekraïners te beschermen.
DECENTRALE RELEVANTIE
Nederland zal mensen uit Oekraïne tijdelijke bescherming gaan aanbieden op basis van het besluit van de Raad. Decentrale overheden zullen vermoedelijk gevraagd worden om te ondersteunen bij de uitvoering van het besluit, aangezien sommige hierboven genoemde rechten in Nederland binnen de verantwoordelijkheid van decentrale overheden vallen. In Nederland worden aanvragen van mensen die (tijdelijk) willen verblijven in Nederland beoordeeld door de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND). Het is voor ons nog niet duidelijk of tijdelijk beschermden een aanvraag moeten indienen en of dit dan via de IND zal verlopen.
Op de website van de IND staat actuele informatie over de gevolgen voor verblijf en aanvragen voor mensen die uit Oekraïne komen. Wij houden u uiteraard op de hoogte als er nieuwe ontwikkelingen zijn.
Voor meer vragen over de Richtlijn of Europees migratierecht kunt u terecht in onze helpdesk. We zijn momenteel bezig een Q&A voor te bereiden.
DOOR
Sahar Orwa en Demi Hoefnagels, Kenniscentrum Europa decentraal
Er is al sinds 2001 een EU richtlijn die voorziet in speciale maatregelen in geval van “massale toestroom van ontheemden”. De richtlijn is bedoeld om buitengewone voorzieningen te treffen die onmiddellijk en tijdelijk bescherming bieden. De huidige toestroom van vluchtelingen naar Europa zou binnen de richtlijn kunnen vallen. Waarom wordt die niet gebruikt?
De Richtlijn tijdelijke bescherming (2001/55), die tot stand kwam na de burgeroorlogen in het voormalig Joegoslavië, regelt dat de lidstaten aan ontheemden een tijdelijke verblijfsvergunning verlenen en dat zij de komst van ontheemden naar hun grondgebied, indien nodig, faciliteren door de vereiste visa te verlenen. In die periode mogen de betrokkenen werken en onderwijs genieten. Er moet een fatsoenlijk onderkomen worden verzorgd, de nodige hulp moet worden gegeven inzake sociale bijstand, levensonderhoud en medische zorg. Er is ook voorzien in een recht op gezinshereniging. Zie over tijdelijkheid van asiel ook ons blog Hoe tijdelijk is een asielstatus?
Hoe werkt de richtlijn? Uitgangspunt van de richtlijn is het creëren van minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming en het bevorderen van een evenwicht tussen de inspanningen van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van ontheemden. Dit mechanisme treedt pas in werking als de Raad (de gezamenlijke ministers van de lidstaten) een besluit heeft genomen. De ministers moeten met gekwalificeerde (=twee derde) meerderheid vaststellen dat er sprake is van “massale toestroom van ontheemden”. Een voorstel daartoe moet worden ingediend door de Europese Commissie. Daarbij moet worden gespecificeerd welke specifieke groepen het betreft, om welke aantallen het ongeveer gaat en met ingang van welke datum de regeling van kracht zal zijn. Als het besluit is vastgesteld, hebben alle ontheemden in de lidstaten voor welke de richtlijn geldt een recht op tijdelijke bescherming. De richtlijn geldt niet voor Ierland en Denemarken. Als de regeling is vastgesteld geldt zij in beginsel voor één jaar en kan daarna nog maximaal twee keer met een half jaar worden verlengd. Indien er na die twee jaar nog steeds aanleiding is om tijdelijke bescherming te blijven verlenen, dan kan de Raad op voorstel van de Commissie besluiten om de tijdelijke bescherming met maximaal nog een jaar te verlengen.
Waarom wordt de richtlijn nu niet gebruikt? In het Europese Parlement is de vraag gesteld waarom deze richtlijn nog niet in gebruik is gesteld voor de vele Syriërs die in Europa om bescherming vragen. Eurocommissaris Avromopoulos heeft in januari 2015 geantwoord dat een voorstel om de richtlijn te activeren in de huidige omstandigheden niet gerechtvaardigd is. Het zou niet gaan om een massale toestroom in de zin van de richtlijn (100.000 asielaanvragen in de periode januari-oktober 2014) en bovendien waren de lidstaten prima in staat om deze asielaanvragen te behandelen. Nu de aantallen iedere dag toenemen en de asielautoriteiten in lidstaten grote moeite hebben om de vele asielaanvragen binnen een redelijke termijn te behandelen, is onduidelijk of de Europese Commissie deze mening nog steeds is toegedaan. Desalniettemin is het zeer de vraag, gezien de grote moeilijkheden die de Europese lidstaten in september 2015 ondervonden bij het bereiken van overeenstemming over de verdeling van 120.000 asielzoekers en de topontmoeting die nodig bleek, of een voorstel van de Commissie tot activering van het relatief ruimhartige systeem van de Richtlijn op veel steun had kunnen rekenen. Zo staat de in de richtlijn voorziene facilitering van visa voor de overkomst van ontheemden in sterk contrast met de hekken die aan de Oostgrens van Europa zijn opgericht om ontheemden tegen te houden. Ook de interne tegenstellingen over vluchtelingenopvang binnen lidstaten dragen niet bij tot een grote bereidheid om zich aan een voorstel tot activering van deze Richtlijn te binden. Volgens Commissaris Avramopoulos is het nodig de Richtlijn te evalueren en te bezien of herziening nodig is om er een “meer praktisch en flexibel” instrument van te maken.
De Europese Commissie heeft naar aanleiding van de recente ervaringen echter een andere koers gekozen en een ontwerpverordening ingediend voor een “crisis relocatie mechanisme” , dat voorziet in de vaststelling van aantallen asielzoekers die in bepaalde omstandigheden door de lidstaten moeten worden opgenomen. Hoe gevoelig deze verdeling ligt kan onder meer blijken uit de gecompliceerde formule die zal worden gehanteerd om het aandeel per lidstaat te berekenen.
Kan er een nationale ontheemdenstatus worden ingevoerd? Op zich is het mogelijk dat afzonderlijke lidstaten behalve internationale vormen van bescherming ook nationale vormen van bescherming hanteren, zoals bijvoorbeeld een nationale ontheemdenstatus. Het is echter zeer de vraag of het juridisch geoorloofd is om Syriërs die voldoen aan de definitie van een vluchteling dan wel een subsidiair beschermde een nationale ontheemdenstatus te verlenen met beduidend minder rechten. In 1992 kende Nederland nog wel zo’n ontheemdenstatus in verband met de toestroom van ontheemden uit het voormalige Joegoslavië: de Tijdelijke Regeling Opvang Ontheemden (TROO). Het ging ook toen om grote aantallen.
EINDE BERICHT VERBLIJFBLOG
Reacties uitgeschakeld voor Noten 71 t/m 73/Oekraine
”“De grenswachten zijn vaak jongens hier uit de buurt”, zegt Piotrek. “Ze willen hun baan niet kwijt, maar soms kunnen ze niet leven met de orders die ze krijgen. Er hebben er al drie zelfmoord gepleegd.””
Terwijl hij aan de grens met Oekraïne soep krijgt – ze denken dat hij een Oekraïense vluchteling is – ziet schrijver Chris Keulemans hoe de politie aan de grens met Belarus vluchtelingen ‘door het prikkeldraad terug duwt; baby’s gooien ze eroverheen’. Een essay over racisme en hypocrisie aan de lange, Poolse grens.
In Polen sprak ik vorige week met negen criminelen. Bijna allemaal vrouwen van een jaar of veertig. Allemaal natuurliefhebber. Ze houden van het oerbos op de grens met Belarus: 150.000 hectare beschermd werelderfgoed, al eeuwen thuis voor de wisent, de wolf en de lynx. Als ze in het bos iemand tegenkomen die het koud heeft halen ze koffie, soep en dekens tevoorschijn. De grootste boef die ik tegenkom, de angst van de Poolse natie, is een tengere jongeman uit Senegal met een spleetje tussen zijn tanden.
Sinds september vorig jaar mogen deze ‘criminelen’ het bos niet meer in. De Poolse regering riep er de noodtoestand uit en het bos is nu een gemilitariseerde zone: er lopen 15.000 politieagenten, grenswachten en soldaten rond. Toegang verboden voor iedereen die er niet woont of werkt. Geen hulpverleners, artsen of journalisten. Wie er toch betrapt wordt met soep en dekens voor iemand met bevroren voeten gaat naar de gevangenis wegens medeplichtigheid aan mensensmokkel. De eigenaar van die voeten gaat een politiebus in, terug naar Belarus, waar de petten aan die kant hem eerst zijn resterende geld afpakken en dan meteen weer het bos in knuppelen. Sinds de Belarussische president Loekasjenko vorige zomer migranten uit andere crisisgebieden lokte met de belofte van vrije doorgang naar Europa en de grens openzette, wordt er gepingpongd met mensen uit Syrië, Irak, Koerdistan, Afghanistan, Jemen, Palestina, Senegal en Cuba.
Tweehonderd kilometer naar het zuiden, aan de grensovergang bij Hrebenne, zijn het de grenswachten die mij soep aanbieden. Omdat ze me aanzien voor een Oekraïense vluchteling. Er staan tenten en kramen vol voedsel, kleren, simkaarten en speelgoed. Er staan auto’s klaar. Maar het blijft rustig. De nonnen van de Knights of Columbus, de foodtruck uit Litouwen, de Engelse journalisten, de jongen van Lycamobile, de boswachters met hun berg waterflessen – ze hangen onderuit in de lentezon. Het gros van de mensen die meteen wegwilden is de grens al over, zegt een vrijwilliger, anderen wachten in West-Oekraïne af wat er gebeurt. Het is een macabere stilte; de grens houdt zijn adem in. Dan komt er een afgeladen bus langs, in uitbundige zebrastrepen – uit Mariupol. De chauffeur slaat een kruisje als hij de slagbomen passeert.
Polen vangt op dit moment ruim twee miljoen Oekraïners op van de bijna vier miljoen die al naar de EU vluchtten. Warschau alleen al telt opeens 500.000 nieuwe inwoners. Overal zijn gebouwen blauw en geel verlicht. Overal zitten mensen met gestreste gezichten aan hun telefoonscherm gekluisterd. Het is een ontzagwekkende inspanning. Burgers, ngo’s, stadhuizen en kerken zijn dag en nacht actief. Alleen de staat, zeggen de mensen die ik spreek, loopt achter de feiten aan. Iedereen die een Oekraïner opvangt zou €40 per dag ontvangen, beloofde de regering eerst. Dat is intussen teruggedraaid tot €10. Hotels, pensions en appartementengebouwen die ruimte aanbieden wachten nog op de toegezegde vergoeding.
Maar aan de grens met Belarus is de staat klaarwakker en wordt duidelijk welke dubbele standaarden Polen hanteert. Sinds de eerste migranten uitgehongerd de dorpjes rond het oerbos binnen wankelden, regent het maatregelen. Het hele gebied is nu een rode zone. Asielverzoeken worden geweigerd. De grenspolitie duwt mensen terug door het prikkeldraad; de baby’s gooien ze er overheen. Overal rond het bos staan politiecontroles langs de weg: mensen van kleur, op weg naar Europa, worden eruit gevist; de chauffeurs opgepakt. De regering wil zich terugtrekken uit het Dublinakkoord1, om te voorkomen dat de tienduizend mensen die tot Duitsland wisten te komen worden teruggezet naar Polen. En dwars door het werelderfgoed heen bouwen ze een muur van 186 kilometer. Kosten: bijna 400 miljoen, tien keer zoveel als het landelijke asielbudget. Van het bedrag dat de regering nu uittrekt voor NGO’s die Oekraïners opvangen kunnen ze precies 1,1 kilometer muur bouwen.
Langs deze muur is een eenvoudig gebaar van gastvrijheid een misdrijf. Zwaarbewapende mannen in zwarte uniformen rijden de auto’s van de ‘criminelen’ die ik spreek van de weg en breken hun schuur open op zoek naar hulpgoederen. Midden in de nacht krijgen de ‘criminelen’ bericht: mensen in het bos geven hun locatie door. Ze pakken hun spullen en gaan eropaf. Ze mobiliseren een clandestien netwerk van advocaten, artsen en opvangplekken. Moeders zijn het, boeren, boswachters, kunstenaars, overdag borduren ze kussenslopen, schrijven dissertaties of ontwerpen wijnflesetiketten. Zelf noemen ze zich activisten. Niet dat ze dat van nature zijn, ze worden het door zichzelf te blijven.
“Een Syrische jongen lag doodziek langs de weg”, zegt Anna*. “Zijn spullen zaten in een opgevouwen roze kinderjasje. De volgende dag lag alleen het jasje er nog.” “Vandaag nog is er een man in het bos gevonden”, zegt Kasia. “Zonder gezicht en benen. Aangevreten. Wolven, honden?” “Mijn twee broers hebben het niet overleefd”, zegt Mohamed, die in Senegal economie studeerde. “De een raakte vergiftigd toen hij moeraswater dronk. Bij de ander kroop een slang zijn jas in toen hij lag te slapen. Ik heb ze allebei in het bos begraven.” “Een vrouw had pijn in haar maag”, zegt de arts. “Misschien een tumor, misschien was ze zwanger. Voor we haar konden behandelen ontsnapte ze uit het raam.” “Ik herinner me elk gezicht dat ik ’s nachts in de moerassen heb aangetroffen”, zegt Anna. “Ik heb ze in de ogen gekeken. Ik vergeet ze nooit meer.” “Er was een misverstand”, zegt de bosbeheerder, die wel met haar auto de rode zone in mag. “Ik reed eerst naar de verkeerde plek. Toen ik aankwam waar ik had beloofd een groep van negen op te halen waren ze weg. Eentje had me de vorige dag zijn oortjes gegeven, als dank voor de soep. Nu voel ik me daar schuldig over. Ik droom van de dag dat ik hem weer tegenkom. Dan geef ik hem zijn oortjes terug.”
“Ik ken een echtpaar dat in de zone woont”, zegt Karolina. “De man is een verklikker. Hij gaat dagelijks het bos in en belt de politie als hij iemand vindt. Intussen belde zijn vrouw mij, omdat ze heimelijk een berg sokken had gebreid voor de vluchtelingen.”
“De grenswachten zijn vaak jongens hier uit de buurt”, zegt Piotrek. “Ze willen hun baan niet kwijt, maar soms kunnen ze niet leven met de orders die ze krijgen. Er hebben er al drie zelfmoord gepleegd.” Monika, “De grenswacht tweet elke dag de aantallen: zoveel illegalen hebben we tegengehouden aan de grens met Belarus, zoveel gasten uit Oekraïne hebben we verwelkomd.” “Mensen uit Irak ontvluchten ook een oorlog”, zegt de boswachter. “Het is hypocriet. Als westerling voel ik me ook verantwoordelijk voor de crisis daar.”
Die tot in dit oerbos reikt. En daar draagt niet alleen Polen de verantwoordelijkheid voor. Tot 2020 betaalde de EU Loekasjenko, die al sinds 1994 president is, om zijn grens te bewaken. Maar toen Loekasjenko in dat jaar de verkiezingsuitslag vervalste, legde de EU sacties op. Loekasjenko probeerde de EU probeerde te chanteren door migranten door te laten, waarop Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad, overwoog de Poolse muur te financieren. Intussen is aannemer Budimex hem aan het bouwen. Verzekeraar Nationale Nederlanden bezit 9,2% van de aandelen in dat bedrijf. Het cement voor de muur wordt aangevoerd vanuit Belarus.
Hypocrisie. Dubbele standaarden. Paniek. Geldzucht. En klinkklaar racisme. Met een duistere echo, in een gebied waar vóór de Tweede Wereldoorlog bijna de helft van de inwoners joods was. “Ik documenteer alles”, zegt Kasia. “Dan hebben we straks zoiets als het Ringelblum-archief uit het getto van Warschau.” Ze staat op. Ze heeft nachtdienst in het hoekje van het station waar niet-westerse vluchtelingen uit Oekraïne zich kunnen melden.
Op de weg terug worden we aangehouden bij een checkpoint. De agent buigt zich voorover en kijkt naar binnen. Zijn blik veegt even door de auto. Vier witte gezichten. Een nonchalant handgebaar. Rij maar verder.
* Omwille van hun veiligheid zijn de activisten niet met hun achternaam in dit artikel opgenomen.
Polish soldier Emil Czeczko, who was serving on the border under orders to prevent migrants from crossing from Belarus into Poland, fled through a barbed wire fence on Dec. 17 and appealed for asylum in Belarus. In a television interview, Czeczko said he fled because Polish troops had shot and killed some of the migrants. He said he opposed this policy.
Czeczko said that special border troops forced him and other regular Polish soldiers to take part in the executions. He also told BelTa TV that two Polish volunteers, civilians who had come to aid the migrants, were killed when they tried to intervene. (tinyurl.com/29zmtkau)
The migrants fly to Minsk, Belarus, mainly from Syria, Afghanistan, Iraq and Yemen, in an attempt to migrate to the European Union because their families cannot survive at home. Scenes of Polish troops setting up barbed wire and firing water cannons to stop them were broadcast on television worldwide starting in mid-November.
Czeczko’s accusation that Polish forces used lethal force against the migrants sparked demands from Belarusian and Russian government representatives for an international investigation by the United Nations or human rights organizations related to his charges. They accused the Polish government of refusing to answer questions about the border incidents.
U.S.- and NATO-led or supported wars in the migrants’ origin countries have created an unlivable situation for millions of people. U.S.-imposed sanctions continue to squeeze the economies of these countries.
The EU has erected barriers to migrants trying to survive. Hundreds of migrants die each year attempting to cross the Mediterranean Sea when their overloaded boats sink. Others die crossing borders.
Poland is a NATO member, beholden to U.S. and EU imperialism, and serving them by obstructing migration and providing military bases that threaten Belarus and Russia. Poland’s reactionary government represses opponents and persecutes anyone who defends communism. New statues have been erected of historic Polish fascist officers.
Czeczko speaks out
The following quote is of excerpts from a report of Czeczko’s interview on BelTa TV, published Dec. 17 in the English section of the Belarus news agency eng.belta.by. During the interview, Emil Czeczko was asked how those people [migrants] behaved before the execution, whether they said anything at that moment. “I am sorry, I do not want to talk about it. Some were crying; others were screaming. Some were just standing straight,” he replied.
Another question related to whether they had to “finish off” the wounded. Emil Czeczko said, “I heard that there were people who had to be finished off. And what else could be done; should they have been buried alive? They said: finish them off!”
Commenting on the information that he was caught drunk driving some time ago, the Polish serviceman said with sarcasm: “Right, I fled through the barbed wire, because my license was taken away. A great story! Well, yes, an ordinary drunkard . . . As I have said, soldiers were given a huge amount of alcohol every time they were forced to take part in it. And then they said I was driving under the influence of alcohol.”
As BelTA reported, the Polish serviceman said during the interview that at some point, cars with border guards began to arrive at his place of service and take his fellow soldiers with them. Emil Czeczko and another serviceman were taken first. On the way, they were offered a drink.
When they got there, they saw several people. “One of them asked another border guard whether he should reload the weapon. And when we asked what for, they told us to reload our weapons and pointed their guns at our heads to force us to shoot. We were drunk while patrolling the border for the first time. We caught some man who was by himself, took him to the forest, dug a hole and right in front of our eyes, the border guards shot him in the head,” Czeczko said.
According to Emil Czeczko, volunteers and migrants were among those who were killed by Polish border guards. He said he witnessed at least two situations when Polish border guards shot a volunteer for asking them where they were taking refugees to. “There was not a single case when the migrants we brought were not killed. We would always kill them.”
MINSK, 10 February (BelTA) – Up to 700 people might have been killed in the course of 10 days that I was on the border, Polish soldier Emil Czeczko told journalists in Minsk on 10 February, BelTA has learned.
“During our conversation, a colleague claimed that one pit could accommodate up to 72 people,” Emil Czeczko said.
The center “Sistemnaya Pravozaschita” [“Systemic Human Rights Protection”] is holding a press conference of Polish serviceman Emil Czeczko.
A Polish soldier who defected to Belarus during the height of the border migrant crisis last year has been found dead.
According to reports by the Belarusian state news agency BELTA, Emil Czeczko was found ‘hanging at his place of residence’ in the Belarusian capital Minsk.
The 25-year-old had been a member of of Poland’s 16th Pomeranian Mechanised Division when he abandoned his post and defected.
Accused by the Polish authorities of desertion, Czeczko had been one of thousands of troops stationed on the frontier to stop refugees living in camps in the region from entering Poland.
Upon his arrival in Belarus, he was presented as being opposed to Poland’s management of migrants and said he had been ‘forced to kill people’.
In turn, Warsaw said he was being used as part of a disinformation campaign and that he had previously been in trouble with the law for ‘attacking his mother’.
Lukashenko’s regime says it is now carrying out an investigation into the Private’s death.
Belarusian journalist Franak Vyachorka told the Fact newspaper: “In Belarus, he played the role of an anti-Western hero for some time.
“Recently, he kind of disappeared from the radar. I don’t want to make any hypotheses, but I also don’t think the investigation will be real.
“I do not want to draw any conclusions from this, but any cooperation with the regime ends very badly.”
He added: “I believe that he was a victim of the Belarusian regime.”
EINDE ARTIKEL
[68]
”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebbenopgebouwd”
De Europese Unie (EU) besloot gister om mensen die Oekraïne ontvluchten tijdelijke bescherming te bieden. Oekraïners en mensen uit derde landen met een vluchtelingenstatus of een permanente verblijfsstatus in Oekraïne worden hierdoor in de EU onmiddellijk beschermd.
Het besluit houdt ook in dat EU-lidstaten tijdelijke bescherming mogen bieden aan mensen uit andere landen die legaal in Oekraïne verblijven en niet naar huis kunnen terugkeren, en aan staatlozen.
We moedigen alle EU-lidstaten aan om een inclusieve aanpak te volgen en deze groepen tijdelijke bescherming toe te kennen. Het besluit maakt het mogelijk om de verantwoordelijkheid voor mensen met een tijdelijke beschermingsstatus tussen de EU-landen te verdelen.
UNHCR, de VN-vluchtelingenorganisatie, dringt er bij de EU-lidstaten op aan de richtlijn snel uit te voeren om degenen die op de vlucht zijn voor het geweld de broodnodige veiligheid en bescherming te blijven bieden – aangezien de situatie in het land blijft verslechteren en het aantal mensen dat op de vlucht slaat blijft toenemen. Dit is hard op weg de grootste vluchtelingencrisis van deze eeuw in Europa te worden.
Veel EU-landen hebben al grote steun getoond en het besluit van gisteren versterkt deze solidariteit. We hopen dat dit zal voortduren. UNHCR verwelkomt ook de richtlijnen van de Commissie, en hen aanmoedigt om flexibel om te gaan met grenscontroles en maatregelen voorstelt om de grenzen te ontlasten.
UNHCR staat klaar om regeringen en andere belanghebbenden te ondersteunen bij het bieden van bescherming en humanitaire hulp aan degenen die gedwongen zijn te vluchten.
De EU-ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken kwamen op 3 maart bijeen om het voorstel van de Europese Commissie te bespreken om de EU-richtlijn tijdelijke bescherming (TPD) te activeren, gezien de situatie in Oekraïne en de aankomsten in de EU van mensen die veiligheid zoeken. De ministers stemden in met het voorstel en dit is de eerste keer dat de TPD is geactiveerd. Het besluit om de TPD in werking te stellen treedt in werking op de dag dat het wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de EU.
De TPD, opgericht in de nasleep van de Joegoslavische oorlog, was ontworpen voor het geval van een “massale toestroom of dreigende massale toestroom” van mensen een EU-land zou binnenkomen. Het is een vorm van tijdelijke bescherming gericht op het bieden van directe hulp door grote groepen mensen een collectieve beschermingsstatus toe te kennen. Deze mensen zouden een beschermingsstatus hebben voor maximaal een jaar (met een mogelijkheid tot verlenging tot drie jaar), zonder individuele asielaanvragen, en toegang tot huisvesting en andere voordelen (bijvoorbeeld onderwijs, gezondheidszorg, sociale zekerheid, verblijfsvergunningen). De richtlijn stelt ook criteria vast voor de hereniging van gescheiden gezinnen in het geval dat een of meer familieleden tijdelijke bescherming hebben, maar andere niet. Eenmaal herenigd moeten alle leden een verblijfsvergunning krijgen om in het gastland te verblijven. Om de TPD te implementeren, moeten ten minste 15 van de 27 EU-landen ermee instemmen.
Volgens de VN Vluchtelingenorganisatie UNHCR zijn op 3 maart 2022 ongeveer een miljoen Oekraïners het land ontvlucht. Sommigen van hen hebben inmiddels in Nederland asiel aangevraagd. Tegelijkertijd verbleven er ook voor het uitbreken van de oorlog al Oekraïners in Nederland, met of zonder verblijfsrecht. Wat is de verblijfspositie van deze Oekraïense migranten?
Kranten en journaals staan dezer dagen bol van de beelden van Oekraïners, vooral vrouwen en kinderen, die naar Polen, Slowakije, Hongarije en Roemenië proberen te vluchten. Er zijn lange files richting de grens en wachtrijen bij de grensposten van deze landen. Sommige van deze Oekraïners zullen doorreizen naar Nederland en hier willen verblijven, bijvoorbeeld omdat zij hier familie hebben. De Europese Commissie schat dat, afhankelijk van het verloop van de situatie in Oekraïne, tussen de 2,5 en 6,5 miljoen Oekraïners ontheemd zullen raken, waarvan een groot deel de EU zal binnenkomen.
In dit blog leggen we uit welke verschillende mogelijkheden Oekraïners hebben om de EU in te reizen en daar een verblijfsrecht te verkrijgen aan de hand van vier onderwerpen: EU grenscontroles, visumvrij inreizen van de EU, de voorwaarden voor asiel of tijdelijke bescherming en de situatie van niet-Oekraïense derdelanders die Oekraïne zijn ontvlucht.
Soepelere controle aan de grenzen De Europese Commissie heeft op 2 maart 2022 richtlijnen gepubliceerd voor de controle aan de buitengrenzen van de EU met Oekraïne. Deze richtlijnen moeten ervoor zorgen dat Oekraïners het land snel kunnen verlaten terwijl tegelijkertijd een hoog niveau van veiligheidscontroles wordt verzekerd. De grenswachten van de EU-lidstaten kunnen worden bijgestaan door het Europese Grens- en kustwachtagentschap (Frontex) en Europol. De richtlijnen van de Commissie bevatten onder meer de volgende maatregelen:
Vereenvoudigde grenscontroles voor bepaalde categorieën personen, waaronder kwetsbare personen (o.a. kinderen) en transportarbeiders;
De mogelijkheid grenscontroles toe te passen op veilige plaatsen buiten de grensposten of op nieuwe tijdelijke grensposten;
Gemakkelijke grensoverschrijding voor hulpdiensten, zoals ambulances, politie en brandweer;
Speciale rijen bij grensposten voor organisaties die humanitaire hulp in Oekraïne bieden;
Het zonder invoerrechten en op vereenvoudigde wijze meenemen van persoonlijke bezittingen en huisdieren.
Visumvrij inreizen en vrije termijn De Europese Commissie verwacht dat ongeveer de helft van de Oekraïners visumvrij de EU in zal reizen om zich bij familie te voegen of te werken en dat de andere helft asiel zal aanvragen. Sinds 2017 hebben Oekraïners geen visum meer nodig om de EU in te reizen. Dit is het gevolg van het Associatieverdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie, dat in artikel 19 oproept om de bewegingsvrijheid van burgers te verbeteren en progressie te boeken met het maken van afspraken over visumvrij te reizen. In mei 2017 werd een verordening aangenomen, waarin in staat dat Oekraïners die in het bezit zijn van een biometrisch paspoort geen visum hoeven aan te vragen voor de Europese Unie. De vrijstelling van de visumplicht geldt uitdrukkelijk niet voor Oekraïners die geen biometrisch paspoort hebben, een paspoort dat Oekraïne overigens in 2012 introduceerde.
Oekraïners die een geldig biometrisch paspoort hebben, mogen de EU inreizen en 90 dagen op het grondgebied verblijven, mits aan alle voorwaarden van de Schengengrenscode wordt voldaan. Die voorwaarden zijn onder meer dat de vreemdeling voldoende middelen van bestaan heeft en geen gevaar vormt voor de openbare orde of de nationale veiligheid (zie artikel 6 Schengengrenscode). Bovendien moet zij volgens de Schengengrenscode kunnen onderbouwen dat het verblijf tijdelijk zal zijn en zij dus na 90 dagen de EU zal verlaten. Oekraïners die aan de voorwaarden voldoen mogen tijdens hun verblijf naar alle lidstaten van de EU reizen. Zij mogen niet werken zonder dat hun werkgever daarvoor een vergunning heeft.
Nederland heeft aangekondigd coulant om te gaan met de vrije termijn van Oekraïners. Zij kunnen de vrije termijn verlengen tot een periode van 180 dagen. Bovendien ‘is afgesproken dat inwoners van Oekraïne die de maximale termijnen overschrijden, hier in verband met de huidige situatie geen problemen van zullen ondervinden’. Dit geldt ook voor Oekraïners die een visum voor kort verblijf hebben (het gaat hier waarschijnlijk om personen die een visum hebben aangevraagd omdat zij geen biometrisch paspoort hebben).
Versoepeling van de voorwaarden voor binnenkomst en doorreis Niet alle Oekraïners die aan de buitengrens van de EU arriveren zullen in het bezit zijn van een biometrisch paspoort. UNHCR meldde in 2020 dat Oekraïners die wonen in de Krim of de gebieden in het oosten van Oekraïne waar de Oekraïense regering geen controle meer had, problemen ondervinden bij het aanvragen van identiteitsbewijzen en biometrische paspoorten. Dit geldt ook voor Oekraïners die deze gebieden hebben verlaten en elders in Oekraïne zijn gaan wonen. Dit komt doordat de verificatie van gegevens in archieven in de genoemde gebieden moeilijk is en veel tijd kost. Daarnaast hebben sommige Oekraïners het land mogelijk in alle haast moeten ontvluchten zonder de tijd te hebben hun paspoort (thuis) op te halen of aan te vragen. Ook andere voorwaarden voor binnenkomst, zoals het hebben van voldoende middelen van bestaan, kunnen een probleem vormen.
De Europese Commissie heeft in haar richtlijnen voor de controle aan de buitengrenzen van de EU met Oekraïne aangegeven dat de EU lidstaten gebruik kunnen maken van de mogelijkheid die de Schengengrenscode biedt om op humanitaire gronden af te wijken van de voorwaarden voor binnenkomst (zie artikel 6 lid 5). Hier gaat het dus onder meer om het hebben van een (biometrisch paspoort of voldoende middelen van bestaan. Indien Oekraïners zich in het verleden niet aan (Europese) migratieregels hebben gehouden, mag hen dat niet tegengeworpen worden. Lidstaten moeten in dat geval inreisverboden en registraties in het Schengeninformatiesysteem (SIS) negeren.
Wanneer een lidstaat een Oekraïner die niet aan de voorwaarden van de Schengengrenscode op humanitaire gronden toegang verleent, dan geldt die toegang alleen voor het grondgebied van die lidstaat en niet voor de hele EU. De Europese Commissie moedigt lidstaten echter in haar richtlijnen aan om Oekraïners, die geen paspoort, maar wel andere documenten hebben (bijvoorbeeld een identiteitskaart of een geboorteakte van hun kinderen) te ondersteunen bij het doorreizen naar een andere EU lidstaat. Lidstaten die grenscontroles aan de binnengrenzen toepassen kunnen vervoerders (zoals bus- en treinmaatschappijen) verzekeren dat zij geen boetes zullen opleggen als deze Oekraïners zonder paspoort naar hun grondgebied vervoeren.
