1. Het onderwijs is een voorwerp van de aanhoudende zorg der regering.
2. Het geven van onderwijs is vrij, behoudens het toezicht van de overheid en, voor wat bij de wet aangewezen vormen van onderwijs betreft, het onderzoek naar de bekwaamheid en de zedelijkheid van hen die onderwijs geven, een en ander bij de wet te regelen.
3. Het openbaar onderwijs wordt, met eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging, bij de wet geregeld.
4. In elke gemeente wordt van overheidswege voldoend openbaar algemeen vormend lager onderwijs gegeven in een genoegzaam aantal openbare scholen. Volgens bij de wet te stellen regels kan afwijking van deze bepaling worden toegelaten, mits tot het ontvangen van zodanig onderwijs gelegenheid wordt gegeven, al dan niet in een openbare school.
5. De eisen van deugdelijkheid, aan het geheel of ten dele uit de openbare kas te bekostigen onderwijs te stellen, worden bij de wet geregeld, met inachtneming, voor zover het bijzonder onderwijs betreft, van de vrijheid van richting.
6. Deze eisen worden voor het algemeen vormend lager onderwijs zodanig geregeld, dat de deugdelijkheid van het geheel uit de openbare kas bekostigd bijzonder onderwijs en van het openbaar onderwijs even afdoende wordt gewaarborgd. Bij die regeling wordt met name de vrijheid van het bijzonder onderwijs betreffende de keuze der leermiddelen en de aanstelling der onderwijzers geëerbiedigd.
7. Het bijzonder algemeen vormend lager onderwijs, dat aan de bij de wet te stellen voorwaarden voldoet, wordt naar dezelfde maatstaf als het openbaar onderwijs uit de openbare kas bekostigd. De wet stelt de voorwaarden vast, waarop voor het bijzonder algemeen vormend middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs bijdragen uit de openbare kas worden verleend.
8. De regering doet jaarlijks van de staat van het onderwijs verslag aan de Staten-Generaal.
6. Toegankelijke publieke voorzieningen; zorg en onderwijs
PAGINA 16
” Het grondrecht van de vrijheid van onderwijs moet worden beschermd. Er mag geen ruimte zijn voor het overdragen van antidemocratische en anti-rechtstatelijke opvattingen door leraren of in lesmateriaal. De Inspectie van het Onderwijs houdt daartoe in het funderend onderwijs en in het mbo-toezicht op de wettelijke burgerschapsopdracht. De burgerschapsopdracht wordt aangescherpt om radicalisering te voorkomen. Bestuurders worden sneller ontslagen als de burgersopdracht niet wordt uitgevoerd. Artikel 23 van de Grondwet blijft ongewijzigd, maar binnen de juridische kaders van artikel 23 worden de mogelijke stappen gezet om onwenselijke en excessieve elementen als
PAGINA 17
antidemocratisch en anti-rechtstatelijk onderwijs verder in te perken. Het toezicht op informeel en formeel onderwijs wordt wettelijk geregeld zodat signalen van haat en geweld gevolgen krijgen.
HOOP, LEF EN TROTS-HOOFDLIJNENAKKOORD 2024-2028 VAN
Artikel 23 van de Grondwet blijft ongewijzigd, maar binnen de juridische kaders van artikel 23 worden de mogelijke stappen gezet om onwenselijke en excessieve elementen als
antidemocratisch en anti-rechtstatelijk onderwijs verder in te perken.”
HOOP, LEF EN TROTS-HOOFDLIJNENAKKOORD 2024-2028 VAN
”Volgens de hoofdredacties dreigt de nieuwsvoorziening “bedoeld of onbedoeld” te worden geraakt door het plan van de formerende partijen om de btw op gedrukte en digitale media te verhogen van 9 naar 21 procent.”
”Volgens de hoofdredacties dreigt de nieuwsvoorziening “bedoeld of onbedoeld” te worden geraakt door het plan van de formerende partijen om de btw op gedrukte en digitale media te verhogen van 9 naar 21 procent.”
De hoofdredacties van zo’n dertig nieuwsmedia roepen op tot behoud van onafhankelijke journalistiek. In een paginagrote advertentie in de dagbladen vragen ze de Tweede Kamer om de plannen van de formerende partijen bij te sturen “nu het nog kan”.
