De inkt van de verkiezingsuitslag was donderdagochtend nog niet droog, of linkse organisaties verdrongen zich om de politieke koerswijziging toe te juichen. Donald Pols en Marjan Minnesma, directeur van respectievelijk de milieuorganisaties Milieudefensie en Urgenda, spraken in de NOS-uitzending de hoop uit dat het volgende kabinet (met het linksige D66 als kartrekker) de aanpak van klimaatverandering weer serieus ter hand zal nemen.
Het Samenwerkingsverband Marokkaanse Nederlanders liet het ANP weten opgelucht te zijn en te hopen op een kabinet ‘dat zich inzet voor kansengelijkheid en inclusie’. Het platform voor vrouwenrechten WO=MEN reageerde eveneens dolenthousiast: ‘Gisteren koos een overweldigende meerderheid voor partijen die staan voor vrouwenrechten en gendergelijkheid, terwijl wereldwijd het aantal autocratische en ultraconservatieve regimes groeit.’
Linkse lente ver weg
Een nuchtere blik op de nieuwe zetelverdeling in de Tweede Kamer maakt echter duidelijk dat een linkse lente verder weg is dan ooit. De onversneden links-progressieve fracties (GroenLinks-PvdA, Volt, Partij voor de Dieren en SP) hebben per saldo acht zetels verloren en houden er slechts 27 over. Het radicaal-rechtse blok (PVV-JA21-FvD) gaat er per saldo een zetel op vooruit en heeft er nu 42.
Dat is niet het hele verhaal. Een aantal partijen dat niet tot de flanken behoort, is de afgelopen maanden merkbaar naar rechts opgeschoven. Zo heeft D66-lijsttrekker Rob Jetten tijdens de campagne een veel rechtser geluid laten horen dan op grond van zijn verkiezingsprogramma te verwachten was.
Op basis van de officiële partijstandpunten positioneert het Kieskompas D66 nog steeds links van het midden, maar wel ter rechterzijde van het eerdergenoemde links-progressieve blok. Maar in zijn campagneoptredens sprak Jetten niet of nauwelijks over klimaatbeleid en inkomensherverdeling.
Rechtse elementen bij D66
Jetten ging de boer op met een verhaal vol rechts-populistische elementen. Hij noemde overlastgevende asielzoekers ‘aso’s’ en pleit nu voor een strenger asielbeleid. Met de uitspraak dat hij ‘geen regenboogzebrapad meer kan zien’ appelleerde hij aan anti-woke sentimenten onder rechtse kiezers. Op partijbijeenkomsten van D66 was de Nederlandse vlag ineens veel prominenter aanwezig dan de Europese.
Terwijl Jetten een paar campagnes geleden in een T-shirt met de tekst ‘klimaatdrammer’ rondliep, presenteerde hij zich nu als ‘Rob de Bouwer’, die zo snel mogelijk tien nieuwe steden uit de grond wil stampen. Een belangrijk instrument daarbij is ‘deregulering’, het schrappen van regels die de woningbouw afremmen. Toeval of niet, maar ook de VVD pleit hartstochtelijk voor deregulering. Dat is vanouds een rechts thema.
Peilingonderzoeker Peter Kanne van Ipsos I&O noemde de rechtsere koers van D66 in juni een riskante strategie. Hij waarschuwde dat de partij hierdoor veel stemmen kon verliezen aan GroenLinks-PvdA.
Die voorspelling is niet uitgekomen. Uit het onderzoek naar kiezersstromen blijkt dat D66 ruim vijf Kamerzetels van GL-PvdA heeft afgesnoept en er maar één aan die partij heeft verloren. Per saldo zijn er dus vier Kamerzetels van GL-PvdA naar D66 overgegaan. Dat is een beweging naar rechts.
Ex-kiezers van (radicaal-)rechts naar D66
D66 wilde met het oog op een maximaal verkiezingsresultaat zowel in de linkse als de rechtse vijver vissen en dat is gelukt. De partij trok dit keer ook veel ex-kiezers van NSC, VVD, BBB en zelfs PVV. Ruim een derde van de D66-kiezers stemde in 2023 op een van deze vier partijen.
Partijleider Jetten verklaarde tijdens de campagne niet voor niets dat hij de tegenstelling links-rechts ‘een achterhaald concept’ vond. Partijoprichter Hans van Mierlo zou waarschijnlijk zijn wenkbrauwen hebben opgetrokken. Van Mierlo citeerde in 2001 instemmend de Franse existentialist Gabriel Marcel: ‘Iemand die zegt niet links of rechts te zijn, is in ieder geval niet links.’
Het verrechtste D66 heeft dus rechtse kiezers weten te trekken, maar dat is niet ten koste gegaan van rechtse partijen. Zo heeft de winst van Forum voor Democratie en JA21 het verlies van de PVV ruimschoots gecompenseerd.
Bovendien zijn de BBB en de VVD nu veel rechtser dan in 2023. De VVD heeft bijvoorbeeld afstand genomen van een aantal klimaatambities. Vooral de BBB is sterk geradicaliseerd en hoort qua standpunten inmiddels eigenlijk bij het radicaal-rechtse blok. Hoewel de partij drie zetels is kwijtgeraakt, zijn de overgebleven vier Kamerleden rechtser dan voorheen.
Nog meer rechts
Tot het (zeer) rechtse contingent in de Tweede Kamer moeten tot slot ook de SGP en nieuwkomer 50Plus gerekend worden. De ouderenpartij heeft vooral ex-kiezers van NSC, PVV en BBB voor zich weten te winnen. De partij van Jan Struijs huldigt dan ook rechtse standpunten als ‘uitfasering van het nationale klimaatbeleid’, het intrekken van de Spreidingswet, ‘een landbouwbeleid dat niet strenger is dan dat van onze buurlanden’, ‘meer blauw op straat’ en het afschaffen van de erf- en schenkbelasting.
VVD-leider Dilan Yesilgöz ontkende tijdens de campagne dat haar partij radicaler is geworden. Ze zei dat dit alleen maar zo lijkt doordat GL-PvdA en het CDA naar links zijn opgeschoven. Het Kieskompas ontkracht die bewering. CDA en GL-PvdA staan op het links-rechtse en progressief-conservatieve spectrum op vrijwel dezelfde plek als vier jaar geleden, terwijl de VVD rechtser en conservatiever is geworden.
EINDE