Asiel aanvragen in de EU Oekraïners kunnen in de Europese Unie asiel aanvragen. Zij zijn onderdanen van een derde land (niet EU-lidstaat) en vallen daarom onder alle Europese richtlijnen over asiel. Zij kunnen asiel krijgen als zij aan de voorwaarden voor vluchtelingschap of subsidiaire bescherming voldoen (zie de Kwalificatierichtlijn en ons blog ‘Subsidiaire bescherming en de vluchtelingenstatus). Om in aanmerking te komen voor vluchtelingschap moeten Oekraïners aannemelijk maken dat zij een gegronde vrees voor vervolging hebben vanwege een vervolgingsgrond (ras, godsdienst, nationaliteit, politieke overtuiging of het behoren tot een bepaalde sociale groep). Wanneer Oekraïners vluchten vanwege de algemene oorlogssituatie in hun land, dan zal aan het vereiste van een vervolgingsgrond waarschijnlijk niet voldaan worden. Subsidiaire bescherming kan worden verleend als sprake is van een reëel risico op ernstige schade. Ernstige schade kan bestaan uit een ‘ernstige en individuele bedreiging van het leven of de persoon van een burger als gevolg van willekeurig geweld in het kader van een internationaal of binnenlands gewapend conflict’. Het is nog onduidelijk of de EU-lidstaten accepteren dat sprake is van een dergelijke situatie in Oekraïne.
Verantwoordelijke lidstaat voor behandeling van het asielverzoek (Dublin) De Dublinverordening regelt welke EU-lidstaat verantwoordelijk is voor het asielverzoek van een derdelander (zie ook ons blog ‘Interstatelijk vertrouwen in het Dublinsysteem’. Wanneer een Oekraïner met een biometrisch paspoort de EU is binnengekomen (en dus geen visum nodig heeft) dan is de EU-lidstaat waar hij of zij asiel aanvraagt ook verantwoordelijk voor de behandeling van het asielverzoek (zie artikel 14 lid 2). Als een Oekraïner in Polen de EU binnenkomt en doorreist naar Nederland, dan is Nederland dus verantwoordelijk voor het asielverzoek
Dat geldt ook voor alleenstaande minderjarigen zonder paspoort die geen familieleden in de EU hebben. Alleenstaande minderjarigen die wel familieleden hebben die (rechtmatig) in een EU-lidstaat verblijven, worden in principe met die familieleden herenigd (artikel 8). Hetzelfde is van toepassing op (volwassen) Oekraïners die gezinsleden hebben die in een EU-lidstaat een asielvergunning hebben gekregen of daar in de asielprocedure zitten (artikel 9-11). Wanneer een Oekraïner een visum heeft gekregen voor een EU-lidstaat, dan is die lidstaat verantwoordelijk voor het asielverzoek (artikel 12). De EU-lidstaat die een Oekraïner om humanitaire redenen toegang heeft gegeven tot zijn grondgebied wordt ook verantwoordelijk voor het asielverzoek . Wanneer een Oekraïner op illegale wijze de buitengrens van de EU heeft overschreden, dan is in principe de EU-lidstaat waar hij of zij is binnengekomen verantwoordelijk voor het asielverzoek (artikel 13).
Asiel in Nederland Oekraïners kunnen in het aanmeldcentrum in Ter Apel een asielaanvraag indienen. Zij worden vervolgens opgevangen in onder meer Ter Apel, Amsterdam en Ede. Op het asielverzoek zal voorlopig niet inhoudelijk worden beslist. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 28 februari 2022 voor de duur van zes maanden een besluit- en vertrekmoratorium afgekondigd voor Oekraïne. Dat betekent dat de beslistermijn van asielverzoeken die de komende zes maanden worden ingediend met een jaar wordt verlengd (naar 18 maanden). De IND bekijkt wel of het mogelijk is interviews af te nemen in lopende asielprocedures. Oekraïners die al eerder in Nederland een asielaanvraag hebben ingediend en zijn afgewezen, hoeven bovendien niet terug te keren naar hun land van herkomst. Als zij een nieuwe asielaanvraag indienen, dan krijgen zij een plek in de asielopvang. Bepaalde categorieën asielzoekers zijn uitgezonderd van het besluit- en vertrekmoratorium. Het gaat onder meer om asielzoekers voor wier asielverzoek een andere EU-lidstaat verantwoordelijk is of die een gevaar vormen voor de openbare orde of nationale veiligheid.
Tijdelijke bescherming in de EU De Europese Commissie heeft op 2 maart 2022 een voorstel gedaan om Oekraïners tijdelijke bescherming te verlenen op basis van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming. Dit voorstel is op 4 maart 2022 door de Raad aangenomen. De Richtlijn Tijdelijke Bescherming is bedoeld voor een situatie van ‘van massale toestroom van ontheemden uit derde landen die niet naar hun land van oorsprong kunnen terugkeren’.
Het is de eerste keer dat de Richtlijn Tijdelijke Bescherming wordt gebruikt: ook ten tijde van de hoge instroom van Syrische vluchtelingen in 2015, heeft de EU geen tijdelijke bescherming verleend (zie hierover ook ons blog ‘“Massale toestroom van ontheemden”: een ongebruikte EU-richtlijn’). De maatregel van tijdelijke bescherming is meteen ingegaan en geldt voor de periode van een jaar. Als de situatie in Oekraïne niet verbetert (en de bescherming dus niet wordt beëindigd op grond van artikel 6 Richtlijn Tijdelijke Bescherming) dan kan de tijdelijke bescherming automatisch tweemaal met een half jaar worden verlengd (artikel 4 Richtlijn Tijdelijke Bescherming). Daarna kan de duur van de vergunning nog één keer met een jaar worden verlengd als de situatie in Oekraïne voortduurt, maar dan alleen na een nieuw voorstel daartoe van de Europese Commissie dat met gekwalificeerde meerderheid moet worden aangenomen door de Raad. De maximale duur van deze vergunning is dus drie jaar.
De Richtlijn Tijdelijke Bescherming vraagt lidstaten de personen op die voor de tijdelijke bescherming in aanmerking kunnen komen ‘in een geest van gemeenschappelijke solidariteit’ op te vangen (artikel 25). De Europese Commissie zal zorgen voor uitwisseling van informatie over de opvang van Oekraïners die tijdelijke bescherming vallen en de situatie in de lidstaten monitoren. EU agentschappen zullen lidstaten van wie het opvangsysteem onder druk staat, ondersteunen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad zegt niets over verdeling van tijdelijk beschermde Oekraïners over de lidstaten.
De maatregel van tijdelijke bescherming geldt voor personen met de Oekraïense nationaliteit en hun familieleden die ontheemd zijn geraakt sinds 24 februari 2022, na de militaire invasie van het Russische leger. De maatregel vermeldt uitdrukkelijk dat hij van toepassing is op personen die voor 24 februari in Oekraïne verbleven en sluit dus Oekraïners uit die al eerder naar de EU (en Nederland zijn gekomen). Het is de vraag hoe Nederland zal omgaan met Oekraïners die bijvoorbeeld op 24 februari 2022 (toevallig) in Nederland verbleven voor familiebezoek of met Oekraïners die hier (soms al lange tijd) zonder verblijfsvergunning verblijven. Professor Daniel Thym schrijft dat Oekraïners die op 24 februari in het buitenland verbleven ook tijdelijke bescherming krijgen, als hun gewone verblijfplaats (place of habitual residence) maar in Oekraïne is.
Oekraïners die tijdelijke bescherming krijgen, hebben recht op een verblijfsdocument, toegang tot onderwijs, fatsoenlijke huisvesting, sociale bijstand, medische zorg en gezinshereniging (artikel 9-15 Richtlijn Tijdelijke Bescherming). Zij hebben ook toegang tot de arbeidsmarkt. Lidstaten mogen echter wel voorrang geven op de arbeidsmarkt aan onder meer EU-burgers en onderdanen van derde landen die legaal in de EU verblijven en een werkloosheidsuitkering ontvangen (bijvoorbeeld mensen die een asielstatus hebben gekregen). Het is nog onduidelijk onder welke voorwaarden Nederland Oekraïners zal toelaten tot de arbeidsmarkt.
Oekraïners die tijdelijke bescherming krijgen, kunnen gedurende of na hun tijdelijk verblijf een asielverzoek indienen. Volgens de Raad maakt de maatregel het echter minder noodzakelijk voor Oekraïners om onmiddellijk asiel aan te vragen: ‘door de formaliteiten tot een minimum te beperken, vanwege de urgentie van de situatie, kan het risico worden beperkt dat [de asielstelsels van de lidstaten] overbelast raken’. Lidstaten mogen volgens de richtlijn bepalen dat een vreemdeling niet tegelijkertijd tijdelijke bescherming en de status van asielzoeker kan krijgen (artikel 19 Richtlijn Tijdelijke Bescherming). Als een lidstaat tijdens de duur van de tijdelijke bescherming nog niet heeft beslist over een asielverzoek, dan moet dat na afloop daarvan gebeuren (artikel 17 lid 2 Richtlijn Tijdelijke Bescherming). Het is nog niet duidelijk hoe Nederland zal omgaan met de asielverzoeken van Oekraïners nu er tijdelijke bescherming is ingesteld.
Bescherming van derdelanders die in Oekraïne verbleven Niet alleen Oekraïners ontvluchten Oekraïne, maar ook derdelanders die in het land studeerden, werkten of er asiel hadden (aangevraagd). Er zijn berichten dat derdelanders van Afrikaanse, Aziatische en Caribische afkomst tijdens hun vlucht te maken krijgen met racisme.
De maatregel van tijdelijke bescherming geldt ook voor derdelanders en staatlozen die voor 24 februari 2022 met een asielvergunning in Oekraïne verbleven en sinds die datum ontheemd zijn geraakt. De lidstaten moeten daarnaast tijdelijke bescherming of andere passende bescherming bieden aan derdelanders die ‘kunnen aantonen dat zij vóór 24 februari 2022 legaal in Oekraïne verbleven op basis van een geldige permanente verblijfsvergunning die overeenkomstig Oekraïens recht is afgegeven, en die niet in staat zijn in veilige en duurzame omstandigheden naar hun land of regio van oorsprong terug te keren’. Werknemers of studenten die voor kortere tijd in Oekraïne verbleven, moeten op humanitaire gronden toegang krijgen tot de EU, ook als zij niet in het bezit zijn van een visum, een paspoort en/of voldoende middelen van bestaan. De lidstaten moeten zorgen voor een veilige doorgang met het oog op terugkeer naar hun land of regio van oorsprong.
EINDE BERICHT VERBLIJFBLOG
[70]
”Tijdelijke bescherming in de EU
De Europese Commissie heeft op 2 maart 2022 een voorstel gedaan om Oekraïners tijdelijke bescherming te verlenen op basis van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming. Dit voorstel is op 4 maart 2022 door de Raad aangenomen. De Richtlijn Tijdelijke Bescherming is bedoeld voor een situatie van ‘van massale toestroom van ontheemden uit derde landen die niet naar hun land van oorsprong kunnen terugkeren’.”
WARSAW, Nov 18 (Reuters) – For Beata Zalewska-Stefaniak, it didn’t feel right to be sitting comfortably at home in Warsaw while migrants were going hungry in freezing forests some 200 km (140 miles) to the east on Poland’s border with Belarus.
So she decided to start “Soups for the Border”, a campaign to prepare thousands of jars of homemade soup, in what she jokingly refers to as “forest catering” for migrants.
“It’s a grassroots initiative of people like me who were conscious of sitting in their warm homes and being unable to do anything to help,” Zalewska-Stefaniak, 57, told Reuters.
Thousands of migrants, mostly Iraqis, have been trying for weeks to cross the border into the European Union but have been pushed back by Polish security forces. Around 10 migrants are believed to have died.
Poland and the EU accuse Belarus of encouraging the migrants to cross in revenge for EU sanctions imposed on Minsk over human rights abuses. Minsk denies the charge. read more
The first 600 jars of soup were prepared and shipped in late October from Warsaw to the Podlaskie region near the border.
Volunteers have now distributed about 4,000 litres of soup to the migrants and to people from non-governmental organisations (NGOs) trying to help them.
‘MESSAGE OF HUMANITY’
The soups, made from beetroot, lentils, zucchini and other ingredients, are prepared by families, scouts and others.
The Facebook group which helps to organise the initiative has grown to more than 1,800 people, increasing the diversity of the food available.
At first, all the soups were vegetarian, with the aim of making them easy to digest but still filling. Volunteers now also prepare freshly baked bread, meat dishes, and special lunches for small children.
They try to respect the dietary requirements of the mostly Muslim migrants, for example by leaving pork off the menu, said Zalewska-Stefaniak, who works as an English translator and mindfulness coach.
She said she wanted to show that ordinary Poles are keen to help, despite big cultural differences with the migrants.
“This is beyond politics, beyond all divisions. The hungry should be fed, (it is) a basic message not only of Christianity, but of humanity,” Zalewska-Stefaniak said.
EINDE ARTIKEL
HELPING REFUGEES STARVING IN POLAND’S ICY BORDER FORESTS
The asylum seekers on the Poland-Belarus border are not aggressors: they are desperate pawns in a disgusting political struggle
One thought is a constant in my head: “I have kids at home, I cannot go to jail, I cannot go to jail.” The politics are beyond my reach or that of the victims on the Poland-Belarus border. It involves outgoing German chancellor, Angela Merkel, getting through to Alexander Lukashenko, president of Belarus. It’s ironic that this border has more than 50 media crews gathered, yet Poland is the only place in the EU where journalists cannot freely report.
Meanwhile, the harsh north European winter is closing in and my fingers are freezing in the dark snowy nights.
The border situation shows the chasm between what is legal and what is moral. It trumps the endeavours of those acting to save lives. All that we activists in the forests on the Poland-Belarus border can do is to bring water, food and clothes to desperate people. Yet to perform this basic humanitarian act requires stealth. We have to hide and sneak through the forests. Attracting the attention of the border guards, police or army would force another pushback.
I’ve met diverse groups among the trees: families, mothers with kids, fathers with disabled kids, elderly people and people from the world’s most vulnerable groups – ethnic, religious and LGBTQ+. They sought freedom, but find themselves being pushed backed into Belarus five, 10 and even 15 times since August until now, December.
On my night walks, I’m equipped with a big backpack full of flasks of warm soup, socks, boots, jackets, gloves, scarfs, hats, plasters, medicines and powerbanks. I walk in the darkness and hide behind trees when I hear helicopters or see the bright touches of the police. I hear the splash of the soup in the containers on my back, I hear the shortness of my breath – nobody taught me to be stealthy and invisible like a professional soldier. I have worked in human rights for years, visited most of the EU’s borders and refugee camps, but I was never afraid of crackling sticks underfoot or rustling the trees above my head as I move.
From personal stories and evidence collected by Minority Rights Group International with colleagues at Grupa Granica, an alliance of 14 Polish civil society organisations responding to the crisis, we know at least 5,000 people have been in the forests and that at least 1,000 are there currently. We’ve been in touch with all: desperate victims of a disgusting power game between states.
Every time we respond to a call from someone in need, or their mother still in Iraq or Afghanistan, or a cousin in Berlin, we shoulder our backpacks and go. Day and night – long after the world has lost interest. Sometimes, we look for people for hours. Sometimes, because of security issues, they change their location many times Sometimes elderly grandmothers or the little kids with no more energy to walk are stranded in Polish swamps. Now, since snow covers the forests and people cannot call us, because their phones have been destroyed by the Polish army, we use thermal imagers.
We meet scared eyes, exhausted faces, bodies destroyed by the cold, desperately short of immunity after weeks in the icy, wet forest. Freezing, thirsty, hungry humans. I had no idea what hunger meant. I’ve given a piece of chocolate to my kids when they complain before dinner. I’ve read poverty statistics and history books. I knew nothing about hunger.
People on the Poland-Belarus border have not eaten for weeks. Every few days, after a violent pushback over the barbed wire fence, they may get an old potato from a Belarusian soldier, if they have money. They will share that with the kids. They have nothing to drink for days. Or drink swamp or rainwater, which causes stomach cramps and a deadening headache, further weakening them.
We wish them care and luck at the end of our interaction. Leaving them with enough food and water supplies for a few days is impossible: no one has the strength to carry that much. We cannot take people with us or drive them to a safe place. That would be a criminal act. But it is not a crime to leave these people to their slow death.
Where is the Red Cross, the UN’s International Organization for Migration and the UN refugee agency? Those organisations that operate even in war zones? That take food and water to the most dangerous criminals? Is Elina, 5, more dangerous or less worthy? She has epilepsy but no medicine. I met her in the forest with nine other Kurds, all without boots. They survived wars and airstrikes back home but may freeze to death in the Polish forest. During every pushback Polish and Belarusian officers take away everything: money, clothes and footwear.
There was the group of nine women from the Democratic Republic of the Congo, probably trafficked. When I explained the situation to them, they just cried and cried . Or the Yazidi sisters, who escaped genocide in Sinjar, Iraq seven years ago, but are still trying to find a safe place. Or the boys from Yemen, speaking perfect English. Or the three gay men from Iran, desperate not to be sent back to Belarusian soldiers.
We stay in touch. If they manage to hide their phones, we can communicate after a pushback. They share pictures and videos of Belarusian dogs. Show me bite wounds if we meet on the Polish side. They cry. They ask for advice. They don’t want to tell their families about their plight, but they need somebody to talk to.
“The fifth pushback. At six, I’ll kill myself.”
“I lost my son, he has asthma. [The] last time he called [was] three days ago. Do you know where he is?”
“When do you arrive? Do you have water? Even a drop?”
Subjected to a disinformation campaign, the refugees receive conflicting reports from Belarusian services, which distribute forms about the settling in Poland or Germany. This fosters hopes for a safe journey. But the real aim is to camp them on the Polish border to put pressure on the EU. Some disturbing reports suggest migrants are being forced to participate in violence as part of Belarusian attempts to provoke Polish officials.
With the risk of an escalation of violence, we, the activists in the forests, would like to remind the world that refugees are not aggressors. They are hostages to the Lukashenko regime, which is using them for its agenda.
Poles send me messages: “Where should I send warm and dark clothes?” “How is the situation on the border? Media shows us only videos by [the] Polish ministry or Belarusian authorities.” “I cry when I put my children to sleep. Please, write something that can help.”
Dunja Mijatović, the Council of Europe’s commissioner for human rights, spent four days in Poland and came to the field with us. She said: “The greatest strength of the aid movement for refugees and refugees from the Poland-Belarus border are the inhabitants of the neighbouring towns – in the zone of emergency and next to it. It is their compassion and empathy that prolongs the life of people in the forest. Their courage and selflessness. Their good saves lives.”
Of course, others see it differently: people helping on the border are “enemies of the nation”, “agents of Lukashenko”, “guilty of destroying European values”, “inviting terrorists here”.
We are guilty of leaving water packs in the woods for the thirsty. We are guilty of sharing soup. Of putting shoes on cold feet that couldn’t move any more. If helping is illegal, do we even understand what crime is?
Anna Alboth is volunteer at Minority Rights Group
EINDE ARTIKEL
‘“Ik ken een echtpaar dat in de zone woont”, zegt Karolina. “De man is een verklikker. Hij gaat dagelijks het bos in en belt de politie als hij iemand vindt. Intussen belde zijn vrouw mij, omdat ze heimelijk een berg sokken had gebreid voor de vluchtelingen.”
ONE WORLD
PRIKKELDRAAD VOOR DE ENE VLUCHTELING, KNUFFELS VOOR
Terwijl hij aan de grens met Oekraïne soep krijgt – ze denken dat hij een Oekraïense vluchteling is – ziet schrijver Chris Keulemans hoe de politie aan de grens met Belarus vluchtelingen ‘door het prikkeldraad terug duwt; baby’s gooien ze eroverheen’. Een essay over racisme en hypocrisie aan de lange, Poolse grens.
In Polen sprak ik vorige week met negen criminelen. Bijna allemaal vrouwen van een jaar of veertig. Allemaal natuurliefhebber. Ze houden van het oerbos op de grens met Belarus: 150.000 hectare beschermd werelderfgoed, al eeuwen thuis voor de wisent, de wolf en de lynx. Als ze in het bos iemand tegenkomen die het koud heeft halen ze koffie, soep en dekens tevoorschijn. De grootste boef die ik tegenkom, de angst van de Poolse natie, is een tengere jongeman uit Senegal met een spleetje tussen zijn tanden.
Sinds september vorig jaar mogen deze ‘criminelen’ het bos niet meer in. De Poolse regering riep er de noodtoestand uit en het bos is nu een gemilitariseerde zone: er lopen 15.000 politieagenten, grenswachten en soldaten rond. Toegang verboden voor iedereen die er niet woont of werkt. Geen hulpverleners, artsen of journalisten. Wie er toch betrapt wordt met soep en dekens voor iemand met bevroren voeten gaat naar de gevangenis wegens medeplichtigheid aan mensensmokkel. De eigenaar van die voeten gaat een politiebus in, terug naar Belarus, waar de petten aan die kant hem eerst zijn resterende geld afpakken en dan meteen weer het bos in knuppelen. Sinds de Belarussische president Loekasjenko vorige zomer migranten uit andere crisisgebieden lokte met de belofte van vrije doorgang naar Europa en de grens openzette, wordt er gepingpongd met mensen uit Syrië, Irak, Koerdistan, Afghanistan, Jemen, Palestina, Senegal en Cuba.
Tweehonderd kilometer naar het zuiden, aan de grensovergang bij Hrebenne, zijn het de grenswachten die mij soep aanbieden. Omdat ze me aanzien voor een Oekraïense vluchteling. Er staan tenten en kramen vol voedsel, kleren, simkaarten en speelgoed. Er staan auto’s klaar. Maar het blijft rustig. De nonnen van de Knights of Columbus, de foodtruck uit Litouwen, de Engelse journalisten, de jongen van Lycamobile, de boswachters met hun berg waterflessen – ze hangen onderuit in de lentezon. Het gros van de mensen die meteen wegwilden is de grens al over, zegt een vrijwilliger, anderen wachten in West-Oekraïne af wat er gebeurt. Het is een macabere stilte; de grens houdt zijn adem in. Dan komt er een afgeladen bus langs, in uitbundige zebrastrepen – uit Mariupol. De chauffeur slaat een kruisje als hij de slagbomen passeert.
Polen vangt op dit moment ruim twee miljoen Oekraïners op van de bijna vier miljoen die al naar de EU vluchtten. Warschau alleen al telt opeens 500.000 nieuwe inwoners. Overal zijn gebouwen blauw en geel verlicht. Overal zitten mensen met gestreste gezichten aan hun telefoonscherm gekluisterd. Het is een ontzagwekkende inspanning. Burgers, ngo’s, stadhuizen en kerken zijn dag en nacht actief. Alleen de staat, zeggen de mensen die ik spreek, loopt achter de feiten aan. Iedereen die een Oekraïner opvangt zou €40 per dag ontvangen, beloofde de regering eerst. Dat is intussen teruggedraaid tot €10. Hotels, pensions en appartementengebouwen die ruimte aanbieden wachten nog op de toegezegde vergoeding.
Maar aan de grens met Belarus is de staat klaarwakker en wordt duidelijk welke dubbele standaarden Polen hanteert. Sinds de eerste migranten uitgehongerd de dorpjes rond het oerbos binnen wankelden, regent het maatregelen. Het hele gebied is nu een rode zone. Asielverzoeken worden geweigerd. De grenspolitie duwt mensen terug door het prikkeldraad; de baby’s gooien ze er overheen. Overal rond het bos staan politiecontroles langs de weg: mensen van kleur, op weg naar Europa, worden eruit gevist; de chauffeurs opgepakt. De regering wil zich terugtrekken uit het Dublinakkoord1, om te voorkomen dat de tienduizend mensen die tot Duitsland wisten te komen worden teruggezet naar Polen. En dwars door het werelderfgoed heen bouwen ze een muur van 186 kilometer. Kosten: bijna 400 miljoen, tien keer zoveel als het landelijke asielbudget. Van het bedrag dat de regering nu uittrekt voor NGO’s die Oekraïners opvangen kunnen ze precies 1,1 kilometer muur bouwen.
Langs deze muur is een eenvoudig gebaar van gastvrijheid een misdrijf. Zwaarbewapende mannen in zwarte uniformen rijden de auto’s van de ‘criminelen’ die ik spreek van de weg en breken hun schuur open op zoek naar hulpgoederen. Midden in de nacht krijgen de ‘criminelen’ bericht: mensen in het bos geven hun locatie door. Ze pakken hun spullen en gaan eropaf. Ze mobiliseren een clandestien netwerk van advocaten, artsen en opvangplekken. Moeders zijn het, boeren, boswachters, kunstenaars, overdag borduren ze kussenslopen, schrijven dissertaties of ontwerpen wijnflesetiketten. Zelf noemen ze zich activisten. Niet dat ze dat van nature zijn, ze worden het door zichzelf te blijven.
“Een Syrische jongen lag doodziek langs de weg”, zegt Anna*. “Zijn spullen zaten in een opgevouwen roze kinderjasje. De volgende dag lag alleen het jasje er nog.” “Vandaag nog is er een man in het bos gevonden”, zegt Kasia. “Zonder gezicht en benen. Aangevreten. Wolven, honden?” “Mijn twee broers hebben het niet overleefd”, zegt Mohamed, die in Senegal economie studeerde. “De een raakte vergiftigd toen hij moeraswater dronk. Bij de ander kroop een slang zijn jas in toen hij lag te slapen. Ik heb ze allebei in het bos begraven.” “Een vrouw had pijn in haar maag”, zegt de arts. “Misschien een tumor, misschien was ze zwanger. Voor we haar konden behandelen ontsnapte ze uit het raam.” “Ik herinner me elk gezicht dat ik ’s nachts in de moerassen heb aangetroffen”, zegt Anna. “Ik heb ze in de ogen gekeken. Ik vergeet ze nooit meer.” “Er was een misverstand”, zegt de bosbeheerder, die wel met haar auto de rode zone in mag. “Ik reed eerst naar de verkeerde plek. Toen ik aankwam waar ik had beloofd een groep van negen op te halen waren ze weg. Eentje had me de vorige dag zijn oortjes gegeven, als dank voor de soep. Nu voel ik me daar schuldig over. Ik droom van de dag dat ik hem weer tegenkom. Dan geef ik hem zijn oortjes terug.”
Ik ken een echtpaar dat in de zone woont”, zegt Karolina. “De man is een verklikker. Hij gaat dagelijks het bos in en belt de politie als hij iemand vindt. Intussen belde zijn vrouw mij, omdat ze heimelijk een berg sokken had gebreid voor de vluchtelingen.”
“De grenswachten zijn vaak jongens hier uit de buurt”, zegt Piotrek. “Ze willen hun baan niet kwijt, maar soms kunnen ze niet leven met de orders die ze krijgen. Er hebben er al drie zelfmoord gepleegd.” Monika, “De grenswacht tweet elke dag de aantallen: zoveel illegalen hebben we tegengehouden aan de grens met Belarus, zoveel gasten uit Oekraïne hebben we verwelkomd.” “Mensen uit Irak ontvluchten ook een oorlog”, zegt de boswachter. “Het is hypocriet. Als westerling voel ik me ook verantwoordelijk voor de crisis daar.”
Die tot in dit oerbos reikt. En daar draagt niet alleen Polen de verantwoordelijkheid voor. Tot 2020 betaalde de EU Loekasjenko, die al sinds 1994 president is, om zijn grens te bewaken. Maar toen Loekasjenko in dat jaar de verkiezingsuitslag vervalste, legde de EU sacties op. Loekasjenko probeerde de EU probeerde te chanteren door migranten door te laten, waarop Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad, overwoog de Poolse muur te financieren. Intussen is aannemer Budimex hem aan het bouwen. Verzekeraar Nationale Nederlanden bezit 9,2% van de aandelen in dat bedrijf. Het cement voor de muur wordt aangevoerd vanuit Belarus.
Hypocrisie. Dubbele standaarden. Paniek. Geldzucht. En klinkklaar racisme. Met een duistere echo, in een gebied waar vóór de Tweede Wereldoorlog bijna de helft van de inwoners joods was. “Ik documenteer alles”, zegt Kasia. “Dan hebben we straks zoiets als het Ringelblum-archief uit het getto van Warschau.” Ze staat op. Ze heeft nachtdienst in het hoekje van het station waar niet-westerse vluchtelingen uit Oekraïne zich kunnen melden.
Op de weg terug worden we aangehouden bij een checkpoint. De agent buigt zich voorover en kijkt naar binnen. Zijn blik veegt even door de auto. Vier witte gezichten. Een nonchalant handgebaar. Rij maar verder.
EINDE ARTIKEL
”Four activists from another group operating on the border, Grupa Granica, were arrested in late March on charges of ‘human smuggling’. The activists, who face up to eight years in prison for transporting the asylum seekers, stated they were providing humanitarian assistance to a family stranded on the border. ”
Families and refugees entitled to international protection are pushed back by Poland as it is simultaneously praised for welcoming Ukrainian refugees.
Sokolka, Poland – The ‘pinned’ location sent to the NGO’s phone leads the volunteers to a thick stretch of forest north of Bialystok, a western Polish city bordering Belarus.
It’s an early afternoon in late March, and Bartosz Frackowiak parks the car at the edge of the forest, as far as possible from the nearest village.
Just a few hours earlier, locals had alerted the border authorities to their presence, most likely after recognising their car as belonging to Ocalenie, the refugee rights organisation they work with. Travelling with him are Olga, another volunteer, and Ocalenie’s lawyer, Tomasz Pietrzak.
“We know that one of them is injured, so we [have] some medical equipment with us,” explains Bartosz, who is the director of an art space in Warsaw.
The three fill six backpacks with water, instant noodles, protein bars, dry fruit, hot water bottles, tea, socks, shoes, warm jackets and tents they will be delivering to Mahdi and Abubakar*, from Yemen and Sudan, who contacted them via a helpline after walking across the border from Belarus.
“They also asked for shoes, they probably [crossed] some kind of pond or river. And of course, water and food,” Bartosz says.
In just over a month, Poland has provided refuge to more than 2.3 million people fleeing Ukraine, more than half of the refugees who have left the country. The effort was largely led by volunteers and grassroots groups, who have flocked to the border to cook food, give rides and offer accommodation to the mostly women and children fleeing Russia’s aggression.
The government is fully supporting and encouraging the effort – a stark contrast to its refusal, back in 2015, to relocate Syrian refugees from other EU countries at the height of that crisis.
The number of people approaching the Polish authorities for asylum remains low in comparison to other EU countries despite a significant rise in 2021, when 7,700 people applied – compared to 2,800 in 2020. Applications from Belarusian citizens, evacuations from Afghanistan and the crisis at the Belarusian-Polish border late last year account for much of that rise. Only 2,200 were granted protection.
Mahdi, a 39-year-old with a slim and friendly face, greets the group. His travelling companion, whom he’s only met a couple of days ago, was injured “jumping over the fence,” he says.
“Is it your first time in Poland?” Tomasz asks.
“It is, we were lucky,” Mahdi replies, implying it was their first attempt at crossing the border and the so-called ‘exclusion zone’ – a three-kilometre-wide strip of land the Polish government proclaimed a no-go area last September, when a state of emergency was declared in the area.
Bartosz, Olga, and Tomasz proceed to lay the multiple backpacks dangling off their shoulders on the ground. “I can’t believe this, thank you so much,” says Mahdi, who is from Sanaa, Yemen, a country ravaged by war and famine for nearly eight years. “I am not used to this, thank you,” he says again, grabbing tea and a hot soup.
Tomasz takes a stash of papers out of his backpack. His job is to find asylum seekers before the Polish Border Guard does, and help them apply for international protection in Poland, preventing their informal return to Belarus.
“We have a power of attorney document the [asylum seekers] can sign,” Tomasz explains. “We conduct a short interview to get to know their individual situation, and we send the information to the European Court of Human Rights.” The court, he says, will normally react relatively swiftly and grant an “interim measure” for the person, which will then be communicated to the Polish government and the Polish Border Guard.