Volgens de hoofdredacties dreigt de nieuwsvoorziening “bedoeld of onbedoeld” te worden geraakt door het plan van de formerende partijen om de btw op gedrukte en digitale media te verhogen van 9 naar 21 procent.
Een btw-verhoging heeft volgens hen grote gevolgen voor lezers. “Mensen met een smalle beurs worden afgesneden van verdiepende journalistiek, met een groeiende nieuwskloof tot gevolg.”
Ook vrezen de hoofdredacties voor een daling van het aantal abonnementen, met “ingrijpende financiële gevolgen voor redacties”. “Zeker kleinere titels en regionale dagbladen zullen geraakt worden”, schrijven ze. “Daarmee komt de pluriforme journalistiek in Nederland in zijn geheel onder druk te staan.”
“Een verdubbeling van de btw op journalistiek naar het hoogste tarief van heel Europa geeft geen pas. Als het belang van de rechtsstaat echt hoog in het vaandel staat: schrap deze maatregel”, schrijven de hoofdredacties.
Ruim dertig kranten en nieuwsmedia doen in een paginagrote advertentie een oproep om de voorgenomen btw-verhoging op kranten te stoppen. In het coalitieakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB staat het plan om de btw op gedrukte en digitale media te verhogen van 9 naar 21 procent.
In de advertentie schrijven de media dat ze vrezen dat mensen met een kleine beurs worden afgesneden van verdiepende journalistiek. “Met een groeiende nieuwskloof tot gevolg.” De btw-verhoging zal een “onvermijdelijke daling” in abonnementen inzetten, schrijven de kranten.
De verwachte daling heeft ook financiële gevolgen voor de redacties. “Zeker kleinere titels en regionale dagbladen zullen geraakt worden”, schrijven de hoofdredacties van ruim 30 titels, waaronder de Volkskrant, NRC, AD, Trouw, De Telegraaf en regionale titels. “Daarmee komt de pluriforme journalistiek in Nederland in zijn geheel onder druk te staan.”
Hoogste heffing
De kranten roepen de Tweede Kamer op om bij te sturen, “nu het nog kan.” Met deze btw-verhoging dreigt Nederland naast Bulgarije het land met hoogste btw-heffing op kranten te worden, schrijven de hoofdredacties. “Een verdubbeling van de btw op journalistiek naar het hoogste tarief van heel Europa geeft geen pas. Als het belang van de rechtsstaat echt hoog in het vaandel staat: schrap deze maatregel.”
De btw-verhoging kwam in de krantenwereld als een totale verrassing, vertelt Corine de Vries, hoofdredacteur van meerdere regionale kranten en voorzitter van het Genootschap van Hoofdredacteuren in het NOS Radio 1 Journaal. “Ik snap het echt niet goed. De coalitiepartijen noemen lezen en schrijven heel belangrijk, maar tegelijkertijd maken ze kranten, tijdschriften en ook boeken duurder.”
De Vries verwacht dat er partijen in de Tweede Kamer zijn die het plan willen intrekken. “Ik hoop dat de coalitiepartijen zich niet zo goed gerealiseerd hebben wat dit heeft betekend en dat ze iets anders vinden om op te bezuinigen.”
Gifpil
De Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) liet zich eerder al kritisch uit over het akkoord. Ze noemde de btw-verhoging een “onverwachte gifpil” die “volstrekt onverantwoord” is. “Juist het stimuleren van journalistiek zou op zijn plaats zijn in een tijd waarin techbedrijven het publiek overstelpen met non-informatie”, zei Thomas Bruning, algemeen-secretaris van de NVJ.
In het coalitieakkoord staat ook dat er bezuinigd gaat worden op de NPO. Van het budget gaat zo’n 100 miljoen euro af.
Een grote groep organisaties uit de cultuur, sport, horeca en media heeft een paginagrote advertentie in de grote kranten geplaatst. Daarin roepen zij lezers op om in actie te komen tegen de btw-verhoging die de formerende partijen willen doorvoeren.