“This is the only means by which we can prevent pushbacks of asylum seekers to Belarus,” says Tomasz.
Stranded and undocumented in Russia for the past five years, Mahdi looks forward to his chance to start a normal life – one where he doesn’t have to hide from the authorities.
“I was doing everything, anything I could to survive really,” Mahdi recounts. “I got some help from my university friends. I was working in construction somewhere out of the city [Saint Petersburg], where there were no police checks,” he says, “I didn’t have [regular] work, each time it was for two, three weeks, or a month.”
Having landed in Russia in 2015 to study oil and gas engineering, Mahdi says he became undocumented once his student visa expired and his government, backed by a Saudi-led coalition to fight a war against Houthi insurgents, could no longer pay his scholarship fees. He became one of the many Yemenis studying at universities abroad who found themselves unable to pay fees and maintenance costs, and were forced to interrupt their studies.
“When I anticipated the situation, that I would become illegal, I went to the Red Cross and the UNHCR looking for help,” Mahdi recounts. But no help came, he says, and the only way out was to save up and get smuggled out of the country.
When a helicopter starts hovering overhead, the group decides to move the camping gear to an area where the foliage is thick and provides better cover. Then, amid hugs and handshakes, the three NGO workers pick up their empty bags and return to their car.
“They are in a good spot,” Tomasz says, implying it will be difficult for the Border Guard to find them. “They don’t arrest people, they just throw them over the border.”
Celebrated on one border, risking prosecution on another
The Polish government is planning to spend more than $400 million on a wall along the Belarusian border, whose construction started in January. Villages and towns have been cut off by the exclusion zone, leading to a decline in local tourism. According to the Polish Border Guard, more than 3,400 people have attempted to enter Poland from Belarus since the beginning of the year.
A spokesperson for the Border Guard did not reply to TRT World’s request for comment about detention and returns to Belarus, which are informal and illegal under international law. According to its Twitter feed, Afghans, Syrians, Yemenis and others entitled to international protection have attempted to cross.
Last autumn, thousands of migrants and refugees gathered by the border after flying into Belarus, which was issuing temporary visas in what European Union officials called “hybrid warfare” in retaliation for EU sanctions against Belarus. Dozens of people, including families, have since been stuck in a camp in Bruzgi, a border area near the Belarusian city of Grodno.
The camp was closed at the end of March, scattering the remaining asylum seekers in the surrounding forest. Simultaneously, the number of people attempting the crossing daily spiked, according to Polish authorities.
Four activists from another group operating on the border, Grupa Granica, were arrested in late March on charges of ‘human smuggling’. The activists, who face up to eight years in prison for transporting the asylum seekers, stated they were providing humanitarian assistance to a family stranded on the border.
Back at the NGO’s guesthouse later that evening, Bartosz is tasked with responding to new messages and alerts. He receives a message from Mahdi: Abubakar is feeling unwell and appears to have a high fever. But calling an ambulance would mean the two would be detained and, most likely, sent back to Belarus.
Mahdi does not want the responsibility of something happening to his travel mate and leaves the choice to Abubakar. In the living room of their apartment, Tomasz, Bartosz and Olga wait nervously for about 30 minutes before receiving a message.
“[Abubakar] said he would rather die than be taken away by the border guard,” it reads.
A political game that has turned deadly
Near a Tatar village on the Polish-Belarusian border, the graves of five asylum seekers who lost their lives while trying to cross over are covered with flowers and pine leaves. One of them was an unborn child. The identity of another remains unknown.
Not far from there, Tomasz and the volunteers find Ferhad*, a 20-year-old Iraqi Kurd. The former barber sits alone amid birch trees, wrapped in a sleeping bag and shivering in the early hours of the morning. He says he’s spent the night there, after crossing the border with eight others. In his backpack, all that is left is a broken power bank.
He says Belarusian border guards prevented the group from going back to Minsk after they’d left Bruzgi. It’s the second time he has attempted the crossing, after flying to Belarus alongside thousands of Iraqi Kurds late last year at the height of the border crisis.
“The first time I was arrested in Poland, and sent back,” he says. “Today the Belarusians prevented us from going to Minsk, they kicked us to Poland instead,” he says.
Despite the highly militarised border and police checkpoints, many asylum seekers manage to get picked up by smugglers and driven to other European countries, often after walking through the forest for days. Most see Poland as a transit country.
Many walk or wait in the forest for days before they are able to arrange for a smuggler to pick them up.
Not long after meeting Mahdi and Abubakar, the group receives a message on the foundation’s phone. It’s from Mahdi, and it’s sent from Belarus.
“I told [the Border Guard] I want to stay in Poland and apply for asylum. I told them I want a lawyer, I told them I want to call my embassy, I told them I want to call UNHCR. Nothing worked.”
*names have been changed to protect identities and safeguard asylum procedures
NEW YORK — Human Rights First today announced that it will present Grupa Granica with the William D. Zabel Human Rights Award in recognition of its commitment to human rights at the Poland-Belarus border.
The award, presented annually for more than three decades, acknowledges the work of courageous activists on the frontlines of the struggle for freedom and human rights.
“Grupa Granica are front-line human rights defenders working at a flashpoint for human rights and freedom of migration,” said Michael Breen, president and CEO of Human Rights First. “We hope that Human Rights First’s presentation of the William D. Zabel Award provides additional recognition to the importance of their work and helps to stem this humanitarian and geopolitical crisis.”
Formed in response to the humanitarian crisis at the Polish-Belarusian border, Grupa Granica is an informal network of Polish NGOs, activists, and inhabitants of the border region that provides humanitarian, medical, and legal aid to migrants stranded in the forests there. They monitor the situation on the ground, provide assistance to people searching for missing family members, document human rights violations and educate Polish society on the situation at the border.
Human Rights First has been working for many years with one of the members of the network, the Helsinki Foundation for Human Rights, and our Senior Advisor Brian Dooley has been witnessing Grupa Granica’s work at the Polish-Belarusian border as recently as last month.
“Our network was formed in August last year in response to the humanitarian crisis at the Polish-Belarusian border. It consists of local inhabitants, activists, NGO staff, doctors, lawyers, interpreters, psychologists, public figures and many others working hand in hand to save the lives of migrants stranded at the border,” says Marta Górczyńska of Grupa Granica. “This prestigious award sends a clear message to the public that despite the recent attempts by the Polish authorities, providing humanitarian aid and defending human rights must never be criminalized. We hope it will also make it more difficult for the international community to turn a blind eye to the violations at the border.”
The William D. Zabel Human Rights Award is presented each year to human rights leaders and organizations that have distinguished themselves for their work advancing rights, justice, and equality for those suffering persecution and violations of their rights. The 2022 award will be officially presented to Grupa Granica on June 8.
Recent Zabel Award recipients include Karapatan, a Philippines-based alliance of human rights organizations; ALQST for Human Rights, which monitors and documents human rights abuses in Saudi Arabia; Miroslava Cerpas Hernández, who promotes the rights of migrants and refugees displaced by violence in Honduras; Friar Tomás González, who protects vulnerable migrants on the Mexican border; Yazidi human rights activists Khaleel Aldakhi and Ameena Saeed Hasan; European antisemitism activists Jane Braden-Golay, Siavosh Derakhti, and Niddal El-Jabri; Dr. Denis Mukwege of the Democratic Republic of Congo, who later went on to be awarded the Nobel Peace Prize; and human rights lawyer Chen Guangcheng of China.
EINDE ARTIKEL
THE GUARDIAN
POLAND DETAINS ACTIVISTS ACCUSED OF SMUGGLING MIGRANTS OVER BELARUS BORDER
Grupa Granica claim activists simply gave humanitarian aid to family stranded in border forest amid deepening refugee crisis
Four activists were detained in Poland on 23 March for aiding migrants crossing the Belarusian border. They currently face three months of pre-trial arrest.
“When they helped refugees from Ukraine they were heroes, now for providing that same help in Podlasie, they are criminals,” said Grupa Granica, an organisation helping migrants and refugees, to which the detained activists belong.
The organisation said the activists were providing humanitarian aid to a family with seven children who had been stuck at the border for three months.
Prosecutor Jan Andrejczuk, from the regional prosecution office in Hajnówka, in eastern Poland, has told Polish media that the activists were arrested on suspicion of illegally smuggling people over the border, a crime punishable by up to eight years in prison. He added that he will petition the court for pre-trial detention of the suspects.
Grupa Granica denies that their activists aided the migrants in crossing the border, arguing that they simply provided help to people who had already entered Poland.
“The family had been in the forest for many days, without water, food or shelter. The activists saved their lives by providing transport in their cars,” the organisation said, “The accusations are absurd because none of the activists helped anyone cross the border. The aid they provided prevented exhausted people from dying on Polish territory.”
Jakub Boruta, a lawyer representing the activists, told Polish press that he hopes his clients will not face pre-trial detention, a measure he believes is unnecessary at this point.
Grupa Granica said that the refugee crisis on the Polish-Belarusian border, engineered by Belarus’ president Alexander Lukashenko, has worsened in recent days as all the migrants staying in a camp in Bruzgi, Belarus, have been forced out. The most vulnerable, including families with children and those who are ill or have disabilities, are now trying to survive in the surrounding forest, according to the organisation.
”En dwars door het werelderfgoed heen bouwen ze een muur van 186 kilometer. Kosten: bijna 400 miljoen, tien keer zoveel als het landelijke asielbudget.”
ONE WORLD
PRIKKELDRAAD VOOR DE ENE VLUCHTELING, KNUFFELS VOOR
On 25 January 2022, the Border Guards handed over to the contractors the construction site for the construction of the 186-kilometre wall on the border between Poland and Belarus. The contractor of the wall in the Białowieża Forest section is Budimex. The company makes every effort to ensure that works are carried out professionally and with respect for residents and the environment. Budimex will carry out works on the 100-kilometre section, and the border zone along the Białowieża Forest accounts for less than 40% of its length.
We understand the emotions that surround the issue of the construction of the wall on the border between Poland and Belarus, in particular, in the Białowieża Forest section; therefore, our representatives consulted the local governments on 26 January 2022. The meeting was attended by military representatives, heads of five gminas located within the development project area, forest district representatives and the Staroste of the Hajnowski Poviat.
During the meeting with the representatives of local governments, we confirmed that we have extensive experience in implementing projects in diverse environments. We carry out construction work, for example, in protected areas, including Natura 2000 areas in many places in Poland. The warehouses used to store our construction materials are and will be neutral for the environment. Our compliance with strict environmental standards is confirmed by numerous certificates – our construction sites have been issued with more than 100 BREEAM or LEED sustainable building certificates.
Although the contract does not require us to do so as a contractor, there will be external environmental supervision of the entire project. We understand that the Białowieża Forest is extremely valuable, and we want to work with respect for its ecosystem. The team assigned to the project has the highest level of competence to perform this task.
The works on the wall, transport and storage of raw materials will be carried out in accordance with the best construction and environmental standards. Our plan includes:
securing the soil with double and triple isolation to prevent leakage,
the use of spill kits,
covering and securing construction equipment repair points,
securing fuel tanks,
sorting and securing waste points,
preparation of separate points for hazardous waste,
fencing and monitoring of the area.
Our works will be carried out during the day, and the planned truck traffic at the construction location is several vehicles per hour. Upon completion, all roads will be restored to their original condition or will be improved.
Works on the entire project will take just six months. We are also on the list of strategic companies from a defence perspective. Therefore, we have a duty to act for the benefit of the country in the event of special situations from a security point of view. We responded in the same way to the calls for the construction of temporary hospitals or the completion of road and rail works after other general contractors had abandoned their contracts.
Our aim is to perform the contract through transparent subcontractor selection rules while respecting the interests of local communities and the environment. We make every effort to minimise the inconveniences for the residents and take into account the needs of the natural forest environment.”
EINDE VERKLARING BUDIMEX
[63]
THE INTERNATIONAL RED CROSS, THE UKRAINIAN REFUGEES
AND THE REFUGEES, TRAPPED BETWEEN POLAND AND BELARUS/
DO YOU TREAT THEM WITH EQUAL ATTENTION, RED CROSS?
”“Ik ken een echtpaar dat in de zone woont”, zegt Karolina. “De man is een verklikker. Hij gaat dagelijks het bos in en belt de politie als hij iemand vindt. Intussen belde zijn vrouw mij, omdat ze heimelijk een berg sokken had gebreid voor de vluchtelingen.”
ONE WORLD
PRIKKELDRAAD VOOR DE ENE VLUCHTELING, KNUFFELS VOOR
Terwijl hij aan de grens met Oekraïne soep krijgt – ze denken dat hij een Oekraïense vluchteling is – ziet schrijver Chris Keulemans hoe de politie aan de grens met Belarus vluchtelingen ‘door het prikkeldraad terug duwt; baby’s gooien ze eroverheen’. Een essay over racisme en hypocrisie aan de lange, Poolse grens.
In Polen sprak ik vorige week met negen criminelen. Bijna allemaal vrouwen van een jaar of veertig. Allemaal natuurliefhebber. Ze houden van het oerbos op de grens met Belarus: 150.000 hectare beschermd werelderfgoed, al eeuwen thuis voor de wisent, de wolf en de lynx. Als ze in het bos iemand tegenkomen die het koud heeft halen ze koffie, soep en dekens tevoorschijn. De grootste boef die ik tegenkom, de angst van de Poolse natie, is een tengere jongeman uit Senegal met een spleetje tussen zijn tanden.
Sinds september vorig jaar mogen deze ‘criminelen’ het bos niet meer in. De Poolse regering riep er de noodtoestand uit en het bos is nu een gemilitariseerde zone: er lopen 15.000 politieagenten, grenswachten en soldaten rond. Toegang verboden voor iedereen die er niet woont of werkt. Geen hulpverleners, artsen of journalisten. Wie er toch betrapt wordt met soep en dekens voor iemand met bevroren voeten gaat naar de gevangenis wegens medeplichtigheid aan mensensmokkel. De eigenaar van die voeten gaat een politiebus in, terug naar Belarus, waar de petten aan die kant hem eerst zijn resterende geld afpakken en dan meteen weer het bos in knuppelen. Sinds de Belarussische president Loekasjenko vorige zomer migranten uit andere crisisgebieden lokte met de belofte van vrije doorgang naar Europa en de grens openzette, wordt er gepingpongd met mensen uit Syrië, Irak, Koerdistan, Afghanistan, Jemen, Palestina, Senegal en Cuba.
Tweehonderd kilometer naar het zuiden, aan de grensovergang bij Hrebenne, zijn het de grenswachten die mij soep aanbieden. Omdat ze me aanzien voor een Oekraïense vluchteling. Er staan tenten en kramen vol voedsel, kleren, simkaarten en speelgoed. Er staan auto’s klaar. Maar het blijft rustig. De nonnen van de Knights of Columbus, de foodtruck uit Litouwen, de Engelse journalisten, de jongen van Lycamobile, de boswachters met hun berg waterflessen – ze hangen onderuit in de lentezon. Het gros van de mensen die meteen wegwilden is de grens al over, zegt een vrijwilliger, anderen wachten in West-Oekraïne af wat er gebeurt. Het is een macabere stilte; de grens houdt zijn adem in. Dan komt er een afgeladen bus langs, in uitbundige zebrastrepen – uit Mariupol. De chauffeur slaat een kruisje als hij de slagbomen passeert.
Polen vangt op dit moment ruim twee miljoen Oekraïners op van de bijna vier miljoen die al naar de EU vluchtten. Warschau alleen al telt opeens 500.000 nieuwe inwoners. Overal zijn gebouwen blauw en geel verlicht. Overal zitten mensen met gestreste gezichten aan hun telefoonscherm gekluisterd. Het is een ontzagwekkende inspanning. Burgers, ngo’s, stadhuizen en kerken zijn dag en nacht actief. Alleen de staat, zeggen de mensen die ik spreek, loopt achter de feiten aan. Iedereen die een Oekraïner opvangt zou €40 per dag ontvangen, beloofde de regering eerst. Dat is intussen teruggedraaid tot €10. Hotels, pensions en appartementengebouwen die ruimte aanbieden wachten nog op de toegezegde vergoeding.
Maar aan de grens met Belarus is de staat klaarwakker en wordt duidelijk welke dubbele standaarden Polen hanteert. Sinds de eerste migranten uitgehongerd de dorpjes rond het oerbos binnen wankelden, regent het maatregelen. Het hele gebied is nu een rode zone. Asielverzoeken worden geweigerd. De grenspolitie duwt mensen terug door het prikkeldraad; de baby’s gooien ze er overheen. Overal rond het bos staan politiecontroles langs de weg: mensen van kleur, op weg naar Europa, worden eruit gevist; de chauffeurs opgepakt. De regering wil zich terugtrekken uit het Dublinakkoord1, om te voorkomen dat de tienduizend mensen die tot Duitsland wisten te komen worden teruggezet naar Polen. En dwars door het werelderfgoed heen bouwen ze een muur van 186 kilometer. Kosten: bijna 400 miljoen, tien keer zoveel als het landelijke asielbudget. Van het bedrag dat de regering nu uittrekt voor NGO’s die Oekraïners opvangen kunnen ze precies 1,1 kilometer muur bouwen.
Langs deze muur is een eenvoudig gebaar van gastvrijheid een misdrijf. Zwaarbewapende mannen in zwarte uniformen rijden de auto’s van de ‘criminelen’ die ik spreek van de weg en breken hun schuur open op zoek naar hulpgoederen. Midden in de nacht krijgen de ‘criminelen’ bericht: mensen in het bos geven hun locatie door. Ze pakken hun spullen en gaan eropaf. Ze mobiliseren een clandestien netwerk van advocaten, artsen en opvangplekken. Moeders zijn het, boeren, boswachters, kunstenaars, overdag borduren ze kussenslopen, schrijven dissertaties of ontwerpen wijnflesetiketten. Zelf noemen ze zich activisten. Niet dat ze dat van nature zijn, ze worden het door zichzelf te blijven.
“Een Syrische jongen lag doodziek langs de weg”, zegt Anna*. “Zijn spullen zaten in een opgevouwen roze kinderjasje. De volgende dag lag alleen het jasje er nog.” “Vandaag nog is er een man in het bos gevonden”, zegt Kasia. “Zonder gezicht en benen. Aangevreten. Wolven, honden?” “Mijn twee broers hebben het niet overleefd”, zegt Mohamed, die in Senegal economie studeerde. “De een raakte vergiftigd toen hij moeraswater dronk. Bij de ander kroop een slang zijn jas in toen hij lag te slapen. Ik heb ze allebei in het bos begraven.” “Een vrouw had pijn in haar maag”, zegt de arts. “Misschien een tumor, misschien was ze zwanger. Voor we haar konden behandelen ontsnapte ze uit het raam.” “Ik herinner me elk gezicht dat ik ’s nachts in de moerassen heb aangetroffen”, zegt Anna. “Ik heb ze in de ogen gekeken. Ik vergeet ze nooit meer.” “Er was een misverstand”, zegt de bosbeheerder, die wel met haar auto de rode zone in mag. “Ik reed eerst naar de verkeerde plek. Toen ik aankwam waar ik had beloofd een groep van negen op te halen waren ze weg. Eentje had me de vorige dag zijn oortjes gegeven, als dank voor de soep. Nu voel ik me daar schuldig over. Ik droom van de dag dat ik hem weer tegenkom. Dan geef ik hem zijn oortjes terug.”
Ik ken een echtpaar dat in de zone woont”, zegt Karolina. “De man is een verklikker. Hij gaat dagelijks het bos in en belt de politie als hij iemand vindt. Intussen belde zijn vrouw mij, omdat ze heimelijk een berg sokken had gebreid voor de vluchtelingen.”
“De grenswachten zijn vaak jongens hier uit de buurt”, zegt Piotrek. “Ze willen hun baan niet kwijt, maar soms kunnen ze niet leven met de orders die ze krijgen. Er hebben er al drie zelfmoord gepleegd.” Monika, “De grenswacht tweet elke dag de aantallen: zoveel illegalen hebben we tegengehouden aan de grens met Belarus, zoveel gasten uit Oekraïne hebben we verwelkomd.” “Mensen uit Irak ontvluchten ook een oorlog”, zegt de boswachter. “Het is hypocriet. Als westerling voel ik me ook verantwoordelijk voor de crisis daar.”
Die tot in dit oerbos reikt. En daar draagt niet alleen Polen de verantwoordelijkheid voor. Tot 2020 betaalde de EU Loekasjenko, die al sinds 1994 president is, om zijn grens te bewaken. Maar toen Loekasjenko in dat jaar de verkiezingsuitslag vervalste, legde de EU sacties op. Loekasjenko probeerde de EU probeerde te chanteren door migranten door te laten, waarop Charles Michel, voorzitter van de Europese Raad, overwoog de Poolse muur te financieren. Intussen is aannemer Budimex hem aan het bouwen. Verzekeraar Nationale Nederlanden bezit 9,2% van de aandelen in dat bedrijf. Het cement voor de muur wordt aangevoerd vanuit Belarus.
Hypocrisie. Dubbele standaarden. Paniek. Geldzucht. En klinkklaar racisme. Met een duistere echo, in een gebied waar vóór de Tweede Wereldoorlog bijna de helft van de inwoners joods was. “Ik documenteer alles”, zegt Kasia. “Dan hebben we straks zoiets als het Ringelblum-archief uit het getto van Warschau.” Ze staat op. Ze heeft nachtdienst in het hoekje van het station waar niet-westerse vluchtelingen uit Oekraïne zich kunnen melden.
Op de weg terug worden we aangehouden bij een checkpoint. De agent buigt zich voorover en kijkt naar binnen. Zijn blik veegt even door de auto. Vier witte gezichten. Een nonchalant handgebaar. Rij maar verder.
EINDE ARTIKEL
[53]
AD
VLUCHTELINGENCRISIS POLEN VERHARDT IN RAP TEMPO: ”WAT LOEKASJENKO DOET, GAAT HEEL VER”
TEKST De situatie aan de grens van Polen met Belarus verslechtert met de dag. De taal verhardt, de roep om sancties groeit. Duizenden vluchtelingen kunnen intussen geen kant op. Het is nog niet zo eenvoudig om helder te krijgen wat er precies gebeurt, daar aan de noordoostelijke grens van de Europese Unie. Zeker is dat Litouwen, Letland en Polen grote problemen hebben met hun buurman Belarus. Die wordt ervan beschuldigd vluchtelingen uit het Midden-Oosten naar de grens te dirigeren, inmiddels vele duizenden, om zo druk te zetten op de Europese Unie. President Alexandr Loekasjenko zou dat doen, omdat hij boos is vanwege Europese kritiek op de manier waarop hij de oppositie in zijn land aanpakt. Zijn ontkenningen worden inmiddels door niemand meer echt geloofd. Ook menen waarnemers dat hij wordt ingefluisterd door de Russische president Vladimir Poetin.
Polen geeft de indruk dat het helemaal klaar is met de situatie aan zijn 400 kilometer lange grens. De regering maakte maandag bekend 12.000 militairen naar het oosten te sturen om daar de grenswachten te ondersteunen. ,,Wij zijn klaar om de Poolse grenzen te verdedigen”, aldus minister Mariusz Blaszczak van Buitenlandse Zaken. In de regio is niet alleen de noodtoestand afgekondigd, maar ook een strook van 3 kilometer breed langs de grens tot verboden gebied verklaard. Niemand mag er in, inclusief de media, hulporganisaties en Frontex (dat namens de EU de Europese grenzen bewaakt), en niemand mag eruit. Daardoor weet niemand precies wat er gebeurt. Er zou inmiddels een tiental doden zijn gevallen, waarschijnlijk door de kou. Er is ook onduidelijkheid over het aantal vluchtelingen in het gebied. Polen houdt het op ‘enkele duizenden’, met nog duizenden die onderweg zijn. Andere bronnen reppen van honderden mensen.
‘Pushbacks’
Het Poolse parlement heeft intussen ingestemd met ‘pushbacks’: het al dan niet met harde hand terugsturen van vluchtelingen naar Belarus. Dit is tegen Europese regels (want iedereen heeft het recht asiel aan te vragen in de EU), maar daar trekt Warschau zich niks van aan. Ook Litouwen stuurt vluchtelingen meteen terug en overweegt een noodtoestand. Het heeft deze week 1200 soldaten dichter bij de grens gestationeerd. Letland noemt de situatie ‘alarmerend’. Belarussische media beschuldigen Polen tegelijkertijd van ‘onverschilligheid’ en ‘onmenselijkheid’, omdat het ‘wanhopige vluchtelingen’ terug de grens over jaagt.
De situatie lijkt op die in Turkije, begin vorig jaar. President Recep Tayyip Erdogan wees toen ook duizenden vluchtelingen vriendelijk de weg naar de grens met Griekenland, met de boodschap dat ze van harte welkom waren in de Europese Unie. De vluchtelingen kwamen er pas achter dat dit niet zo was, toen ze met geweld werden tegengehouden door de Griekse grenspolitie. Ook toen bivakkeerden hele gezinnen in de nachtelijke vrieskou aan de grensrivier Evros of waagden de overtocht naar het Griekse eiland Lesbos.
Harde taal
En net als toen klinkt er nu harde taal vanuit de EU. Belarus wordt beschuldigd van ‘hybride oorlogvoering’ (oorlog zonder wapens) en opgeroepen te stoppen met het ‘riskeren van mensenlevens’. Ursula von der Leyen, de voorzitter van de Europese Commissie, wil dat de lidstaten akkoord gaan met strengere sancties tegen het bewind van Loekasjenko.
Ook kondigde ze vandaag aan dat er actie gaat volgen tegen vliegmaatschappijen die uit landen als Irak, Turkije, Libanon, Syrië en Rusland mensen naar Minsk vervoeren, de hoofdstad van Belarus. Er zouden wekelijks meer dan 120 vluchten die kant op gaan.
Duitsland heeft de EU nadrukkelijk om hulp gevraagd. De meeste vluchtelingen willen namelijk helemaal niet in Polen blijven, maar reizen 700 kilometer door naar het westen. Volgens Berlijn zijn er in de laatste vier maanden achtduizend vluchtelingen zo het land binnengekomen. ,,Polen en Duitsland kunnen dit niet alleen”, aldus minister Horst Seehofer van Binnenlandse Zaken. De Poolse oppositieleider Donald Tusk wil zelfs dat de Navo wordt ingeschakeld. Volgens het beroemde Artikel 5 moet die in actie komen als een van de lidstaten wordt bedreigd.
Verboden
Europarlementariër Tineke Strik (GroenLinks) was twee weken geleden in Polen en Litouwen om poolshoogte te nemen aan de grens. Dat lukte wel in Litouwen, maar in Polen kwam ze niet verder dan Warschau: de rest van de reis werd verboden. Polen lost het graag zelf op, zo laat de regering telkens weten, en wil ook geen pottenkijkers. Strik noemt de situatie ‘alarmerend’, maar plaatst ook kanttekeningen bij de manier waarop de Polen de crisis aanpakken. ,,Er is heel weinig ruimte voor een kritische noot over de omgang met migranten. Wat Loekasjenko doet, gaat heel ver, en het is goed dat de EU de chartervluchten wil aanpakken. Maar je moet ook wat met de mensen die nu vastzitten.”
Polen stuurt ze het liefst linea recta terug naar Belarus, maar volgens Strik is dat onacceptabel. ,,Iedereen heeft recht op asiel. Er wordt graag de indruk gewekt dat alle migranten gelukszoekers zijn, maar intussen is het wel zo dat bijna de helft van de Irakezen gewoon asiel krijgt. Polen kan simpelweg niet zijn eigen gang gaan, het moet zich houden aan de Europese regels. Laat de EU dan daarbij helpen, door bijvoorbeeld het opzetten van centra waar op een fatsoenlijke manier asielaanvragen behandeld kunnen worden. Polen speelt het hard, prima, maar daar hoort dan ook een strak antwoord bij: als je zo doorgaat krijg je geen cent meer van de EU.”
Intussen heeft een groep van twaalf EU-lidstaten (Oostenrijk, Bulgarije, Cyprus, Tsjechië, Denemarken, Griekenland, Hongarije, Estland, Letland, Litouwen, Polen en Slovenië) opgeroepen de buitengrenzen van de unie te beschermen met het ‘maximale veiligheidsniveau’. Wat dat precies is, wordt in het midden gelaten, maar het lijkt te gaan om een muur of een hek. Hongarije heeft al zo’n hek neergezet, Polen is nu bezig met hetzelfde
In een interview met de Britse openbare omroep BBC heeft de Wit-Russische president Aleksandr Loekasjenko toegegeven dat het “absoluut mogelijk” is dat zijn troepen migranten hielpen om de grens met Polen over te steken. Maar dat de migranten doelbewust naar Wit-Rusland werden gehaald, ontkent hij dan weer.
“Wij zijn Slaven. Wij hebben een hart. Onze troepen weten dat de migranten naar Duitsland gaan”, zei Loekasjenko in een exclusief interview met de BBC. “Misschien heeft iemand hen geholpen. Maar ik zal dat niet eens onderzoeken.”
Aan de grens van Wit-Rusland en Polen verblijven duizenden migranten, vooral uit het Midden-Oosten, die hopen de oversteek naar de Europese Unie te maken. Polen en de EU verwijten het regime van Loekasjenko dat het doelbewust migranten aanvoert om die naar de grens te sturen en zo druk uit te oefenen op de EU. Dat zou een vergeldingsactie zijn voor sancties die de EU oplegt aan Wit-Rusland nadat Loekasjenko daar de oppositie onderdrukt had.
In het interview met de BBC ontkent Loekasjenko dat hij de migranten naar Wit-Rusland laat komen. “Ik heb de EU gezegd dat ik geen migranten aan de grens ga vasthouden want ze komen niet naar mijn land, ze gaan naar de EU”, zegt hij. “Maar ik heb hen hier niet uitgenodigd. En om eerlijk te zijn, wil ik niet dat ze door Wit-Rusland gaan.”
Situatie gekalmeerd, maar niet afgelopen
Op de grens is de situatie wat gekalmeerd, nadat het daar de voorbije week tot een escalatie was gekomen. De tentenkampen die er waren opgetrokken zijn afgebroken, en de meeste vluchtelingen zijn overgebracht naar een opvangcentrum. Ook is Irak begonnen met het repatriëren van migranten op de grens.
Toch dwalen er nog altijd honderden mensen rond in het oerbos op de grens tussen Wit-Rusland en Polen. “De temperatuur is er ’s nachts onder nul, en de migranten zitten er zonder voedsel, zonder drinkwater en zonder dat ze zich warm kunnen houden”, zegt Tineke Ceelen van de hulporganisatie Stichting Vluchteling, die momenteel in het gebied is om contact te leggen met lokale hulporganisaties en migranten.
Het aantal migranten dat probeert om de grens over te steken is volgens Polen ook gisteren weer gedaald. De Poolse grenswacht zegt dat er gisteren 195 pogingen zijn geregistreerd, tegenover 250 op donderdag en 501 op woensdag. De grootste groep bestond volgens Polen uit ruim 200 mensen, andere groepen uit een paar tientallen mensen. Polen zegt echter nog altijd spanningen te verwachten bij de grens. Premier Mateusz Morawiecki zal dit weekend Estland, Letland en Litouwen bezoeken om de kwestie te bespreken.
Dramatisch en mensonterend: zo omschrijven mensenrechtenactivisten de situatie aan de grens tussen Wit-Rusland en Polen. Naar schatting 2000 mensen zitten daar al dagen vast. Ingeklemd tussen Wit-Russische grenstroepen die hen de grens naar de Europese Unie wijzen aan de ene kant en Poolse militairen die hen uit alle macht proberen tegen te houden aan de andere.
De mannen, vrouwen en kinderen maken zich op voor een derde nacht in de vrieskou, met alleen tentdoek en kampvuurtjes om ze enigszins warm te houden.
Vandaag werd op allerlei niveaus veel overlegd over de kwestie. De Europese Unie wil nieuwe sancties tegen Wit-Rusland, de Duitse bondskanselier Merkel belde met de Russische president Poetin. Zij wil dat hij zijn invloed op de Wit-Russische president Loekasjenko gebruikt om hem te laten stoppen met het doorsturen van migranten naar de buitengrenzen van de Europese Unie.
Voorzitter van de Europese Raad Charles Michel zei gisteren in Berlijn dat de financiering van een muur op de grens met Wit-Rusland toch bespreekbaar is. Saillant, omdat 9 november de dag is dat in 1989 de Berlijnse Muur viel. Michel herhaalde zijn woorden vandaag in Warschau. Voor de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van Europa, was EU-geld voor hekken om de buitengrenzen te beschermen was tot nu toe onbespreekbaar.
Het gepraat leidt niet tot oplossingen op de korte termijn. Er blijven meer mensen komen naar de grens, die voor journalisten en hulpverleners potdicht zit; in een strook van 3 kilometer aan de Poolse kant van de grens geldt de noodtoestand.
EINDE ARTIKEL
”Polen stuurt die mensen geregeld terug naar Wit-Rusland. Bij de grens zijn al doden gevallen. Hoe het er in het grensgebied precies aan toegaat, probeert zowel Polen als Wit-Rusland stil te houden, zegt correspondent Saskia Dekkers. Zij is in Polen, vlak bij de grens. “Het is een heel vreemde situatie. Vijf kilometer achter me zitten honderden, misschien wel duizenden mensen vast in een bos en wij kunnen niet controleren hoe de situatie werkelijk is.”
Onder begeleiding van Wit-Russische grensbewakers trokken maandag zo’n duizend migranten naar de Poolse grens. In groepjes probeerden ze vervolgens die grens over te steken, telkens tegengehouden door Poolse militairen.
Wit-Rusland beschuldigt Polen van inhumaan beleid, maar volgens EU-landen stuurt Wit-Rusland bewust migranten de grens over. Polen spreekt van een “vijandige actie” en heeft duizenden extra militairen naar het gebied gestuurd.
“Dit is een schoolvoorbeeld van ondermijning”, zegt Oost-Europadeskundige Hubert Smeets. “Via de stroom migranten wil Wit-Rusland de interne Europese verhoudingen ondergraven.”
‘Vreemde situatie’
Dat is al even de aan gang. De afgelopen maanden reizen steeds meer migranten uit Azië, het Midden-Oosten en Afrika via Wit-Rusland naar de grens met Polen, Litouwen en Letland in een poging de EU binnen te komen. De eindbestemming is meestal Duitsland.
Polen stuurt die mensen geregeld terug naar Wit-Rusland. Bij de grens zijn al doden gevallen. Hoe het er in het grensgebied precies aan toegaat, probeert zowel Polen als Wit-Rusland stil te houden, zegt correspondent Saskia Dekkers. Zij is in Polen, vlak bij de grens. “Het is een heel vreemde situatie. Vijf kilometer achter me zitten honderden, misschien wel duizenden mensen vast in een bos en wij kunnen niet controleren hoe de situatie werkelijk is.”
De Poolse regering heeft de noodtoestand afgekondigd in het gebied. In een strook van drie kilometer langs de grens mogen media en hulpverleners niet komen. Dekkers: “Dus de enige informatie die we hebben zijn de propagandafilmpjes van het Wit-Russische leger, van het Poolse leger en de getuigenissen van migranten.”
Wit-Rusland helpt de migranten uit onder meer Irak, Jemen en Syrië actief de EU te bereiken. Met vliegtuigen van staatsluchtvaartmaatschappij Belavia worden ze vanuit bijvoorbeeld Dubai en Beiroet naar Wit-Rusland gebracht, zegt Oost-Europadeskundige Smeets.
Volgens hem wil president Aleksandr Loekasjenko hier twee dingen mee bereiken. Ten eerste wraak voor de sancties die de EU invoerde na mensenrechtenschendingen en de frauduleus verlopen presidentsverkiezingen in Wit-Rusland van vorig jaar. “Het helpen van migranten is een provocatie. Loekasjenko ondermijnt de verhoudingen in Europa.” Loekasjenko zet Polen, dat geen migranten wil opvangen, tegenover West-Europese landen “die humane opvattingen hebben over hoe met migranten om te gaan”.
“Europa weet zich hiermee geen raad. Je ziet het ongemak over het Poolse terugduwen dat in strijd is met EU-afspraken.”
‘Fascistische trekken’
Ten tweede leveren de migranten Loekasjenko geld op. “De migranten hebben vaak duizenden euro’s aan mensensmokkelaars betaald”, beaamt correspondent Dekkers. Een deel van dat geld vloeit door naar het regime. Smeets: “Loekasjenko ontpopt zich als mensensmokkelaar. Maar daar zit hij niet mee. Hij is elke schaamte voorbij. Het regime begint steeds fascistischer trekken te krijgen.”
Daarin wordt Loekasjenko gesteund door de Russische president Vladimir Poetin, zegt Smeets. Die wil de twee landen verder later samensmelten in de zogeheten Uniestaat. “Die krijgt steeds meer gezicht, onder meer middels gezamenlijk buitenland- en defensiebeleid.”
Maar ondanks de rol van Poetin spreken EU-landen hem er niet op aan. Dat terwijl sancties tegen Rusland wel wat kunnen uithalen, denkt Smeets. “Maar mensen in de omgeving van Poetin sanctioneren, kan de EU niet doen zolang die niet precies weet wat hun rol is.”
Vrees voor oorlog
Smeets vreest dat de provocaties van (Wit-)Russische zijde op geweld kunnen uitdraaien. “Er zou al sprake zijn van schoten over en weer.”
Ook aan Poolse kant zijn ze bang “dat het gaat escaleren of zelfs tot een oorlog komt”, hoort correspondent Dekkers. “Een oorlog tussen Wit-Rusland en Polen, waar dus ook de Europese Unie mee te maken krijgt.”
De migranten voelen zich ondertussen een speelbal in dit geopolitieke steekspel, zegt Dekkers. “Ze hebben niets meer te verliezen. Het enige wat we zeker weten is dat de mensen daar absoluut weg willen, naar West-Europa, die grens over.”
The situation of migrants trying to enter the EU at the border of Poland, Lithuania and Belarus is alarming. Thousands of migrants have been stuck on the border region since early autumn. The situation of people sleeping without shelter is expected to worsen as the winter approaches.
The Belarusian, Polish and Lithuanian Red Cross organisations are helping migrants at the borders by distributing food, clean water, hygiene supplies, clothes and blankets and by offering essential health care.
The health of the people sleeping rough is at continuous risk. At least 10 people are known to have died. Among them, a 14-year-old boy who died of hypothermia.
“There are hundreds of children at the border, many of whom have been separated from their families. The are also pregnant women and disabled people among the migrants. Their situation is worsening by the hour as the crisis drags on and nights become colder,” says the Director of International Operations at the Finnish Red Cross Tiina Saarikoski.
“All states are obliged to ensure that humanitarian aid gets through to its target. People have the right to necessary protection, care and safety, regardless of whether they are granted the right to stay in the country or not.”
The International Committee of the Red Cross helps migrants establish contact with their family members.
The Finnish Red Cross maintains preparedness for large-scale migration as part of its continuous readiness. As agreed with the authorities, the Red Cross is permanently prepared to establish and maintain reception centres and temporary accommodation units at the request of the authorities.
The Finnish Red Cross has not received official requests in relation to the situation in Poland, Lithuania and Belarus.
“The most important thing right now is to deliver necessary aid to the migrants in unsafe conditions and allow humanitarian operators to provide aid,” Saarikoski emphasises.
The Red Cross is urgently providing relief efforts as thousands of people risk their lives in freezing conditions along the Belarus-Poland border. At least 10 people have died and an estimated 2,000 people are living in makeshift camps near the border between Belarus and neighboring countries Poland, Lithuania and Latvia. The International Federation of Red Cross and Red Crescent Societies (IFRC) urges unhindered access to the border be provided to help the men, women and children risking their lives for a safer future.
Belarus Red Cross has been coordinating aid from partners since last week, distributing food, water, blankets and warm clothes. Staff and volunteers are involved in a continuous response to the situation, sorting and distributing packages, as well as helping authorities set up heating tents for women and children. Assistance was also provided for three children who were hospitalized.
“We are concerned about the increasingly serious situation on the Poland-Belarus border, after large groups of migrants arrived there on November 8. We call for access for the Red Cross and other humanitarian organizations so that all people in need, at the border and other locations, can receive medical treatment, humanitarian assistance and protection services,” said Andreas von Weissenberg, IFRC Europe’s head of Disasters, Climate and Crises.
“While Belarus Red Cross has thankfully been given some access to provide vital life-saving aid to people enduring hunger and freezing conditions, we need that access to be regular and also get access on the other side of the border. People need to be treated humanely,” von Weissenberg said.
The Polish Red Cross has been responding to this crisis for several weeks, delivering blankets, sleeping bags and clothes. Local branches are supporting migrants in provinces near the border with food, water and hygiene kits, as well as providing first aid and helping people trace family members.
Lithuanian Red Cross teams have also been supporting migrants close to the border with water, hygiene kits, footwear and clothing, as well as toys for children. In five large reception centers, volunteers provide food and other humanitarian aid, offer psychological support and legal assistance and help people reconnect with their loved ones by providing mobile phones and SIM cards.
IFRC is in the process of providing the Belarus Red Cross, Polish Red Cross and Lithuanian Red Cross with emergency funding to support the migrants with food, clothes, hygiene items, first aid and family reunification services.
“Humanitarian organizations must be granted unconditional and safe access to all people in need, irrespective of their legal status. People are crossing the border with just the clothes on their backs. They need food, medicine, hygiene items, clothing, and protective equipment against COVID-19. We must be allowed to deliver critical assistance and we want to see a peaceful, humane and rights-based solution to the situation,” von Weissenberg concluded.
EINDE BERICHT
24/7 NEWS BULLETIN
IT’S HEART BREAKING: HOW POLISH VOLUNTEERS
RESCUE POVERTY STRICKEN MIGRANTS AT
THE BELARUSIAN BORDER
11 NOVEMBER 2021
https://247newsbulletin.com/politics/4802.html
While the official Warsaw refuses to let in the migrants who have accumulated on the Belarusian border, not wanting to recognize them as refugees, many Poles express a desire to help people in difficult situations.
In the Polish media, you can see lists of various NGOs that are involved in helping migrants, as well as talk about ways to help them. One of the most popular is called a financial donation, but it is also suggested to become a volunteer working with refugees. The monetary contributions are spent on humanitarian transportation, shelter, medical and legal assistance, and integration with the host society.
“You don’t have to be at the border to help refugees,” writes Gazeta Wyborcza. “We can’t do much on this issue, but here’s exactly what we can: offer a blanket, a sleeping bag or waterproof clothing.”
Among the organizations that help refugees and migrants, mention is made, for example, of Caritas Polska, which carries out humanitarian aid campaigns both in Poland and abroad. This organization operates centers for refugees and migrants in Szczecin, Kalisz and Warsaw, providing systematic assistance in the field of intercultural integration, career counseling, psychological and legal assistance, classes in community centers and educational packages. Since the beginning of the current migration crisis at the Polish-Belarusian border, Caritas Polska has been organizing humanitarian transfers to centers where foreigners arrive, providing migrants with food, detergents, hygiene items, and blankets.
Helping migrants and the Polish Red Cross collecting material gifts for aid packages for migrants. Donations are accepted at Red Cross offices throughout Poland. Currently, the most in demand are: jackets, sweaters, thick socks, warm shoes, hats, scarves, blankets and sleeping bags. At the same time, clothes and shoes must be new or used, but in good condition. High-energy products are accepted (bars, chocolate, dried fruits), as well as other food products (pies and other canned poultry, canned fish, crackers, waffles, etc.).
The Polish non-governmental humanitarian organization Grupa Granica, which monitors the situation on the Polish-Belarusian border, believes that refugees need to be rescued as soon as possible. Indeed, if the Polish border police finds injured migrants before doctors, they send them back to Belarus, explaining this step by the fact that their health condition may deteriorate at any time, and the risk of death in such conditions is great.
The Guardian tells how 15 Iraqi Kurds ended up in the forests of the Polish village of Narewka after they managed to cross the border of Belarus and the European Union. All migrants had early signs of hypothermia. One woman could hardly walk. They had no choice but to turn to volunteers for help. A team from Grupa Granica, before the border guards, found migrants who found themselves in completely extreme conditions. It was already starting to get dark, and the temperature dropped to almost zero degrees. Volunteers distributed blankets and hot tea to people.
After some time, the police arrived in the forest. Up to this point, volunteers have explained to the frozen migrants how to properly apply for asylum.
“We have about eight teams operating near the border and a total of about 40 people,” Anna Albot, a spokeswoman for the Polish Minority Rights Group and member of Grupa Granica, told The Guardian. – Whenever we receive calls from migrant families, we send a request to our teams and check who is closest to the place. People often ask for food, water, a doctor, or clothing. The other day I met a Syrian family who didn’t even have shoes. ”
Anna Chmielewska, coordinator of the Center for Assistance to Foreigners in Warsaw, noted that “it is difficult to work in the border zone for several reasons”. First, the Polish police stop the cars of the volunteers a few kilometers before the Kuznitsa checkpoint on the Polish-Belarusian border. The fact is that three kilometers from the border begins the territory on which the state of emergency is in force, so access to it is prohibited.
“We cannot get into this zone and help the people who are there,” she added. “Only local residents can do this.” According to her, volunteers only have the opportunity to contact migrants only when they can pass the border zone: “But not everyone succeeds in doing this. Winter is coming and people are not ready to stay outside in the cold day after day. We are afraid that bad weather will lead to more deaths. It’s heartbreaking for us. “
In addition, the activist said that border police officers often behave quite aggressively. “We are not doing anything illegal, but they make us feel like we are violators,” Khmelevska said. “Helping people is okay. But in the current situation we seem to be engaged in secret activities. “
According to a representative of another non-governmental Polish organization, Medycy na granicy (Doctors at the Border – MK), border guards periodically obstruct the provision of medical assistance to migrants.
On their official Facebook page, the volunteers reported that before going on another call, they found that the ambulance’s wheels had been deflated. In addition, the doctors found “people in uniform” at the service car, and an olive-colored car with registration numbers beginning with the letters denoting the off-road vehicles of the Polish army stood nearby, the report said.
The doctors added that they tried to talk to the people sitting in the car, but they left almost immediately. Then they turned to the Ministry of National Defense of Poland with a request to “urgently provide clarification regarding this shameful incident.”
The department gave a response almost immediately. “The soldiers of the Polish army have no relation to the damage to the ambulance at the border,” the ministry’s press service informed. “They have much more serious questions than the denial of fake news in the media space.”
At the same time, such situations do not lead volunteers astray. They continue to provide assistance to refugees. On their social networks, doctors posted a post in five languages – English, French, Arabic, Persian and Kurdish – with the following content: “If you or someone from your family needs any humanitarian or medical assistance on the Polish-Belarusian border, write US. We will connect you with the right people. “
Those wishing to help migrants have to face not only opposition from the authorities. After one of the theaters in the city of Legnica began collecting gifts for refugees on the Polish-Belarusian border, it was attacked by haters on the Internet. “But there are more people willing to help,” says one of the initiators of the action.
In this regard, Polish volunteers are pleased to know that activists from Germany are trying to help migrants stranded on the Polish-Belarusian border. According to the Polish Internet resource Oko.press, a group of German volunteers came to Poland to deliver parcels for refugees to local organizations, show solidarity with immigrants and protest against the actions of the Polish authorities and the inaction of German politicians.
“We have free seats on the bus,” says one of the activists Ruben Neugebauer. “We could take people who need help with us. If only the German government would agree to this … We call on the German authorities to create humanitarian corridors on the Polish-Belarusian border. This should be one of the priorities of the government that is currently being formed in Germany. “
.
Source From: MK
EINDE BERICHT
[56]
HUMAN RIGHTS WATCH RAPPORT
”DIE HERE OR GO TO POLAND”BELARUS’ AND POLAND’S SHARED RESPONSIBILITY FORBORDER ABUSES
”“Men, women, and children have been ping-ponged across the border for days or weeks in freezing weather, desperately needing humanitarian assistance that is being blocked on both sides.”………..”Trapped on the Belarusian side, stranded or lost on the Polish side, people told harrowing stories of trudging through forests, swamps, marshlands, and rivers in freezing temperatures for days and even weeks without food or water. Some said they were forced to drink swamp water or collect rain water in leaves to drink.” HUMAN RIGHTS WATCH
(Brussels) – The crisis at the Belarus–Poland border is leading to serious human rights violations against migrants and asylum seekers by both governments, Human Rights Watch said in a report released today.
The 26-page report, “‘Die Here or Go to Poland’: Belarus’ and Poland’s Shared Responsibility for Border Abuses,”documents serious abuses on both sides of the border. People trapped on the Belarus border with Poland said that they had been pushed back, sometimes violently, by Polish border guards to Belarus despite pleading for asylum. On the Belarusian side, accounts of violence, inhuman and degrading treatment and coercion by Belarusian border guards were commonplace.
“While Belarus manufactured this situation without regard for the human consequences, Poland shares responsibility for the acute suffering in the border area,” said Lydia Gall, senior Europe and Central Asia researcher at Human Rights Watch. “Men, women, and children have been ping-ponged across the border for days or weeks in freezing weather, desperately needing humanitarian assistance that is being blocked on both sides.
Human Rights Watch went to both countries in October 2021 and conducted in-depth interviews with 19 people, including single men, families with children, and women traveling alone.
Trapped on the Belarusian side, stranded or lost on the Polish side, people told harrowing stories of trudging through forests, swamps, marshlands, and rivers in freezing temperatures for days and even weeks without food or water. Some said they were forced to drink swamp water or collect rain water in leaves to drink. At least 13 people have died as a result of inhumane conditions, including a 1-year-old Syrian boy.
A 35-year-old man from the Democratic Republic of Congo, traveling with his wife and 3 children, all under 7, said his family was pushed back twice by Polish border guards in October. During the second incident, he said he pleaded with the Polish guards for asylum but that they would not listen: “They said, ‘There’s no asylum, there’s nothing, go back to where you came from!’ They [took us by vans] and made us go back to Belarus, to the neutral zone.”
The mid-November standoff at the Bruzgi border crossing, where thousands of people were trapped, is the culimination of developments since last May following the state hijacking by Belarus of a Ryanair airplane to arrest a passenger. His arrest triggered European Union sanctions against Belarus, to which Belarus president Aleksandr Lukashenko responded by stating that he would open Belarus’ border to migrants by facilitating visas.
Since August, thousands of people, mainly from Syria, Iraq, and Yemen, have traveled to the capital Minsk in Belarus, through Middle East-based holiday tour operators making false claims of easy EU entry.
Three people told Human Rights Watch that Polish border guards separated their families, including parents from their children, when they took those in need of medical care to the hospital, but pushed the other family members back to Belarus. A Syrian woman whom the Polish border guards decided needed medical care was separated from her 5-year-old son in late October, who, together with other family members, was pushed back to Belarus. Still in Poland, she had had no contact with her family since being separated from them.
In response to a letter from Human Rights Watch,Polish authorities denied that they engaged in pushbacks, separating families, or refusing to consider asylum claims. However, citing a recent amendment to the law in Poland, they said border officials were authorized to immediately return people who crossed the border illegally and, as of November 16, 2021, border officials had prevented 29, 921 from crossing illegally this year.
Following Polish pushbacks, interviewees said, Belarusian border guards detained and abused them in “collection sites,” open spaces where migrants were gathered and trapped, without food, water, or shelter and prevented from going back to Minsk or their own countries. Belarusian authorities have not responded to a request from Human Rights Watch to comment on the findings
Until November 18, thousands of people on the Belarusian side were sleeping in a makeshift camp at Bruzgi, one of the major border crossings. Belarusian authorities have dismantled the camp and reportedly accommodated at least some of the people in a warehouse nearby, although the situation and whereabouts of those who had been in the makeshift camp is unknown.
Belarusian and Polish authorities have an obligation to prevent further deaths by ensuring regular humanitarian access to the people stuck in the border area, Human Rights Watch said. Both countries should also immediately halt ping-pong pushbacks and allow independent observers, including journalists and human rights workers, access to currently restricted border areas. In August and September, the European Court of Human Rights instructed Poland to provide food, water, clothing, adequate medical care, and if possible temporary shelter to persons on the border. The European Court does not have jurisdiction over Belarus.
Belarus’ abuse of people at its border amounts at least to inhuman or degrading treatment or punishment, and may in some cases constitute torture, in violation of Belarus’ international legal obligations. The authorities should immediately halt the abusive practices and hold those responsible for abuses to account.
Pushback practices by Polish border guards violate the right to asylum under EU law including the charter of fundamental rights, create a risk of chain refoulement contrary to international refugee law, and expose people to inhuman and degrading conditions, in violation of Polish and EU law.
European Commission has failed to speak publicly about Poland’s responsibility for the abuses and the human crisis at its border, or to clearly call on Poland to stop banning media and humanitarian groups from areas where abuses are taking place.
“The European Commission should start showing solidarity with the victims at the border on both sides who are suffering and dying,” Gall said. “Belarus may have orchestrated the crisis but that doesn’t absolve Poland and EU institutions of their human rights obligations. Brussels should push Warsaw to put preservation of human life at the core of its response.”
EIND STATEMENT HUMAN RIGHTS WATCH
”At least 13 people have died in the area in recent weeks, most due to exposure.”
Boy is youngest known victim of crisis as medical workers say family had been living in forest for a month
A one-year-old child from Syria has died in a forest in Poland near the border with Belarus, according to Polish medical workers, becoming the youngest known victim of the crisis on the eastern edge of the European Union.
Thousands of people attempting to reach the EU are still stranded in freezing conditions, amid a standoff between the bloc and Belarus, which has been accused of deliberately creating the crisis by flying in people from the Middle East and facilitating their travel to the border.
“Around 2:26 am we received a report that at least one person needed medical assistance,” PCPM said on Twitter. “When we arrived on the spot, it turned out that three people were injured. They had been in the forest for 1.5 months.”
PCPM said its staff had come across a young man with severe abdominal pain who was hungry and dehydrated, and a Syrian couple. “The man had a lacerated wound to his arm, and the woman had a stab wound to her lower leg,” the group tweeted. “Their one-year-old child died in the forest.”
The cause of the boy’s death was not yet established. At least 13 people have died in the area in recent weeks, most due to exposure.
In the last few days, the local Muslim community of Bohoniki, a village in north-east Poland, has held the funerals of two victims. On Monday, residents streamed to his family via Skype the funeral of 19-year-old Syrian Ahmad al-Hasan, who was found dead in the Bug river in eastern Poland on 19 October. According to witnesses, Ahmad, who could not swim, was pushed by a Belarusian soldier to enter the water.
The family of Ferhad, a man from Kobane in Syria who died in a car accident in October while fleeing the Polish police, said they were still waiting for his body.
“He left Syria, like many others, to reach Europe,” said Ferhad’s cousin Rashwan Nabo, a Syrian humanitarian worker.
Ferhad had boarded a direct flight to Minsk from Erbil, in northern Iraq. “In Raqqa, Damascus and Aleppo, word has been spreading for months that the easiest and fastest way to reach Europe is a direct flight to Belarus,” Nabo said.Advertisement
Alexander Lukashenko, the president of Belarus, has been accused of deliberately provoking the refugee crisis in revenge for EU sanctions on his authoritarian regime.
According to charities, in recent days, more and more people have managed to cross the barbed wire separating Poland from Belarus.
Requests for help received by charities and doctors from asylum seekers in the forest around the secure zone have increased. According to doctors, most common medical emergencies they have treated are injuries from beatings, dehydration and hypothermia.
Aid workers are urging the Polish government to create a humanitarian bridge for those trapped at the border to allow them to enter Polish territory. With temperatures dropping to below freezing in recent days, charities fear more people will die without the necessary medical assistance.
Anna Chmielewska, the coordinator of the Help Center for Foreigners, said: “It is a matter of time when we will be getting more and more tragic news like this.”
EINDE ARTIKEL THE GUARDIAN
[57]
‘”Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben opgebouwd”
Pleur op, zou ik in plat Haags zeggen.We hebben in Nederland het recht om te demonstreren, daar maken zij gebruik van.
We hebben ook persvrijheid.
Deze mensen treden die persvrijheid, tredenze met voeten en laat ik het dan misschien meerals minister president zeggen:
Echt klip en klaar
Onze verworvenheden, met onze normen en waarden,is het alles of niets het is geen cafetaria model.
Onze manier van leven, we hadden het net over homosexualiteit,we hebben het in Nederland over man en vrouw.
We hebben het over onze verworvenheden, die voortkomen uit humanisme, uit Verlichting, die we in honderden jaren hebben
opgebouwd
Als mensen van buiten komen-en niemand in Nederland is e rmisschien op die meneer met dat gekke programma na-iser op tegen, dat je vluchtelingen opvangt, mits dieaantallen beheersbaar zijn-…..
De multiculturele samenleving, een woord dat ik haat, echt haat,het woord, dat ervan uitgaat, laat iedereen maar een beetje zijn gang gaan”
Het Poolse parlement heeft intussen ingestemd met ‘pushbacks’: het al dan niet met harde hand terugsturen van vluchtelingen naar Belarus. Dit is tegen Europese regels (want iedereen heeft het recht asiel aan te vragen in de EU), maar daar trekt Warschau zich niks van aan.”
AD
VLUCHTELINGENCRISIS POLEN VERHARDT IN RAP TEMPO: ”WATLOEKASJENKO DOET, GAAT HEEL VER
”In response to a letter from Human Rights Watch,Polish authorities denied that they engaged in pushbacks, separating families, or refusing to consider asylum claims. However, citing a recent amendment to the law in Poland, they said border officials were authorized to immediately return people who crossed the border illegally and, as of November 16, 2021, border officials had prevented 29, 921 from crossing illegally this year.”
(Brussels) – The crisis at the Belarus–Poland border is leading to serious human rights violations against migrants and asylum seekers by both governments, Human Rights Watch said in a report released today.
The 26-page report, “‘Die Here or Go to Poland’: Belarus’ and Poland’s Shared Responsibility for Border Abuses,”documents serious abuses on both sides of the border. People trapped on the Belarus border with Poland said that they had been pushed back, sometimes violently, by Polish border guards to Belarus despite pleading for asylum. On the Belarusian side, accounts of violence, inhuman and degrading treatment and coercion by Belarusian border guards were commonplace.
“While Belarus manufactured this situation without regard for the human consequences, Poland shares responsibility for the acute suffering in the border area,” said Lydia Gall, senior Europe and Central Asia researcher at Human Rights Watch. “Men, women, and children have been ping-ponged across the border for days or weeks in freezing weather, desperately needing humanitarian assistance that is being blocked on both sides.
Human Rights Watch went to both countries in October 2021 and conducted in-depth interviews with 19 people, including single men, families with children, and women traveling alone.
Trapped on the Belarusian side, stranded or lost on the Polish side, people told harrowing stories of trudging through forests, swamps, marshlands, and rivers in freezing temperatures for days and even weeks without food or water. Some said they were forced to drink swamp water or collect rain water in leaves to drink. At least 13 people have died as a result of inhumane conditions, including a 1-year-old Syrian boy.
A 35-year-old man from the Democratic Republic of Congo, traveling with his wife and 3 children, all under 7, said his family was pushed back twice by Polish border guards in October. During the second incident, he said he pleaded with the Polish guards for asylum but that they would not listen: “They said, ‘There’s no asylum, there’s nothing, go back to where you came from!’ They [took us by vans] and made us go back to Belarus, to the neutral zone.”
The mid-November standoff at the Bruzgi border crossing, where thousands of people were trapped, is the culimination of developments since last May following the state hijacking by Belarus of a Ryanair airplane to arrest a passenger. His arrest triggered European Union sanctions against Belarus, to which Belarus president Aleksandr Lukashenko responded by stating that he would open Belarus’ border to migrants by facilitating visas.
Since August, thousands of people, mainly from Syria, Iraq, and Yemen, have traveled to the capital Minsk in Belarus, through Middle East-based holiday tour operators making false claims of easy EU entry.
Three people told Human Rights Watch that Polish border guards separated their families, including parents from their children, when they took those in need of medical care to the hospital, but pushed the other family members back to Belarus. A Syrian woman whom the Polish border guards decided needed medical care was separated from her 5-year-old son in late October, who, together with other family members, was pushed back to Belarus. Still in Poland, she had had no contact with her family since being separated from them.
In response to a letter from Human Rights Watch,Polish authorities denied that they engaged in pushbacks, separating families, or refusing to consider asylum claims. However, citing a recent amendment to the law in Poland, they said border officials were authorized to immediately return people who crossed the border illegally and, as of November 16, 2021, border officials had prevented 29, 921 from crossing illegally this year.
Following Polish pushbacks, interviewees said, Belarusian border guards detained and abused them in “collection sites,” open spaces where migrants were gathered and trapped, without food, water, or shelter and prevented from going back to Minsk or their own countries. Belarusian authorities have not responded to a request from Human Rights Watch to comment on the findings
Until November 18, thousands of people on the Belarusian side were sleeping in a makeshift camp at Bruzgi, one of the major border crossings. Belarusian authorities have dismantled the camp and reportedly accommodated at least some of the people in a warehouse nearby, although the situation and whereabouts of those who had been in the makeshift camp is unknown.
Belarusian and Polish authorities have an obligation to prevent further deaths by ensuring regular humanitarian access to the people stuck in the border area, Human Rights Watch said. Both countries should also immediately halt ping-pong pushbacks and allow independent observers, including journalists and human rights workers, access to currently restricted border areas. In August and September, the European Court of Human Rights instructed Poland to provide food, water, clothing, adequate medical care, and if possible temporary shelter to persons on the border. The European Court does not have jurisdiction over Belarus.
Belarus’ abuse of people at its border amounts at least to inhuman or degrading treatment or punishment, and may in some cases constitute torture, in violation of Belarus’ international legal obligations. The authorities should immediately halt the abusive practices and hold those responsible for abuses to account.
Pushback practices by Polish border guards violate the right to asylum under EU law including the charter of fundamental rights, create a risk of chain refoulement contrary to international refugee law, and expose people to inhuman and degrading conditions, in violation of Polish and EU law.
European Commission has failed to speak publicly about Poland’s responsibility for the abuses and the human crisis at its border, or to clearly call on Poland to stop banning media and humanitarian groups from areas where abuses are taking place.
“The European Commission should start showing solidarity with the victims at the border on both sides who are suffering and dying,” Gall said. “Belarus may have orchestrated the crisis but that doesn’t absolve Poland and EU institutions of their human rights obligations. Brussels should push Warsaw to put preservation of human life at the core of its response.”
EIND STATEMENT HUMAN RIGHTS WATCH
”Belarus is not a safe country for migrants and asylum seekers. By pushing back people to inhuman and degrading conditions in Belarus, where they do not have access to asylum procedures and in some cases are met with violence, and by separating families, Poland is in breach of multiple obligations under EU, human rights, and refugee law including the prohibition on sending anyone to a country where they face a real risk of torture or other prohibited ill-treatment.”
SUMMARY
HUMAN RIGHTS WATCH
RAPPORT
”DIE OR GO TO POLAND”
BELARUS’ AND POLAND’S SHARED RESPONSIBILITY FOR BORDER ABUSES
”“Alle steun aan Polen. De buitengrenzen zullen met Europese steun versterkt worden. “Dit is hét moment voor Europa om tot een krachtdadiger migratiebeleid te komen. Alleen een sterke EU met controles aan de buitengrenzen kan pushbacks en migratiecrisissen voorkomen.”