In de oproep staat met grote letters: “Geen hogere btw, je belast er heel Nederland mee.” De organisaties vragen lezers om de advertentie uit te knippen en voor het raam te hangen. Ook kunnen lezers de oproep op sociale media plaatsen.
“De voorgenomen btw-verhoging is een extra belasting op jouw cultuur, sport, horeca en media”, staat in de advertentie. “Het is een extra belasting op je kostbare vrije tijd, op je nieuwsgierigheid, op het toejuichen van je favoriete voetbalteam, op het boek dat je wilt lezen, op je schilderij aan de muur, op je fanfare in de buurt, op een hotelovernachting in het land, op het tijdschrift in de trein, op de kickboksschool in de wijk, en op de krant die je op de hoogte houdt van de wereld om je heen.”
De oproep komt van organisaties uit verschillende sectoren. De actie wordt onder meer gesteund door de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond, Koninklijke Horeca Nederland, de Nederlandse Vereniging voor Journalisten en Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek.
In het hoofdlijnenakkoord van de formerende partijen PVV, VVD, BBB en NSC staat dat het btw-tarief van 9 procent voor overnachtingen en culturele goederen en diensten vanaf 2026 wordt afgeschaft. De btw stijgt dan naar 21 procent. Het lage btw-tarief blijft wel bestaan voor dagrecreatie en bioscopen.
De afgelopen weken hebben organisaties uit verschillende sectoren al petities opgezet tegen de btw-verhoging van het beoogde kabinet. Zo werd een petitie in de boekenbranche meer dan 230.000 keer ondertekend.
”De nieuwe coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB wil de btw op de meeste culturele goederen verhogen. Dit betekent dat de belasting voor bijvoorbeeld boeken en podiumkunsten van 9 naar 21 procent gaat.”
….
….
”De Nederlandse Vereniging voor Journalisten verwacht negatieve gevolgen voor de toegankelijkheid en kwaliteit van de journalistiek, omdat er 100 miljoen op de publieke omroep wordt bezuinigd en ook de btw op kranten en tijdschriften omhooggaat.”
De nieuwe coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB wil de btw op de meeste culturele goederen verhogen. Dit betekent dat de belasting voor bijvoorbeeld boeken en podiumkunsten van 9 naar 21 procent gaat. Ook het eerder verlaagde tarief voor de hotelsector gaat naar 21 procent. Wat zijn daar de gevolgen van?
De betrokken sectoren reageren in ieder geval geschrokken op de plannen. Zo heeft Koninklijke Horeca Nederland het over “een nieuwe klap” voor de horeca, verwijzend naar alle gestegen kosten en de naweeën van corona.
Ook de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals zegt dat de maatregel het verdienvermogen van festivals schaadt. De brancheorganisatie vreest dat “uitgaan straks alleen nog te betalen is voor rijke mensen”. De boekenbranche verwacht een prijsverhoging en een daling van de verkoop, terwijl volgens de CPNB “de leesvaardigheid onder druk staat”. De Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties vindt de maatregel zorgwekkend en stelt dat “sterke podia juist bij uitstek bijdragen aan de door partijen gewenste verbetering van het vestigingsklimaat”.
Waarschuwing bonden
Vakbonden reageren geschrokken op de maatregelen. FNV Media & Cultuur waarschuwt voor banenverlies en een grotere financiële onzekerheid voor werknemers.
De Nederlandse Vereniging voor Journalisten verwacht negatieve gevolgen voor de toegankelijkheid en kwaliteit van de journalistiek, omdat er 100 miljoen op de publieke omroep wordt bezuinigd en ook de btw op kranten en tijdschriften omhooggaat.
Dure kaartje en minder bezoekers
Eerder liet het kabinet de effectiviteit en doelmatigheid van het verlaagde btw-tarief onderzoeken door twee onafhankelijke bureaus. Hieruit bleek dat bij het btw-tarief van 9 procent op bijvoorbeeld cultuur en boeken niet kan worden vastgesteld of het beoogde doel wordt gehaald, zoals het stimuleren van de kenniseconomie, toegang tot informatie en pluriformiteit van media. Het steunen van de toerisme-sector door lage btw op museumkaartjes lukt waarschijnlijk wel, maar de onderzoekers konden dat niet met zekerheid vaststellen.