ROEP OM MUREN LANGS BUITENGRENZEN EU WORDT LUIDER NU LOEKASJENKO MIGRANTEN WEER GEBRUIKT IN GEOPOLITIEK STEEKSPEL
Binnen de Europese Unie stijgt de roep om een betere beveiliging van de EU-grenzen in landen als Polen, Litouwen en Griekenland, bijvoorbeeld met hogere hekken en muren, om te vermijden dat de Wit-Russische president Aleksandr Loekasjenko of zijn Turkse tegenhanger Recep Tayyip Erdogan migrantenstromen blijven gebruiken als geopolitiek wapen tegen de EU.
De tactiek van de Wit-Russische president Loekasjenko is cynisch: hij laat migranten overvliegen uit Afrika en het Midden-Oosten, om hen vervolgens Europa in te proberen krijgen. Er zijn daarbij aanwijzingen dat hij daarvoor de steun of, op zijn minst de goedkeuring, krijgt van Rusland (Vladimir Poetin) en Turkije (Erdogan).
“Misdadig spel van Loekasjenko, met migranten die als pionnen op een schaakbord nu verhongeren in Wit-Russische bossen”, zo reageerde staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi (CD&V) via Twitter. “Alle steun aan Polen. De buitengrenzen zullen met Europese steun versterkt worden. “Dit is hét moment voor Europa om tot een krachtdadiger migratiebeleid te komen. Alleen een sterke EU met controles aan de buitengrenzen kan pushbacks en migratiecrisissen voorkomen.”
“We moeten de Poolse regering helpen de buitengrens te beveiligen”, zegt de Duitse minister van Binnenlandse Zaken Horst Seehofer aan het boulevardblad Bild. “Dat zou eigenlijk de taak van de Europese Commissie zijn. Ik roep ze nu op om actie te ondernemen. Alle EU-landen moeten hier samen staan omdat Loekasjenko, met de steun van de Russische president Vladimir Poetin, het lot van mensen gebruikt om het Westen te destabiliseren. Dus nu moeten we samen staan. Polen of Duitsland kunnen dit niet alleen aan.” Seehofer zegt nog de beslissing van Polen te steunen om een muur te bouwen aan de grens met Wit-Rusland.
De nationalistische Poolse regering legt dinsdag de klemtoon op de belangrijke rol die Poolse militairen en grenswachters zullen spelen. De EU is intussen gefrustreerd dat Polen weigerachtig staat om hulp van het EU-grensbewakingsagentschap Frontex te aanvaarden.
In een verklaring roept Commissievoorzitter Ursula von der Leyen de EU-lidstaten op om “eindelijk” de sancties goed te keuren die voorbereid zijn tegen de verantwoordelijken van wat ze “een hybride aanval op de EU” noemt. Ze beschuldigt Minsk van een “cynische instrumentalisering van migranten” en pleegde maandag al overleg met de Poolse eerste minister Mateusz Morawiecki en zijn collega’s uit Litouwen en Letland, de twee andere EU-landen die een grens met Wit-Rusland delen. Een maatregel die Von der Leyen overweegt: de luchtvaartmaatschappijen die de migranten overvliegen op een zwarte lijst zetten.
Artis Pabriks, de minister van Defensie van Letland, roept de EU op om onmiddellijk Europees geld vrij te maken voor “de constructie van moderne grenzen”.
Ook de Verenigde Staten moeien zich ermee. Het VS-ministerie van Buitenlandse Zaken roept het regime-Loekasjenko op “om onmiddellijk te stoppen met zijn campagne om illegale migrantenstromen richting de EU te orkestreren en te forceren”.
EINDE ARTIKEL
”We hebben vandaag nog steeds geen asiel- en migratiepact, met een versterking van de buitengrenzen, dat ons in staat stelt om op een coherente en efficiënte manier om te gaan met migratie. Hierdoor kunnen we zo’n druk niet weerstaan. Dit is een zoveelste wake-up call voor de lidstaten om hier werk van te maken, ook voor Polen. Ik reken er dan ook op dat ze eindelijk constructief zullen meewerken aan zo’n beleid en om in de toekomst ook beroep te doen op Frontex.
”EUROPEES PARLEMENT DEBATTEERT OVER SITUATIEAAN WIT RUSSISCHE GRENS
Brussel – Vandaag debatteert het Europees Parlement in alle hoogdringendheid over de situatie aan de grens tussen Wit-Rusland en Polen. Daar zitten momenteel duizenden migranten en vluchtelingen uit Afghanistan en Irak die door het Loekasjenko-regime naar daar werden overgevlogen als vergelding voor de sancties die de EU zijn land oplegde. Daar werden de mensen van de weg naar het bos geleid om over te steken op plaatsen zonder bewaakte grensovergang.Europarlementslid en lid van de AFET en LIBE Commissie, Hilde Vautmans (Renew, Open Vld) reageert verbolgen: “Loekasjenko blijft migranten smokkelen en uitbuiten als onderdeel van een perverse oorlog tegen de Europese Unie. Dit is afschuwelijk. We moeten daarom naar een volgende fase in de sancties. Het regime moet een onmiddellijke prijs betalen voor deze aanvallen en ook internationaal moet de druk worden opgevoerd tegen Wit-Rusland. De EU mag niet toegeven aan deze chantage. Er moet een einde komen aan de afschuwelijke smokkel van migranten. Daarom roepen wij de Poolse autoriteiten daarnaast op om de Europese asielregels en de hoogste mensenrechtennormen te respecteren. De rechten van de slachtoffers van mensenhandel moeten steeds op de eerste plaats komen en Polen heeft de plicht om degenen die zijn uitgebuit met waardigheid te behandelen. Tot slot is het ook onze verantwoordelijkheid dat tirannen zoals Loekasjenko ons blijven chanteren. We hebben vandaag nog steeds geen asiel- en migratiepact, met een versterking van de buitengrenzen, dat ons in staat stelt om op een coherente en efficiënte manier om te gaan met migratie. Hierdoor kunnen we zo’n druk niet weerstaan. Dit is een zoveelste wake-up call voor de lidstaten om hier werk van te maken, ook voor Polen. Ik reken er dan ook op dat ze eindelijk constructief zullen meewerken aan zo’n beleid en om in de toekomst ook beroep te doen op Frontex.”
De Europese Unie moet de Poolse regering gaan helpen bij de beveiliging van de buitengrenzen, zegt de Duitse binnenlandminister Horst Seehofer maandag in Bild. Langs de grens van Polen met Belarus dreigt een massale doorbraak van vluchtelingen die door het regime in Minsk zijn opgehaald om ze vervolgens door te sturen naar het Westen.
“Polen en Duitsland kunnen het niet alleen aan”, stelt Seehofer tegen de Duitse krant. “We moeten de Poolse regering helpen de buitengrens te beveiligen. Dit is de taak van de Europese Commissie. Ik roep haar op actie te ondernemen.”
Volgens Polen proberen momenteel duizenden migranten uit onder andere Syrië, Irak en Afghanistan de EU binnen te komen. Op sociale media zijn beelden te zien van honderden vluchtelingen die samendrommen aan de grens met Polen. Zij proberen door de grensafscheiding met prikkeldraad te breken, maar worden tegengehouden door de inzet van traangas.
Seehofer zegt het Poolse besluit een muur te bouwen te ondersteunen. “We kunnen ze niet bekritiseren om het feit dat ze Europa’s buitengrenzen beschermen. Niet door vuurwapens te gebruiken natuurlijk, maar met andere middelen die beschikbaar zijn.”
Europa beschuldigt de Belarussische dictator Alexander Lukashenko ervan Europa te willen destabiliseren door migranten uit Afrika en het Midden-Oosten binnen te halen en door te sturen naar het Westen. Rusland zou hem daarbij helpen. Lukashenko ontkent de aantijgingen.
De Poolse regering heeft inmiddels het aantal grenssoldaten opgeschroefd en de noodtoestand uitgeroepen. Eerder besloot buurland Litouwen al om de noodtoestand uit te roepen vanwege het grote aantal migranten dat via Belarus de EU in probeert te komen.
Demissionair minister Ben Knapen (Buitenlandse Zaken) noemde het “van een mensonterende onbeschoftheid” dat het regime in Belarus op grote schaal vluchtelingen de grens met Polen over stuurt. Er gaan volgens Knapen geruchten dat er komende winter tot wel 55 vluchten per week vanuit het Midden-Oosten naar Belarus zullen komen.
Knapen stelde dat de vluchtelingen door Belarus “als een soort kanonnenvoer” worden gebruikt om “als wapen de Europese Unie in verlegenheid te brengen”. De EU-ministers van Buitenlandse Zaken bespreken volgende week hoe het regime van Lukashenko het beste aangepakt kan worden.
Zo’n 80 Oekraïense vluchtelingen die op een boot bij het Java-eiland verbleven, moeten vrijdag vertrekken. De gemeente Amsterdam verbreekt de samenwerking met de eigenaar van de riviercruiser omdat hij alleen vrouwen, kinderen en etnische Oekraïners wil onderbrengen.
Dat bevestigt een woordvoerder van het stadsbestuur. De vluchtelingen verblijven sinds half maart op de boot, het riviercruiseschip Amavenita. De gemeente huurt locaties van vele boot- en hoteleigenaren om voldoende opvangplekken voor Oekraïense vluchtelingen te regelen.
Maar eisen stellen aan de samenstelling van de groep is ‘geen punt voor discussie’, zegt een woordvoerder. “Wij maken geen onderscheid, aan eisen op dit vlak willen en kunnen we niet voldoen. De samenwerking met de betreffende eigenaar is daarom beëindigd.”
Nieuwe locaties
Er worden direct nieuwe opvanglocaties geregeld voor de mensen die moeten vertrekken.
Het is niet de enige boot op het Java-eiland waar vluchtelingen verbleven; in totaal werden 300 mensen op twee riviercruiseschepen ondergebracht. Sommige Oekraïners verhuizen van de ene naar de andere boot, want met de andere eigenaar gaat de samenwerking door. Ook in een leegstaand schoolgebouw op het Java-eiland kunnen sinds deze week 150 mensen terecht.
Rust bieden
De opvang wordt op deze locaties verzorgd door de Regenboog groep. Een woordvoerder laat weten dat de situatie niet ideaal is: “We willen mensen juist rust bieden, en nu moeten ze plotseling vertrekken. Maar het is de enige manier waarop we de opvang kunnen voortzetten zoals we dat willen.”
In totaal zijn er in Nederland 27.000 bedden beschikbaar voor Oekraïense vluchtelingen. Daarvan zijn er vrijdag 17.000 gevuld
EINDE ARTIKEL HET PAROOL
[50]
Zo’n 80 Oekraïense vluchtelingen die op een boot bij het Java-eiland verbleven, moeten vrijdag vertrekken. De gemeente Amsterdam verbreekt de samenwerking met de eigenaar van de riviercruiser omdat hij alleen vrouwen, kinderen en etnische Oekraïners wil onderbrengen.
Dat bevestigt een woordvoerder van het stadsbestuur. De vluchtelingen verblijven sinds half maart op de boot, het riviercruiseschip Amavenita. De gemeente huurt locaties van vele boot- en hoteleigenaren om voldoende opvangplekken voor Oekraïense vluchtelingen te regelen.
Maar eisen stellen aan de samenstelling van de groep is ‘geen punt voor discussie’, zegt een woordvoerder. “Wij maken geen onderscheid, aan eisen op dit vlak willen en kunnen we niet voldoen. De samenwerking met de betreffende eigenaar is daarom beëindigd.”
HET PAROOL
VLUCHTELINGEN NAAR ANDERE PLEK:
EIGENAAR OPVANGBOOTWIL ALLEEN KINDEREN, VROUWEN EN ”ETNISCHE OEKRAIENERS”
Оver 80 thousand students from 158 countries – «STUDY IN UKRAINE» presented statistics on foreign students in UKRAINE
12.21.2020
Which specialties and universities are the most popular among foreign students, how many invitations for study have been registered, from which countries the most students come to study at Ukrainian universities – all this was discussed during the online presentation of the state enterprise “Ukrainian State Center for International Education” of the Ministry of Science and Education of Ukraine, today, December 21st, 2020.
“We are very pleased to note the rapid growth in the number of foreign students since 2011. In 2019, we reached a historic high – 80,470 people. This is the result of our joint work with you. And, I hope, by 2025 we will be able to reach the figure of more than 100 thousand “– said the director of the Center Olena Shapovalova.
ZIE OOK ONE WORLD
Buitenlandse studenten in Oekraïne
”Volgens gegevens van de Oekraïense regering waren in 2019 80.470 buitenlandse studenten in het land. Een vijfde komt van het Afrikaanse continent, voornamelijk uit Nigeria, Ghana, Marrokko en Egypte. Oekraïne is populair onder Afrikaanse studenten vanwege de goede technische en medische opleidingen en de relatief lage kosten. Tussen de jaren 50 en 90 hebben 400.000 Afrikanen gestudeerd in de voormalige Sovjet Unie, waar Oekraïne onderdeel van uitmaakte. Nadat Afrikaanse landen bevrijd waren van westerse kolonisatie, bood de communistische Sovjet Unie studiebeurzen aan jonge mensen uit het continent om zo bondgenootschap op te bouwen.”
ONE WORLD
ZWARTE VLUCHTELINGEN IN OEKRAINE: ”MENSEN SCHELDEN ONS UIT”
”De Oekraïense regering heeft de berichten over discriminatie veroordeeld. ,,Afrikanen die op zoek zijn naar evacuatie zijn onze vrienden en moeten gelijke kansen krijgen om veilig terug te keren naar hun thuisland”, schreef de minister van Buitenlandse Zaken Dmytro Koeleba afgelopen woensdag.”
Duizenden buitenlandse studenten uit onder meer Afrika en Azië zitten vast in Oekraïne. Ze komen moeilijk het land uit omdat ze aan hun lot zijn overgelaten of bij de grens worden gediscrimineerd. Jongeren die wél hebben kunnen vluchten, proberen via sociale media en tussenpersonen lotgenoten het land uit te krijgen.
Volgens de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) zijn sinds de Russische invasie bijna 80.000 buitenlanders uit 138 landen in Oekraïne op de vlucht geslagen. Onder hen zijn veel jongeren uit Afrika, Azië en Latijns-Amerika. In Charkov kwam een Indiase student om door beschietingen.
De buitenlandse studenten proberen net als vele anderen het land te ontvluchten, maar stuitten bij hun pogingen op discriminatie. Sommigen melden dat ze geweerd worden bij schuilkelders, in het openbaar vervoer en bij de grens.
De Nigeriaanse student Alexander Somto Orah (25) vertelt tegen persbureau AP over vreemdelingenhaat en bedreigingen toen hij na een dagenlange reis de grens met Polen wilde oversteken. Volgens hem scheidden Oekraïense grenswachten daar Afrikanen en Indiërs van witte vluchtelingen.
Neerschieten
,,Ze leidden ons naar de Roemeense grens tientallen kilometers verderop”, zegt Orah. ,,Ze vertelden ons dat als we ons toch een weg erdoorheen probeerden te banen, ze ons zouden neerschieten.”
Na protesten werden de studenten alsnog doorgelaten. Orah: ,,We hebben onze hand opgestoken en gezegd dat we studenten zijn en gewoon naar huis willen.”
Hij is nu in Warschau maar gaat geregeld terug naar de grens om andere buitenlanders bij te staan. Veel bezorgde mensen hebben via WhatsApp en Telegram groepen opgezet om buitenlanders Oekraïne uit te helpen, soms door financiële en mentale steun te bieden.
Faith Chemari heeft meer dan vijftig studenten uit Zimbabwe geholpen door busreizen naar Polen te coördineren. In de grensstreek vangen buitenlandse studenten hun uitgeputte landgenoten op. Anderen helpen in Oekraïne vluchtelingen naar hun volgende bestemming. ,,In Odessa verwelkomden onze mensen ons en ze hielpen ons bij de grens met Moldavië”, zegt Elxan Salmanov Ilham, een 28-jarige student uit Azerbeidzjan die Charkov ontvluchtte.
Voedsel en onderdak
Sanusi Salihu uit Nigeria bereikte na een nacht op het treinstation in de West-Oekraïense stad Lviv uiteindelijk buurland Slowakije. Hij kreeg van een inwoner voedsel en onderdak. ,,We zijn met zeven in zijn huis’’, zei Salihu. ,,Hij nam ons net allemaal mee voor de lunch en is erg aardig geweest.” Nu stuurt hij berichten naar lotgenoten in Oekraïne om ze te helpen.
Ojonugwa Zakari (21), een student geneeskunde uit Nigeria, zit samen met honderden andere buitenlanders vast in Soemi, een stad in het noordoosten van Oekraïne die zwaar onder vuur ligt van de Russen. Op hun telefoons krijgen ze tips om te ontsnappen, telefoonnummers van tussenpersonen en richtlijnen voor noodvoorraden en documenten bij controleposten.
De speciale VN-rapporteur voor racisme, Tendayi Achiume, noemde de racistische en xenofobe behandeling eerder deze week ‘levensbedreigend’. De Afrikaanse Unie vindt de ongelijke behandeling van Afrikanen ‘schokkend racistisch’ en in strijd met het internationale recht.
Onze vrienden
De Oekraïense regering heeft de berichten over discriminatie veroordeeld. ,,Afrikanen die op zoek zijn naar evacuatie zijn onze vrienden en moeten gelijke kansen krijgen om veilig terug te keren naar hun thuisland”, schreef de minister van Buitenlandse Zaken Dmytro Koeleba afgelopen woensdag.
Hij deelde op Twitter een noodnummer voor buitenlandse studenten die het land uit willen. Binnen twaalf uur was het telefoonnummer meer dan 21.000 keer geretweet. Een dag later was de telefoonlijn echter onbereikbaar.
Ook de hulp vanuit de thuislanden van de studenten schiet tekort. Zimbabwe verwijst burgers in Oekraïne door naar de ambassade in Duitsland, en Kenia naar de ambassade in Oostenrijk. De landen hebben beloofd de toegang tot consulaire bijstand te vergemakkelijken.
EINDE BERICHT
”“Africans seeking evacuation are our friends and need to have equal opportunities to return to their home countries safely,” Ukrainian Foreign Minister Dmytro Kuleba tweeted Wednesday,. He later shared on Twitter a hotline number established to help African, Asian and other students wishing to leave.”
Kyiv, Mar 6 (AP) Jarred by discriminatory treatment and left to evacuate themselves from Ukraine, people from African, Asian and Latin American countries who succeed in getting out are forming impromptu networks to help thousands of others hoping to flee.
Stepping into the gap was an easy decision for Alexander Somto Orah, 25, a Nigerian student in Ukraine who, like some others, described xenophobia and threats of violence as he approached the border with Poland shortly after Russia’s invasion.
Ukrainian border guards “separated Africans, together with Indians, from the rest and directed us to the Romanian border” scores of miles away, Orah said.
“They told us that if we try to push our way through, they are going to shoot us.” Video shared with The Associated Press shows the confrontation.
United by fear and outrage after days in the freezing weather, the young foreigners started to protest.
“We raised our hands and told them we are students and just want to go home,” Orah said.
Eventually, they were allowed to cross.
Since reaching Poland’s capital, Warsaw, he has returned to the border multiple times to help other foreigners leave Ukraine, drawing on his experience.
Almost 80,000 third-country nationals from 138 countries have fled, the International Organisation for Migration said Friday.
Some have reported being denied access to bomb shelters, transportation and even access to consulates of their countries of origin in neighbouring countries, the UN special rapporteur on contemporary forms of racism, Tendayi Achiume, said Thursday, calling the racist and xenophobic treatment “life-threatening.” The experiences are shaping the grassroots efforts to help others leave.
Ojonugwa Zakari, 21, a medical student from Nigeria, said she and hundreds of other foreigners remain stuck in Sumy, a city in northeastern Ukraine.
As they wake to the sound of shelling, their phones now fill with tips on how to escape: Phone numbers of friendly locals across the border.
Guidance on emergency supplies and what documents to show at checkpoints.
“Basically, the basic war advice,” said Zakari, who’s never been in war before.
She added: “It’s no longer about where people are from. People are just trying to make sure that if you’re a foreigner in Ukraine, you get to safety.” Ukraine’s government has addressed allegations of discrimination against fleeing foreigners amid sharp comments like the one by the African Union continental body, which called dissimilar treatment of Africans “shockingly racist” and in breach of international law.
“Africans seeking evacuation are our friends and need to have equal opportunities to return to their home countries safely,” Ukrainian Foreign Minister Dmytro Kuleba tweeted Wednesday,. He later shared on Twitter a hotline number established to help African, Asian and other students wishing to leave.
Within 12 hours, the phone number had been retweeted more than 21,000 times. The following day, however, the hotline rang unanswered.
Other official statements of aid, even from foreigners’ home countries, have felt remote as well.
Shortly after Russia’s invasion started on February 24, Zimbabwe’s government told its citizens in Ukraine to contact their embassy in Germany, on the other side of Poland.
Kenya’s government suggested its embassy in Austria, similarly far away.
Since then, some countries have announced deals with Ukraine’s neighbors to facilitate the entry of their citizens.
Others are trying to evacuate those who can’t make it out. But the death of an Indian student in Russian shelling in Kharkiv, Ukraine’s second-largest city, created new urgency.
Worried students and others have created WhatsApp and Telegram messaging groups for Africans, Brazilians and other populations with large numbers trying to leave. Some platforms offer financial or even mental health assistance.
Faith Chemari said she has helped over 50 Zimbabwean students by coordinating their bus travel toward Poland.
”I was putting students in groups, with boys leaving first, so as to give feedback to the rest of the students on whether it was safe,” she said.
Along Ukraine’s borders, a global community has begun to gather to welcome exhausted countrymen making their way out. Others inside Ukraine assist travelers to the next destination.
“In Odesa, our Azeri people welcomed us and they helped us get to the Moldova border,” said Elxan Salmanov Ilham, a 28-year old student from Azerbaijan who fled Kharkiv.
As support grows, some locals in Ukraine’s neighbouring countries are taking part.
After spending the night at the train station in the western Ukrainian city of Lyiv, Nigerian student Sanusi Salihu urgently needed food and shelter.
He found both from a resident he met shortly after entering Slovakia.
“We are seven in his house,” Salihu said. “He just took us all out for lunch (and) … has been very nice.” Now, Salihu, too, does what he can from his new position of safety, messaging foreigners still in Ukraine.(AP) RUP RUP RUP
EINDE ARTIKEL
Reacties uitgeschakeld voor Noten 46 t/m 48/Oekraine
”De angst voor vluchtelingen was een van de drijfveren voor Polen om op de PiS te stemmen, of actief te worden bij een van Polens vele rechtse burgerbewegingen. Die angst wordt niet alleen door politici, maar vooral ook door delen van de Poolse media aangewakkerd, die de afgelopen jaren elke aanslag in West-Europa breed hebben uitgemeten.”
….
….
”‘De houding ten opzichte van vluchtelingen is binnen een paar jaar compleet omgeslagen’, meent Agnieszka Kunicka, directrice van de ngo Refugee.pl in Warschau. ‘Tegenwoordig zijn veel Polen bang voor immigranten, omdat hen constant wordt verteld dat vluchtelingen terroristen zijn en ellende brengen. Ik ben het daar niet mee eens, maar ik begrijp hoe het werkt. De meeste Polen hebben nog nooit een vluchteling gezien. Als je dan constant negatieve verhalen hoort en je weet niet hoe media werken, dan ga je die berichten na een tijdje geloven.’
Inderdaad blijkt uit onderzoek dat in 2015 nog zo’n 72 procent van de Polen vóór de opvang van vluchtelingen was. Een jaar later was dit gedaald naar 33 procent. De anti-vluchtelingenpolitiek van de Poolse regering voelen ngo’s als Refugee.pl duidelijk, zegt Kunicka. ‘Tot afgelopen december kregen we subsidie om regelmatig de Poolse asielzoekerscentra te bezoeken, maar dat geld gaat tegenwoordig naar grensbewaking en de integratie van Polen die ooit door de Russen naar Centraal-Azië zijn verbannen en nu zijn teruggekeerd”
Polen dankt zijn economische groei voor een groot deel aan arbeidsmigranten uit Oekraïne. Maar de spanningen lopen soms hoog op. ‘Sommige Polen zeggen dat de Oekraïners hun werk afnemen, maar er is genoeg werk voor iedereen.’
In het centrum van Warschau staat op het Europaplein een glinsterende kantoortoren, bekleed met blauw spiegelglas. Frontex, staat op een onopvallend bordje bij de ingang. Frontex is het agentschap van de Europese Unie dat mede verantwoordelijk is voor de bewaking van de Europese buitengrenzen. Is die keuze van vestigingsplaats een ironische speling van het lot? Polen is volgens Eurostat het land met de meest homogene bevolking van alle lidstaten van de Europese Unie. In 2017 was slechts 1,7 procent van de bevolking in het buitenland geboren. Ter vergelijking: in Nederland was dat 12,5 procent, in België 16,5 procent.
Wie van een blanke wereld houdt, moet naar Polen komen. Dit land is waarschijnlijk daadwerkelijk het meest blanke land van Europa, en het lijkt erop dat dat nog wel een tijdje zo zal blijven. De meeste landen in Oost-Europa kennen weinig immigranten, maar in landen als Tsjechië, Slowakije en Hongarije maken de Roma rond de tien procent van de bevolking uit, terwijl deze bevolkingsgroep in Polen klein is.
De huidige situatie was niet altijd zo. In haar vroegere, grotere versie was Polen een multiculturele staat, waarin ongeveer eenderde van de bevolking van niet-Poolse afkomst was. Vandaag de dag is het straatbeeld bijna compleet blank, op wat Vietnamezen en Tsjetsjenen na. Ze zijn er dus niet, maar de angst voor hen is des te groter: vluchtelingen in Polen.
Terwijl veel landen in West-Europa de afgelopen jaren honderdduizenden mensen uit Syrië, Afghanistan, het Midden-Oosten en Afrika opnamen, weigert Polen net als de meeste andere Oost-Europese landen om vluchtelingen op te nemen, ook al nam het Europees Parlement in 2015 een motie aan om 160.000 vluchtelingen uit Griekenland en Italië over de andere deelstaten te verdelen. Dit betekende dat Polen 6200 vluchtelingen had moeten opnemen. Hoewel de vorige regeringspartij PO in eerste instantie aangaf hiermee akkoord te gaan, oordeelde de PiS na de gewonnen parlementsverkiezingen van oktober 2015 compleet anders. ‘We nemen er niet één’, meldde de voormalige premier Beata Szydło ferm. Sindsdien is er niets aan dat standpunt van de Poolse regering veranderd.
De angst voor vluchtelingen was een van de drijfveren voor Polen om op de PiS te stemmen, of actief te worden bij een van Polens vele rechtse burgerbewegingen. Die angst wordt niet alleen door politici, maar vooral ook door delen van de Poolse media aangewakkerd, die de afgelopen jaren elke aanslag in West-Europa breed hebben uitgemeten. Begin 2016 verscheen het populaire weekblad wSieci met een cover waarop een blonde vrouw, gehuld in de Europese vlag, van verschillende kanten door donkere, behaarde armen wordt gepakt. De titel bij het verhaal: ‘De islamitische verkrachting van Europa’.
‘De houding ten opzichte van vluchtelingen is binnen een paar jaar compleet omgeslagen’, meent Agnieszka Kunicka, directrice van de ngo Refugee.pl in Warschau. ‘Tegenwoordig zijn veel Polen bang voor immigranten, omdat hen constant wordt verteld dat vluchtelingen terroristen zijn en ellende brengen. Ik ben het daar niet mee eens, maar ik begrijp hoe het werkt. De meeste Polen hebben nog nooit een vluchteling gezien. Als je dan constant negatieve verhalen hoort en je weet niet hoe media werken, dan ga je die berichten na een tijdje geloven.’
Inderdaad blijkt uit onderzoek dat in 2015 nog zo’n 72 procent van de Polen vóór de opvang van vluchtelingen was. Een jaar later was dit gedaald naar 33 procent. De anti-vluchtelingenpolitiek van de Poolse regering voelen ngo’s als Refugee.pl duidelijk, zegt Kunicka. ‘Tot afgelopen december kregen we subsidie om regelmatig de Poolse asielzoekerscentra te bezoeken, maar dat geld gaat tegenwoordig naar grensbewaking en de integratie van Polen die ooit door de Russen naar Centraal-Azië zijn verbannen en nu zijn teruggekeerd. We hadden in meerdere asielzoekerscentra psychologen, gynaecologen, sociaal werkers en kleuterleiders aan het werk, maar ze moesten bijna allemaal stoppen. We kunnen ze niet meer betalen. We hadden ook goede advocaten, die zes, zeven talen spreken. Veel asielzoekers hebben echt hulp nodig: sommigen zijn geestelijk ziek, sommigen hebben helemaal niets, nog geen kleding als ze aankomen. Soms komen Afrikaanse vrouwen naar ons toe, die meermaals verkracht zijn. Die mensen kunnen we toch niet zomaar in de steek laten!’
Die nieuwe grensbewakers werken bijvoorbeeld in Terespol, aan de grens tussen Polen en Wit-Rusland. Op die plek komen veel Tsjetsjeense vluchtelingen aan. Recentelijk zijn daar ook mensen uit Centraal-Azië bij gekomen, vooral uit Tadzjikistan. De machthebber daar stelt de moslimpartij in zijn land met de IS gelijk, waardoor veel moslims zich vervolgd voelen en vluchten. De meeste Tsjetsjenen komen met de trein vanuit de Wit-Russische hoofdstad Minsk naar Brześć. Ze proberen dan de grens over te steken naar Terespol, waar ze asiel aanvragen. Kunicka: ‘Daar worden ze vaak tegen de regels van het vreemdelingenrecht in gewoon weer teruggestuurd. Soms weten de Tsjetsjenen ook niet dat ze wel echt asiel moeten aanvragen. Elke dag komen er zo’n vierhonderd mensen met de trein aan. Met de ombudsman proberen we te monitoren hoe de asielzoekers aan de grens worden behandeld, maar daarbij worden we tegengewerkt. De procedures om asiel aan te vragen zijn niet duidelijk. De vluchtelingen krijgen ook geen advocaat. Ik weet van gevallen waar mensen twintig, dertig keer hebben geprobeerd om Polen binnen te komen.’
Polen kent vandaag de dag tien asielzoekerscentra, verspreid over het hele land. Hier wonen in totaal zo’n 1500 asielzoekers, in afwachting van een besluit over hun asielprocedure. Daarnaast zijn er twee gesloten centra nabij Kostrzyn en Rzeszów, waar uitgeprocedeerde asielzoekers op hun uitzetting wachten. De meeste centra liggen ver weg van de bewoonde wereld, in bossen, afgescheiden van de Poolse samenleving. De verbindingen met de bewoonde wereld zijn vaak abominabel slecht. Niet zelden zijn de asielzoekerscentra gehuisvest in voormalige legerbases.
Zo’n vijftig kilometer ten zuidoosten van Warschau bevindt zich een van de asielzoekerscentra, nabij het gehucht Linin. Wie het centrum wil bezoeken, dient eerst toestemming van het ministerie van Binnenlandse Zaken te krijgen. Op een ochtend neem ik vanaf metrostation Wilanowska een smoezelige bus richting Linin. Door de smerige ruiten zie ik een grauw landschap van buitenwijken, eindeloze flats, optrekkende vrachtwagens en reclameborden aan me voorbijtrekken. Daarna volgen kleinere plaatsen, maar ook hier is het land overal bebouwd. Reclameborden voor metalen daken, voor badkuipen, voor rolluiken.
Na een uurtje rijden we door Góra Kalwaria, een stadje van zo’n vijfduizend inwoners. De inmiddels bijna lege bus raast over een regionale weg richting het zuiden, totdat de chauffeur zegt dat het tijd is uit te stappen, bij een bushalte aan de rand van een bos. Vrachtwagens denderen langs, ik moet oppassen dat ik in de opgevroren sneeuw niet de weg op glibber. Dan komt een afslag, een eenzame bosweg in. Hier staat een blauw-wit bord, dat naar het ‘centrum voor buitenlanders’ in Linin verwijst.
De weg door het naaldbos is verlaten. Na twintig minuten verschijnt uit het niets een woonwijkje, bestaande uit naargeestige communistische flatblokken. Nog iets verderop wijzen rood-witte metalen bordjes de weg naar een fantasieloos receptiegebouw. Een bewaker strooit zand op de gladde oprit. Ik ben in het asielzoekerscentrum Linin.
Binnen ontvangt in een raamloze receptieruimte Małgorzata Kwaśniewska me, van opleiding econoom, in de praktijk organisatietalent in een van Polens asielzoekerscentra. Aan de wand hangt een plattegrond van de budynki hotelowe (hotelgebouwen), met in groen, blauw en rood keurig aangegeven welke asielzoekers in welke kamers wonen. ‘Momenteel hebben we 96 asielzoekers hier. Het zijn er nu wat minder dan normaal, omdat we een flatgebouw aan het opknappen zijn.’
Misschien zijn het er ook wat minder vanwege de restrictieve politiek van de huidige regering? Daar doet Kwaśniewska geen uitspraak over. Van de 96 asielzoekers is de overgrote meerderheid Tsjetsjeen, vertelt ze, verder zijn er nog een paar Oekraïners en Tadzjieken. Ze komen via de grens met Wit-Rusland, maar een deel komt ook uit Frankrijk en Duitsland, asielzoekers die via de Dublin-regelingen zijn teruggestuurd.
Linin is een open asielzoekerscentrum. De bewoners wachten hier op een beslissing of ze wel of niet in Polen kunnen blijven. De bedoeling is dat dat maximaal een half jaar duurt, maar vaak is dat veel langer. Wanneer ze een positief antwoord krijgen, hebben ze nog twee maanden om een woning te vinden. Ook tijdens het afwachten mogen ze al elders een woning nemen. De Oekraïners lukt dat regelmatig. Ze staan qua cultuur redelijk dicht bij de Polen, leren de taal snel en hebben meestal niet zulke grote gezinnen. De hoofdzakelijk islamitische Tsjetsjenen met veel kinderen hebben het moeilijker om ergens in Warschau een flatje te bemachtigen. De meeste Polen willen niet aan vluchtelingen verhuren.
Veel asielzoekers krijgen na een tijdje toestemming een baan te zoeken en vinden dan ook daadwerkelijk werk, bijvoorbeeld in de bewaking in supermarkten. Kwaśniewska: ‘Dat is niet moeilijk, overal worden mensen gezocht, ook in Góra Kalwaria hier vlakbij.’
‘De Tsjetsjenen hier zijn erg agressief, de kinderen willen steeds vechten. Ik heb laatst zelfs een volwassen man moeten neerslaan’
Kwaśniewska neemt me mee over het terrein. De gemeenschappelijke ruimtes op het complex zien er prima uit: een sportzaal, een fitnessruimte, buiten sportvelden, binnen een gebedsruimte met tapijten op de grond. Er is een crèche en een school, waar deze dag niet veel kinderen te zien zijn, omdat de meesten toevallig vandaag op een uitstapje naar Warschau zijn. Voor de vrouwen zijn er manicureruimtes, een naaiatelier en een kapsalon, maar die zijn alle gesloten. ‘Helaas is er nauwelijks nog geld voor zulke projecten’, zegt Kwaśniewska. ‘De projecten werden door de ngo’s uitgevoerd, maar ze kunnen hun personeel niet meer betalen.’ Ook de psychologe heeft minder uren dan voorheen. De arts is er nog wel. Kwaśniewska toont me de mensa. De bewoners krijgen etensbonnen. Ze mogen het terrein ook verlaten, maar dan voor maximaal 48 uur.
In de geel geschilderde gangen lopen besnorde mannen in leren jasjes en sloffen vrouwen in lange jurken voorbij. Niemand wil met me praten. Uiteindelijk ontmoet ik Timur. Hij komt uit Oekraïne, uit de buurt van Charkov in het oosten van het land. Timur is een magere, goed getrainde jongen van zestien. Hij nodigt me uit in zijn kamer. Zijn jongere broertje van zes komt de kamer binnen met een houten speelgoedmachinegeweer. Zijn moeder loopt zenuwachtig rond. Sinds acht maanden zijn ze nu hier. Daarvoor waren ze meer dan een jaar in Duitsland, het land waar ze ook hun toekomst zagen.
‘We komen uit Oekraïne, maar mijn vader heeft de Armeense nationaliteit’, vertelt Timur. ‘Om het nog ingewikkelder te maken: mijn vader is Jezidi. Hij ziet er ook wat donkerder uit dan de meeste Oekraïners. Hij werd vaak lastiggevallen, ook door de lokale politie. Ze beschuldigden hem ervan dat hij een islamist was, hij werd vaak opgepakt. We moesten hem steeds vrijkopen. Uiteindelijk hebben we voor 1500 euro bustickets en een nagemaakte verblijfsvergunning in Duitsland gekocht. We wilden naar de zuster van mijn vader, die al sinds twintig jaar in Ahaus woont, dicht bij de Nederlandse grens. Onze buschauffeur nam alle paspoorten in aan het begin van de reis, dat was beter, zei hij. Hij zou ook de visa voor Duitsland regelen. Uiteindelijk zijn we in Duitsland aangekomen, maar daar bleek dat we een Pools stempel in ons paspoort hadden staan! We konden eerst in Duitsland blijven, in een asielzoekerscentrum in Schweinfurt, daarna hadden we zelfs een tijdlang ons eigen huis. Ik ging gewoon naar school, had Duitse vrienden, zat ook op boksen. Ik was graag daar gebleven, maar na een jaar kwam de politie, die heeft ons volgens de Europese Dublin-wetgeving naar Polen teruggestuurd, het land waar we de EU als eerste zijn binnengekomen.’
Timurs moeder maakt een energieke indruk, maar naar eigen zeggen lijdt ze aan schizofrenie. Ze gaat elke week naar de dokter. In Duitsland verbleef ze zelfs twee maanden in het ziekenhuis. Ze maakt zich grote zorgen over de toekomst. Naar Oekraïne wil ze absoluut niet terug. Het gezin heeft al een afwijzing van hun asielaanvraag in Polen gekregen, maar ze zijn in hoger beroep gegaan. ‘We hebben nog wel een huis in de buurt van Charkov, maar wat moeten we daar? We wonen daar honderd kilometer van de gevechtszone! Het leven is er peperduur, er vliegen constant vliegtuigen over, het oorlogsmaterieel rijdt bij ons voor de deur langs. En de politie probeert mijn man als separatist af te stempelen. Dat betekent hetzelfde als terrorist, hij is in groot gevaar, als we weer terug moeten.’
Het liefst zou ze weer naar Duitsland willen, maar dat lijkt uitgesloten. Timur zou ook vrede hebben met een verder verblijf in Polen. ‘Ik wil gewoon zekerheid, en een huis, een eigen plek om te wonen. Verder niets.’
Het gezin heeft in Linin twee kamers ter beschikking; de zestienjarige slaapt in een stapelbed boven het echtelijk bed. Om zijn tijd te doden, doet hij ook hier veel aan boksen. ‘De Tsjetsjenen hier zijn erg agressief, de kinderen willen steeds vechten. Ik heb laatst zelfs een volwassen man moeten neerslaan. Daarna kwam de politie. De Tsjetsjenen vechten ook gerust met z’n tienen tegen één andere persoon.’
Hoewel de Tsjetsjenen het overgrote deel van de bewoners uitmaken, is niemand van hen bereid om met mij te praten. Ze blijven onder elkaar, en zijn ook niet geliefd bij anderen, volgens Timur. ‘De Poolse schoolkinderen gaan gewoon met mij om, maar niet met de Tsjetsjenen.’
De enige andere persoon op het complex die ik te spreken krijg is Hafez, een Jehova’s getuige uit Azerbeidzjan. Ook hij woont al sinds anderhalf jaar in Polen. Voor hem geldt hetzelfde verhaal: hij had een kennis in Duitsland, wilde er met zijn gezin naartoe, maar werd vanwege het Dublin-akkoord en het Poolse stempel in zijn pas naar Polen teruggestuurd. ‘Ik zou hier willen blijven, in Polen is het rustig’, vertelt de zachtaardige gezinsvader.
In Azerbeidzjan werkte hij als onderzoeker aan de universiteit. Maar ook hij kreeg problemen met de regering; waar het precies om ging, wil hij me niet vertellen. ‘Het is beter dat ik niet veel vertel. Iedereen kent iedereen, en de politici in Azerbeidzjan zijn corrupt. Als je het met ze aan de stok krijgt, wordt het zeer gevaarlijk.’
Hafez heeft als een van de weinige bewoners van het asielzoekerscentrum een eigen auto. Hij wil me terug naar Warschau brengen; hij moet sowieso die kant op. Terwijl een kennis van hem, een zwaar gesluierde Tsjetsjeense, met haar dochtertje achterin stapt, vertelt Hafez over de stemming onder de Poolse inwoners van Góra Kalwaria, het dichtstbijzijnde stadje. Ze willen het liefst dat het asielzoekerscentrum gesloten wordt. ‘Afgelopen zomer hebben ze meer dan tweeduizend handtekeningen voor de sluiting van het centrum verzameld. Ze houden niet van ons, vooral niet van de Tsjetsjenen.’ >
Stemmingmakerij werkt erg goed wanneer het om angsten voor buitenlanders gaat, vertelt Gagik Grigryan me een dag later. Grigryan is een Georgiër die al jarenlang in Polen woont, en zich voor de rechten van vluchtelingen inzet. ‘Politici versterken de angsten van de bevolking. Ze denken alleen op korte termijn. Ik vind dat onverantwoordelijk.’
Grigryan ziet er met zijn goed verzorgde, gitzwarte baard en bleke huid een beetje uit als Conchita Wurst. De jongeman kwam vijf jaar geleden uit Georgië naar Polen en werkt sinds enkele jaren voor Ocalenie, de grootste ngo in Polen die zich met migranten bezighoudt. Het bureau van Ocalenie bevindt zich in het centrum van Warschau, op een binnenhof achter grote winkelpanden. In de kantoorruimtes praten medewerkers met mensen uit de voormalige Sovjet-Unie. Zuid-Amerikanen vragen in het Pools waar de taalcursus begint. In een boekenkast staan cd’s met bouwvakkerstermen in het Tsjetsjeens, Russisch, Engels en Pools. Grigryan: ‘We werken met gedocumenteerde en ongedocumenteerde migranten. Iedereen, behalve EU-burgers, kan bij ons gratis taalonderwijs volgen. De meeste lessen worden door vrijwilligers gegeven.’
Ocalenie kan haar werk nog uitvoeren, maar sinds er een nieuwe regering aan de macht is, is er wel het een en ander veranderd. ‘Tot 2015 kregen we Europees subsidiegeld, dat eerst aan het ministerie werd uitbetaald, waarna we daar subsidieaanvragen moesten indienen. Inmiddels liggen de prioriteiten anders. Bovendien is het administratief enorm ingewikkeld om dat geld te ontvangen. We proberen daarom nu meer geld via privédonaties te werven.’
Hoewel Grigryan persoonlijk nog geen fysiek geweld heeft ervaren, voelt hij zich niet veilig in de binnenstad van Warschau. ‘Ik merk de agressiviteit, ik word regelmatig uitgescholden. Dat is de afgelopen jaren duidelijk meer geworden. Vaak door dronken jongeren. Dresiarze noemen we ze, trainingspakdragers. Het gebeurt soms gewoon overdag. Niemand kent mijn taal, dus als ik in de bus met vrienden Georgisch praat, vinden mensen dat bedreigend. Soms denken ze dat het Arabisch is. Ik merk ook dat mensen in de bus niet naast me willen zitten. Sommige mensen zijn echt bang voor me, denken dat ik een bom in mijn rugzak heb. Mijn huidskleur is vrij licht, maar het zal door mijn baard komen. Daarom probeer ik mijn snor zo veel mogelijk als een hipster te dragen, haha.’
Volgens Grigryan is het aantal gewelddaden tegen buitenlanders en vluchtelingen meer dan verdubbeld, sinds de PiS-regering aan de macht is – dit blijkt ook uit statistieken van meerdere ngo’s, die de situatie monitoren. ‘Een paar weken geleden nog werd er een brandaanslag gepleegd op een van de drie moskeeën in Warschau.’
‘Ik heb hier meer vrienden. Ik kan hier projecten beginnen, subsidies aanvragen, alles functioneert. Waarom lukt dat in Oekraïne niet?’
Adam Bodnar, de Poolse ombudsman, waarschuwt al jaren voor de toenemende haat jegens moslims in Polen en roept de regering op hier actie tegen te ondernemen. In plaats daarvan is hij inmiddels door de neofascistische groepering ONR (Obóz Narodowo-Radykalny, het Radicaal-Nationale Kamp) wegens smaad aangeklaagd. Het liefst zou ook de PiS de kritische ombudsman kwijt zijn.
Vaak zijn in Polen de nationaal-conservatieve PiS en de katholieke kerk het roerend met elkaar eens, maar dat geldt niet altijd. De liberale bisschop Tadeusz Pieronek bijvoorbeeld zei afgelopen jaar dat de opname van een paar honderd vluchtelingen geen probleem zou moeten zijn voor Polen. ‘Geen vluchtelingen opnemen betekent praktisch hetzelfde als het opgeven een christen te zijn’, zei hij. ‘Ik schaam me voor de mensen die hun plicht niet willen doen, niet alleen als christen, maar ook als mens.’
Een van de argumenten die de PiS aanvoert om geen moslimvluchtelingen op te nemen, is de stroom Oekraïners die de afgelopen jaren naar Polen is gekomen. Niemand weet precies hoeveel het er zijn, maar algemeen wordt aangenomen dat al meer dan één, misschien wel twee miljoen Oekraïners in Polen wonen. ‘De opvang van de Oekraïners is de Poolse bijdrage aan het Europese vluchtelingenvraagstuk’, zei de Poolse premier Morawiecki daarover in 2018 tegen het Duitse weekblad Der Spiegel.
De Oekraïners in Polen zijn echter geen oorlogsvluchtelingen, maar zijn bijna zonder uitzondering op zoek naar werk naar Polen gekomen. De cijfers bevestigen dit: slechts enkele dozijnen Oekraïners krijgen per jaar de vluchtelingenstatus. De rest werkt als schoonmaker, in de bouw, de horeca, de verpleging of de IT-sector.
Dat wil echter niet zeggen dat de migratie naar Polen niets met de burgeroorlog in het oosten van Oekraïne te maken heeft, volgens Larysa Vitshkaya. Ze kwam in juni 2015 met haar man vanuit Kiev naar Warschau. Haar dochter studeerde hier al en werkte inmiddels bij een groot farmaceutisch bedrijf als programmeur. In Kiev ging het niet meer. ‘Mijn man had verschillende banen gehad, maar werd steeds weer ontslagen, de laatste keer omdat hij bij een bedrijf werkte dat verpakkingen maakte die door bedrijven in Loehansk in het oosten werden afgenomen. Sinds de burgeroorlog lag de verkoop bijna compleet stil.’
Zelf werkte Vitshkaya als lerares, maar de lonen waren erg laag, de prijzen stegen, de economische situatie was rampzalig. ‘Toen hebben we besloten om dichter bij onze dochter te gaan wonen. Onze flat in Kiev hebben we nog wel, maar we hebben hem onderverhuurd aan familie die uit Loehansk is gevlucht. In Warschau hebben we eerst bij mijn dochter gewoond. Toen we hier naartoe kwamen, hadden we nog geen werk, maar we hadden goede hoop dat het zou lukken, omdat in Oekraïne bekend is dat veel landgenoten hier werk vinden.’
Zo liep het ook. Vitshkaya stuurde haar cv naar allerlei bedrijven en nam in het begin elk werk aan dat ze kon krijgen. Haar man werkte als hulpje in een restaurant, zelf begon ze als schoonmaakster. Stap voor stap kwam ze verder. ‘Ik kende hier nauwelijks Oekraïners, dus heb ik via Facebook mensen opgeroepen om een praatgroepje te beginnen. Dat werkte. Met een van de vrouwen, ze kwam uit de Krim, raakte ik bevriend en met haar besloot ik begin 2016 een zaterdagschool voor Oekraïense kinderen op te richten. Elke zaterdag geven we nu les. Dat gaat heel goed. We werken voorlopig als vrijwilligers, de ouders doen donaties. We hebben inmiddels zo’n twintig leerlingen, de interesse is groot, we denken erover na om uit te breiden. We zijn nu ook in contact met het Oekraïense ministerie van Onderwijs, dat ons materiaal heeft gegeven. Een vergelijkbare school was er nog niet in Warschau.’
Vitshkaya deed de afgelopen vijf maanden ook onderzoek voor de Universiteit van Warschau naar de Oekraïners in Polen. Volgens haar is deze groep in twee categorieën op te delen. ‘Je hebt de Oekraïners die hier tijdelijk naartoe komen, allerlei baantjes aannemen, niet al te veel vragen stellen en die snel weer terug willen. Ze werken heel hard, tien tot twaalf uur per dag. Er is ook nog een tweede groep, die in Polen haar toekomst ziet, hier een bedrijf wil opzetten, hier wil integreren.’
De eerste groep wordt steeds zelfbewuster. ‘Je ziet dat steeds meer Oekraïners niet meer illegaal willen werken, dat ze hun rechten kennen, een arbeidscontract willen, niet meer voor acht złoty per uur gaan werken, beter onderhandelen. De sociale media spelen hierbij ook een rol, mensen vertellen elkaar onderling hoe de regels zijn in Polen. En werkgevers die de Oekraïners slecht behandelen, worden met naam en foto op het internet gezet. Daarna wil niemand meer voor hen werken.’ Veel Oekraïners komen ook naar Polen, of naar ‘Europa’, zoals ze het noemt, om eerste ervaringen in de EU op te doen. Mocht het in Polen niet goed genoeg zijn, dan kunnen ze altijd verder reizen naar andere landen. Polen als stepping stone. In Polen verdienen ze drie euro per uur, in andere landen vijf tot zeven euro.
Volgens Vitshkaya houdt de stroom van Oekraïners die naar Polen komen onverminderd aan, en zijn er daardoor wel spanningen ontstaan. ‘Sommige Polen zeggen dat de Oekraïners de Polen hun werk afnemen, maar dat klopt niet, er is genoeg werk voor iedereen.’
Hoewel Oekraïne geen deel uitmaakt van de EU is het voor de inwoners van het land relatief eenvoudig een Karta Polaka te krijgen, een werkvergunning voor een half jaar. Deze kan vrij simpel met een half jaar verlengd worden. Door de economische groei in Polen, het vertrek van veel Polen naar andere Europese landen, en de vrijgekomen banen kunnen deze prima door Oekraïners worden ingevuld.
Larysa Vitshkaya is tevreden met haar leven in Warschau. Met haar man heeft ze nu een eigen flat. Hij werkt intussen als programmeur bij Dream Hostels, een keten van Oekraïense hostels in Polen. ‘Ze hebben zelfs een prijs voor hun concept gewonnen’, vertelt ze trots. Zelf heeft ze inmiddels veel contacten en maakt ze graag gebruik van het brede culturele aanbod in Polen. ‘Als ik zou willen, zou ik de hele tijd met Oekraïners kunnen optrekken. We hebben een eigen krant, sociale media, een eigen cultureel centrum, de Ukraiński Dom, Oekraïense winkels. Er bestaat zelfs een heel netwerk van mensen die, op bezoek in Oekraïne, bepaalde producten voor je kunnen meenemen.’
Haar leven is in Polen veelzijdiger geworden. ‘In Oekraïne ging ik alleen maar van mijn huis naar mijn werk en omgekeerd, dat was mijn hele leven. Hier ga ik naar yoga, naar workshops, ik heb hier meer vrienden. Ik kan hier projecten beginnen, subsidies aanvragen, alles functioneert. Waarom lukt dat in Oekraïne niet?’
Inmiddels vraagt een deel van de Poolse werkgevers zich af of er de komende jaren wel genoeg Oekraïners de Poolse arbeidsmarkt op zullen blijven stromen, aangezien ze in de hele EU sinds kort tot negentig dagen visumvrij mogen reizen. Officieel mogen de Oekraïners, anders dan in Polen, nog niet in andere lidstaten werken, maar algemeen wordt het besluit van de EU gezien als een stap in deze richting. Niet alleen Oekraïners zijn – gezien het grote aantal Poolse arbeidskrachten dat naar andere Europese landen is vertrokken – noodzakelijk om de Poolse economie draaiende te houden, ook vele Wit-Russen werken inmiddels in Polen.
De economische groei in Polen lag de afgelopen jaren boven de vier procent, en was alleen mogelijk door de inzet van de Oekraïners en Wit-Russen. De arbeidsmigranten uit het oosten nemen vaak genoegen met een relatief laag loon, wat de inflatie en loonkostenstijging beperkt houdt. Aangezien de Poolse werkloosheid met 6,6 procent inmiddels een all time low heeft bereikt, kan de economie alleen blijven groeien als er voldoende nieuwe arbeidskrachten bij komen. Dat is een hele opgave voor Polen, aangezien de bevolking in een hoog tempo vergrijst. Analisten hebben uitgerekend dat de komende drie decennia maar liefst vijf miljoen arbeidskrachten vervangen moeten worden. Momenteel werken van de Poolse bevolking (38 miljoen mensen) slechts zo’n zestien miljoen mensen. Om het tekort aan arbeidskrachten op te vullen, denkt de regering inmiddels over creatieve oplossingen na, zoals het naar Polen halen van Filipijnen. Deze katholieke Aziaten zouden cultureel goed bij Polen aansluiten. Voorlopig echter worden verreweg de meeste vrijkomende banen ingevuld door Oekraïners.
Een van hen is Anna Shevchenko, een psychologe van begin dertig, afkomstig uit Centraal-Oekraïne. Shevchenko kwam naar Warschau omdat ze in Kiev rechten had gestudeerd, daarna met psychologie verder wilde, maar geen goede mogelijkheden in Oekraïne zag. Shevchenko wil in Polen blijven; ze heeft hier haar Poolse en Oekraïense vrienden. Maar ze voelt zich nog wel altijd Oekraïense. Daarom heeft ze ook geen Pools paspoort. ‘Als ik er wel eentje had, zou ik kunnen stemmen. Maar ik ben geen Poolse. Dus ga ik ook niet demonstreren.’
Eigenlijk vreemd, omdat ze zich wel degelijk over de conservatieve politiek van de Poolse regering opwindt. ‘In Oekraïne kun je in principe abortus laten plegen, in Polen is dat praktisch onmogelijk. De Polen zijn erg religieus, duidelijk meer dan in Oekraïne.’ Ook Shevchenko meent dat veel Polen een negatief beeld van de Oekraïners hebben. ‘Ik hoor het om me heen als ik in de metro of in de bus zit. En dat terwijl de meeste Oekraïners harde werkers zijn.’
Als ze Polen en Oekraïners moet vergelijken, dan zijn Oekraïners wat flexibeler en vrijer, zegt Shevchenko. ‘In Polen draait alles om God, de Polen zijn erg religieus. In Oekraïne maakt het niet uit met wie je getrouwd bent, en ook niet waar je partner vandaan komt. In Polen is dat anders. Tja, we zijn buurlanden, veel dingen lijken op elkaar. We zijn beide Slavische volken, spreken talen die erg op elkaar lijken, maar deels zijn we dus ook anders.’
In het algemeen voelt Shevchenko zich thuis in Polen; hier ziet ze haar toekomst. ‘Ik ben bezorgd over de politieke ontwikkelingen in Polen, de neiging tot autoriteit. Ik herken het uit Oekraïne, het parlement dat zonder consultatie in de nacht er nog snel een wet doorheen jaagt. Dat baart me zorgen, ik ben bang dat Polen steeds meer zoals Oekraïne wordt.’
Dit is een enigszins ingekort en bewerkt hoofdstuk van het boek Polen, geen land voor vegetariërs en fietsers van Jeroen Kuiper, dat deze week verschijnt bij uitgeverij Dato
EINDE ARTIKEL
Klaus merkt wel dat niet alle Polen meegaan in die beweging. Sommigen blijven met argwaan kijken naar niet-Oekraïense vluchtelingen uit Oekraïne. “Op het busstation in Warschau zien we al dat bepaalde vrijwilligers weigeren zwarte mensen te vervoeren. Ze maken onderscheid tussen ‘echte’ en ‘neppe’ vluchtelingen
ONE WORLD
ZWARTE VLUCHTELINGEN IN OEKRAINE: ”MENSEN SCHELDEN ONS UIT”
A Syrian man is beaten on the streets of Warsaw. A black child is expelled from a playground in a town in south-east Poland. Volunteers form patrol groups to guard against possible illegal immigrants in the central city of Lodz. Poland’s Never Again Association, which tracks racist and xenophobic incidents in the country, used to record between five and 10 such events each week. For the past year, they say they have been reaching that level daily. “Recently we have had problems keeping up with gathering and registering all the information that we get because there is so much of it,” said Rafal Pankowski, its co-founder. While official statistics from 2016 are not yet available, Mr Pankowski says he has seen a substantial increase from last year when, according to government data, 962 hate crimes were investigated in Poland, 38 per cent more than in 2014. Poland’s battle with a rise in hate crimes comes as Polish immigrants face increased attacks in the UK since its vote to leave the EU. Rights groups say the rise in attacks in the country reflects an increase in Islamophobia that shows no sign of abating. Muslims were the group most targeted by hate speech in Poland in 2015, replacing LGBT and Roma communities as the country’s most affected minority. “This aggression mainly affects people with different looks, those who have different skin colour,” said Tomasz Miśkiewicz of Poland’s Muslim Religious Association. Mr Miśkiewicz believes that Europe’s “migration problem” has inflamed attitudes and called for Polish children to be better educated about cultural differences. Poland’s 20,000 Muslims account for about 0.05 per cent of a population that is overwhelmingly Catholic and the EU’s most homogenous. While neighbouring Germany has seen a big influx of Muslim refugees, Poland accepted only 206 from Syria last year, and has rejected an EU plan to play a role in resettling migrants across the bloc.
Nevertheless, Polish political rhetoric increasingly depicts a society threatened, a theme common to other countries in central and eastern Europe. Nationalist and populist politicians have told citizens that their safety, security and identity are endangered by immigrants. Jaroslaw Kaczynski, leader of the ruling conservative Law and Justice party and the country’s most powerful politician warned before last year’s elections that immigrants could bring “parasites . . . and diseases” to Poland. That has led some human rights groups to suggest political rhetoric is partly to blame for the increased violence. “Everything started with the electoral campaign,” said Adam Bodnar, Poland’s commissioner for human rights, an office independent from the government, referring to last year’s parliamentary elections. “At that time those were not only [political] statements but also demonstrations, hate speech, increase of hate in the internet . . . It became simply enormous.” Andrzej Duda, the Polish president, in July used the commemoration of the Kielce Pogrom, an outbreak of violence against Poland’s Jewish community in 1946, to say that in Poland “there is no place for any kind of prejudice, no place for racism, xenophobia, anti-Semitism”. At the same time, Mr Kaczynski warned that accepting Muslim refugees would “threaten Poland’s security”, while Zbigniew Ziobro, the country’s justice minister, has said the ruling party is the only defence against “Islamic districts in Poland.”
The government has closed down the country’s Council Against Racial Discrimination, xenophobia and Intolerance, withdrawn a textbook issued to police for the past decade to differentiate between normal crimes and hate crimes, and passed anti-terror legislation that allows it to spy on foreign nationals and detain them without court approval – all in the past six months. The moves have drawn attention from abroad. Before Pope Francis’s visit to the country in July, a Vatican statement criticised “an artificially created fear of Muslims” in Poland. “Unfortunately these fears are fuelled by some political parties, and inappropriate statements made by politicians,” said Pawel Rytel-Andrianik, a spokesman for Polish bishops. Mr Pankowski agrees. “A correlation is very clear . . . between what we can call hate speech of the political class and those assaults,” he said. “It creates certain social climate, certain ambience, and certain legitimisation of xenophobic behaviour.”
Poland’s presidential election was administered professionally despite challenges created by the coronavirus pandemic, but the campaign was marred by intolerant rhetoric and bias from public media, says the Organization for Security and Co-operation in Europe (OSCE).
The OSCE’s election observers, whose findings were published today, also raised concern at the manner and haste with which the legislation enabling the election to take place was passed.
Incumbent president Andrzej Duda won yesterday’s first round of voting, but failed to secure the majority of votes needed for an outright victory. He will therefore head into a run-off vote against second-placed rival Rafał Trzaskowski on 12 July.
“We saw a first round that was professionally run even in these challenging times and in a sharply polarised political environment,” said Thomas Boserup, head of the special election assessment mission at the OSCE’s Office for Democratic Institutions and Human Rights (ODIHR).
The ODIHR noted that all official deadlines had been met, and that staff and voters in polling stations had consistently followed guidelines to use protective equipment.
However, it also noted that the electoral “campaign was characterised by intolerant rhetoric and a public broadcaster that failed in its duty to offer balanced and impartial coverage”.
“Instead, it acted as a campaign vehicle for the incumbent and frequently portrayed his main challenger as a threat to Polish values and national interests,” said ODIHR in its report. “Some of the reporting was charged with xenophobic and antisemitic undertones.”
The OSCE raised similar concerns about Poland’s public broadcasters after October’s parliamentary election, saying that a “lack of impartiality…undermined voters’ ability to make an informed choice…[and] amplified the advantage of the ruling party”.
Poland’s main state television station, TVP, is used by the ruling party to promote the government’s narrative and to attack its opponents. During the campaign, the main opposition candidate, Rafał Trzaskowski, sued TVP for its news reports about him.
The channel sought to portray Trzaskowski as working on behalf of a “powerful foreign lobby” linked to George Soros and the Bilderberg group, which TVP said was responsible for bringing Muslim immigrants to Europe. It also suggested that he wanted to allow Jews to “rob” Poland of “200 billion zloty” in restitution claims.
ODIHR noted that Duda himself had used “inflammatory language…with instances of xenophobic and homophobic rhetoric”. During the final stages of the campaign, Duda made a series of attacks on “LGBT ideology”, which he suggested was more dangerous than communism.
“It’s clear that emotions are running high, but intolerance or media bias can never be part of a truly vibrant democracy,” said Boserup, whose organisation noted that Trzaskowski’s campaign too had used “negative tactics”, thereby “further polarising an already confrontational environment”.
In its report, ODIHR also expressed concern that legislation regulating the election had been “adopted in haste and without adequate public debate, at odds with the commitments made by all countries of the OSCE region”.
After the originally scheduled 10 May election was abandoned, legislation was quickly pushed through to enable a new election on 28 June. The nature and timing of the changes, as well as the manner in which they were passed and implemented, have led to concerns that yesterday’s election did not conform to constitutional requirements.
The OSCE is an intergovernmental organisation with 57 member countries in Europe, Asia and North America. It takes a comprehensive approach to security that includes arms control and counter-terrorism, but also human rights, democratisation, media freedom and environmental activities.
Demographics suggest that Africans taking the perilous journey to Europe will be in their millions, and perhaps their tens of millions, writes Giles Merritt.
Giles Merritt is the founder and chairman of Friends of Europe. He first published this op-ed on the Friends of Europe website, under the title “Missing: A beefed-up plan for Africa’s population explosion”. We re-publish it with his permission.
Where is Europe’s relationship with Africa headed; where is the Grand Bargain they both need? When EU leaders, who included France’s Emmanuel Macron and Germany’s Angela Merkel, met their African Union opposite numbers at the end of November, their summit was billed as the “defining moment” for the re-shaping of EU-AU relations. Since then, there’s been a deafening silence.
So where’s the beef? The summit produced little or nothing in the way of a strategic vision of how the two partners intend to jointly tackle problems like migration and Africa’s under-development. That’s probably why it didn’t receive much press coverage.
Lack of media attention doesn’t diminish the importance of planning to cope with the population explosion underway in Africa. Over the next 25 years, the number of Africans will double to some two and half billion people, far more than Africa’s backward farms can feed or its struggling businesses employ.