Maar volgens René Goudriaan, gepensioneerd adviseur op het gebied van economie en cultuur, hoef je geen groot econoom te zijn om te weten dat hogere prijzen leiden tot minder bezoekers voor musea en theaters. Hij verwacht dat de belasting wordt doorberekend in hogere prijzen, met als gevolg minder verkochte kaartjes. “Deze sector heeft geen vlees op de botten, want er is in het verleden al gekort en de instellingen zijn nog aan het herstellen van de lockdowns.”
Als de cultuursector de btw-verhoging doorberekent aan bezoekers of klanten betekent dat een tariefstijging van meer dan 10 procent. In opdracht van Kunsten ’92, branchevereniging voor de cultuur- en creatieve sector, onderzocht Goudriaan wat een dergelijke prijsverhoging voor impact heeft. Afhankelijk van de sector kwam hij uit op tussen de 3 en 10 procent minder verkochte boeken of entreekaarten.
Bioscoop versus museum
Barbara Baarsma, hoogleraar economie aan de Universiteit van Amsterdam en hoofdeconoom bij adviesbureau PWC, vraagt zich af welk doel de nieuwe coalitie wil nastreven. “Zijn het bezuinigingen of is het een herverdelingsargument? Hogere inkomens maken meer gebruik van de culturele sector dan lagere inkomens en die kunnen een duurder toegangskaartje wel betalen”, zegt Baarsma. “Maar dan scheer je alle faciliteiten wel over één kam, onafhankelijk van de doelgroep.”
De belastingverhoging gaat per 2026 in. Dagrecreatie, bioscopen en kampeerterreinen zijn uitgezonderd. Het moet de schatkist ongeveer 2,2 miljard euro opleveren.
Baarsma vraagt zich op of het ontzien van bioscopen vanuit concurrentieoverweging is toegestaan. “Je kunt namelijk beargumenteren dat bioscopen concurreren met musea en poppodia. In dat geval worden niet alle culturele voorzieningen gelijk behandeld, wat wel zou moeten.”
Het huidige lage btw-tarief voor culturele goederen en diensten wordt met ingang van 2026 grotendeels afgeschaft. Het btw-tarief gaat dan van 9% naar 21%. Het huidige lage btw-tarief voor dagrecreatie en bioscopen blijft behouden en is uitgezonderd van de verhoging.
Lastenvermindering voor werkende middeninkomens; tegemoetkomingen voor bedrijven; verlaging belasting op aardgas
De fracties van de partijen PVV, VVD, NSC en BBB hebben op 15 mei een hoofdlijnenakkoord gesloten voor een nieuwe coalitie. In het hoofdlijnenakkoord zijn ook afspraken gemaakt over de financiële gevolgen voor de rijksbegroting. Die afspraken zijn opgenomen in een budgettaire bijlage bij het hoofdlijnenakkoord.
Zowel het hoofdlijnenakkoord als de budgettaire bijdrage laten zien dat de nieuwe coalitie ook plannen heeft op fiscaal gebied. Hieronder geven wij een verzicht van die plannen.
Particulieren
Er komt een lastenverlichting voor werkende middeninkomens. Het doel is meer loon naar werken door een lastenverlichting op arbeid en verlaging van de marginale druk voor burgers. Om dit te bewerkstelligen wordt een derde schijf in de inkomstenbelasting ingevoerd.
Er wordt stapsgewijs gewerkt aan verbeteringen in de sociale zekerheid, fiscale regelingen en de toeslagen, zodat werken meer loont. Wetgeving wordt voorbereid voor een hervorming van het toeslagen- en belastingstelsel.
Het tarief van box 3 van de inkomstenbelasting (inkomen uit sparen en beleggen) wordt per 1 januari 2025 verlaagd.
De fiscale regelingen voor de giftenaftrek worden de komende jaren beperkt. Een eerste stap wordt gezet in 2025. Per 2028 wordt de giftenaftrek in de inkomstenbelasting geüniformeerd waarmee verschillende giften gelijk worden behandeld.