European governments seem lulled into a sense of security by a fall-off in migrants. The UN’s Institute of Migration (IOM) in Geneva recently reported that the number of people crossing the Mediterranean to Europe by boat in 2017 was, at about 170,000, half the level of the year before. Both were a trickle compared to 2015, when well over a million refugees fled from Syria and other conflict zones.
The issue of migration was discussed at Abidjan, although it’s far from clear if anything was agreed. The president of the 54-nation AU, Guinean leader Alpha Condé, spoke of “points of divergence” on migration, adding: “It’s obvious we Africans cannot accept that Europeans should tell us to take back our children.”
No one can tell how many Africans may try to make the perilous journey to Europe in the years ahead. The demographics suggest they will be in their millions, and perhaps their tens of millions. A report to the World Economic Forum, organisers of the annual Davos event, has warned that by 2050 there will be 800 million new working age people in sub-Saharan Africa.
Right now, only one young African in six is in a regular, paid job. Although there’s much talk of “Africa Rising” thanks to some countries’ GDP growth rates of 8%, that won’t be enough. The handicaps common to much of Africa are so great that for most, annual growth of at least 7% is needed just to stand still.
For the EU, the centrepiece of the Abidjan summit was the European Commission’s plan to funnel €44 billion in new investment into African business start-ups. Labelled by some as a ‘Marshall Plan for Africa’, the idea is to leverage €3.3 billion in EU seed money into fifteen times more private sector funding.
It’s an admirable idea, but it is wholly inadequate in terms of Africa’s problems. The ‘funding gap’ between Africa’s needs and what it gets is estimated to be €2.3 trillion yearly.
The platitudes uttered on both sides in Abidjan contrast uncomfortably with grim reality. Half of sub-Saharan Africans ‒ 600 million people ‒ either don’t have reliable electricity, if they have it at all. A third of the region’s children will never go to school. Climate change and drought increasingly affect the 90% of African farmers who, without irrigation, must rely on rain.
The AU’s president Condé has spoken of “replacing China as the factory of the world”, but, in fact, manufacturing in Africa has shrunk since its high point in 2007. An enormous effort is needed to stabilise and perhaps reverse Africa’s ebbing economic and social fortunes.
At the same time, Europe’s steadily ageing workforce is going to require more African manpower to cover snowballing pension costs. The elements are present for a mutually beneficial Grand Strategy, so where is the EU’s imaginative leadership with the political courage to tell Europeans and Africans they cannot do without each another?
Ambitious and far-sighted initiatives of breath-taking dimension are, after all, what the European Union is about.
EINDE ARTIKEL
[45]
”Volgens de VN telt het Afrikaanse continent 15 miljoen vluchtelingen.
Slechts een fractie van hen komt naar Europa. Om hoeveel mensen gaat het? Uit welke landen komen ze en welke motieven spelen een rol? Hieronder staan de landen waar de meeste politieke en economische vluchtelingen vandaan komen.”
NOS
15 MILJOEN AFRIKANEN OP DE VLUCHT: WAAR KOMEN ZE VANDAAN?
De EU hoopt met de top op Malta te bereiken dat uitgeprocedeerde asielzoekers uit Afrika sneller kunnen worden teruggestuurd én dat potentiële vluchtelingen worden ontmoedigd om naar Europa te komen.
De ogen zijn de laatste maanden vooral gericht geweest op de vluchtelingen uit Syrië, maar nergens ter wereld zijn zoveel mensen op de vlucht als in Afrika beneden de Sahara. Volgens de VN telt het Afrikaanse continent 15 miljoen vluchtelingen.
Slechts een fractie van hen komt naar Europa. Om hoeveel mensen gaat het? Uit welke landen komen ze en welke motieven spelen een rol? Hieronder staan de landen waar de meeste politieke en economische vluchtelingen vandaan komen. Alle genoemde landen sturen vandaag en morgen een regeringsleider naar Malta.
De Eritreeërs vormen al jaren de grootste groep asielzoekers in Nederland. Volgens het ministerie van Veiligheid en Justitie wordt ongeveer 80 procent van de Eritrese asielaanvragen ingewilligd.
Eritrea is straatarm. Volgens een rapport van de VN uit 2011 kan 70 procent van de bevolking niet in de eigen voedselbehoefte voorzien en Eritrese mannen worden gemiddeld niet ouder dan zestig. Armoede is dus een van de redenen om naar Nederland te komen. De andere redenen hebben te maken met het gegeven dat Eritrea een van de meest onderdrukkende regimes ter wereld heeft en duizenden politieke gevangenen telt.
De belangrijkste reden die Eritreeërs zelf noemen om het land te verlaten, is de verplichte militaire dienstplicht voor mannen én vrouwen die voor onbepaalde tijd kan worden verlengd en zomaar tien jaar kan duren. Het is een uittocht van voornamelijk jonge mannen die al tientallen jaren gaande is. Maar liefst drie nationale voetbalteams weigerden na een buitenlands toernooi terug te keren naar Eritrea. Een aantal gevluchte spelers verblijft in Gorinchem.
Eén van de andere grote groepen asielzoekers in Nederland is afkomstig uit Somalië. Van de bijna tien miljoen Somaliërs heeft ruim één miljoen het land ontvlucht vanwege de jarenlange burgeroorlog en het geweld van diverse rebellengroeperingen zoals Al-Shabaab.
Vorig jaar zijn 1280 Somaliërs naar Nederland gekomen. Volgens de Dienst Terugkeer en Vertrek van het ministerie van Veiligheid en Justitie zijn zowel in 2013 als in 2014 enkele Somaliërs gedwongen teruggekeerd. Maar in november 2013 heeft de Somalische overheid de medewerking aan die gedwongen terugkeer opgeschort. Amnesty International oordeelde eind 2014 dat Europa geen Somaliërs zou moeten terugsturen naar gebieden die onder controle staan van Al-Shabaab.
Voor andere Somalische regio’s, zoals Somaliland en Puntland, geldt volgens correspondent Kees Broere dat mensen eerder om economische redenen vertrekken.
Een half miljoen mensen heeft de Democratische Republiek Congo, het vroegere Zaïre van dictator Mobutu, ontvlucht. Het is al decennialang een van de meest gewelddadige landen ter wereld. Vooral vrouwen en kinderen lijden onder de strijd tussen het regeringsleger en de rebellengroeperingen. De 20.000 man tellende vredesmacht van de Verenigde Naties, de grootste ter wereld, kan de veiligheid in Oost-Congo niet garanderen
Het land biedt zelf overigens opvang aan ongeveer 40.000 vluchtelingen uit de Centraal Afrikaanse Republiek.
Het noorden van Nigeria wordt geterroriseerd door de radicaalislamitische sekte Boko Haram. Meer dan 2,2 miljoen Nigerianen zijn inmiddels de regio ontvlucht.
Maar Kees Broere wijst erop dat vrijwel de meesten van hen naar buurlanden zijn gegaan. Broere: “Afrika telt 15 miljoen vluchtelingen en bijna allemaal vinden zij opvang in de regio.” Van de bijna 20.000 Nigerianen die vorig jaar naar Europa kwamen, is volgens hem het grootste deel economisch vluchteling.
Voor vrijwel alle vluchtelingen uit West-Afrikaanse landen zoals Ivoorkust, Gambia, Guinee-Bissau, Burkina Faso en zeker voor Ghana geldt, volgens Broere, dat het om economische vluchtelingen gaat. Broere: “Politieke vluchtelingen uit die landen zullen niet de route via de Middellandse zee kiezen, maar proberen asiel te regelen via de ambassade.”
Ghana en Nigeria zijn de grootste economieën van Afrika en Ghana geldt al jaren als een van de stabielere landen in West-Afrika, zowel op economisch als politiek gebied. Het inkomen per hoofd van de bevolking ligt hoger dan in de omringende landen. Maar voor jongeren, die tweederde van de bevolking vormen, is er weinig perspectief.
De EU hoopt die uittocht van jonge, werkzoekende mannen in te dammen door miljarden in Afrika te investeren. Met dat geld moeten onder meer banen worden gecreëerd
De route naar het noorden loopt vooral via Niger, hét transitland van Afrika. Op weg naar Noord-Afrika en dan naar Europa, trokken vorig jaar 80.000 vluchtelingen door dit land ten zuiden van de Sahara. Naar verwachting zullen het er dit jaar 120.000 zijn. Correspondent Koert Lindijer trok naar de stad Agadez, de poort van de ‘corridor van de dood’.
Niger, het armste land ter wereld, wordt door Lindijer een proefproject van de EU genoemd: met miljoenen euro’s aan extra ontwikkelingshulp hoopt men de migratie tegen te gaan en het terrorisme in de Sahel terug te dringen.
EINDE NOS ARTIKEL
Reacties uitgeschakeld voor Noten 43 t/m 45/Oekraine
Klaus merkt wel dat niet alle Polen meegaan in die beweging. Sommigen blijven met argwaan kijken naar niet-Oekraïense vluchtelingen uit Oekraïne. “Op het busstation in Warschau zien we al dat bepaalde vrijwilligers weigeren zwarte mensen te vervoeren. Ze maken onderscheid tussen ‘echte’ en ‘neppe’ vluchtelingen
ONE WORLD
ZWARTE VLUCHTELINGEN IN OEKRAINE: ”MENSEN SCHELDEN ONS UIT”
”Iwueke studeerde in Charkov. Ook zij ging naar Boedapest, waarvandaan ze terugvliegt naar Nigeria. Het is dat Cynthia deze zomer zou afstuderen, anders was ze al eerder vertrokken. Ze moest dringen voor een plekje in de trein naar Kiev. “Het was survival of the fittest“, schrijft ze via WhatsApp.
Een treinconducteur hield haar tegen: “Ze wilde me niet binnenlaten. Oekraïners moesten voor. Ze duwde en schopte me.” Een Oekraïense man schoot Cynthia te hulp en zorgde dat ze op de trein kwam”
De manier waarop met vluchtelingen uit Oekraïne wordt omgegaan bewijst nogmaals dat het Europese, dus ook het Neederlandse, ‘asiel’beleid racistisch is. Dat geldt ook voor de berichtgeving.
Om te beginnen dit: aan de grens tussen Polen en Belarus wordt op dit moment een 180 kilometer lange muur gebouwd, vijfenhalf meter hoog, om vluchtelingen tegen te houden [1]. Aegon en Nationale Nederlanden profiteren daarvan door te beleggen in de bouwbedrijven die dat onding neerzetten [2]. Tegen die vluchtelingen wordt ook geweld gebruikt. Er zijn al veel vluchtelingen omgekomen aan de grens Polen – Belarus. Ze komen uit landen ver hiervandaan. Ze komen niet uit Europa en dat is toch wel het minimale vereiste waaraan een vluchteling moet voldoen als het aan de Europese politiek ligt. Want ze lijken niet op ons. Ze hebben een andere huidskleur, heel eng: ze zijn niet zo bleek als wij. Empathie: nul. Berichtgeving: Mwah.. Meeleven? Stuur ze toch terug naar Afrika of het Midden-Oosten, ze horen hier niet.
De ene oorlog is de andere niet. Het ene geweld is het andere niet. Zo is geweld tegen mensen uit islamitische landen bij voorbaat toegestaan. Sommige mensenlevens zijn meer waard dan andere. Voor al die politici met kilo’s boter op hun hoofd: ga het maar eens uitleggen aan de veertienjarige Tiba uit Irak, die vastzit aan de grens Polen-Belarus, die de kapotgeschoten lijken van twee schoolvriendinnetjes zag na een bombardement [3]. Hoe anders is de omgang met (potentiële) vluchtelingen uit Oekraïne! Hoe anders reageert nu Polen, en andere omringende landen, zelfs Orban van Hongarije die vluchtelingen eerder ‘gif’ heeft genoemd, op de komst van vluchtelingen uit buurland Oekraïne: van harte welkom! [4]. U kunt nog wel ergens de grens over waar we geen muur aan het neerzetten zijn. En dat geldt voor meer lidstaten van de EU. Overigens geldt dan wel: alleen mensen uit Oekraïne! Studenten uit Afrikaanse landen komen het door oorlog getroffen Oekraïne niet uit [5]. Dat begint al als Oekraïners hen ervan weerhouden om op de trein te stappen [6]. Een student die samen met anderen, roepend “We are students!” probeert de grens over te steken vanuit Oekraïne naar Polen, filmde hoe het er aan toe gaat. “They threatened to shoot us!” TW: Heftige beelden. [7]
Hier in het veilige Neederland, ver van al het oorlogsgeweld (zolang Poetin niet daadwerkelijk met atoombommen begint te gooien [8] ) , wierp ik vanmorgen een korte blik op een TV zender waar een praatprogramma gaande was van een van die rechtse omroepen waar we mee opgezadeld zijn. Er werd gesproken over het helpen van vluchtelingen uit Oekraïne. Wat dapper en wat goed! Veel sympathie was er voor burgerinitiatieven om mensen eigenhandig op te halen. Dubbele moraal? Nogal. Ik roep even in herinnering het initiatief ‘We gaan ze halen’ die mensen van Lesbos uit Griekenland op wilden halen na de brand in kamp Moria [9]. Daarvan kon natuurlijk geen sprake zijn! Het initiatief werd ronduit neergesabeld en bespot in diezelfde media die nu zoveel waardering tonen voor al wie mensen uit Oekraïne wil bevrijden. Je raadt het al: die mensen op Lesbos in die kampen komen niet uit Europa, het centrum van de wereld, het heiligdom van de Euro. Onze veilige haven, waar nu ineens een oorlog woedt!
Op diezelfde TV, en ook op internet trouwens, wordt je gebombardeerd met oorlogsbeelden, uit Oekraïne dus. Huilende mensen die hun huis hebben moeten verlaten. Kapotgeschoten gebouwen. Mensen die langs de weg lopen, ontredderd. Snel een camera en een microfoon erbij om een reportage te maken. Natuurlijk moet er aandacht zijn voor zulke ellende van mensen in oorlog. Maar net zo natuurlijk kun je met je cameraploeg in Palestina gaan filmen hoe de Israëlische bezetter hetzelfde doet, of hoe Erdogan de Koerden aanvalt. Je kunt ook in Jemen de ellende van mensen gaan filmen. In Irak. Misschien was gaan filmen toen de VS tijdens al die imperialistische oorlogen huizen van mensen plat bombardeerde ook een goed idee geweest, al is het alleen maar om te laten zien dat oorlogsgeweld niet uitsluitend het domein van Poetin is. Ik roep maar wat hoor….
Maar de slachtoffers van al die andere oorlogen zijn geen mensen waarvoor de media al te veel sympathie willen wekken: stel je voor dat de ‘eigen’ bevolking de vluchtelingen die daarvandaan komen ook bereid is te verwelkomen en zich massaal gaat verzetten tegen militarisering van de grenzen, mensonterende opvang, opsluiting en deportaties. Nee, het privilege van de empathie is er alleen voor door ‘ons’ uitgekozen, liefst witte westers ogende vluchtelingen. De media doen er met graagte aan mee de geschikte vluchtelingen uit te kiezen voor mededogen. Een BBC analist * wist zijn racisme als volgt te verwoorden: “It’s very emotional for me because I see European people with blue eyes and blonde hair being killed.” [10]
En dan waren er nog de Afghaanse vluchtelingen. Nou vooruit, wie voor ‘ons’ het leven in de waagschaal heeft gesteld, mag hier komen. We maken alleen geen haast en de opvang hier is om te janken. Dat wordt goed onder de pet gehouden maar sijpelt toch naar buiten via twitter [11], waar te lezen valt: “Afghaanse families die in 1 kamp zijn gezet met grote groep alleenstaande mannen, zonder privacy, zonder basisvoorzieningen. (…) De psychische problemen nemen toe bij zowel de kinderen als de ouders. (…) Opvang in een in onbruik geraakte test/prik-tent langs de afrit van de snelweg. (…) Een Afghaanse tolk is naar een ander land vertrokken, waar hij ook voor had gewerkt, omdat hij zo teleurgesteld was over hoe hij in Nederland behandeld werd: “There so many times I was insulted by COA staff”. En dit zijn dan nog vluchtelingen waar tenminste nog naar omgekeken werd, uit schuldgevoel of plichtsbesef weliswaar. Dit zijn mensen die hierheen gehaald zijn. Het gros van de vluchtelingen die proberen Europa te bereiken verdrinkt echter in de Middellandse Zee, zit in nog veel ergere kampen aan de buitengrenzen van Europa of is een ander akelig lot beschoren. Verschil moet er zijn, zo oordelen Mark ‘Wat-zijn-we-toch-een-gaaf-land’ Rutte en zijn Europese medeplichtigen die maar blijven investeren in grensagentschap (lees: leger) Frontex en alleen mondjesmaat vluchtelingen verwelkomen als ze verwachten dat het uit te leggen valt. Tenslotte moet er rekening gehouden worden met het ‘draagvlak’ onder de bevolking die aldus het racisme met de paplepel ingegoten krijgt.
We wisten al dat ‘asielbeleid’ geen asielbeleid is. Maar het is nog erger: het is de tactiek van verdeel en heers ook nog eens toepassen op vluchtelingen onderling. Het is racisme van het allerzuiverste water. Had ik al gezegd dat al die muren en hekken en grenzen weg moeten? Overal, en voor iedereen. En ga maar rustig slapen hoor. Indien witte, westerse Neederlanders op de vlucht moeten omdat de oorlog ook hier komt, kunnen we gerust zijn. Wij hoeven het kanaal naar Engeland in elk geval niet in rubber bootjes over te steken. Ze sturen vast wel een cruiseschip om ons op te halen…
Lolade Lawal’s life has been turned upside down in a way she never imagined.
The third-year medical student from Nigeria is coming to terms with the effects of Russia’s invasion of Ukraine that started last week.
“It is scary, very scary. I’m very worried. People are running for their lives. We are hiding in groups so we can keep an eye on each other,” Lawal told Al Jazeera over the phone as she sheltered with other students at a safe bunker in the northeastern city of Sumy.
Russian President Vladimir Putin ordered what he said was a “special military operation” against Ukraine on Thursday. A full-scale invasion followed, with Ukrainian President Volodymyr Zelenskyy declaring martial law, saying his country would defend itself.
On Saturday, fighting reached the streets of Ukraine’s capital Kyiv as Russian troops pressed ahead.
According to the US military, Russia now has at least 50 percent of its estimated 150,000-strong invasion forces in Ukraine.
The conflict has so far killed more than 200 civilians, including three children. Nearly 1,100 have been injured in the conflict, including 33 children, according to Ukraine’s health ministry.
The United Nations estimates more than 100,000 people have been displaced within the country since the conflict started.
“There’s no escape. Trains have stopped working. Most supermarkets are closed and those that are opened are running very low on food stocks. ATMs are not working and everyone is desperately looking for money,” Lawal said, as sirens went off in the background.
There are no official figures on the number of African students currently studying in Ukraine but Lawal said “there are hundreds of us in our city”.
“At my university, there are about 100 Nigerian students. I’m sheltering with some of them,” Lawal added.
Some students have managed to cross the border into Poland.
“I live in Kyiv. I have been living here since March last year,” Somto Orah, a student at State University of Telecommunications in Kyiv, told Al Jazeera.
“We have received no support from any government authorities. The school only gave us bomb shelter to hide when the air raid siren is on. The sirens came on and off for about five times yesterday before I left,” Orah, a Nigerian national, added.
“There is little food. I couldn’t access cash for two days now. Every ATM on the road has no cash.”
Others have had even less luck.
Samuel George, a first-year software engineering student, fled Kyiv after the shelling and sirens got too much for him to handle.
“I drove from Kyiv. We are trying to survive. We don’t want to die in a foreign country,” George said.
As he neared the Polish border, Samuel’s luck ran out. He said he had a minor road accident with a vehicle carrying Ukrainians because the road was narrow.
He said they took his money and stopped him from driving any further.
“They are not officials, police or military. They are normal citizens who stopped us Africans from driving to the border. They let Ukrainians pass through but not us,” George said.
“I’m now walking to the border. I have no other option. I don’t know how much further the border is. They even took our money. It is like they are not human beings,” George said, adding that he could no longer talk on the phone because his hands were freezing in the sub-zero temperature.
On Saturday, the Polish Ministry of Internal Affairs said more than 115,000 people had crossed into Poland from Ukraine, adding that everyone from Ukraine was allowed to enter, even those without a valid passport.
But for Somto and several other students, crossing the border into Poland has not been easy.
“I will be heading to Nigeria from Poland if I’m able to cross. But if I see a school offer around Schengen, I will take it up because I don’t want my school life to be disrupted,” he said as he joined the queue at the border gate.
EINDE AL JAZEERA ARTIKEL
”People from Africa, the Middle East and South Asia recounted how Ukrainian forces and staff repeatedly prevented them from boarding trains towards Poland in Lviv train station. They were told that there was a need to give priority to women and children, but African and South Asian women were reportedly also not allowed to board trains in some instances.”
Recent mission to border found evidence of chaotic and racist response to people fleeing Ukraine
‘Racism, hate speech and attacks must not be tolerated and perpetrators must he held accountable’ – Nils Muižnieks
UK government must step-up response to support refugees as the Nationality and Borders Bill back in Commons today
‘We urge MPs to accept amendments made by peers to moderate the dreadful impact the Bill will have on people’ – Steve Valdez-Symonds
The Polish authorities must address the chaotic and dangerous situation in Poland to ensure those fleeing the conflict in Ukraine do not face further suffering, Amnesty International said today after a 10-day visit at the border of Poland.
The number of people fleeing within Europe is unprecedented since World War Two, with Poland receiving the majority of those escaping Ukraine and the primary responsibility for assisting them largely falling on ordinary citizens, non-governmental organisations and municipalities, resulting in enormous challenges.
The mission also noted the Polish Government’s much more open approach to people fleeing Ukraine, in stark contrast to the push back and lock up policies they have been applying to people fleeing other conflicts entering Poland through Belarus. The life-saving assistance that NGOs and volunteers are now providing to people fleeing Ukraine was previously obstructed and criminalised on the border with Belarus.
Nils Muižnieks, Amnesty International’s Europe Director, said:
“Solidarity shown by volunteers in Poland has been remarkable, but without central authorities taking responsibility and concerted action, people in need of protection and assistance risk falling through the cracks.
“People fleeing Ukraine are anxious to get reliable information about shelter, transportation and their legal status, but without coordination, people risk being deprived of such essentials, and being harassed or preyed upon by criminals.
“Many non-Ukrainian people, including those in need of international protection, are unsure of their status in Poland. Everyone fleeing the conflict must be treated with humanity and offered opportunities to carry on with their lives, regardless of their passport.
“The Polish authorities must ensure that all people who have fled Ukraine are treated with the same level of respect to protect their human rights and dignity. Racism, hate speech and attacks must not be tolerated and perpetrators must he held accountable. The government must now step up to meet these challenges and keep people safe.”
Volunteers taking the lead to support refugees, but critical gaps remain
Thousands of volunteers have provided assistance to people at the Polish borders with Ukraine, and in train stations. This has included food, housing, interpretation, and offering free transport across Europe.
Volunteers were far more visible and active than government authorities in all the places Amnesty visited, including the reception points in the immediate proximity of Medyka, the main border crossing point used by people fleeing Ukraine, and Korczowa (Hala Kijowska), and in reception centres and train stations in Przemysl and Warsaw.
However, it is not sustainable to rely on volunteers in the long term and the central government must act quickly to provide proper registration, longer-term accommodation, psycho-social support, transport and other assistance.
Despite the commendable efforts of volunteers, critical gaps remain, including the provision of information on people’s legal status. The lack of such information creates significant anxiety, particularly among non-Ukrainian nationals, and the government should provide information to all people fleeing Ukraine regarding their legal status in Poland or possibilities to move regularly to other EU countries.
People at risk of predatory crimes and violence
People fleeing Ukraine are at risk of violence and trafficking. Amnesty visited several temporary reception facilities, including in Przemysl (“Tesco centre”) and Korczowa (Hala Kijowska), close to the borders with Ukraine. These were organised to facilitate further transportation as soon as possible, often relying on private individuals to offer transport or accommodation.
Volunteers have struggled to register new arrivals. Without formal procedures to register and track them, women, men and children who have fled Ukraine – especially those who do not speak Polish or English – are potentially at risk of abuses by people or criminal gangs looking to exploit the chaotic situation.
Amnesty observed first-hand how people arrived in Poland and immediately sought assistance from anyone willing to help. Emerging reports of gender-based violence against women and girls are of particular concern. It has been reported that the Wroclaw police arrested a 49-year-old Polish man who allegedly sexually abused a Ukrainian woman whom he had offered to host in his apartment after she had fled Ukraine.
Polish human rights organisations also said that they are receiving reports of additional cases of sexual violence, which remain confidential. They are concerned that people fleeing Ukraine, including unaccompanied children, may become victims of trafficking.
Irena Dawid-Olczyk, President of La Strada, a local organisation in Poland supporting victims of human trafficking, said:
“Children are entering Poland from Ukraine, but authorities are not registering with whom many of them are staying. In some cases, parents send them to relatives in Poland. In one case, an 11-year-old was travelling with her uncle, but the uncle was stopped at the border, so she travelled alone.”
Karolina Wierzbińska from Homo Faber a human rights organisation in Poland reported to police that a woman was approaching women and children arriving at Lublin’s train station, offering money if they gave her their passports. Staff from Homer Faber also observed men in Lublin aggressively approaching women coming from Ukraine and offering them transport and accommodation.
Amnesty is calling for the introduction of a standardised, institutional registration system of the whereabouts, family composition and destination of those fleeing, and the identities of the people offering them transport or accommodation.
Discrimination in Ukraine
Ukraine’s martial law prohibits men aged between 18 and 60 from leaving the country. People leaving Ukraine are therefore overwhelmingly women and children, as families are being separated.
These limitations have especially problematic effects on disabled men, and men with sole responsibility for their children. Some men with disabilities and in possession of certain documentation have been allowed to leave the country. However, in practice, this isn’t always happening.
Sofia, a hairdresser from Dnipro, said:
“My son lost one arm and his hearing in the previous conflict area. We were in the same car with him and my husband, but Ukrainian border officers only let women through. My son is officially [recognised as] a person with disabilities caused by the war, he officially cannot work, still they didn’t let him through.”
Sofia and two women travelling with her also recounted seeing many other men being stopped by Ukrainian border guards.
“One man was travelling with his two children, maybe about 5- and 1-year old, and was turned down. He looked like he didn’t have a wife, maybe he was a widower. The Ukrainian border guards said they [the border guards] could take the children, but not him.”
Racism in Ukraine and at the border
Amnesty also spoke to 27 non-Ukrainian nationals who fled Ukraine following the Russian invasion, including many international students and people who had been living in Ukraine for up to 20 years. Racialised people, in particular Black people, reported suffering discrimination and violence by Ukrainian forces when trying to leave Ukraine.
Many reported discriminatory treatment both when trying to board trains or buses and near border check points, while some detailed physical and verbal aggressions by Ukrainian forces and volunteers.
People from Africa, the Middle East and South Asia recounted how Ukrainian forces and staff repeatedly prevented them from boarding trains towards Poland in Lviv train station. They were told that there was a need to give priority to women and children, but African and South Asian women were reportedly also not allowed to board trains in some instances.
Bilal, a 24-year-old student from Pakistan, said: “Some face racism, some don’t, it’s based on colour of skin and gender. My friend who is black faced racism… There is a line, if you are Ukrainian, it’s easy to get across, if not, it takes a long time. The border guards used a stick on my friend, he was hurt.”
While Poland and other European countries have opened their borders to people from Ukraine, Poland has a dismal record in its treatment of people coming from other conflict areas, focusing on policies and infrastructure to deter and contain people at borders.
Foreigners have already been subjected to hatred and violence, as vividly demonstrated by an attack reported in Przemysl on 1 March, when a group of nationalist men assaulted three Indian students who had just arrived from Ukraine, in what appears to be a hatred-motivated attack.
UK government’s response to refugees
The desperate plight of people from Ukraine highlights the inadequacy and injustice of the UK’s asylum and immigration system, which is slow to respond to the current crisis. With the Nationality and Borders Bill back in the Commons today, Amnesty is calling for MPs to accept amendments made by peers to moderate the Bill because it will have a significant impact on people fleeing persecution and survivors of human trafficking.
Despite over 3.5 million refugees fleeing danger, violence and war in Ukraine, the UK government is not doing enough to step up efforts. Even more concerning is that if the Bill passes, many people seeking asylum will be criminalised.
Steve Valdez-Symonds, Amnesty International UK’s Refugee and Migrant Rights Director, said:
“Similar to what we’ve seen in Poland, the authorities in the UK lack the commitment and welcome shown by so many members of the public towards refugees.
“With the Nationality and Borders Bill back in the Commons today, we are concerned about ministers’ refusal to recognise the terrible damage and cost the Bill is set to do – particularly as it affects refugees and victims of modern slavery.
“We urge MPs to accept the amendments made by peers to moderate the dreadful impact the Bill will have on people fleeing persecution and survivors of human trafficking.
“If ministers ultimately overturn these defeats, no one could possibly regard the UK as anything, but a State deeply and intentionally committed to undermining international law and harming people most in need of protection.”
Anonymity
Names have been changed to protect the anonymity of the people seeking asylum interviewed by Amnesty.
END OF THE ARTICLE
ONE WORLD
ZWARTE VLUCHTELINGEN IN OEKRAINE: ”MENSEN SCHELDEN ONS UIT”
Mensen van kleur die de oorlog in Oekraïne proberen te ontvluchten, krijgen te maken met racisme van zowel burgers als grenswachten. ‘We snappen dat de Oekraïners in paniek zijn, maar wij zijn ook mensen.’
We moesten duwen en trekken om eindelijk een trein naar Lviv in te komen.” De Zuid-Afrikaanse Amahle*, een kleine vrouw met krullend haar van begin twintig, staat met een vriend en een vriendin op het station van de Oekraïense stad Lviv, in het westen van het land op zo’n 80 kilometer van de Poolse grens. Ze hopen op een trein die hen het land uit kan brengen. Ze hebben al een reis van bijna 1000 kilometer achter de rug vanuit de oostelijke stad Dnipro. “Die reis duurde 17 uur”, vertelt Amahle. En behalve lang was de reis ook onprettig, vult een vriendin aan: “Mensen schreeuwden naar ons en scholden ons uit.”
Op sociale media circuleerden de afgelopen dagen berichten van zwarte mensen in Oekraïne die het land proberen te ontvluchten en daarbij te maken krijgen met racisme. De Brits-Zimbabwaanse arts in opleiding Korrine Sky deed op Twitter bijvoorbeeld uitvoerig verslag van haar vlucht naar Roemenië, waar zij inmiddels is aangekomen. Onderweg werd Sky onder meer met een vuurwapen bedreigd en door Oekraïense militairen weggestuurd bij een grenspost. Ook de Sierra Leoonse Rabi hield haar volgers op de hoogte van haar vlucht. Zij kwam maandagochtend met tien vrienden uit Sierra Leone aan in Polen.
VECHTEN VOOR EEN PLEK OP DE TREIN
Het station van Lviv slaapt niet om 5 uur ’s ochtends op maandag 28 februari – vier dagen na het begin van de Russische invasie. De stationshal zit vol mensen die hopen op een plek op een trein naar Hongarije of Polen. Tussen de vluchtelingen zijn ook Afrikanen. Al zijn het er niet veel. “Weet je hoe dat komt?” vraagt een jonge zwarte man met een baardje. “Omdat het voor Afrikanen uiterst moeilijk is om hier te komen. Je moet vechten voor een plek op de treinen.” De jongen stelt zich voor als Albert* uit Kameroen.
Albert doelt op de treinen waarmee mensen het wapengekletter in het oosten van Oekraïne proberen te ontvluchten. Zij trekken naar de westelijke grenzen, met Moldavië en de EU. Vrouwen en kinderen krijgen voorrang. Oekraïense mannen tussen de 18 en 60 mogen het land officieel überhaupt niet verlaten, omdat de staat van beleg is uitgeroepen. Dat moeders voorrang krijgen zegt Albert helemaal te begrijpen. “Maar die regel lijkt niet voor Afrikaanse moeders te gelden.
POOLS MIGRATIEBELEID: ‘GEBASEERD OP XENOFOBIE’
Amahle, die in het vijfde jaar van haar studie geneeskunde zit aan de universiteit in Dnipro, snapt dat de Oekraïners in paniek zijn. “Maar wij zijn ook mensen. We wonen hier al vijf jaar. Ze moeten toch ook rekening met ons houden?” Toch vindt Amahle de discriminatie die zij en haar studiegenoten ervaren niet het grootste probleem op het moment. “De wereld moet troepen sturen. Humanitaire hulp is niet voldoende. Ik neem het de Oekraïners niet kwalijk dat ze ons zo behandelen; ik heb medelijden met ze.”
Ook als het ze lukt de Poolse grens te bereiken, ervaren zwarte vluchtelingen discriminatie van grenswachters aldaar, zegt Marysia Zlonkiewicz. Zij is woordvoerder van het collectief van Poolse ngo’s Grupa Granica. “Poolse grenswachters houden niet-Europeanen regelmatig tegen. Pas als Poolse vrijwilligers hen daarop aanspreken, laten ze mensen binnen.” Een zo’n vrijwilliger laat een bericht op haar telefoon zien van een man uit Nigeria, die uren vast had gezeten aan de Oekraïense zijde van de grens. De man schrijft: ‘Mijn vrouw is Oekraïens, ze hebben haar snel laten gaan. Maar ik bracht de hele nacht door opgesloten in een kantoor, samen met andere Afrikanen. We mochten pas in de ochtend naar buiten.’
Volgens Zlonkiewicz ligt het maar net aan de grenswachter die je voor je hebt of je als zwarte vluchteling goed wordt behandeld. Aanhoudingen zoals die van de Nigeriaanse man zijn geen onderdeel van het beleid, maar vinden wel plaats. De willekeur waarmee dat gebeurt ziet ook Witold Klaus, hoogleraar aan het Instituut voor Rechtenstudies aan de Poolse Academie van Wetenschapper, die ook onderzoeker is in het Centrum voor Migratieonderzoek aan de Universiteit van Warschau. “Het migratiebeleid van de (conservatief-rechtse, red.) Poolse regering is gebaseerd op xenofobie en afkeer tegenover mensen van kleur”, zegt Klaus.
Maar Klaus ziet ook een positieve ontwikkeling: “Er is een verschuiving in de houding van politici. De retorica is veranderd. Eerst sprak de Poolse regering van ‘vluchtende Oekraïners’. Nu hebben ze het over ‘mensen die Oekraïne ontvluchten’.” Het leek een kwestie van tijd voor de politici begrepen dat er ook mensen zonder Oekraïens paspoort probeerden het land te ontvluchten.
Klaus merkt wel dat niet alle Polen meegaan in die beweging. Sommigen blijven met argwaan kijken naar niet-Oekraïense vluchtelingen uit Oekraïne. “Op het busstation in Warschau zien we al dat bepaalde vrijwilligers weigeren zwarte mensen te vervoeren. Ze maken onderscheid tussen ‘echte’ en ‘neppe’ vluchtelingen. Zelfs ambtenaren zie ik dat doen. Dat is gevaarlijk, zo’n onderscheid nestelt zich in de publieke opinie. En dan gaan mensen zelf bepalen wie recht heeft op humanitaire hulp en asiel, en wie niet.”
NIET DE EERSTE POGING
De Kameroense Albert zorgt dat hij samen met drie vrienden – allen twintigers – dicht bij de ingang naar het perron blijft. Twee van hen zijn aan de telefoon, de ander zit op een koffer. Ze zullen vandaag niet voor het eerst een poging ondernemen Oekraïne uit te komen. Een paar dagen eerder waren ze al aan de grens met Polen. Ze probeerden die te voet over te steken, omdat de auto’s vastzitten in kilometerslange files. Maar zonder succes. Nu proberen ze met de trein te vluchten.
Albert begint net te vertellen dat veel van zijn kennissen uit Senegal, Nigeria en Kameroen in dezelfde penarie zitten. Maar dan zegt een van de vrienden die aan de telefoon hing iets en rennen de vrienden met hun rugzakken en koffers weg, het perron op.
Studenten van kleur zeggen dat het voor hen heel moeilijk is om Oekraïne te verlaten. Onder de hashtag #AfricansinUkraine delen ze hun verhalen. Bijvoorbeeld hoe ze vaak worden geweigerd in treinen en bussen, en hoe lastig het kan zijn om de grens over te komen.
Patricia Daley is een Keniaans-Britse advocaat en activist die de studenten probeert te helpen. Ze spreekt van een patroon van discriminatie. Haar team heeft contact met duizenden studenten op de vlucht. “Ik kwam er snel achter dat veel buitenlandse studenten het erg moeilijk hebben. Niet alleen Afrikanen maar alle mensen van kleur, ook uit bijvoorbeeld India, hebben veel problemen om weg te komen en krijgen niet dezelfde toegang tot transport of accommodatie.”
Bij de grens wordt er volgens haar met twee maten gemeten. “Er is sprake van segregatie: alle mensen van kleur moeten in aparte rijen. En ook als ze hun paspoorten en studentenvisa op orde hebben, wordt het ze heel moeilijk gemaakt, vooral aan de Poolse grens.” Ook de Nigeriaanse president Buhari uitte gisteren daarover zijn ongenoegen.
De NOS sprak met Afrikaanse studenten die uit Oekraïne zijn gevlucht.
Emmanuel Wills (27), internetondernemer
De Ghanees Wills is gisteren in Boedapest aangekomen met zijn twee zussen (studenten geneeskunde) en broer (student bouwkunde). Emmanuel, zelf al afgestudeerd, heeft een website voor studenten die ook in Oekraïne willen studeren.
“De ergste plek op aarde”, noemt Emmanuel het treinstation in Charkov. “Op het station liep gewapende politie rond die Oekraïners naar vertrekkende treinen begeleidden. Niemand gaf ons informatie, dat was heel bewust. Buitenlanders werden overgeslagen.”
“Op het perron werden we weggeduwd. Ze sloegen andere buitenlanders met de achterkant van hun wapen en gebruikten tasers. Ik bleef maar herhalen ‘we willen geen problemen’.”
’s Nachts lukt het Emmanuel en zijn familie alsnog om Lviv te bereiken. Daar moesten ze overstappen. “Militairen en politie zeiden dat vrouwen en kinderen voorrang hadden, maar toen ik probeerde mijn zussen aan boord te krijgen duwden ze ons weg. Het ging om Oekraïense vrouwen en kinderen. Pas als er op het laatst een plek over was, namen ze zwarte vrouwen mee. We hebben 24 uur gewacht in de kou.”
Het laatste obstakel was de grens met Hongarije, aan de Oekraïense kant. “We hadden allemaal geldige documenten bij ons maar het was niet makkelijk. Voor buitenlanders waren er aparte rijen. We zijn nu veilig, maar alles waar we zo hard voor hebben gewerkt zijn we kwijt.”
Cynthia Iwueke (22), student bedrijfskunde
Iwueke studeerde in Charkov. Ook zij ging naar Boedapest, waarvandaan ze terugvliegt naar Nigeria. Het is dat Cynthia deze zomer zou afstuderen, anders was ze al eerder vertrokken. Ze moest dringen voor een plekje in de trein naar Kiev. “Het was survival of the fittest“, schrijft ze via WhatsApp.
Een treinconducteur hield haar tegen: “Ze wilde me niet binnenlaten. Oekraïners moesten voor. Ze duwde en schopte me.” Een Oekraïense man schoot Cynthia te hulp en zorgde dat ze op de trein kwam. “Ik heb nog altijd pijn op de borst.”
En toen moest de reis nog beginnen. “Het was de langste reis van mijn leven.” In Kiev gingen de lichten in de coupé uit en draaiden passagiers de raampjes open. De schoten waren hoorbaar. “Het was heel eng. Dit wens ik zelfs mijn vijanden niet toe.”
Een overstap naar de stad Oezjhorod bracht Cynthia dicht bij de grens. Daar heeft ze tot haar opluchting weinig problemen ondervonden: “De Hongaren zijn aardig.”
Siméon Vagne (30), student Landbouweconomie
Vagne komt uit Ivoorkust en studeerde Landbouweconomie in Charkov. Hij is met een bus onderweg naar de Ivoriaanse ambassade in Berlijn. Siméon mocht de grens met Polen oversteken. Toch is hij verdrietig: zijn vrienden liet hij achter in Oekraïne. Vanwege het haastige vertrek hadden ze geen papieren bij zich.
Vier dagen eerder begon zijn reis vanuit Charkov. Een lange treinreis, busrit en tientallen kilometers te voet brachten de vriendengroep naar het westen van het land. Maar nog voor ze de grenspost bij Polen bereikten, zagen ze op hun weg Afrikaanse mensen die rechtsomkeert hadden gemaakt. “Ze waren helemaal ontmoedigd, ze vertelden ons dat zwarte mensen niet werden doorgelaten.”
Bij de grens was het chaotisch, zegt Siméon. “Daar begon de ellende. We werden van de ene naar de andere rij gestuurd. We hebben acht uur gewacht – het was echt heel koud.”
Nigeria and South Africa have expressed alarm at reports that their nationals are being stopped from leaving war-torn Ukraine. At Lviv train station, in western Ukraine, FRANCE 24 met several African students who say they were pushed back at the Medyka border crossing with Poland.
African governments on Monday were scrambling to help their nationals escape the Russian invasion in Ukraine as reports emerged of racist and unfair treatment of their citizens at the border with Poland.
The reports, denied by both Polish and Ukrainian officials, have cast a pall on the massive evacuation effort that has already seen half a million civilians cross into the European Union.
While some Africans have been able to leave Ukraine, FRANCE 24 spoke to several students on Sunday at Lviv train station in western Ukraine who said they were turned back by Ukrainian border guards while attempting to cross into Poland
They stopped us at the border and told us that Blacks were not allowed. But we could see White people going through,” said Moustapha Bagui Sylla, a student from Guinea. He said he fled his university residence in Kharkiv, Ukraine’s second-largest city, as soon as the bombing began.
Like thousands of Ukrainian civilians scrambling for the border, the young Guinean said he walked for hours in freezing temperatures heading for the Polish frontier village of Medyka – only to be ordered to turn back.
Another student from Nigeria described similar scenes at the border crossing. He said his group, which included women, was shut out of the border post even as White people were let through.
“They won’t let Africans in. Blacks without European passports cannot cross the border (…). They’re pushing us back just because we’re Black!” said the Nigerian student, who gave only his first name, Michael. “We’re all human,” he added. “They should not discriminate against us because of the colour of our skin.”
According to Bagui Sylla, the Ukrainian border guards said they were merely following instructions from their Polish counterparts – a claim denied by officials in Warsaw.
Anna Michalska, a spokesperson for the Polish border guards, said she had spent “the past two days denying such allegations”.
“I don’t know what is happening on the Ukrainian side of the border, but we let everyone in regardless of nationality,” she told FRANCE 24.
In a later communiqué, Polish officials confirmed that no visas were required to cross the border and that identity cards and passports would be accepted, even when expired.
A spokesperson for the Ukrainian border guards also denied reports of discriminatory practices. He stressed that only Ukrainian men aged between 18 and 60 – who are required to join the war effort – were barred from leaving the country.
Regarding the numerous complaints by Africans who said they were pushed back, Andriy Demchenko said “perhaps they attempted to jump the queue”.
Civilians fleeing the war face increasingly dire conditions at the Medyka border crossing, as FRANCE 24 has previously documented. According to a report by the European Commission, the crossing can now take up to 70 hours.
For African students lured to Ukraine by the prospect of jobs and university degrees, being treated like economic migrants – rather than refugees displaced by war – is a devastating blow.
Nigeria’s government has advised its citizens leaving Ukraine to head for Hungary or Romania, instead of Poland. That is precisely what the students stranded at Lviv station said they planned to do.
Since the publication of this article, the Polish embassy in Paris contacted FRANCE 24 to deny the reports.
The embassy wished to “reiterate and emphasise that Poland accepts all refugees at the Ukrainian border, regardless of their nationality”. According to the head of the embassy’s communication and public diplomacy service, 1.2 million people representing more than 150 nationalities have crossed the Polish border seeking refuge since the start of the Russian invasion.
Indian students stranded in Ukraine’s big cities and at the border are frantically sending messages asking their government to evacuate them.
“We are hoping the Indian government will do something for students like us who are stuck in Kyiv and Kharkiv, either by arranging flights or by the embassy helping us get to the border,” one student told BBC Punjabi.
India has evacuated hundreds of students since Russia invaded Ukraine last week. Students who crossed the border into Romania and Hungary have left on special evacuation flights arranged by the Indian government.
India’s air force is likely to deploy its C-17 Globemaster aircraft from Tuesday to bring back stranded students and citizens, sources told the BBC.
This comes as the Indian embassy in Ukraine advised Indian nationals and students to leave Kyiv “urgently today preferably by available trains or through any means available.”
Some students have praised the government’s efforts, saying embassy officials provided them with food and water when they were finally able to make it to evacuation points. But others say the government needs to do more to help them leave Ukraine, and to prevent the harassment they say they are facing at border checkpoints.
Some students have alleged that they were harassed at the border with Poland by Ukrainian guards. They say the guards beat them with rods and even pulled the hair of female students and stopped them from crossing over.
A video circulating on social media shows a guard kicking a man’s suitcase, although it is unclear if the man was of Indian origin.
A large number of students from India go to eastern Europe, including Ukraine, to study medicine.
Yashavi, a student of Vinnitsa National Medical University, told BBC Hindi she made it to the Romania-Ukraine border to be evacuated according to the Indian embassy’s instructions. However, once at the border, she found she was among thousands who were stranded.
“We are not getting any help or information. I don’t know why our government isn’t doing anything. When will we be able to leave? The temperature is so low, we’re freezing here.”
Yashavi said they could hear occasional gunfire.
Reeti, a student from India’s northern state of Uttar Pradesh, is sheltering at a hostel at the Kyiv Medical University with hundreds of others. They were running short on food and water and have sporadic electricity even as temperatures dropped below zero, she told BBC Punjabi.
“We don’t know how long we’ll be here or what the Indian embassy is or is not doing. The students at cities near the border are able to go but we are in the middle of Kyiv. The embassy is not picking up calls. They say they are making efforts but what these efforts are we don’t know,” Reeti said.
“Even if we try to leave for the border it will take us at least one day to get there. But it’s so dangerous at night, you don’t even know if you’ll make it out alive,” she added.
Shivani from Haryana state, who is also sheltering at the same hostel, said they could hear the fighting just a few kilometres away.
According to Shivani, there are approximately 350-400 students at the hostel, most of them Indian.
“We go into the bunker in the evening and come out of it early in the next morning. The warden and guards who were at the hostel have run away. It’s only students here,” she said. “It’s frightening to hear the sound of shelling and blasts.”
The students say they have been sending messages to the Indian embassy, the Indian government and their state governments but no help has reached them yet.
“We’ve been asked to get to the border on our own but how can we do that if the embassy doesn’t help?” Shivani asked.
About 3,000 Indian students are believed to be in Kharkiv in eastern Ukraine, one of the major cities where Russian troops have clashed with Ukrainian forces.
A video shared with BBC Marathi by a student in Kharkiv shows tanks on a road outside her window.
Another student, who is sheltering in a bunker in the city, told BBC Hindi they were running out of food and struggling to keep warm but trying to keep each other’s morale high with music.
Zwarte mensen die proberen het oorlogsgeweld in Oekraïne te ontvluchten, krijgen te maken met racisme waardoor ze niet of nauwelijks het land kunnen verlaten. Dat blijkt uit een stroom berichten op sociale media. Onder meer de president van Nigeria en de minister van Buitenlandse Zaken van Jamaica hebben hun zorgen geuit.
Ongeveer 20 procent van alle buitenlandse studenten in Oekraïne komt uit een Afrikaans land. Uit de berichten die op Twitter onder de hashtags #AfricansinUkraineen #BlacksinUkraine worden gedeeld, valt op te maken dat witte mensen voorrang krijgen op de vluchtwegen. Zo worden er videobeelden gedeeld waarop te zien is dat zwarte mensen de toegang tot een trein wordt ontzegd, terwijl een witte vrouw wel aan boord mag. Ook circuleren er video’s waarop zwarte mensen over het spoor lopen omdat ze de trein niet in zouden mogen, en zwarte studenten die aan de grens onder schot gehouden worden door militairen. Verschillende mensen vertellen ook dat ze uit bussen richting de grens met Polen zijn gehaald.
Hoewel de authenticiteit van de video’s vooralsnog niet vastgesteld is, evenals waar ze zijn opgenomen, hebben meerdere politici hun afkeuring kenbaar gemaakt. Zo heeft de Nigeriaanse president Muhammadu Buhari opgeroepen volgens het VN-vluchtelingenverdrag ‘iedereen met waardigheid en zonder voorrang’ te behandelen: ‘De kleur van hun paspoort of van hun huid mag geen verschil maken. Volgens de BBC zijn er nog zo’n vierduizend Nigerianen gestrand in Oekraïne. Veel Afrikanen zouden vanwege het racisme aan de Poolse grens nu proberen de grens met Hongarije of met Roemenië over te steken, anderen zijn gedwongen achter te blijven in Oekraïne.
Ook de Jamaicaanse minister van Buitenlandse Zaken Kamina Smith maakt zich zorgen om 24 Jamaicanen die in Lviv de bus naar Polen niet in mochten en gedwongen werden te lopen.
In Nederland heeft BIJ1-partijleider Sylvana Simons zich uitgesproken tegen het racisme richting en aan de Poolse grens. Op Twitter schreef zij:
“De afgelopen dagen werd m’n hart verwarmd door de goed georganiseerde hartelijkheid waarmee Polen vluchtelingen verwelkomde. Nu komt de harde werkelijkheid weer binnen: zwarte levens tellen niet mee. The bottom line is always racism.”
Behalve zwarte mensen, zouden ook mensen met een Aziatisch of Midden-Oosters uiterlijk te maken krijgen met racisme bij het ontvluchten van Oekraïne, zo blijkt uit ooggetuigenverslagen. Daarnaast heeft de Oekraïense Nationale Garde beelden gedeeld van het rechtsradicale Azovbataljon dat in de strijd met militairen uit het islamitische Tsjetsjenië, hun kogels eerst insmeren met varkensvet. Azov is een extreemrechtse vrijwilligersmilitie die een neonazi- en witte supremacistische ideologie aanhangen. Ze vochten voor het eerst samen met het Oekraïense leger in het oosten van het land in 2014 tegen pro-Russische separatisten en maken sindsdien deel uit van de reguliere strijdkrachten.
Non-white refugees face violence and racist abuse in Przemyśl, as police warn of fake reports of ‘migrants committing crimes’
Police in Poland have warned that fake reports of violent crimes being committed by people fleeing Ukraine are circulating on social media after Polish nationalists attacked and abused groups of African, south Asian and Middle Eastern people who had crossed the border last night.
Attackers dressed in black sought out groups of non-white refugees, mainly students who had just arrived in Poland at Przemyśl train station from cities in Ukraine after the Russian invasion. According to the police, three Indians were beaten up by a group of five men, leaving one of them hospitalised.
“Around 7pm, these men started to shout and yell against groups of African and Middle Eastern refugees who were outside the train station,” two Polish journalists from the press agency OKO, who first reported the incident, told the Guardian. “They yelled at them: ‘Go back to the train station! Go back to your country.’”
Police intervened and riot officers were deployed after groups of men arrived chanting “Przemyśl always Polish”.
“I was with my friends, buying something to eat outside,” said Sara, 22, from Egypt, a student in Ukraine. “These men came and started to harass a group of men from Nigeria. They wouldn’t let an African boy go inside a place to eat some food. Then they came towards us and yelled: ‘Go back to your country.’”
Following the incident, police in Poland warned that groups linked to the far right are already spreading false information about alleged crimes committed by people from Africa and the Middle East fleeing war in Ukraine.
Przemyśl police said on Twitter: “In the media, there is false information that serious crimes have occurred in Przemyśl and the border: burglaries, assaults and rape. It’s not true. The police did not record an increased number of crimes in connection with the situation at the border. #StopFakeNews.”
According to the news website Notes From Poland, one Facebook group, named Przemyśl Always Polish (Przemyśl Zawsze Polski), has been spreading false claims that “economic migrants from the Middle East” were committing crimes, “including a knife attack on a young woman and numerous thefts from shops”.
The attacks on people fleeing the war come amid efforts by some African governments to evacuate their citizens who have passed into countries bordering Ukraine after reports of racist abuse and discrimination.
On Wednesday, Nigeria’s foreign ministry said it planned to start airlifting more than 1,000 Nigerians stranded in countries neighbouring Ukraine.
Many of the foreign nationals fleeing the Russian attacks are students. About 16,000 African students were studying in the country before the invasion, Ukraine’s ambassador to South Africa said this week.
Reports and footage on social media in the past week have shown acts of discrimination and violence against African, south Asian and Caribbean citizens while fleeing Ukrainian cities and at some of the country’s border posts.
After eventually crossing the border, she boarded a free bus, organised by an NGO, to a hotel near Warsaw that was offering free board to Ukrainian refugees. But the hotel refused to take her and her Kenyan friends in, even after she offered to pay for a room.
However, other foreign nationals interviewed by the Guardian said that they had been treated well by the Polish authorities, with many of the reports of racial abuse occurring on the Ukrainian side of the border.
The Nigerian president, Muhammadu Buhari, said on Monday: “All who flee a conflict situation have the same right to safe passage under the UN convention and the colour of their passport or their skin should make no difference,” citing reports that Ukrainian police had obstructed Nigerians.
“From video evidence, first-hand reports, and from those in contact with … Nigerian consular officials, there have been unfortunate reports of Ukrainian police and security personnel refusing to allow Nigerians to board buses and trains heading towards Ukraine-Poland border,” he said.
On Tuesday, Ukraine’s foreign minister, Dmytro Kuleba, acknowledging the allegations, said: “Ukraine’s government spares no effort to solve the problem.”
“Africans seeking evacuation are our friends and need to have equal opportunities to return to their home countries safely,” he said in a statement on Twitter.
Ghana, South Africa and Ivory Coast are also among a growing number of African countries seeking to evacuate their citizens in response to reports of discrimination and violence that have sparked widespread outrage.
In Nigeria, Gabriel Aduda, permanent secretary for the ministry of foreign affairs, said three jets chartered from local carriers would leave the country on Wednesday, with the capacity to bring back nearly 1,300 people from Poland, Romania and Hungary.
Rights groups have welcomed the efforts by Poland to help, but some drew comparisons with the treatment of other refugees from Syria, Afghanistan and Kurdish Iraqis in the country, where the populist rightwing government has often played on anti-refugee sentiment.
Last year, after the Belarusian president, Alexander Lukashenko, organised the movement of refugees with the promise of a safe passage to Europe, thousands of people from the Middle East were caught by Polish border guards in the forests near the border and illegally and violently pushed back to Belarus.
EINDE ARTIKEL THE GUARDIAN
AMNESTY INTERNATIONAL
POLAND: REFUGEES FACE CHAOS, RACISM AND
RISK OF TRAFFICKING AFTER FLEEING UKRAINE -NEW RESEARCH
Recent mission to border found evidence of chaotic and racist response to people fleeing Ukraine
‘Racism, hate speech and attacks must not be tolerated and perpetrators must he held accountable’ – Nils Muižnieks
UK government must step-up response to support refugees as the Nationality and Borders Bill back in Commons today
‘We urge MPs to accept amendments made by peers to moderate the dreadful impact the Bill will have on people’ – Steve Valdez-Symonds
The Polish authorities must address the chaotic and dangerous situation in Poland to ensure those fleeing the conflict in Ukraine do not face further suffering, Amnesty International said today after a 10-day visit at the border of Poland.
The number of people fleeing within Europe is unprecedented since World War Two, with Poland receiving the majority of those escaping Ukraine and the primary responsibility for assisting them largely falling on ordinary citizens, non-governmental organisations and municipalities, resulting in enormous challenges.
The mission also noted the Polish Government’s much more open approach to people fleeing Ukraine, in stark contrast to the push back and lock up policies they have been applying to people fleeing other conflicts entering Poland through Belarus. The life-saving assistance that NGOs and volunteers are now providing to people fleeing Ukraine was previously obstructed and criminalised on the border with Belarus.
Nils Muižnieks, Amnesty International’s Europe Director, said:
“Solidarity shown by volunteers in Poland has been remarkable, but without central authorities taking responsibility and concerted action, people in need of protection and assistance risk falling through the cracks.
“People fleeing Ukraine are anxious to get reliable information about shelter, transportation and their legal status, but without coordination, people risk being deprived of such essentials, and being harassed or preyed upon by criminals.
“Many non-Ukrainian people, including those in need of international protection, are unsure of their status in Poland. Everyone fleeing the conflict must be treated with humanity and offered opportunities to carry on with their lives, regardless of their passport.
“The Polish authorities must ensure that all people who have fled Ukraine are treated with the same level of respect to protect their human rights and dignity. Racism, hate speech and attacks must not be tolerated and perpetrators must he held accountable. The government must now step up to meet these challenges and keep people safe.”
Volunteers taking the lead to support refugees, but critical gaps remain
Thousands of volunteers have provided assistance to people at the Polish borders with Ukraine, and in train stations. This has included food, housing, interpretation, and offering free transport across Europe.
Volunteers were far more visible and active than government authorities in all the places Amnesty visited, including the reception points in the immediate proximity of Medyka, the main border crossing point used by people fleeing Ukraine, and Korczowa (Hala Kijowska), and in reception centres and train stations in Przemysl and Warsaw.
However, it is not sustainable to rely on volunteers in the long term and the central government must act quickly to provide proper registration, longer-term accommodation, psycho-social support, transport and other assistance.
Despite the commendable efforts of volunteers, critical gaps remain, including the provision of information on people’s legal status. The lack of such information creates significant anxiety, particularly among non-Ukrainian nationals, and the government should provide information to all people fleeing Ukraine regarding their legal status in Poland or possibilities to move regularly to other EU countries.
People at risk of predatory crimes and violence
People fleeing Ukraine are at risk of violence and trafficking. Amnesty visited several temporary reception facilities, including in Przemysl (“Tesco centre”) and Korczowa (Hala Kijowska), close to the borders with Ukraine. These were organised to facilitate further transportation as soon as possible, often relying on private individuals to offer transport or accommodation.
Volunteers have struggled to register new arrivals. Without formal procedures to register and track them, women, men and children who have fled Ukraine – especially those who do not speak Polish or English – are potentially at risk of abuses by people or criminal gangs looking to exploit the chaotic situation.
Amnesty observed first-hand how people arrived in Poland and immediately sought assistance from anyone willing to help. Emerging reports of gender-based violence against women and girls are of particular concern. It has been reported that the Wroclaw police arrested a 49-year-old Polish man who allegedly sexually abused a Ukrainian woman whom he had offered to host in his apartment after she had fled Ukraine.
Polish human rights organisations also said that they are receiving reports of additional cases of sexual violence, which remain confidential. They are concerned that people fleeing Ukraine, including unaccompanied children, may become victims of trafficking.
Irena Dawid-Olczyk, President of La Strada, a local organisation in Poland supporting victims of human trafficking, said:
“Children are entering Poland from Ukraine, but authorities are not registering with whom many of them are staying. In some cases, parents send them to relatives in Poland. In one case, an 11-year-old was travelling with her uncle, but the uncle was stopped at the border, so she travelled alone.”
Karolina Wierzbińska from Homo Faber a human rights organisation in Poland reported to police that a woman was approaching women and children arriving at Lublin’s train station, offering money if they gave her their passports. Staff from Homer Faber also observed men in Lublin aggressively approaching women coming from Ukraine and offering them transport and accommodation.
Amnesty is calling for the introduction of a standardised, institutional registration system of the whereabouts, family composition and destination of those fleeing, and the identities of the people offering them transport or accommodation.
Discrimination in Ukraine
Ukraine’s martial law prohibits men aged between 18 and 60 from leaving the country. People leaving Ukraine are therefore overwhelmingly women and children, as families are being separated.
These limitations have especially problematic effects on disabled men, and men with sole responsibility for their children. Some men with disabilities and in possession of certain documentation have been allowed to leave the country. However, in practice, this isn’t always happening.
Sofia, a hairdresser from Dnipro, said:
“My son lost one arm and his hearing in the previous conflict area. We were in the same car with him and my husband, but Ukrainian border officers only let women through. My son is officially [recognised as] a person with disabilities caused by the war, he officially cannot work, still they didn’t let him through.”
Sofia and two women travelling with her also recounted seeing many other men being stopped by Ukrainian border guards.
“One man was travelling with his two children, maybe about 5- and 1-year old, and was turned down. He looked like he didn’t have a wife, maybe he was a widower. The Ukrainian border guards said they [the border guards] could take the children, but not him.”
Racism in Ukraine and at the border
Amnesty also spoke to 27 non-Ukrainian nationals who fled Ukraine following the Russian invasion, including many international students and people who had been living in Ukraine for up to 20 years. Racialised people, in particular Black people, reported suffering discrimination and violence by Ukrainian forces when trying to leave Ukraine.
Many reported discriminatory treatment both when trying to board trains or buses and near border check points, while some detailed physical and verbal aggressions by Ukrainian forces and volunteers.
People from Africa, the Middle East and South Asia recounted how Ukrainian forces and staff repeatedly prevented them from boarding trains towards Poland in Lviv train station. They were told that there was a need to give priority to women and children, but African and South Asian women were reportedly also not allowed to board trains in some instances.
Bilal, a 24-year-old student from Pakistan, said: “Some face racism, some don’t, it’s based on colour of skin and gender. My friend who is black faced racism… There is a line, if you are Ukrainian, it’s easy to get across, if not, it takes a long time. The border guards used a stick on my friend, he was hurt.”
While Poland and other European countries have opened their borders to people from Ukraine, Poland has a dismal record in its treatment of people coming from other conflict areas, focusing on policies and infrastructure to deter and contain people at borders.
Foreigners have already been subjected to hatred and violence, as vividly demonstrated by an attack reported in Przemysl on 1 March, when a group of nationalist men assaulted three Indian students who had just arrived from Ukraine, in what appears to be a hatred-motivated attack.
UK government’s response to refugees
The desperate plight of people from Ukraine highlights the inadequacy and injustice of the UK’s asylum and immigration system, which is slow to respond to the current crisis. With the Nationality and Borders Bill back in the Commons today, Amnesty is calling for MPs to accept amendments made by peers to moderate the Bill because it will have a significant impact on people fleeing persecution and survivors of human trafficking.
Despite over 3.5 million refugees fleeing danger, violence and war in Ukraine, the UK government is not doing enough to step up efforts. Even more concerning is that if the Bill passes, many people seeking asylum will be criminalised.
Steve Valdez-Symonds, Amnesty International UK’s Refugee and Migrant Rights Director, said:
“Similar to what we’ve seen in Poland, the authorities in the UK lack the commitment and welcome shown by so many members of the public towards refugees.
“With the Nationality and Borders Bill back in the Commons today, we are concerned about ministers’ refusal to recognise the terrible damage and cost the Bill is set to do – particularly as it affects refugees and victims of modern slavery.
“We urge MPs to accept the amendments made by peers to moderate the dreadful impact the Bill will have on people fleeing persecution and survivors of human trafficking.
“If ministers ultimately overturn these defeats, no one could possibly regard the UK as anything, but a State deeply and intentionally committed to undermining international law and harming people most in need of protection.”
Anonymity
Names have been changed to protect the anonymity of the people seeking asylum interviewed by Amnesty.