Directeur-grootaandeelhouder
Het tarief van de tweede schijf van box 2 van de inkomstenbelasting (inkomsten uit aanmerkelijk belang) wordt per 1 januari 2025 verlaagd van 33% maar 31%.
Ondernemer
Belastingplichtigen die in de inkomstenbelasting winst uit onderneming aangeven, kunnen gebruik maken van de MKB-winstvrijstelling. De vrijstelling bedraagt 13,31% van de winst van de ondernemer. Aanvankelijk zou de vrijstelling per 1 januari 2025 worden verlaagd tot 12,03%. Dat gaat niet door.
De dividendbelasting kent een inhoudingsvrijstelling voor de inkoop van beursgenoteerde aandelen. Deze vrijstelling zou aanvankelijk per 1 januari 2025 worden afgeschaft. Dat gaat niet door.
De fiscale regelingen voor de giftenaftrek in de vennootschapsbelasting en voor geven uit de vennootschap worden de komende jaren beperkt. Een eerste stap wordt gezet in 2025.
De vennootschapsbelasting kent een generieke renteaftrekbeperking (earningsstrippingmaatregel). Rente is aftrekbaar tot 20% van de winst (of €1 mln indien hoger). De drempel van 20% wordt naar het Europees gemiddelde van 25% gebracht.
Een ruimhartige vrijwillige en langdurige stoppersregeling vindt fiscaal vriendelijk plaats (landbouw).
Nederland moet behoren tot de top 5 van de landen met een goede concurrentiepositie. Bedrijven moeten zich in Nederland willen vestigen en willen blijven. Hierbij wordt samen opgetrokken met ondernemers en werkgevers, met werknemers en hun vakbonden.
•Verbetering van het vestigingsklimaat staat voorop. Hierbij wordt ook gekeken naar fiscale maatregelen. Recente lastenverzwaringen voor ondernemers, verhoging van de energiebelasting en vermogen die zijn aangekondigd sinds Prinsjesdag worden deels teruggedraaid (bijvoorbeeld het tarief van de tweede schijf van box 2 zoals hierboven beschreven).
Werkgevers, werknemers en zzp’ers
Bezien wordt of en zo ja, welke fiscale voordelen onder de extraterritoriale kostenregeling worden versoberd.
Zekerheid op de arbeidsmarkt wordt gestimuleerd, bijvoorbeeld voor echte zelfstandigen (zzp’ers) in het zelfstandigenbeleid en door regulering van de uitzendsector. Daarnaast streven de partijen naar meer vaste contracten voor werknemers.
Wonen en bouwen
Het realiseren van voldoende woningen staat onder druk door de dubbele vergrijzing, gemiddeld kleinere huishoudens, migratie, krapte op de arbeidsmarkt, stijgende bouw- en grondprijzen, renteontwikkelingen, ingewikkelde en lange bouwprocedures, gebrek aan en inefficiënt gebruik van beschikbare ruimte en fiscale regelingen die averechts werken.
Er komen geen wijzigingen van de fiscale positie van de eigen woning. De hypotheekrenteaftrek blijft in stand en het eigenwoningforfait blijft onveranderd. Dit om onzekerheid op de woningmarkt tegen te gaan.
Het bouwen van (private) huurwoningen wordt gestimuleerd door het verminderen van de regeldruk en waar mogelijk de belastingdruk.
De stijging van de gemeentelijke woonlasten (OZB) wordt gemaximeerd via afspraken met gemeenten.
Om de bouw van nieuwe woningen te versnellen willen de partijen meer beschikbare en betaalbare bouwgrond, lagere kosten en meer autonomie voor medeoverheden door een belasting op ongebouwde grond met een woonfunctie. De mogelijkheden voor een gemaximeerde planbatenheffing of vergelijkbaar systeem bij woningbouw worden benut. Met gemeenten wordt afgesproken dat de opbrengsten hiervan volledig ten gunste komen voor bereikbaarheid van de wijk en het bouwen van betaalbare huur- en koopwoningen.
Om de bouw van nieuwe woningen te versnellen willen de partijen fiscale prikkels wegnemen.
Auto
Verduurzaming van het wagenpark blijft gestimuleerd worden. De elektrische rijder gaat eerlijk bijdragen om de opbrengsten op de lange termijn houdbaar te houden.
De aanschaf van elektrische voertuigen blijft ondersteund worden, waarbij ook oog gehouden wordt voor de ‘fossiele rijders’ en een eerlijke verdeling van de kosten tussen beide groepen. De subsidies stoppen allemaal per 2025, de MRB gewichtscorrectie blijft bestaan.
Energie en milieu
Het tarief in de eerste en tweede schijf van de energiebelasting op aardgas (tot 170.000 m3) wordt in 2025 verlaagd met 2,8 cent per m3, oplopend naar 4,8 cent per m3 in 2030 (prijspeil 2024). Dit levert voor een huishouden met een gemiddeld verbruik een financieel voordeel op van circa € 29 per jaar in 2025 oplopend naar circa € 50 per jaar in 2030.
Het tarief van de derde, vierde en vijfde schijf van de energiebelasting op aardgas zou per 1 januari 2025 worden verhoogd met 22,4% en per 1 januari 2030 met 2,7%. Dat gaat niet door.
Met ingang van 2028 wordt een circulaire plastic heffing ingevoerd.
Er wordt een gedifferentieerde vliegbelasting naar afstand ingevoerd. Vluchten over lange afstanden worden meer belast omdat deze meer uitstoot hebben.
De aangekondigde verhoogde CO2-heffing wordt teruggedraaid.
De financiële middelen voor klimaat worden voor een deel gebruikt om mensen met een laag of middeninkomen en ondernemers te helpen in de energietransitie.
De salderingsregeling voor kleinverbruikers wordt met ingang van 1 januari 2027 beëindigd.
Btw, accijnzen en kansspelbelasting
De rode diesel (lager accijnstarief) komt terug voor boeren, tuinders en loonwerkers.
De huidige accijnsverlaging op brandstoffen wordt met een jaar verlengd tot en met 2025.
Het huidige lage btw-tarief voor culturele goederen en diensten wordt met ingang van 2026 grotendeels afgeschaft. Het btw-tarief gaat dan van 9% naar 21%. Het huidige lage btw-tarief voor dagrecreatie en bioscopen blijft behouden en is uitgezonderd van de verhoging.
Het verlaagde btw-tarief op logies wordt met ingang van 2026 grotendeels afgeschaft. Het btw-tarief voor logies gaat dan van 9% naar 21%. Het huidige lage btw-tarief voor kampeerterreinen blijft behouden en is uitgezonderd van de verhoging.
Het tarief van de kansspelbelasting wordt in 2025 verhoogd van 30,5% naar 37,8%.
Wet- en regelgeving
Om de doelmatigheid van het fiscale stelsel te vergroten en het stelsel verder te versimpelen, worden verdere stappen gezet op het afbouwen van (negatief geëvalueerde) fiscale regelingen en het aanpakken van onbedoelde constructies. Het uitgangspunt bij negatief geëvalueerde fiscale regelingen is dat deze worden afgeschaft of versoberd.
Er komen geen nieuwe nationale koppen op Europese regelgeving. Daar waar mogelijk worden bestaande koppen die zorgen voor extra regeldruk geschrapt.
Er wordt een grondwetsherzieningsvoorstel ingediend tot het schrappen van het verbod op toetsing van formele wetten aan de grondwet. De klassieke bepalingen van de Grondwet worden toetsbaar.
Er wordt ook een grondwetsherzieningsvoorstel ingediend tot invoering van een grondwettelijk (constitutioneel) hof dat wetten toetst aan de Grondwet.
Regeldruk wordt tegengegaan door het adviescollege toetsing regeldruk en de uitvoeringsinstanties van meet af aan te betrekken bij het bedenken van beleid en wetgeving.
In wetgeving en beleid moet rekening gehouden worden met de gevolgen voor kleine ondernemers, bijvoorbeeld wat betreft kosten en risico’s, zodat het in dienst nemen van mensen mogelijk blijft.
Er komt een recht op vergissen. Een enkele fout kan niet langer een burger diep in de problemen duwen. Aanmanings- en incassokosten van de overheid gaan fors omlaag.
Het hoofdlijnenakkoord vindt u hier. De budgettaire bijlage vindt u hier.